De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 9 oktober pagina 3

9 oktober 1926 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND EÉN WENDING IN DE INTERNATIONALE POLITIEK DOOR DR. JAN ROMEIN II Jaurés' profetie De achtergrond van Thoiry Frankrijk's financiën en zijn buiienlandsche politiek T> EEDS in 1887, toen hij zelfs nog geen lid der -"? partij was wier leider hij later zou worden, verhief Jean Jaurès :Zijn waarschuwende .sterti tegen de Fransen-Russische toenadering, waarop men destijds ? ?van beide zijden aanstuurde ajs tegenzet tegen Bistnarck's systeem van allfantiën." De toenadering zou op een entente, de entente op een oorlog uitloopen en wel, voorspelde hij, op een oorlog over den Balkan, "waarin Frankrijk, xlank zij zijn verbond met Rusland, ? onvermijdelijk zou worden betrokken. Toen in Janu ari 1913 Pointarépresident werd, waarschuwde de socialistische leider, die misschien de eenige waarlijk groote politicus geweest is, die de Derde Republiek tot nog toe heeft gekend, opnieuw; en men weet, hoe hij in H914 nog juist den tijd gehad heeft te -ervaren, dat zijn Cassandra-voorspelling in ver hulling was gegaan, vóór moordenaarshanden zijn .helder inzicht voor altijd doofden. Het" klinkt wellicht paradoxaal, maar wij hebben -aan die voorspelling van Jaurés en van anderen, ook Isier tei lande, die zijn inzichten deelden moeten ?denken bij de huidige Fransch-Duitsche toenadering, ?'jlie gelijk bekend, haar voorloopige bekroning heeft ,'gevonden in de reeds befaamde bespreking van Thoiry. Niet in dien zin, als zou een oorlog met Frankrijk en Duitschland aan den nen en een ?combinatie van andere mogendheden aan den anderen kant daardoor plotseling tot een zij het toekomstige waarschijnlijkheid of zelfs maar -moge lijkheid zijn geworden, maar wel in dien zin dan toch, -dat de Jierinnering aan Jaurés' zoe treffend uitge komen voorspelling ons er voor behoedt de hoop'te koesteren,,dat in een dergelijke toenadering op zich zelf ook maar eenige garantie voor den vrede zou iijn gelegen. Beter dan juichkreten aan te heffen, die morgen misschien weer voor vervloekingen moeten wijken, Js het te trachten tot een oordeel over de buitenland«che politiek van beide landen te komen, hoezeer de beiderzijds betrachte geheimzinnigheid dit ook verzwaart. Hoe kort is het nog geleden, maar hoe lang lijkt het, dat de openbare diplomatie ons werd beloofd! Niet alleen is de geheime, diplomatie als te voren weer troef, maar men kan zelfs zeggen, <lat het doordringen tot wat er eigenlijk gebeurt -en waar het eigenlijk om gaat tegenwoordig door den schijn van mededeelzaamheid nog meer bemoei lijkt wordt dan door het volstrekte zwijgen van vroe;ger. Toch is van de factoren, die de Fransch-Duitsche toenadering hebben bewerkt, wel iets te zien. Duitschiland's politiek bezagen wij in een vorig artikel 1) en Thoiry is van die wending slechts de logische voort zetting. Uit zijn toetreding tot den Volkenbond ;gekocht door den zwaren arbeid en de geringe be paling der Duitsche arbeidenden, die de uitvoering ?der Dawes-reg:ling hebben mogelijk gemaakt heeft Duitschland de consekwenties getrokken: -opheffing van de bezetting de derde zone zou volgens het verdrag van Versailles pas in 1935 zijn ?ontruimd terugkeer van het Saargebied tot Duitsch land zonder de bij het vredesverdrag bepaalde volksstemming afschaffing van de militaire conir*le, verwerving van koloniën of althans mandaten. En men hoeft geen genie te zijn, om de lijn van eischen ?der Duitsche buitenlandsche politiek pok verder uit -te stippelen: herziening der grenzen in het Oosten, Dantzig en de Silezische mijnen en misschien zelfs ?samenvoeging met het nog altijd niet levensvatbare Oostenrijk, om den Duitschen stam" in n staat saam te vatten. Een politiek van invloed in MiddenEuropa, economisch gesteund o.a. door de aansluiting der Oostenrijksche, Hongaarsche, Tsjechische, Roemeensche en Joego-Slavische metaalindustrie bij het internationale ijzercartel, dat nu de vorige week zijn beslag gekregen heeft, doordat Belgiëzijn bezwaren opgaf. Tegenover deze groote resultaten is het incident op den beruchten bieravond' te Qenève van geen belang, dan alleen voor de psychologie van den Duitschen staatsman in het algemeen, die maakt, Klat zelfs een glad heer als Stresemann op het meest ongeschikte oogenblik ontactisch wordt. Veel minder duidelijk is Frankrijk's buiten landsche politiek op het eerste gezicht. Bepaalt men zich ter beoordeeling daarvan tot wat de officieele mededeelingen en de commentaren van de pers daarop behelzen, dan zal men den sleutel, vreezen wij, niet vinden. De redevoeringen van Poincaréte Saint-Germain en Laye voor de oudstrijders ?en te Bar-le-Duc, zijn geboorteplaats, respectievelijk «p 26 en 27 September, muntten te dien opzichte, DE HEER DUYMAER VAN TWIST WENSCHT HET GEARMD FIETSEN TE VERBIEDEN Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek EN IK ZAL NIET RUSTEN VOOR OOK HET GEARMD WANDELEN IS VERBODEN!" zooals een ieder zal zijn opgevallen uit door vaag heid. En de Fransche minister-president was de eenige niet, die angstvallig vermeed verband te leggen tusschen Frankrijk's toenadering tot den erfvijand" en Frankrijk's finantieele positie, en toch kan het niet anders, of we moeten daarin den sleutel zoeken voor het raadsel van Thoiry". De Fransche financiën en iets anders was ook niet te verwachten zijn nog altijd deerlijk in de war. De vlottende schuld is nog niet geconsolideerd. De . Bérenger-Mellon-overeenkomst aangaande de schuldregeling met Amerika is nog evenmin gerati ficeerd als die van Churchill-Caillaux betreffende die met Engeland. De franc, waarvan er in het begin van September 160 in een pond gingen, noteerde op het eind ervan weer 177.70. Het algemeene indexcijfer bedroeg eind Augustus 785, tegenover 754 in Juni, 702 in Mei en 569 eind Augustus 1925. De uitgaven voor Marokko en Syriëgaan door, zij het in verminderden omvang. En de herfst met zijn altijd zware crediet-eischen staat voor de deur. December is niet ver meer af, wanneer de ingevoerde graan- en kolenmassa's betaald moeten worden; graan, waarvan Frankrijk slechts 70 millioen ton geproduceerd heeft, tegenover de 90 millioen die het verbruikt. Het zijn stellig wel, ondanks alle officieele negatie, deze stormen-op-til, die Briand te Genève en Thoiry zijn hartelijkheid inbliezen, zoo goed als het deze zelfde komende stormen geweest zullen zijn, die bij Poincaréen de.andere conservatieve ministers hun heele verleden en al hun dure eeden hebben wegge blazen, toen zij zich achter Briand stelden om diens politiek te steunen. Aan geruchten van tweedracht in het ministerie te dien opzichte, door de pers van het overleden linksche cartel verspreid, moet men daarom geen waarde hechten. Jammer, maar waar, dat echter ook in financieel opzicht de eventueele resultaten van Thoiry over dreven schijnen te zijn. voorgesteld. Als tegenpres tatie voor de inwilliging van zijn eischen in zake de ontruiming van het bezette gebied en de teruggave van het Saar-gebied zou naar verluidt Duitsch land hebben aangeboden de zgn. comtnercialisatie of mobiliseering van een gedeelte der Duitsche spoor wegobligaties, d.w.z. het zou beloofd hebben l milliard 200 millioen mark aan deze obligaties uit te geven. Van het daarvoor in Amerika opgenomen geld zou 52 pCt. aan Frankrijk toekomen de rest aan de andere geallieerden hetgeen, bij een emis sie-koers van 90 pCt. niet te laag geschat bij een rente van 5 pCt. Frankrijk een 500 millioen mark zou opleveren. Ook wanneer men daarbij de 250 a 300 millioen mark voegt, die Duitschland bereid zegt te zijn te betalen voor den terugkoop der Saar-mijnen, is dit bedrag de tegenwoordige verhoudingen in aanmerking genomen zóó be trekkelijk onaanzienlijk, dat het ons inziens in de allereerste plaats bewijst, hoe moeilijk Frankrijk er financieel inderdaad voorstaat. Want waarom anders geeft het zoo groote politieke voordeelen prijs voor een zoo betrekkelijk gering bedrag, dat het bovendien vreesde men niet den uitslag der ratificatie van de schulden-overeenkomst met Amerika van Amerika zou hebben kunnen leenen, zonder eenige politieke tegenpraestatie? En dat, terwijl de eenige garantie tegen Duitschland's politiek opnieuw op den voor grond treedt is gelegen in de introductie van Frank rijk's vazallen in den Volkenbondsraad. Frankrijk vreest Amerika, Frankrijk vreest Enge land. Het vreest, in zijn financieelen nood, hun fi nantieele overheersching. Daarom heeft het zich tot Duitschland gewend. Thoiry is, zoo geen wanhoops- dan toch geldnoodspolitiek. Het wojdt steeds duidelijker: bij de reeks voorbeelden, die de wereld geschiedenis heeft aan te wijzen van overwinnaars, die aan hun overwinning zijn te gronde gegaan, dreigt Frankrijk een nieuw, een sprekend voorbeeld te zullen moeten toevoegen. 1) 28 Aug. jl. Kunstzaal VAN LIER naast het Po*! kantoor te Laren (N.-H.) ANTIQUITEITEN OOSTERSCHE KUNST SCHILDERIJEN NEGERPLASTIEK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl