De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 9 oktober pagina 6

9 oktober 1926 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2575 BIJKOMSTIGHEDEN DOOR ANNIE SALOMONS s ?' w 1^'~ ' CCXXXVIII 'T1 OT nu toe had de naam Atjeh" ??? geen andere begrippen-associatie mij opgeroepen, dan de herinnering aan een kaulauniaal", die smakelijk over den oorlog tegen de Atjineezen" kon zitten vertellen, en het zorgeloos fWreedaardige lied, dat Toekoe Oemar" hangen moest. Maar nooit was ik zóó blij geweest, dat de\onzen" het, vechtende en pacificeerende, behouden hadden, als dien zonnigen Zondagmiddag, toen we de grens van het departement van de Oostkust waren overgereden, en langs de wegen, die in het midden met gras waren begroeid, naar het strand aan de straat van Malakka koersten, waar onze eerste halte zou zijn. Atjeh is een ideaal land om vacantie te houden. Je hoeft er je niet te geneeren, dat je niets uitvoert, want de inwoners lijken zelf de kunst van luieren uitstjekend te verstaan; telkens zien we _ langs den Weg een op palen opgetrokken, ? aan alle kanten open afdak, dat als . sociëteit dienst schijnt te doen, waar de mannen liggen te rooken, waar ide vrouwen een kind, zitten te troetelen, en dat mij, om een onnaspeurlijke reden, aan de koepels van onze achttiendeeuwsche patriciërs doet denken. Het is ontegenzeggelijk de duivel, die me tot deze gedachten-capriolen verleidt; want de deftige heeren zou het tot in hun graf verontrusten, wanneer ze wisten, dat er «en paralel werd getrokken tusschen hun «eerbiedwaardige gedegenheid en deze -aruite, onmaatschappelijke slampampers. Natuurlijk wil ik niet beweren, dat ./een Atjeher nooit werkt; als er rijst geplant moet worden, of als er een dijk.breuk is, Weet hij Wel degelijk de handen uit de" mouwen te steken (welk beeld eenigszins onwezenlijk is, omdat hij veelal geen mouwen aan heeft!) Maar ze zijn niet in de Westersche dwaling 'Vervallen, dat arbeid de noodzakelijke vulling is van iederen dag, ook als je nog niet ziet, dat er onmiddellijk iets mis zou gaan, wanneer je het naliet. "Wat zouden ze zich druk maken? Ze 'hebben zoo weinig behoeften: hun sobere, armelijke huis, een handvol rijst, een sirih pruim. De jongetjes loopen er naakt, met niets dan een kettinkje om hun hals, soms met een paar tijgertanden; zeker om heel sterk te worden. Den openbaren weg gebrui ken ze als hun droogschuur; daar liggen de halve cocosnoten uitgespreid op den grond om er copra van te maken; daar drogen ze hun rijst en hun pinangnoten; zelf wandelen ze bij voorkeur langs den spoorbaan, omdat daar toch maar twee keer per dag een treintje langs komt, maar een automobilist, die deze ge woonte niet volgen kan, dreigt telkens een oogst te verwoesten. Wie zich helaas, helaas, ook aan den openbaren weg houden, dat zijn de koeien, dékalfjes, de buffels, bokken en geiten, een enkel mager schaap met lammetjes en een heel enkel paard. Toen We nog thuis waren, had men ons als grap verteld, dat er een machthebber was geweest, die, voordat hij in Atjeh op tournee ging, altijd bevel gaf alle vee van den weg te drijven, opdat hij vrije lijk zou kunnen doorrijden; maar .dien middag, iedere minuut toeterende en inhoudende om een bruin gevlekt geitje te sparen, om een geagiteerde koe ge legenheid te geven eerst rechts en dan links uit te wijken en daarna op een wiebelend draf je nog 's een twintig meter voor ons uit te rennen, hebben we honderdmaal gewenscht ook de macht te hebben een oekase uit te vaardigen, dat dien dag de groote weg niet als weideplaats mocht worden gebruikt. Ze zullen het ons op school wel hebben geleerd, dat de Atjehers een veeteelend volk zijn. Het feit lag zoo geheel buiten m'n belangstellingssfeer, dat ik zelfs geen spoor van deze les in mijn hersens heb kunnen terugvinden. Maar nu weet ik het tot het eind van m'n leven: ze hebben bont gevlekte koeien ossen met een grooten knobbel op hun rug, en eindeloos veel buffels, grijs als olifanten, die er nog vuiler uitzien dan hun natuurkleur is, doordat ze telkens een mp^derbad gaan nemen, om zich eenigszins tegen de muskieten te beveiligen. Ze zijn log en traag in hun bewegingen, en daarom treft het telkens weer hen samen te zien met de blinkend blanke, slanke reigers, die zich op hun breede ruggen zetten, en de insecten van hen wegpikken, of met hen mee wandelen door de wei, in de hoop, dat hun zware pooten wel eens een kikker of een andere levende versnapering zullen opjagen. Na ach't uur rijden, schieten we de schaduw van een tjimara laan in, en hij zegt onmiddellijk: ,,Nu zul je gauw de zee zien, want we zijn er bijna.... Overal waar tjimara's zijn, is garnizoen of is tenminste garnizoen geweest.... Onze soldaten blijken een groote voor keur te hebben voor deze boomen.... Ze hebben ze overal geplant." Omdat ze lijken op onze dennen, philosopheer ik voor mezelf; omdat ze in den verre vreemde, dag aan dag in levensgevaar tusschen de vijandige be volking, een stukje veilig vaderland wilden scheppen Dan staan we aan de blauwe zee, waarop lustige prauwtjes zeilen. Nu het rumoer van den motor stil is geworden, duizelt het ons wel een beetje en de aarde schijnt niet vast te liggen. De huizen van de kleine stad staan in het laaiende middaglicht strak van ver veling; het verlaten, vervallen hotel schaft ons, uit blikken, echt Hollandsche erwtensoep en echt Hollandsche zuur kool met spek. We denken aan een lekkeren vriesdag, zooals bij deze spijzen behoort, maar we kunnen onzen zakdoek bijna niet neerleggen, zoo voortdurend moeten we ons gezicht afvegen. Maar nu is de weg tot de koelte al half verslonden. Laten we maar gauw verder gassen. KLEINE MEUBELEN IN EIKENHOUT- PRIMA UITGEVOERD- IN ELKE GEWENSCHTE KLEUR ONTWERP W.PENAAT LIBERTYAGENCY N I E U'W E DRUKKEN Dr. Is. VAN DIJK, Gezamenlijke Geschriften. Tweede Druk. Groningen, P. Noordhoff. Bij het aftreden van Prof. Dr. Is. van Dijk, in 1917, bood een com missie uit oud-leerlingen en leerlingen den scheidenden hoogleeraar een com plete uitgave, in bundels gerangschikt, van al hetgeen hij had geschreven. Van deze uitgave in vier deelen verscheen thans een tweede druk bij P. Noordhoff te Groningen. ~In den Winter .»,«*. De Zomer in Uw huis" MET HET NIEUWE SYSTEEM CENTRALE VERWARMING SIERLIJKE RADIATOREN - DE KACHEL EEN VULKACHEL Vele honderden referenties - Vraagt onze brochure HERINGA & WUTHRICH - Haarlem Tel. 11966 - Den Haag Tel. R. 410 - Amsterdam Tel. 31313.1 -? ONZE NIEUWE PRIJZEN ZIJN: 15 Cent 40 Cent 60 Cent If TE OO/TERBEEK ERT WOON INPKHTINdEN EN VEB/IERIN(iEN Spoor's Mosterd W. A. Spoor Jr., Culemborcf. ClichcV Van Leer Amsterdam OVERHEMDEN NAAR MAAT FR. SINEMUS 20 Leidschestraat 22 - Amsterdam N. V. PAERELS JMeubileering~Mjj. AMSTERDAM C O MPLE TE Meubileering JB eéimmeringen Rokin 128, Tel. 44541 UW MOOIE ONOERKLEEDING moet er helder en frisch uitzien en soepel blijven, DE PELIKAAN" teGouda behandelt Uw wasch op speciale, onscha delijke manier. MEER DAN 100 JARIGE REPUTATIE Vraagt eens om onze prijscourant No. 16 v.VOLLENHOVEN 'S STOUT

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl