De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 31 juli pagina 4

31 juli 1926 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

il' DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2565 ST. FRANCISCUS VAN A S S I S I f 1226 DOOR DR. JAN WALCH TV/T ET de rationeele verklaring van een mensch ?*??-*? uit zijn tijd en zijn omgeving" kan men soms een heel eind komen; de geloovigen, die den mensch n zijn tijd n zijn omgeving alleen zien als openbaringen van den goddelijken geest, komen echter, uitteraard, nog verder; ze zijn dan ook verder, namelijk met meer gegevens", begonnen. Wie een zoo grooten heilige, een zoo machtig genie als Franciscus van Assisi tracht te begrijpen, zal niet anders kunnen, dan telkens weer den geest" naar voren brengen. Niet omdat ook Franciscus dit zelf met woorden heeft gedaan, maar om het wonderbaar geestelijk-triomfante van zijn daden. Hij is de grootste heilige der Katholieke Kerk; nien beschouwt hem als Christus' naasten volger. Hij heeft een ontzaglijken indruk gemaakt; zijn als het zonlicht zoo levende vroomheid, verre van alle d9gmatiek, n eindelooze verrukking, die hem althans de twintig laatste jaren, de tweede helft van zijn leven, de werkelijkheid deed zien als een schijnbeeld, is waarlijk als een lente-straling in deze wereld gevallen; en men kan zeggen, dat zijn lieve, vreugde volle verschijning langer dan twee eeuwen haar weldadigen invloed heeft doen gevoelen; in de Kerk, in de kunst, ja, in de staatkunde. Als een zuiver kind is.hij binnengekomen in het gezelschap der fel en hatelijk twistenden; en heeft met woorden van den grootsten eenvoud, oude woorden, maar die hij weer levend maakte, en met daden van de simpelste waar achtigheid, de twistenden beschaamd doen ver stommen. Ke/k en Keizer bekampten elkaar om wereldsche macht. Hij heeft hen niet terecht gewezen n niet bepreekt;'maar hij heeft getuigd, eiken dag, van de heerlijkheid van het onwereldsche; van de blijdschap in God, den onmiddellijke, waardoor men alle middelen", dankbaar om 't meerdere, met vreugde kan prijsgeven. Zoo heeft hij de Kerk. gered en doen herleven, maar niet dan na haar te hebben veredeld. Na de verdorde scholastiek herleeft het innerlijk, individueel, mystisch geloof. Tot het Concilie van Trente. Dan' heeft de Hervorming de Kerk opnieuw tot verweer, tot formuleering en handhaving van geloofspunten genoopt. De Hervorming?oneigenlijke naam, die beter paste op Franciscus' invloed. Ook heeft men in hem een hervormer" avant la lettre willen zien; een pro testant. Maar dat is hij zeer wezenlijk nooit geweest; al is hij onmiskenbaar deel van het groote complex van kerkelijk-revolutionnaire bewegingen der Xllde en XHIde eeuw, waartoe ook o.a. de Waldenzen en Arnout van Brescia behooren; en de oudtestamen tische profeet Joachim van Fiore, ;'/ calavrese abate Giovacchino di spirifo profefico dotafo, Hotel Duin en Daal" - Blocmcndaal Str. koud en warm water op alle kamers PRIVÉBADKAMERS Telefoon 22223 [die in tijdsorde onmiddellijk aan hem voorafgaat. (Want het gaat niet aan, op punten van overeenkomst te wijzen die er ruimschoots zijn; als: de wezenlijk persoonlijke en directe religie van Franciscus , maar het essentieele verschil te verdoezelen. Franciscus heeft altijd de gehoorzaamheid boven alle andere deugden gesteld. Dat heeft meermalen, maar eens op bijzonder treffende wijze tot een tragischen zelfstrijd geleid; een zelfstrijd waarvan de Katholieken forensisch liefst niet spreken een verzwijging die voor een kerk, welke waarlijk katholiek wil zijn, gewenscht is?, maar die alle schrijvers over Franciscus erkennen. Dat was in 1222 en 1223, toen zijn volgers zoo talrijk waren geworden dat een uitvoerige ordensregel, met disciplinaire artikelen, noodig was. in dien regel heeft Franciscus vóór alles willen vastleggen: de volkomen evangelische armoede; waarnaar hij zelf had geleefd; die hem op 't innigst met God had ver bonden; waaruit zijn oneindig geluk tot hem was gekomen. Maar kardinaal Ugolino ??later paus , zijn vereerder, en beschermer der orde, heeft dat niet gewild; niet zoo consequent als Franciscus het wilde, en verzachtend in den leefregel, heeft hij de discipline die voorFranciscus eigenlijk alleen overstelping van den zondaar met liefde was, menschelijk-scherper gemaakt. Toen is er een oogenblik verzet gekomen in den gedweésten der menschen. Want als hij n ding zeker had geweten en diep had doorvoeld, dan was het de schoone noodzakelijkheid der armoede. En van de liefde als eenige heerschappij. Maar Ugolino zeide: Ge dwaalt, broeder Francesco. Als gij zóó streng de armoede opvat, zullen velen die in geestdrift zich bij uw orde zullen aansluiten, door menschelijke zwakheid hun gelofte niet kunnen houden, en zoo tot doodzonde vervallen. En wat de discipline betreft: voor het zuivere leven van een groote-menschencomplex is tucht noodig". En als Franciscus zegt: God zelf heeft mij, terwijl ik biddend en vastend mijn regel, neerschreef, dit zoo bevolen, dan zegt de Prins der Kerk: Neen, Francesco, daarin dwaalt ge, want de Kerk zegt, dat deze regel, zoo geschreven, niet goed is". En zoo groot is dan de gehoorzaamheid van den heilige, dat hij verklaart: Dan onderwerp ik mij". En Ugolino vraagt hem: Doet ge dat van harten, broeder Francesco?" En Francesco antwoordt: Ja, van ganscher harten". Dit nu is volkomen on-, ja anti-protestantsche gehoorzaamheid. Want ze komt voort uit het zekere geloof, dat de Kerk dévoortzetting van Christus op aarde is; dat de Kerk de waarheid heeft; dat alle overtuiging, hoe zeer ook als een openbaring genoten en gehoed, begoocheling blijkt te zijn, zoo de Kerk dit zegt; dat wat diepste goddelijke doorhuivering scheen, op haar woord als onheilige waan moet worden ver worpen. Zoo is het dan dwaasheid te zeggen, dat Franciscus nog net, toevallig", in de Kerk is ge bleven. Toevallig, waar hij daarvoor het besef eener innigste goddelijke gemeenschap, eener zeld zaam zalige verkorenheid prijsgaf? Maar na dit zware offer, deze opperste beproeving, waartegen zijn nederigheid bestand bleek, is het dan ook volbracht. Vier jaar leeft hij nog, jaren van duldelooze pijnen en wondere genaden. De genaden o.a. van het Zonnelied, en vooral van de Stigmata. Ziehier dan, in schetslijnen, de tragedie van den naar God dorstenden mensch. Zulke beproevingen komen, als laatste en ontzaglijkste, aan 't einde van een leven. (Drie-kwart eeuw nadien, in 1294, vinden we een parallel hiervan in de laatste levensjaren van den heiligen Petrus Coelestinus V paus). Wat in Francesco's leven voorafgaat, schijnt als we dit hebben aanschouwd, een schoon spel. En toch hoe ver is dat spel" al boven onze krachten ! Denk u een twintigjarigen jongeling, in weelde opgevoed door een vader, prat op zijn rijkdom en koopmanstalenten; ijdel en roemzuchtig zelf, maar wiens gevoelig hart zijn hoogmoed overwint, en wiens behaagzucht verpuurd wordt tot het begeeren, God alleen te behagen. Na een vroolijk feest, zegt het levensverhaal, doortrilt hem voor 't eerst dat alles overwinnend besef; mio Dio, mio tutto", stamelt hij En dat is dan het groote werk van den Geest-in-hem: dat hij dit gevoel vasthoudt, en dat hem dit gevoel vasthoudt: het leven in God het wezenlijke, de wereld schijnbeeld. Hij belijdt het met Italiaansche pathetiek; maar wie geneigd zouden zijn om die pathetiek te glimlachen, zullen hun lippen stil voelen worden in beschaming, wanneer zij zien, welk een nooit-wankelende kracht ze bergt; ja, de heele figuur van Franciscus kan ons soms, als we ons innig verdiepen in de wijze waarop hij leeft, voorkomen als de ternauwernood in het vleesch gevangen goddelijke-geest zelf. Zóó lost zich dan het begrip pathetiek" op ! Het is niet doenlijk, in kort bestek meer dan een vaag en vaal schetsje van dit diepe en klare leven te ontwerpen. Men vindt het, om bij de moderne franciscanisants" te blijven, uitvoerig beschreven door Sabatier en door Joergensen; Sabatier's boek is het mooiste van de twee; en mooi; al is de man die het schreef, misschien een ietsje te protestant-rationa listisch om de diepe vreugde van dit leven-in-God te voelen. En Joergensen is wel eens wat zoetelijk. Maar met dat al: beiden maken toch wel heel duidelijk den korten, maar feilen en volkomen beslissenden zelf strijd, dien Francesco voert, vóór hij los is van zijn De coffeine van de koffie gaat evenals andere alcaloïden in de melk over en kan daarin chemisch aangewezen worden. De zuigeling neemt dus reeds met de moedermelk het zenuwprikkeknde alcaloïd, de coffeïne, in zich op en dan verwonderen zich de moeders, wanneer het kind schreeuwt, niet wil slapen en aan storingen in de stofwisseling lijdt. Dr. H. T. Nicolai, Neisse. aardsche omgeving. En beiden, de Protestant en de Katholiek, geven, althans samen, een uitstekend' beeld van Francesco's verhouding tot de Kerk, detoen in bijzondere mate strijdende en politizeerendeKerk; een verhouding die op verschillende momentea van Francesco's leven in schoonheid geregeld wordt, door de argeloosheid, de volkomen zuiverheid en, gedweeheid tevens van den tot heiligheid voor bestemde. * * * Zie zijn laatste levensdagen; ze zijn kenschetsend? voor de plaats van het heilige in de wereld ! Hij was doodzwak en wilde van het leven afscheid1 nemen in de geliefde regionen zijner jeugd. Men brengt hem naar Assisi. Maar met een grooten omweg; want die van Perugia zullen op den bijna-doode loeren, era trachten hem binnen te voeren in hun stad; sterft hij daar, dan is de reliekenschat van zijn lichaam en; kleeren voor hen! De omweg is ontzettend bezwaarlijk: voor den kranke; maar hij bereikt het doel, het lieflijk stadje, dat als een droom tegen de helling vaa den Subasio ligt. Na een poos voelt hij, dat Zuster Dood" hem nabijkomt; de broeders moeten hem; brengen naar de hut die hij in den aanvang van zijnj buiten-de-wereldsch leven bewoonde, in het dal, vlak bij het overoude kapelletje de Porziuncola. Op den: weg daarheen, aan den voet van den berg, laat hij even de broeders, die de baar dragen waarop hij ligt, halt houden, en zegent zijn stadje; een gedenkplaat op de plaats van de oude Villa Gualdi wijst de plek aan. Dan gaat men verder naar de hut. Soldaten der stad bewaken het kostbaar bezit". Zingend en. zegenend gaan daar de laatste uren van zijn leven voorbij, en als hij gestorven is, vertelt de legende,. begroet een zwerm zwaluwen met blijde kreten zijn opstijgende ziel. Maar buiten hebben de soldenieren met ongeduld dit uur gewacht; met sterke toerusting, tot afweer van wie zich van hem meester zouden willen maken, wordt het lichaam van den man, diealtijd weerloos was, in verzekerde bewaring gebracht. En het eerste wat men deed ter eere van den trou badour Gods", die nooit het kloosterleven heeft ge wild, maar altijd zingend en getuigend door de wereld, trok, was een klooster stichten, bij de kerk-en-crypt, die zijn lichaam hoeden. Er zijn heiligen, die den aureool verwierven door liet enkel getuigenis van den marteldood. Franciscus heeft hem verworven door een lang leven van mar teling, een leven dat,naar de wereld gezien,ondraaglijk, toch voor hem een leven vol vreugde was. Het is of,, na twaalf eeuwen, hij de eerste was, die het Evangelie weer als een Blijde Boodschap verstond, zoo Wij, dat ze alles heerlijk maakt. Hij is, voor Roomsch en onroomsch, een verrukkend en beschamend voorbeeld. van de volmaakte macht van den Geest over het lichaam. HUIS I1AAIRD HEERENGRACHT 5OO AMSTERDAM pEUBE MEUBELEN TAP'JTEN :DUNËrTl

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl