De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 16 oktober pagina 23

16 oktober 1926 – pagina 23

Dit is een ingescande tekst.

No. 2576 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 23 DE SLACHTOFFERS DER CARICATUUR DOOR MR. M. KANN GE hebt het mis. Heusch, ge hebt het mis! Er zijn er veel meer dan ge denkt slachtoffers der caricatuur. En heel andere zijn het. John Buil en Marianne, de door zijn zetel gezakte Spaansche Generaal, Michel met zijn slaapmuts en verdere Excellenties, zij trekken zich er niets van aan, deze aangekleede Hoofden van Jut, waarop iederen Zaterdag de slagen van ónze weekbladen neerbeuken. Het beroert hen niet. Het laat ze koud, ijskoud. Hoogstens strijken ze, echte of onechte exellenties, de gratis-reclame op maar ook daarvoor ver trekken ze geen spier van hun gezicht. Neen, laat hen er stil van profiteeren. En wat vreugde is daar al niet aan verbonden ! Le plaisir de se voir impriméis ni/ds, maar dan ook heelemaal niets vergeleken bij het pleizier jezelf voor de eerste maal in een of ander blad uitgeteekend te zien. Er zijn natuurlijk IJdelen, die zich in hun ijdelheid gekrenkt voelen en den glimlach vreezen, maar zijn die niet ijdeler, dan diegene die hun beeltenis in den spiegel der openbare meening verrukt tegemoet treden? En zijn zij dan niet hun eigen slachtoffers, reeds voordat ze zich tot slachtoffers der Caricatuur proclameeren? Als dagen op kalenderblaadjes markeeren opeen volgende caricaturen een politieke loopbaan. En de steeds dwazer attributen, waarmee de heeren worden afgebeeld, moeten 't hem doen. De arbeidersleider met een pet en zonder boord; de plattelander op klompen; de diplomaat met monocle en actentasch; de predikant in buitenmodels gekleede jas van anno Nicolaas Beets.... Wij kunnen er niet meer buiten. De attributen teekenen*de figuren als de onderscheiden poppen in een Jan Klaasenspel. Maar wat zien we nu? Niet alleen dat de caricaturist, die oolijke Jan Klaasenspeler, de attributen noodig heeft om zijn stukken te grimeeren. Ook de voorbeelden zelf, zij grimeeren zich er mee ! Laten zij het niet ontkennen al weten ze 't zelf niet. Want, onbewust of niet, de wisselwerking is er! Al sinds Terentius. Met onverschillig gebaar zal het Kamerlid een onhebbelijk prentje ter zijde leggen geen aktetasch is hem intusschen zwart-glimmend genoeg voor Oenève. De Chef der delegatie mag niet min over hem denken, laat staan buitenlandsche collega's met hun scherpe tong. Dominee, trouw geschraagd door zijn overtuigde gemeente, vecht in rechtzinnigheid onverstoorbaar voor iederen voet van zijn geestelijk terrein en knoopt zijn jas nog dichter, nog dichter dan anders. Of tracht terrein te veroveren op danslustige anders denkenden , maar zou 'hij op zoo grooten N.v.v/HF.VANDERHEIDE HILVERSUM 'SORAVELANDSCHEWEQ, TEL. 1150. VRAAGT U EENS TEEKEN INGEN EN PRIJSOPGAAF VOOR HET SMAAKVOL INRICHTEN VAN uw LANDHUIS OF VILLA. BEKNOPT PROSPECTUS FRANCO. RRAAKENSIEK AAN HET WERK Teekening voor de Groene Amsterdammer" door W. Heskes steun kunnen bogen als de gemeente, In waarheid de goê-gemeente, die stijve gekleede jas niet juist eischte? In ernst, want er is een land, waar de volksleider zijn proletarische gezindheid afficheert en afficheeren moet met boezeroen en boerenlaarzen. Het is dus niet om het plaatje en de gekke situatie dat De Prominente het slachtoffer is van de Caricatuur. Maar om die wisselwerking, die tooverkracht, die ban, die hem weer aan de gekke situatie bindt om in zijn rol van Prominente te kunnen blijven. Zoo zijn er Prominenten genoeg het slachtoffer geworden. Niet van n caricatuur, maar van de caricatuur, van die menschelijke behoefte om met uiterlijke attributen dat te willen uitbeelden wat men graag zou willen zijn. Desnoods wat men zou willen schijnen. Slachtoffers van dien ziekeh'jken hang om met blinkende uniformen en schneidige' frazen Napoleonnetje te spelen. Zeker zoo'n slachtoffer mag er eens vallen. Maar zijn dan niet de ware slachtoffers,niet die twee, drie, Prominenten, maar.... het publiek. Het Publiek dat lacht, brult en giert om al die rare Jan K'aassenattributen en er telkens weer om roept en er in vliegt? Daar ben ik, waar ik wezen wil. Want is het niet die wisselwerking, die zoo oud is als de wereld, die.... Mijn God, wat ben jij daar weer filosofisch aan het doorslaan", zegt een aardig kort-geknipt bruin hoofd, dat zich over mijn schouder buigt. Zoo is het toch altijd ! Zouden wij met korte haren rondloopen, zouden wij deze echte jongensachtige vierkante jurken aantrekken, als de bioscoop ons niet alle veertien dagen suggereerde dat het zoo hoorde? Tot er weer iemand iets anders uitvindt, uitgelachen wordt, afgebeeld en nagevolgd. En om bij de bioscoop te blijven, geloof je niet dat een heeleboel van onze gewoonten, onze kleeding, zelfs onze gedachten worden beïnvloed door de wisselwerking van het witte doek? En met de mode is het niet anders. En het is nooit anders geweest." Zoo is het. Wat nu de bioscoop ons suggereert en de schreeuwerige head-lines in de kranten, al is het Kiest den Luchtweg! HIJ IS DE KORTSTE Vliegt per K. L. M.! nog zoo als spot bedoeld, het wordt toch ook voor ernst opgenomen. Wat vroeger de Draak op de planken bracht, met den traditioneel gegrimeerden Schoft Lombroso vloog er onder anderen in ; wat vroeger de ouwerwetsche politieke prenten brachten in de ouwerwetsche bladen eert handleiding voor den poli ticus, dat brengt Braakensiek nog. Ik hoop, dat je ons allemaal nog lang tot je slacht offers zult maken. Dat we nog lang, heel lang ons zullen verbeelden dat dominees antediluviaansche jassen dragen, dragen moeten (want wel degeen die in jacquet door Amsterdam-Zuid wandelt), en dat ....maar ik zal niet al je prenten de revue laten passeeren, want daar komt toch geen eind aan. Dus lang zal je leven ! Kunsthandel D. G, SANTEE LANDWEER Heerengracht 396 Amsterdam Perm. Tentoonstelling van Schilderyen en Prenten Voornaamste Kleedinqinrichtin op elk gebied

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl