Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE 'AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2572
HET ACHTSTE INTERNA
TIONAAL PSYCHOLOGEN
CONGRES TE GRONINGEN
(6?11 September 1926)
DOOR CHARLES VAN IERSEL
li
DE zin van dit congres is door den grijzen nestor der
Nederlandsche psychologische -wetenschap, den
evenzeer vermaarden als beminden Prof. Heymans, die
den congresleden ter openingsreceptie in welgekozen
Fransche bewoordingen het welkom heeft toegeroepen,
in zijne sluitingsrede duidelijk aangetoond in zijne
beantwoording van den eenmaal door zekeren ma
thematicus" gestelde vraag: Wat is daarmede nu
eigenlijk bewezen?" doch scherper nog in zijn slot
citaat van Pascal's wijze woord: Travaillons a bien
penser, voila Ie principe de la morale!"
En de herinnering aan dit vermaan kenschetst het
duidelijkst wat op dit Congres wél en wat nog niet
bereikt bleek te zijn. De psychologie als jonge weten
schap, als eene wetenschap, die nog verkeert m het
stadium der oriëntatie, en nog onmogelijk in een reeds
verder gevordefd stadium verkeeren kan, behoeft nog
Veel veel werk van hare leden om tot eene geheel
zelfstandige ontwikkeling te komen, tot de ontwikke
ling die haar voor de geheele menschheid het autori
teitsaureool verleenen zal van het onbeperkte ver
trouwen, dat deze dan in haar zal kunnen stellen. En
het is een zeer bizonder te waardeeren woord in den
mond van een man, die reeds de levensschemering
van het ouder-worden stiller en dichter om zich ver
zinken voelt, doch daarom, naderende tot het einde
daarvan, dit leven met zijne schoone bereiktheden
nog geenszins als eene volkomenheid beschouwen wil,
maar in al het vele werk van hem en anderen dier
levensperiode niet meer ziet dan de fundamenteele
stutten, waarop de daarboven op te bouwen psycholo
gische wetenschap steunen en stoelen zal.
Wanneer wij het karakter van dit congres nu trach
ten te kenschetsen, dan moeten wij erkennen dat het
wel zeer dezen technischen tijdgeest ademde. De
meeste mededeelingen zijner verschillende leden lagen
gedrenkt in de sfeer van het laboratorium-experiment.
Vóór hem, die dit congres met belangstelling volgde, was
hier dus nog niet die ontwikkeling dezer psychologische
wetenschap te bespeuren, die zij ongetwijfeld bereiken
zal wanneer zij het terrein der techniek verlatend, tot
uitsluitend onmiddellijke correspondentie met het
wezen der menschelijke.ziel zelve zal geraken.
Doch wel was het voor den buitenstaanden toe
schouwer reeds mogelijk de beteekenis en de richting,
waarin dit zich ontwikkelen zou, van het congres te
onderscheiden. En deze beteekenis is, n in
wetenschappelijken, doch ook in socialen zin, wellicht van
grootere waarde dan zoo menig cofigres der laatste
jaren, dat door geheel Europa, en door de geheele
waereld in spanning en vol verwachting werd gevolgd.
Wellicht is, dit congres zelfs het allerbelangrijkste
van alle congressen van den laatsten tijd.,
Want meer dan iedere andere wetenschap, en zeker
meer dan alle sociale en ekonomische verhoudingen,
verwikkelingen en idealen, heeft de in haar diepste
wezen aesthetisch-religieus gekarakterizeerde psy
chologische wetenschap een zeer bizonder en zeer
verheven doel, een doel, dat door den Vader dezer
nog jonge, doch heerlijk bloeiende wetenschap Wilhelm
Dilthey, zoo schoon werd geformuleerd door zijn zeer
zuiver principe, dat psychologie voor alles
beteekende het begrijpen der menschelijke ziel. Doch het
begrijpen" van ieder ding en ieder wezen, dat God,
in de waereld, waarin wij wonen, schiep, is in zijne
diepste beteekenis een weg, die tot den vrede voert,
tot den vrede in ons zelven, in onze eigene ziel, en den
vrede tusschen ons en de anderen, onze naasten, onze
medemenschen. Wanneer een congres dus gevormd
wordt door leden, wier hoogste taak het is, het
menschelijke wezen, de menschelijke ziel te begrij
pen", en wanneer deze leden daartoe uit de verste
oorden der aarde eendrachtig en broederlijk zijn
tesaam gekomen, dan is zulk een congres een vredes
congres, waarop wel God's zegen rusten zal.
Het was een wonderlijk, een zér wonderlijk gezel
schap, dat men hier samen zag. Dit gezelschap was
wonderlijk omdat het in wezen een gezelschap van
Eenzamen is. Deze menschen, die hier saamgekomen
zijn, deze zielevorschers, deze menschenkenners, zij
moeten met hunne verschrikkelijke, hunne
huiververwekkende kennis des menschen in het
hedendaagsche leven wel zeer eenzaam zijn. Het is niet zonder
zin, dat Dostojefsky de beide eenige, werkelijke men
schenkenners in zijn oeuvre, Sozima en Vorst Myschkin
als eenzamen heeft uitgebeeld: een kluizenaar, en de
Idioot....
De mensch, iedere mensch, is eenzaam. En hij, die
den mensch kent is door en om zijne wetenschap nóg
eenzamer. Doch deze eenzamen, die hier saam ge
komen waren, weten neg beter, dat de kern, het diepste,
meest verborgene wezen van den mensch wellicht,
het Goede is, en met deze wetenschap gevoelen zij zich
in goed gezelschap. Zij zullen hier niet alleen hunne
lands-, ras-, en volksgrenzen hebben voelen wegvallen,
^doch ieder van hen heef t
in eigen kring, door zijne
ervaring, in zijne ? me
dische praktijk wellicht
dan al min of meer be
langwekkende ontdek
kingen gedaan, ont
dekkingen, die hem,
bij de onzekerheden
en innerlijke
verscheidenheden t eener jonge
wetenschap, gelijk de
psychologie, nog doen
aarzelen ze scherp ge
formuleerd te boek te
stellen. Deze uitwisse
ling van nog onvolwas
sen, van zelfs nog
onvoldragen gedachten zal in
de allernaaste toekomst
reeds zeer vruchtbaar
blijken.
Dit congres was eene
geestelijke markt, waar
op ieder met zijn beste
waar kwam aangedra
gen en daarvan het
allerbeste bieden wilde.
Deze waar was zeer
verscheiden. Zij is dat
niet omdat de verschil
lende meeningen, me
thoden, systemen en
overtuigingen, die men
in de jonge psycholo
gische wetenschap is
toegedaan, onderling
zoo zeer tegenstrijdig
zijn zouden, en men
elkaar daarom bekam
pen zou, want het is
het bizondere voorrecht
en de plicht harer adep
ten, dat men zich niet
tot zulk eene
kampvaardigheid aangordt, gelijk
elders gebruikelijk moge
zijn, want de
psychologiesche wetenschap als
middel tot het begrip
van en het inzicht in
de menschelijke ziel zou
haren hoogen rang ver
beuren, zoo zij metho
den toe ging passen, die
met het innige, vredige
wezen van zulk een begrijpen in al te droeve tegen
spraak blijken zouden. Doch eene wetenschap, die
nog in hare oriëntatieperiode is, tast overal heen naar
ieder middel, dat zij binnen haar bereik vermag te
vinden en het karakter van het eene middel wijkt
vaak dan ernstig van dat van het andere af.
Zoo min als men met dergelijke methoden het
wezen der religie zal vermogen te naderen, zoomin zal
men de ziel van het kind ook leeren verstaan uit de
demonstraties en proefnemingen in het laboratorium.
Zeker, Prof. Decroly uit Uccle (België) heeft ons,
sprekende over Les réactions de l'enfant" menig
merkwaardig en interessant filmbeeld getoond, doch
dezeprojektiesop het witte doek, hoe zuiver ook, zijn
toch al zeer weinig werkelijk natuurgetrouw omdat
het kind zelve gedurende zulke opnamen in het
laboratorium in een voor hem abnormalen toestand
verkeert. Het kind verkeert in de operatiezaal in eene
ziekelijk geprikkelde overspanning en reageert niet
op de natuurlijke wijze naar zijn aard. Ik heb menig
maal gezien, dat zér jonge kinderen, babies, bij het
overtreden van den drempel der operatiezaal alle
teekenen van angst, verdriet en weerzin vertoonden,
waarover zulke kinderen als uitdrukkingsmiddelen
hunner gemoedsbewegingen beschikken. Om de ziel
van het kind te leeren doorgronden, bestaat er maar
eene methode, en dat is de methode de kinderen waar
te nemen, zonder dat zij het zich bewust zouden
kunnen worden of slechts zouden kunnen gevoelen als
het voorwerp eener bizondere, hen uitsluitend gelden
de belangstelling te figureeren, en deze methode is in
de operatie al zeer moeilijk door te voeren. Het kind
komt daarin zeer overeen met de vrouw in aan
zienlijk geringere mate dan met den lateren man
dat het zich tracht te verstellen", eene kleine,
nauwelijks bewuste komedie zal gaan uitvoeren
wanneer het tot middenpunt van aller aandacht ge
worden is. Deze proefnemingen met het kind zullen
gelijk de zooveel pijnlijker en onnatuurlijker reakties
uitlokkende experimenten op dieren, nog lang
dreigen deze beide bizondere psychologische rich
tingen op dwaalsporen te doen verzeilen.
Eene andere verrassende mededeeling werd gedaan
door den heer Van Dijck, die de theorieën van
Lombroso bestrijdende, na eene interessante demonstratie
van verschillende misdadigerstypen, die hij in vijf
(waarom slechts vijf, waarom bleven bijvoorbeeld de
politieke misdadigers, de sexueele misdadigers, de
zelfmoordenaars en zoovele andere groepen buiten
beschouwing?) groepen wenschte onder te brengen,
DE MILITAIRE REVOLUTIES IN GRIEKENLAND
Teekenfng voor ,,de Groene Amsferdammer" door L. J. Jordaan
DE GRIEKSCHE GULLIVER: IS HET GED. . . NU HAAST UIT!"
BRILLEN TEGEN HOOIKOORTS'.:
f 1.20 bij vooruitbetaling
JOS. HARTOG Opticien
Rotterdam Utrecht.
tot de konkluzie kwam, dat er geene geboren mis
dadigers" zouden bestaan en dat er slechts gradueele
en quantitatieve verschillen zouden zijn te onder
scheiden tusschen de misdadigers en de gewone
menschen. Wanneer tenslotte in iederen z.g. ge
wonen mensch" een zekere, al dan niet latent
blijvende misdadige aanleg zou zijn te herkennen.
dan kan men in zooverre den heer Van Dijck in zijne
overtuiging beipflichten". Doch wanneer men aan
het geweldige, zijne beteekenis eeuwig behou
dende levenswerk van Lombroso, eenige, zij het
nog zoo geringe waarde toekennen wil, en wanneer
men in dit bizondere geval ook zijne wetenschap een
weinig zou willen putten uit de zoo beteekenisvolle
uitspraken van den volksmond", die ten allen tijde
en in alle landen bepaalde menschengroepen als
de misdadige typen" heeft herkend naar hun uiter
lijk, hun blik, kortom naar tal van reeds in de
prilste jeugd aanwezige en herkenbare physiologische
hoedanigheden, waaruit Lombroso het beeld recon
strueerde van den Homo delinquento" met zijne ta!
van degeneratieve kenmerken, dan zou men het
werkelijke bestaan van den geboren" en niet alleen
door uiterlijke levensomstandigheden tot dien
bizonderen levensvorm uitgroeienden misdadiger al zeer
moeilijk kunnen bestrijden !
J. S. MEUWSEN, HoE. A'dam-R'dam-Den Haag.
DB BE-STB HOEDEN IN HOLLAND
Abonneert U op De Vrouw
en haar Huis"
Prijs per jaar f 10 Franco p.p.
f 10.75 Proefnr. op aanvraag
Uitgave Van Holkema 6
Warendorf's Uitg. Mij. A'dam