Historisch Archief 1877-1940
Ifi. fff
DR GROENE AMSTERDAMMER, WEËKBLAb VOOR NEDERLAND
No. 2565
ZUID-AM E RIK A*
Een spoorreis dwars door hel Continent
E zucht en klaagt er in dezen vacantietijd niet
over stoffige, lange en oncomfortabele trein
reizen?
Ten onrechte, hoor ! Met hoeveel ophef er hier ook
reclame gemaakt mag worden voor wonderbaarlijke
?breinen met Pullman en Sleepingcars, wat stof en
ongemak betreft winnen de treinen in Zuid-Amerika
het met heel wat wagonlengtes in dezen edelen
weddoop met hun Europeesche broeders.
Onze trein verlaat Buenos Aires langs de ver
vallen buitenwijken, waar in de schamele krotwo
ningen de minder bedeelde stadsbevolking en nog
steeds op geluk hopende emigranten een ellendig
bestaan leiden.
Dan komen we in de wijde leege vlakten. Stof,
stof en nog eens stof. Hoe men ook deuren en ramen
sluit, het fijne stof dringt door alles heen en wordt
Jiog hinderlijker, doordat alle conducteurs, gewapend
met een reuzen plumeau van struisveeren, voort
durend aan het schoonmaken zijn. Ten minste dat
?verbeelden zij zich.
Na een uurtje sporen is men al midden in de
pampas. Eindelooze weilanden met, nu 't hier herfst
s, bruin geschroeid gras, doorsneden af en toe door
mulle zandwegen, waarop soms eenige ruiters in
?een stofwolk voortsnellen of een Fordje over alle
?oneffenheden heen hobbelt. Anders ziet men niet,
tiren lang! Geen boom, geen water, steeds die bruine
vlakte, waarboven stofwolken dwarrelen en waarop
van tijd tot tijd honderden paarden of struisvogels,
ibij het ongewone geluid van den trein, verschrikt
?weghollen.' Hier begrijpt men, dat het houden van
?een paard in Argentiniëgeen groote weelde is. Voor
?SÖgulden koopt men er al een.
In De eenige afwisseling in de meer dan' eentonige
reis brengen de estanzias", dat zijn hoeven, waar
?door noesten vlijt van den ontginner met veel zorg
«en moeite boomen zijn geplant en de dorre vlakte
herschapen is in een weelderig graan- of maïsland.
Ik had een groepje groene boomen nog nooit zoo
mooi gevonden als hier, na uren lang niets dan gras
gezien te hebben.
Bij de estanzia graast veel vee, koeien en schapen.
?Om die eene groote hoeve heen zijn weer kleinere
huisjes gebouwd en soms heele dorpen ontstaan.
Als maar eerst n mensch moed heeft gevat, om hier
Ie beginnen, worden vaak anderen aangespoord dat
voorbeeld te volgen. Een paar aardige dorpjes, die
we langs kwamen, waren Hurlingham en Rufino.
In Rufino was het station vol menschen, die waar
schijnlijk als eenige afwisseling hadden om Zondags
?wat langs den Internacional" te wandelen. Voor
het donker werd, kwamen we langs een groot meer
?dat vol rose flamingos was. Het is het eenige water
?dat ik in de pampas zag. De bodem is er leemhoudend,
.zoodat het regenwater er blijft staan.
r; Dan weer groote kudden, bewaakt door een een
zamen peon (veehoeder) die de kudden van zijn
?estanciero weidt op soms een halven dag paardrijdens
afstand. Zoo eindeloos zijn hier de afstanden.
Den volgenden morgen (natuurlijk had de conduc
teur vergeten ons te wekken) moesten we haastig
overstappen. We waren in Mendoza aangekomen,
waar we onzen trein met de slaapwagens voor den
beroemden Pullmann Expres moesten verwisselen.
In plaats daarvan werden we in een klein
compartimentje geloodsd; geen prettig vooruitzicht daarin
de lange spoorreis door de Andes te moeten doorbren
gen. Een mede-reizigster, het zelfde lot deelachtig,
was verontwaardigd dat zij geen Pullmann-fauteuil
kreeg toegewezen. Maar zij bleek niet op haar mondje
gevallen. Ze sprak vloeiend Spaansch en begon ge
ducht in de landstaal op te spelen. Een soort
wereldreizigster scheen ze, met haar koffers beplakt met
etiquetten van all over the world. Ik sprak haar in 't
Fransen aan, waarna zij het ook voor ons opnam
en met succes, want wij kregen onze plaatsen. Ze zei
dat ze nog nooit zoo een sale pay$ gezien had als dit,
en nog 't noodige meer.
* *
*
Buiten Mendoza begint de trein al te stijgen, langs
vruchtbare wijnakkers, die vol druiven hangen.
Goudgele populieren staan langs de wegen en in de
dalen; reuzencactussen groeien op de rotsen en in de
verte ziet men de sneeuwbergen. Een paar uur lang
blijft het landschap mooi en vol afwisseling, daarna,
als men hooger komt, verdwijnen de boomen, later
zelfs de cactussen en blijft er niets over dan kale
rotsen, die evenwel vaak prachtig getint zijn, rozerood,
okergeel, donkerbruin, soms zelfs diep blauw.
Hooger en hooger gaat het treintje. Speelgoed
lijkt het, als je het bij een bocht kunt zien,
voortkruipend langs de reuzenhooge naakte rotsen.
De bergen zijn hier bijna 7000 meter hoog en de
trein stijgt tot 3200 meter. Ongeveer zoo hoog als
de Jungfrau-Bahn, maar dat is maar een
bergspoortje voor de toeristen. Doordat men steeds
langs den rotswand gaat, realiseert men de hoogte
waarop de transcontinentale trein rijdt in het geheel
niet. Indrukwekkend en grootsch is de Andes wel,
maar door de woestheid en kaalheid toch benauwend.
Men mist de afwisseling, en men is blij, als men
eindelijk niet meer naar buiten kan zien omdat het
donker wordt.
Af en toe komt men een kleine halte voorbij, de
trein stopt even, men ziet wat spoorwegwerkers, die
in een leegen wagon of een paar armoedige huisjes
wonen van een dorpje is niets te bekennen. We
komen, heel in de hoogte, de Argentijnsche badplaats
Puente Inca voorbij, daarna, terwijl het donker begint
te worden, zien we te midden van de woeste rotsen
eenzaam en verlaten een groot meer. Laguna del
Inca.
Sneeuwtoppen rondom. Nu alleen heel in de hoogte,
maar soms, in Augustus als 't hier winter is' ligt hier
zooveel sneeuw dat het treinenverkeer eenige weken
stopgezet wordt.
Dan gaat het naar beneden, met versnelde vaart.
Maar weer worden de remmen aangezet. De trein
rijdt een station binnen en stopt. In Los Andes"
moeten we overstappen. We zijn dolblij als we na
een uur of drie eindelijk om over half twaalf in
Santiago aankomen, het continent dwars door, tot
aan de kust van den Pacific. Veertig uur in den trein
aan een stuk!
T. M.
Kunstzaal VAN LIER
?va e\9 awut bet PMtkwtoor te tan» (N-H.) eva O9
ANTIQUITEITEN OOSTBRSCHB KUNST
SCHILDERIJEN - NBGERPLASTIEK
Dagelijki ook de» Zondagi geopend
SCHILDERKUNST
DOOR A. PLASSCHAERT
De Fransche tentoonstelling
Wanneer wij deze tentoonstelling een paar keer
nauwkeurig hebben bezien, dan weten wij, dat zij,
rond-uit gezegd, een totale onnoodigheid is, en, op
zeer enkele werken na, totaal overbodig. Dit is een
voudig genoeg te verklaren; het inzicht, dat geleid
heeft tot het samenstellen van deze tentoonstelling
was noch zuiver noch juist. De meeste tentoonstel
lingen toch zijn een serie onrechtvaardigheden, ter
wijl zij een rechtvaardigheid" moest zijn, en deze
is ongetwijfeld een reeks onrechtvaardigheden,
tegenover het genie en het talent in Frankrijk.
Wanneer Frankrijk niets anders was, dan wat riet
hier te zien geeft, het ware een overbodigheid in
de waereld der schilderkunst, en wij konden al onze
aandacht bepalen voor andere landen, en andere
werken (op enkele na, hier aanwezig!) Toch weet
iedereen, die eenigszins op de hoogte is van den
gang der schilderkunst, dat de kunst van Frankrijk
een deel der negentiende eeuw beheerscht, en een
deel der twintigste eeuw. Een tentoonstelling in
ons land had deze waarheid moeten verdedigen;
de tentoonstelling in het Stedelijk Museum had een
deel van die waarheid te verdedigen, en wij vinden
daar werken, alle zoo goed als contrarie tegen deze
zekerheid. Maar hoe kwam, bij Zeus, de samenstel
lende commissie ertoe 't eigen land zoo bitter te
blameeren, en ons, Hollanders, zulke moeiten en zulk
verdriet te bezorgen? Ik vrees, dat deze tentoonstel
ling een vertegenwoordigende, een repraesentatieve
heet, en dat uit dit funest begrip Frankrijk deze
schae werd gedaan, en ons geen baet? Maar wat is
schijnbaar repraesentatief en wat is in werkelijkheid
vertegenwoordigend? Schijnbaar repraesentatief is
een tentoonstelling, die met luchthartige onverschil
ligheid alles door malkander geeft, en die, daar er
altijd overal meer sukkels zijn dan inderdaad be
gaafden, dien begaafden te kort doet en den zwakken
een noodelooze, overtollige eer bewijst. Het is toch
voor ons overbodig te weten, dat in Frankrijk er
evenveel onnoodigheden in de schilderkunst bestaan
als hier, evenzeer als het voor Frankrijk zonder
belang is, of er hier, in Holland, een aantal schilders
bestaan, die zonder kracht of heerlijkheid paneèlen
vullen, doeken vullen, omdat ze eenmaal begonnen
met zulk werk, met zulken arbeid, daarmee, ook als
broodwinning, niet meer kunnen ophouden (dat zijn
dus gezinszaken, maar geen aesthetische quaestie !)
Deze tentoonstelling is in alle opzichten schijnbaar
repraesentatief.
Inderdaad repraesentatief is een tentoonstelling,
gehouden in een ander land, die het land van her
komst vertoont op zijn sterkst, en de sterksten,
telkens met een voldoend aantal, om de blijvende,
inderdaad blijvende kennis achter te laten van het
wezen dier krachtige schilders, en van de wijze,
waarop deze werkelijke talenten hun gevoelens,
kennis, gevoel en weten dus uiten. Dat is bovenal
noodig. Wanneer eenmaal b.v. in Holland van een
aantal leidende schilders, talenten en afzonderlijken,
een herinnering overblijft, die, zij 't globaal, hun wezen,
persoonlijkheid en opvatting, doet leven en doet
blijven leven als een intellectueele winst, dan is er
inderdaad iets van de bedoelingen bereikt. En wan
neer dan nog, door een gelukkige constructie van den
tijd, deze talenten van diepe geaardheid zijn of van
grooten zwier, dan is onze intellectueele rijkdom
toegenomen met menig ding, dat nieuw is, onver
wacht, eenvoudig en toch oneigen. Dan heeft, met
andere woorden, de geestelijke export nut en baet
gebracht. Maar, nogmaals, wat kan het ons schelen,
of er in de andere landen een aantal
middelmatigheden zijn, en die minder dan middelmatig zijn?
Wat kan het voor nut hebben voor ons op algemeene
tekortkomingen van den mensch te wijzen, terwijl
het toch in de waereld van den geest gaat om hoogte
punten, om zuiverheden, om verlangde en onbe
kende dingen, en niet om versleten munt, vervalschte
waar, of banaal zicht op een werkelijkheid, die,
eindeloos doorzocht, altijd nog eindeloos-rijk is!
IV.ROSSEITS
-iroe
Hl BESTE VARINAS
Overal vfricnjgbïar *[80]?p.haH ons pakjt {
v.VOLLENHOVEN 'S STOUT