De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 31 juli pagina 17

31 juli 1926 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 17 AMSTERDAM, GEZIEN UIT DE LUCHT LUCHT, LAND E TER VOOR den beschrijvenden journalist zit er eigenlijk geen druppel copy meer in de lucht of het zou een maitre moeten zijn als Fóuchardière, die zelfs uit de platgetrapte Sahara en de Ori nt-intwee-weken nog een boek slaat, dat men gelezen moet hebben, of althans beweren moet gelezen te hebben. Het moet al erg bijzonder dreigen te worden, anders zegt zelfs de jongste verslag gever: dank u! en hoopt op zijn kans voor de Noordpool, die nu óók al voorbij is, en gaat dus maar liever met de auto bus naar Sappemeer, waar tenminste nog eenig prikkelend risico op een vette headline in zit. Acht jaar geleden lijnde je degen over zoo'n tochtje van Londen, via Frankrijk en Belgiëen je werd gekust door verwanten bij het weggaan en terugkomen de illustratiepers verried zelfs onbewust wanneer ook niet-verwanten aan dat afscheid hadden deelgenomen en, enfin, je had het gevoel van een goede beurt gemaakt te hebben. Ik herinner me nog dien langen tocht in een Vickers Vimy, met Hans Martin en Willy Mullens de eerste liep met sandwiches rond in ons schommelende kajuitje en had nog geen blasse Ahnung van zijn latere relaties met d.e nu zoo uitgegroeide K.L.M., terwijl Willy filmde door het open kajuitdeurtje en me misselijk maakte door de diepgezichten op ranke kerktorentjes en bouquetjes van honderd jarige eiken, die onder onze voeten voorbij schoven, en een walgelijken tocht aan onze beenen veroorzaakte. Over het luchtverkeer moge dan nog veel te zeggen zijn, maar dan in de economische rubriek hoeveel nieuwe luchtlijnen er nog getraceerd moeten worden hoveel cost er nog voor de baet uit moet gaan.... wat Nederland nog te doen heeft om zijn plaats in de lucht, die het dankt aan een paar stevige, ver-ziende pak-aan-menschen, te hand haven .... maar verder gaat het ook niet. Want lang zal het wel niet meer duren of de copy-jongen hangt in een klein model-machine voor het open raam te bumpen van ongeduld. Maar vliegen om de sensatie.... dat is voorbij en voorgoed voorbij. Men behoeft niet eens de statistieken te raadplegen, die precies vertellen hoe de kansen op een gebroken rib zich verhouden in de lucht en op den beganen grond. Statistieken zijn er om te bewijzen wat men wil, maar een feit is het dat men sneller en gevaarloozer het Kanaal oversteekt dan de Place de l'Opéra en dat de DOOR JOH. LUGER grazende koeien in de Europeesche weiden niet meer met verschrikte staarten de groote ronkende vogels salueeren, die zooveel maal per dag door de lucht trekken en in den beginne de melkproductie wel een weinig ge drukt hebben. Nu loopt er over Europa een net van lijnen als de nerven in een blad men kan van het zuiden naar het noorden reizen, zonder een roetvlekje op zijn schoonboordje te bekomen en zonder ook maar een oogenblik aangedaan te worden door de berookte, maagzenuwen beroerende melancholie der stationsemplacementen, die sedert ^het vervangen der trekschuit door de locomotief een nieuw soort verdriet heeft geschapen: het naar-dentrein-brengen. Het luchtverkeer heeft ook dat ver anderd en maakt het ,,naar-de-lucht brengen" tot een plezier. Ge stijgt in de auto, die op het Leidscheplein wacht, nadat een vriendelijk man, dien ik weiger ambtenaar te noemen, wijl hij in zoovele opzichten verschilt van het internationa le individu, hetwelk gewoon is u uw ticket met een mopperig gelaat te over handigen, uw gezicht heeftopgenomen, hetwelk wijst op eene individueele belangstelling voor de passagiers. Be kommerde zich ooit het gedelegeerd Lid van den Raad van Beheer van de H.IJ.S. M. om Uw volume of uw hersengewicht? En dan gaat het langs groene weiden en de zakenman, die des avonds nog in Zweden of in Estland een gewichtige affaire heeft af te sluiten, verfrischt zich aan dien aanblik en is blij dat hem het gezanik met trein en slaapwagen en douane en vroeg opstaan bespaard blijft. De zomer staat op het veld en de groote vlieghallen zijn geopend.... alles is goed gehumeurd, want alles is gewoon zijn werk te doen in directe aanraking met de natuur; zelfs de Doua ne heeft iets bloesemends en zomersch En hoewel er hier precies zoo op tijd vertrokken wordt als aan het Centraal station, is er toch niets van dien zenuwachtigen haast van een groot station en afgeknelde duimen door het por tier komen hier niet voor; het is waar dat er nog niet zooveel luchttreinén vertrekken per dag als er afgaan aan en groot station, maar die eenmaal kennis gemaakt hebben met het lucht verkeer behoeven er niet meer aan te twijfelen dat dit slechts een kwe.stie van tijd is. En verder zijn de prepara tieven voor een reis van Amsterdam naar Malmöminder omvattend dan die voor een autotocht naar Gelderland en er is ook trouwens bij de opening van die nieuwe lijn minder officieeis te doen geweest dan bij de inwijding van een locaalspoortje in den achterhoek. Amsterdam?Stockholm, dat beteekende tot voor kort zes en dertig'uren van trein en bootreis. De K-L.M, reduceert dit tot zestien uren en men behoeft nog geen zakenman te zijn om daarvan de voordeden in te zien. Een nieuwe Fokker staat klaar voor Malmöen zakelijke handen stouwen eenige kisten lading in de cabine. De passagiers stappen in. Het vroegere verband, dat gevaar en lange reis tot stand brachten tusschen opvarenden, is verdwenen, men heeft evenmin neiging zijn buurman deelgenoot van zijn im pressies te maken als in lijn twee en het zou zeker door ons zonder onder scheid als een onbehoorlijkheid worden opgevat. Er ontwikkelt zich natuurlijk net zoo goed een type luchtreizigers als er typen boot- en treinreizigers bestaan. Er zijn in onze luchtomnibus vandaag zeker twee menschen die voor hun plezier reiaen: een Engelsen paar tje, dat zich in de gemakkelijke zetels installeert, zonder eenige moeite te doen naast of achter elkaar te zitten. Ze halen onmiddellijk een magazine voor den dag en bestaan niet meer. De meneer vóór me kijkt een beetje uit het raampje en doet dan verder zijn oogen dicht ; hij gaat een uiltje knappen. De vijfde passagier leest geaffaireerd zijn brieven met zakenhoofd en kijkt af en toe op zijn horloge; dan werpt hij een blik naar beneden en ik vraag me af, aan weike koe hij zien kan hoe ver de reis al gevorderd is. Het gaat hem zichtbaar niet gauw genoeg. C'est tout! Na twee uur dalen we op het vliegveld te Hamburgen hebben allen tijd voor een kopje koffie. Als een last valt van je schouders dat eeuwige gezanik met douaniers; voor iemand die veel reist is dit weinig om slachtige in de luchtroute wel een plezier dat hij alleen kan waardeeren. Vier uur dertig vertrek van Hamburg... alles wat er beneden ligt aan water en eilanden en steden.... schepen en huizen en weilanden en koebeesten rolt met de monotonie van een automatische landkaart onder je af en voor je het weet hobbel je alweer over het veld van een andere luchthaven: Köbenhavn. En een kwartier later sta ik op het vliegveld in Malmö. Een prachtige verbinding met den nachttrein naar Stockholm en allen tijd voor het heerlijke Sm rgaasLIMBURGSCHE TYPEN DOOR DR. ANDRÉSCHILLINGS Sjefke C JEFKE was het hoofd vanzeer» ?^ merkwaardig gezin. Behalve de drie kinderen twee jongens en een meisje die zijn min stens twintig jaar vroeger dan hij zelf geboren vrouw hem had geschonken,. woonde bij hem in zijn schoonzuster Philomena die Fillemien genoemd werd. Zij verdiende haar naam wel, want waar ze zich ook bevond, klonk haar lied. Maar nergens stellig schooner en be~ zielder dan aan de waschtobbe, terwijl ze de witte vlokken wild spelen liet over haar gegroefde handen. En niemand had daar stellig meer plezier in dan oude Sjefke, omdat ook hij tot de ongevederde zangers behoorde. Hij was het van geboorte en var» professie bovendien ! Want behalve vele andere waardig heden bekleedde hij die van kerkzanger. En gewichtiger vond ie ze stellig dan, de andere: stadhuisbediende, begrafenis ondernemer, winkelier Maar de laatste vervulde hem toch. ook met altijd durende belangstelling. En de weinige uren, die hij thuis doorbracht, stond ie aldoor in dea winkel bij djen hoek der toonbank,. waar de kazen, per kilo's en ponden ten, verkoop bestemd, lagen opgestapeld^ gouden Edammers, roomgele Goudsche,, grijze Leidsche. Maar niet om aan te prijzen en te verkoopen stond hij daar, dat liet ie geheel aan zijn dikke Nel over z'a hartstocht voor de pikante smaken. hield hem daar gevangen en aldoor maalden z'n oude kaken de harde stukjes, die bij het snijden afgevallen waren of de vingerdikke stukken, die ie, stiekum de blikken zijner vrouw ont wijkend, afsneed. Uren lang kon ie er staan hangen,, totdat ie eensklaps werd weggebonjoerd. De vritst nich alle kies op. Dinkste det hae gei geldj kostj?" Gelaten trok het oude mannetje,, met z'n zwart kabotseke op de grijze sluikharen, dan heen, maar de terecht wijzingen genazen hem niet. Ze kweekten verzet en hij peinsde, al gaande langs de straten, op nieuwe, betere gelegenheden om zijn verhemelte te streelen. En Nel ergerde zich dagelijks meer, vooral toen de kinderen grooter wordend,. vaders voorbeeld gingen volgen en bij iedere gelegenheid van d'r kazen stalen die aldoor verminderden in omvang en gewicht. Maar toen ze op zekeren dag bemerkte dat Fillemien bewerend, dat ze er zoo goed op zingen kon, ook meedeed, ging. ze zelf ook telkens proeven. Toen waren geen voorraden meer bestand tegen hun gezamelijke plunderzucht. Vae vriete alles op in de kies," jam merde Nel soms, maar ze voelde wel,, dat ze zelf geducht meehielp. Hun mond, hun handen, hun geheele wezen kreeg de sterke lucht van kaas en overal waar ze kwamen uit dat gezin, werd gezinspeeld op het eten van kaas. En ze gingen het elkaar verwijten,. dat ze 'n zoete kaaslucht bij zich droegen. Totdat ze zich aan kaas straatarm gegeten hebben. bord met Aquavit in het aardige stationsrestaurant in Malmö. Als je zoo even rondneust in de ver schillende luchthavens die je op je reis. aandoet, wat ziet het er dan goed en soliede uit bij ons in Holland, en wat gelukkig mogen we zijn dat een paar kerels-met-oogen-in-hun-kop dat groote luchtgebeuren in de gaten hebber\gehad? toen Jan Salie nog in de war was van zooveel wind in de lucht. Het wachten is nu maar op het lijntje naar Indië. Zoo als de zaken er nu voor staan, kan dat relatief niet veel moeilijker zijn dan dat heele beweeg van precies op tijd aankomende en vertrekkende luchtomnibussen over den heelen Europeeschen bodem.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl