De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 2 oktober pagina 5

2 oktober 1926 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 2574 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND DE TUIN VAN HET. HUIS HEERENGRACHT 502 BOUWKUNST DOOR H. J. M. WALENKAMP Cz. Hel Huis Heerengracht 502 DR. VAN AALST's geschenk aan de Gemeente Amsterdam vestigde terecht wederom de algemeene aandacht op een der voornaamste laat17de-eeuwsche patriciërs-woningen onzei ondanks alle schennis steeds nog onvolprezen, ter Wereld nige grachten. Het huis 502 is niet alleen door de rustige, statige en edele verhoudingen zijner gevels een der schoonste daarvan, doch het is tevens een der merkwaardigste, daar het een der schaarsche uitzonderingen vormt op het zoo bekende, alom verspreide type der nog oudere 17de-eeuwsche grachtenhuizen, welke bijna alle van min of meer hooge stoepen voorzien zijn. Dit huis daarentegen bezit geen opgaande stoep en heeft deze ook nooit bezeten; dit in tegenstelling . met zoovele andere behuizingen uit datzelfde tijd perk, wier stoepen in den loop der tijden, zeer tot schade van het statig aanzien en het karaktervol type ervan, afgebroken werden. De gevels van perceel Heerengracht 502 zijn, op eenige minder essentieele details na, intakt gebleven en dus nagenoeg nog ge heel overeenkomstig den oorspronkelijken opzet. De begane grond-verdieping van dit huis ligt, in afwijking van de meeste andere grachthuizen, op de zelfde hoogte als het trottoir daarbuiten. Dit ver oorzaakte, dat het geen half in den grond verzonken onderverdieping of z.g. sousterrein bezit; waardoor dus de daarboven gelegen Bel-étage of hoofdver dieping hooger moest opgetrokken worden, dan bij de van stoepen voorziene huizen met sousterreins ge bruikelijk was. En het is op de eerste plaats deze, van de meer gewone afwijkende indeeling, welke dit huis zijn apart karakter verleent. Doch vooral ook zijn statige, door wit-marmeren kolommen geflankeerde hoofd ingang met het zich daarboven bevindende eveneens wit-marmeren balcon, doen dit overigens zoo uiterst'sobere en rustige bouwwerk uit zijn omgeving naar voren treden, zonder dat het echter ook maar eenigszins uit het verband van het geheel springt en daar door de heerlijke harmonie van het zoo schoone en levendige grachtbeeld verstoren zou. Dit geheel eigen karakter van het bouwwerk biedt het, zoowel ideëel als praktisch, niet te onderschatten voordeel, dat in de naaste toekomst niemand zich in de plaats der behuizing van den eersten magistraat der hoofdstad zal behoeven te vergissen. Zijn woning hier zal zich, als in volkomen harmonie met het geheel, op even krachtvolle als bescheiden wijze van de omgevende woningen onderscheiden. Het mag aldus waarlijk: het huis van den burgemeester" genoemd worden. Aan de Keizersgracht (er zij hier terloops even J.H.DEBOIS,HAARLEM KRUISWEG 68 Fine Prints ? Picturcs ? Books op gewezen) staat, in nagenoeg denzelfden stand ten opzichte der Vijzelstraat, een huis van verwante com positie, waarvan de ingang eveneens door twee kolom men geflankeerd wordt. Deze zijn echter van hard steen en kleiner en gedrongener van proportie; evenals trouwens de geheele gevel dat is; hetgeen veroorzaakt, dat dit perceel lang niet den statigen indruk maakt van het eerstgenoemde. De TWn achter hel huis De reeds onmiddellijk »a het bekend worden van Dr. van Aalst's magnifieke schenking in de dagbladen vermelde uitvoerige historische bijzonderheden nopens dit perceel, ontslaan ons van de taak, deze hier nog maals te vermelden. DE VOORCEVEL Mogen we alleen nog even de aandacht vragen voor den achter dit huis zich bevindenden grooten tuin, een tuin van een uitgestrektheid als weinigen achter onze grachtenhuizen vermoeden zouden. Want het zal vermoedelijk lang niet allen lezers bekend zijn, dat zich in het hart van Amsterdam aehter de voor name huizen der hoofdgrachten ook nog heden be langrijke tuinoppervlakten uitstrekken. Oorspron kelijk hadeik huis langs de grachten zijn achtertuin; tuinen natuurlijk, al naarmate van de diepte der perceelen, van verschillende grootte. Die tusschen de Meeren- en Keizersgrachten zijn daarvan verreweg de voornaamste en regelmatigste. Hun diepte blijft over hun geheele lengte tamelijk wel dezelfde en be draagt ongeveer 5!) Meter over een afstand van niet minder dan bijna 3 K.M. Jammer genoeg echter zijn deze binnentuinen in den loop der eeuwen op de meeste plaatsen door de oprichting van allerlei bij-, aan- en tusschenbouwen verminkt; en dit vee! erger nog dan de perceelen zelf waartoe zij behooren. Door deze bijgebouwen werd hun samenhang ver broken en het oorspronkelijk vrije door- en overzicht geheel verstoord. Oorspronkelijk werd bij den aanleg der hoofdgrachten omstreeks het begin der 17de eeuw zeer terecht een bouwverordening in 't bven geroepen, waarbij dergelijke uitbouwsels verboden waren. Doch door onvoldoend toezicht blijkt aan dit verbod in later tijden slecht de hand te zijn gehouden; althans verschillende eigenaren stoorden er zich niet aan, met op den duur het bovengenoemd betreurens waardig gevolg van algeheele versnippering en ver nieling. De door onzen vroegeren Burgemeester Teilegen, bij den aanvang van zijn directeurschap van Bouw- en Woningtoezicht, saamgestelde nieuwe Bouwverorde ning droeg er wederom zorg voor, de achtergevelrooilijnen der huizen wettelijk vast te stellen; een uit stekende, bijna voor 20 jaar geleden reeds uitgevoerde maatregel, waardoor sindsdien zeer veel verdere ver minking der tuinen achter de huizen onzer stad voorkomen werd. Doch niettegenstaande deze vroegere verminkin gen op groote schaal, bleven achter de voornaamste oude huizen, en voornaamlijk achter die der Heeren en Keizersgrachten, nog prachtige tuin-complexen over. Deze tuinen zien er tegenwoordig echter geheel anders uit dan vroeger. Verreweg de meeste verloren hun oorspronklijk karakter geheel, daar zij, evenals de interieurs der huizen waartoe zij behooren, aan de steeds wisselende mode sterk onderhevig waren. Was hun aanleg oorspronklijk volkomen in harmo nie met de gebouwen, later was er van deze harmonie niets meer te bespeuren. Is het al moeilijk, een geheel ongeschonden vertrek in onze 17de en 18de-eeuwsche woningen aan te wijzen, veel moeilijker nog blijkt het. een oorspronklijken tuinaanleg te ontdekken. En dat is immers natuurlijk. Hoe spoedig en met hoe betreklijk weinig kosten is een dergelijke aanleg niet ver anderd ! Doch, om op den tuin achter de toekomstige burge meesterswoning terug te komen: na de restauratie dezer woning, welke in opdracht van den toenmaligen president der Ned. Handel Mij., oud-minister J. T. Cremer, plaats had, bleek het wenschlijk, den gehavenden tuin eveneens onderhanden te nemen. Er is toen naar gestreefd den nieuwen aanleg in harmonie te brengen met het statige, doch allerminst doodsche karakter van het gebouw; dit echter zonder daarbij in de soms onnatuurlijke gemaniereerdheid der oudHollandsche tuinkunst te vervallen. In hoever ondergeteekende daar toen in geslaagd is, moge uit bij gaande afbeeldingen blijken. (De geschoren caricaturen op den voorgrond moeten daarbij weggedacht worden !). a CORSETIÈRE E KEIZERSGRACHT jj2 AMSTERDAM JTELEF. 37151 Ia"?~ Ir^ ATELIEBWODBBEF&BATÏN IN DENMAAG ELFDEN VRIJDAG MOTELCENTRAL

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl