Historisch Archief 1877-1940
12
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2572
l:
'
l
?k,
't
WELLS ZESTIG JAAR
DOOR B. PERSON
IN mijn artikel in dit blad bij gelegenheid van
den 70sten verjaardag van Bernard Shaw
noemde ik Shaw een van de drie grootste Protes
tanten en Individualisten van dezen tijd. De beiden
anderen waren H. O. Wells en Sidney Webb. En ik
voegde eraan toe, dat igdien bij het leven van den
socialist Shaw de Sovjet-Republiek in Engeland zou
worden uitgeroepen, de eerste die wegens samen
spanning tegen haar zou worden opgehangen Shaw
zou zijn, en de tweede Wells.
De sterk-individualistische reuzen van het Engel
sche volk zijn niet meer in hun jongelingsjaren.
Vierden wij nog gén maand geleden den 70sten
geboortedag van Shaw, den 21 sten September zal
het zestig jaar geleden zijn dat Herbert George Wells
<te Bromley, Kent) het levenslicht aanschouwde, als
zoon van een beroeps-cricketer.
Wells heeft zelf eens zijn geboorte de gelukkigste
gebeurtenis van zijn leven genoemd en wij, die genieten
rnogen van zijn bijna onbegrensd talent, kunnen
niet anders dan zijn woorden bevestigen. De groote
liefde tot het leven, die uit dit citaat spreekt, de
dankbaarheid tevens voor het hem geschonken genie,
kregen voor hem echter pas dieper beteekenis toen
hij zijn moeilijkste jaren door was en, tegen de dertig,
betrekkelijk toevallig zijn geweldige gaven ontdekte
«n snel ontplooide. Wells heeft er in zijn autobio
grafisch werk te vaak aan herinnerd hoe hij het
harde leven begon als bediende achter de toonbank
van een lakenhandelaar, dan dat dit prozaïsche begin
van zijn loopbaan niet van algemeene bekendheid
zou zijn. Reeds na een jaar verliet hij echter het
lakenvak en ging aan het Royal College of Science
te Londen een college in natuurlijke historie volgen,
dat hem in het bezit stelde van de First Class
Honours" in dierkunde, en ver-volgens van den graad
van B.Sc. (Bachelor of Science.) Zijn zwakke gezond
heid liet niet toe, dat hij de aangevangen loopbaan
«p de normale, behoorlijke wijze zou voortzetten door
«en eerzaam leeraar of een professor te worden. Hij
had een afkeer van Londen en nog meer van het
geven van onderwijs in een klas. De eenige uitweg was:
schrijven. Daar ging hij zich dus op toeleggen. Hij
begon als gelegenheids-medewerker aan nu wijlen de
Pall Mail Oazette, waarin hij lichte artikelen, die zeer
jn cbn smaak vielen, schreef, maar toen er een nieuwe
hoofdredacteur kwam, verloor hij het pleizier in dit
werk. Samen met zijn vrouw zette hij zich nu (in 1895,
?dus op 29-jarigen leeftijd) aan het schrijven van
.zijn eerste boek, The Time Machine", dat in enkele
weken voltooid was. Hij bood het een bevriend
redacteur ter plaatsing aan, maar deze zond het
terug; hij had er geen ruimte voor. Kort daarop werd
-aan dezen redacteur echter de leiding toevertrouwd
van de National Observer". Hij dacht aan het goede
werk van Wells, dat hij genoodzaakt was geweest te
?weigeren, en telegrafeerde erom. Wells zond het. Het
werd geplaatst en maakte grooten opgang. De op
brengst stelde hem zelfs in staat, buiten Londen te
gaan wonen en onbezorgd met schrijven voort te
gaan. Hij was er. In hetzelfde jaar (1895) verschenen
van de hand van den onmiddellijk productieven
auteur: Select Conversations with'an Uncle, The
Stolen Bacillus en The Wonderful Visit. En vóór de
.negentiende eeuw geëindigd was, zagen nog het licht:
The Invisible Man, The War of the Worlds,The
Sleeper Wakes, Tales of Space and Time en Love
and Mr. Lewisham.
TABA SIGAREN
> ZIJN TOCH DE BESTE *- ~>
De meest opmerkelijke trek van Well's eerste groote
romans is zijn ontembare phantasie, die den lezer
voert naar het niemandsland tusschen de physieke en
de metaphysieke wereld. Zijn voorstellingsvermogen
stelt hem in staat, zich de wonderlijkste en onmo
gelijkste bestaansvormen te verbeelden. Hij baseert
zijn verhalen vaak op de verwezenlijking van een of
anderen speculatieven droom, behoorend tot de
phantastische of ondoordringbare gebieden der natuur
kunde, zooals een bezoek aan de maan, de inval van
Mars-bewoners op de aarde, het bestaan in een ruimte
met vier dimensies, een reis dwars door den tijd heen
die ons voert naar een tijdperk dat een paar honderd
of soms millioen jaren verder is gelegen. Wells is
echter niet iemand die er maar in het wilde weg op los
phantaseert, zonder zich te storen aan de wetten der
natuur. Daarvoor heeft hij te veel exacte kennis in
zijn mars en wat hij in zijn boeiende verhalen vertelt
met zoo grooten schijn van waarheid, is strikt beperkt
tot de wetenschappelijk mogelijkheden van zijn thema.
Men moet hem slechts n ongerijmdheid vergeven
een onmogelijke, maar niet onbegrijpelijke ontdekking
van een nieuwe kracht of toovermacht, zooals een
tijdmachine die ons op haar vleugelen door de eeuwen
verplaatst, een materie die niet onderworpen is aan
de zwaartekracht, een bom die yan Mars wordt uitge
zonden en zijn ingesloten monsters veilig op onze
aarde landt, een preparaat dat ons lichaam onzicht
baar maakt of een voedsel der goden" dat alle
levende dingen die het tot zich nemen, onbeperkt doet
groeien en de rest volgt strikt in overeenstemming
met de wetenschappelijke waarschijnlijkheid. Het
genot dat dergelijke verhalen ons geven, is in hooge
mate afhankelijk van des schrijvers wetenschappelijke
betrouwbaarheid en vooruitziender! blik, en van ons
besef van de omstandigheid dat hij, terwijl hij schijn
baar als een dolleman alle wetten der natuur op haar
kop zet, in werkelijkheid, na orft eerst een wonder
te hebben voorgetooverd, zich laat leiden door zijn
kennis van feiten en mogelijkheden, die bij Wells
grooter is dan eenig schrijver voor hem ooit tot zijn
beschikking heeft gehad. Men heeft hem den Eng
lschen Jules Verne genoemd, maar Verne is, ofschoon
geniaal in zijn soort, grof en onnauwkeurig bij Wells
vergeleken.
Het beste voorbeeld van het gebruik dat hij maakt
van zijn wetenschappelijke kennis in de uitwerking
van zijn phantasieën is misschien de methode die hij
uitvindt om de verschrikkelijke monsters van het
naburige Mars, die op onze planeet aanlanden, kwijt
te raken. De nietige, ultra-microscopische bacteriën
die verrotting en ontbinding veroorzaken zijn nieuw
voor deze afzichtelijke wezens.
Doch Wells heeft zich volstrekt niet tot natuur
kundige phantasieën bepaald. In zijn War of the
Worlds", The Invisible Man", the'First Man in the
Moon" en When the Sleeper Wakes" vangt hij aan
met zijn voorspellingen omtrent de evolutie van de
menschheid in de naaste toekomst. En in The Wheels
of Chance", Love and Mr. Lewisham" (een autobio
grafie, waarin hij op roerende wijze zijn ervaringen als
arm Londensch student vertelt) en andere boeken,
laat Wells alle wetenschappelijke wonderen en pro
fetieën varen en toont hij zich als romanschrijver een
fijn psycholoog met een rijken zin voor humor.
Wells behoort niet tofde schrijvers die jarenlang in
moeilijke omstandigheden hebben moeten zwoegen
alvorens tot bekendheid of roem te geraken. Hij was"
er op dertigjarigen leeftijd, zoodra hij met schrijven
was begonnen. (Shaw kon zich pas tegen zijn veer
tigste jaar als arrivé" beschouwen). En wat men ook
van den onartistieken aard van den Engelschman
moge zeggen, het Engelsche volk, of liever het
Angelsaksische ras want de lucratiefste opdrachten
komen uit Amerika laat zijn groote schrijvers, als
zij eenmaal als zoodanig erkend zijn, niet verhongeren.
Het gemiddeld jaarlijksch inkomen van Wells wordt
geschat op 20 a 30.000 pond, en het is geen geheim,
dat hij in 1920 met zijn Outline of History", (in de
geheele wereld bekend, ook in den verlichten
staat Tennessee, U.S.A., waar men alle geschied
schrijving die van den bijbel afwijkt als gevaarlijke
ketterij beschouwt en Wells' wereldgeschiedenis
daarom verbood) in n slag 60.000 pond verdiende.
Ook de dagbladen waaraan hij bij tijd en wijle heeft
meegewerkt wisten zijn artikelen naar waarde te
schatten; bij n gelegenheid ontving hij voor een
serie van zes artikelen het niet onaanzienlijke hono
rarium van tweeduizend pond, hetgeen neerkwam op
vijf shilling per woord.
Geen wonder dat de naam van Wells in den loop
van de jaren groote aantrekkelijkheid kreeg voor
gewetenlooze bedriegers die kans zagen, uit dien naam
een slaatje te slaan. Precies een jaar geleden hadden
de Japansche uitgevers Asakaya en Co. te Tokio de
brutaliteit, een uit het Engelsch vertaald boek te
publiceeren, getiteld Wat ongehuwde vrouwen
moeten weten" en niet alleen ten onrechte Wells als
den schrijver ervan te doodverven, maar in
sensationeele advertenties te beweren, dat het origineel in
Engeland verboden was omdat Wells geweigerd had
bepaalde gedeelten te herzien".
Londen, 15 September.
Makelaar J. D. R.Nienaber
TOF?., maand: WONINGGIDS.
C O M O E D I
DOOR HENRIK SCHOLTE
Rotterdai\sch-Hofsledfooneel: ,,De
Spooktrein', door Arno/d Ridley
DE Trojaansche ondergang voor onze zenuwen.
Als Kassandra fungeert een idioot, die na elk
spook-succes zoo gezellig profeteert: Er gebeuren
nog vél ergere dingen, vannacht! Het is dan ook niet
voldoende, dat er een trein-griezeling komt, waarbij
de waanzinnige stoker en de brug aan den Tay maar
kinderspel zijn. Het is niet voldoende, dat een
baanwachter morsdood naar binnen tuimelt, terwijl zijn
lijk een oogenblik later al niet meer te vinden is. Het
is niet voldoende, dat om twaalf uur de signaalklok
klept, het sein op veilig springt en achter de kapot
geslagen ruiten van de wachtkamer de spooktrein
voorbijdondert, met vergeefs aangezette remmen en
gillende stoomfluit. Het is niet voldoende, dat de
schim van den ontzinden machinist over het perron
dwaalt en zingt, terwijl alle deuren hermetisch geslo
ten blijken. Neen, dames en heeren, dan begint
het pas! Dan gebeuren er verschrikkelijke dingen,
die ik zelf heb gezien. Ik heb het overleefd, maar
ik zal er met niemand over mogen praten.
Want dit is weer een van die stukken, die hun volle
honderd procent verliezen, wanneer men eerst de
recensie leest. Men wandele volkomen argeloos, direct
van tafel in den schouwburg, en men zal griezelen.
Men puzzele in de pauze zooveel men wil, men zal
altijd koud" raden, want na de tweede acte is het
verste Zuidpool-puntje van de intrigue zoowat bereikt.
En wie meent, al te spoedig naar den evenaar der ge
moedsrust terug te stoomen, vergete de keerkringen
niet, welke daartusschen liggen. Immers, dit is het
eenige wat ik dan maar verklap: het stuk zou geen
Engelsche sensatie zijn, wanneer niet op een gegeven
oogenblik alle jasjes (en japonnetjes) binnenste buiten
gingen, wit zwart en spook werkelijkheid werd,
waarna door een vliegensvlug renversement des
alliances" de toestand begint op te klaren. Begint,
want de afrekening is meesterlijk, Ivans waardig !
Natuurlijk doet het pure spel hier alles. Van de
medespelenden was er een, die daarin boven de
anderen uitstak: Jo Feiten-Steenbergen. De manier,
waarop deze actrice de geheimzinnige vrouw vertolkte,
is zeker wel een kleine ovatie waard. Dit felle,
scherptoegestelde spel, eerst van het overspannen meisje,
later van het.... nu ja, van het tegendeel, is beter
dan wij op tien andere avonden in belangrijker stukken
te zien krijgen.
Ook Schwab, zooals hij in den
zuiver-gereproduceerden volkstoon zijn verhaal deed, was een geslaagd
type. Theo Frenkel speelde den Onuitstaanbare a la
Kerckhoven, had daardoor veel succes, maar deed
tevens reeds vermoedens ontstaan, die later (maar
hoe !) bewaarheid werden. Hij had de illusie ondoor
zichtiger kunnen houden. Zijn medereizigers speelden
ongekunsteld en in vlot tempo.
Achteraf kan men op dézen tooneel-jazz natuurlijk
tal van aanmerkingen maken. De text is niet altijd
even spiritueel, soms zelfs banaal. De vele personen,
daargelaten of zij allen noodzakelijk zijn, blijven vluch
tig en niet-getypeerd, zoodat de gesprekken wel eens
concentratie missen. Nu en dan staat een groep er
werkeloos bij, terwijl bovendien een technische
fout onze belangstelling zich van de aanvankelijke
hoofdpersonen naar een eerst in de latere acten op
tredende groep moet verplaatsen.
De fantastische intrigue is echter met al die hulp
middelen en met een volmaakte negatie der realiteit,
bewonderenswaardig knap opgezet. En dat blijft dan
ook bij alle latere bezwaren vast staan: op den avond
zelf heeft dit stuk zijn plicht als amusement feilloos
vervuld door van het begin tot het einde een
enerveerende en toch onschuldige spanning te brengen.
Nog n opmerking, terzijde. De tegenzin, waarmee
men in deze dagen trein en tooneel met elkaar in
verband gebracht ziet, dringt zich tijdens de voor
stelling niet op. Alleen in de foyer leidde een
klein, onopvallend opgesteld portret ons weer eens
klaps uit de sfeer van blijspel en fantaisie naar de
noodlottige werkelijkheid terug.
Vraagt steeds
VAN OUDS HET BESTE MERK