De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 23 oktober pagina 15

23 oktober 1926 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

No. 2577 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 15 .','jf DE NIEUWE CHILEENSCHE LEENING 0OOR PAUL SABEL Na vele jaren wordt voor hef salpeterland weder een beroep op onze geldmarkt gedaan T~\ E fïnancie'ele betrekkingen tusschen de Chileen?*--' sche republiek en ons land zijn niet zoo bijzonder nauw. Wij kennen hier slechts drie leeningen van Chili en wel de 5 pCt. leening van 1896, de 5 pCt. ?annuïteits-leening van 1912 en de 4J pCt. goudJeening van 1906. Na 1912 zijn hier dus geen leeningen meer aan de markt gebracht, doch thans behooren Nederlandsche bankiers onder leiding van de Neder landsche Handel-Maatschappij ook tot het consor tium, dat van de Chileensche regeering een leening, groot $ 42.500.000 heeft overgenomen. Hiervan zijn 8 30.500.000 met succes te New-York geplaatst, S 8.500.000 zijn voor plaatsing in Engeland, Zwitser land, Zweden en Canada gereserveerd, terwijl de resteerende $ 3.500.000 hier te lande ter inschrijving zijn aangeboden. Chili kennen wij voornamelijk als salpeterland, het geen natuurlijk niet zeggen wil, dat het geen andere bronnen van inkomsten zou hebben dan die uit den uitvoer van deze kunstmeststof voortvloeiende. Ook als koperproducent heeft Chili niet weinig te beteekeneo, afs landbouwexporteur minder, daar de hooge irtTands'che prijzen het daartoe in den weg staan, maar de uitvoer van salpeter blijft toch het plèce de rcsistance' in de Chileensche staathuishouding vormen. In dit opzicht nu is het met het land niet zoo gunstig gesteld. Deze kunstmeststof heeft een gevaarlijke concurrent gekregen in de stikstof uit de lucht, welker fabricatie reeds een twintigtal jaren geleden een aanvang heeft genomen, maar die toch eerst door den oorlog tot volle ontwikkeling is gekomen. Thans is de productie zoo groot, dat het monopolie van Chili. ernstig is aangetast en reeds van een crisis in den Chileenschen salpeter-handel kan gesproken worden. Reeds vroeger had zich een gevaarlijke concurrent voorgedaan in het winnen van stikstof uit steenkolen, maar het daaruit voortvloeidnde gevaar voor Chili was toch minder groot dan men eerst gevreesd had. Thans is het echter erger, zooals de crisis, waaraan de Chileensche salpeterhandel onderhevig is, duidelijk genoeg in het licht stelt. In 1925/26 bedroeg de wereld productie van stikstof als volgt: Chili 400.000 ton, de l.-G. Farbenindustrie en de Engelsche ammoniaksulfaat-trust tezamen 560.000 ton en de overige stikstofproducenten 300.000 ton. Het aandeel van Chili in de wereldproductie, dat in 1913 nog 54 pCt. be droeg, is het laatste jaar gedaald tot 32 pCt. en voor 1926/27 wordt gerekend op een aanzienlijke vermeer dering van de stikstofproductie uit lucht en steen kolen, waardoor het aandeel van Chili nog meer zou teruggaan. Door de hooge prijzen, die voor Chilisalpeter worden gevraagd, is dit product minder in staat op de wereldmarkt te concurreeren, hetgeen voor Chili een ernstig financieel nadeel beteekent. De gevolgen hiervan openbaren zich natuurlijk in de activiteit der salpeterproducenten: in Juni waren nog slechts 49 fabrieken in werking tegen 60 een maand tevoren. De productie beliep in Juli 1926 1.594.000 ton tegen 2.157.000 ton in Juli 1925 en de uitvoer van het artikel dsalde in Juli 1926 tot l .334.000 ton tegen 2.407.000 ton in Juli 1925. De begrooting voor 1927, d'ie in totaal $ 117.000.000 bedraagt, zal, naar in het prospectus wordt mede gedeeld, geheel in evenwicht aan het Congres worden voorgelegd. Voor de jaren 1922 tot 1925 bedroegen de uitgaven echte/ .£ 323.000.000, waartegenover slechts $ 282.000.OCiO aan inkomsten stonden. Welis waar is onderwijlook S 41.000.000 aan buitenlandsche schuld afgelost, maar dit neemt toch niet weg, dat de uitgaven en inkomsten elkander geenszins dekten. Een groote verbetering is, dat de groote uitgaven, ?welke de Chileensche regeering in verband met de oplossing van het Tacna- en Arica-vraagstuk te doen had thans zijn weggevallen, hetgeen een vermindering van s 300.000 per dag in de uitgaven beteekent. Toch heeft men de grootste moeite om de begrooting slui tend te maken, waartoe tal van bezuinigingsmaat regelen zijn geaomen, zooals ontslag van beambten en vermindering van salarissen ter hoogte van 20 pCt. der bestaande. Het ligt voor de hand, dat hierdoor veel beroering in de kringen der betrokkenen is gewekt. Waar de omstandigheden zoo liggen, is het begrij pelijk, dat de Chileensche regeering niet veel gevoelt voor verlaging der uitvoerrechten op salpeter, die door de salpeterproducenten met klem gevraagd wordt ten einde beter op de wereldmarkt te kunnen concurreeren. Waar deze uitvoerrechten echter de voornaamste bron van inkomsten van Chili vormen, bestaat natuurlijk slechts geringe neiging om den producenten in hun verzoek tegemoet te komen. Aan den anderen kant wijst de voortdurende vermindering van den uitvoer van salpeter erop, dat er iets moet gedaan worden, wil men zich op de wereldmarkt blijven handhaven. Er is dan ook reeds ernstig over gedacht de salpeterprijzen nog meer te verlagen, doch hierdoor zullen vermoedelijk verschillende beDE DIEREN IN HUN STILZWIJGENDE WELSPREKENDHEID IX. LEEUWIN EN WELP Teekening voor ,,de Groene Amsterdammer" door H. Versfijnen HOE DE LEEUWIN DENKT OVER DE MENSCHEN EN HET WELPJE OVER ZIJN MOEDER ,,K.om mee, kind, en vertrouw zoo niet ;: j. Die wezens op twee pooten!" ,, Hejjezzes, moeder, knauw zoo niet! t Ze benn' toch opgesloten?"" Nauw laat ze 'm los, of waglend gaat r ^ Hij weer naar 't volk. Dat lacht er. En telkens sleept z' in angst en haat, Haar welpje weer naar achter. CHARIVARIUS drijven in moeilijkheden komen en wordt de winst marge in ieder geval nog geringer. Zooals echter reeds opgemerkt staat of valt Chili niet met salpeter en heeft het ook nog andere pro ducten van uitvoer, in de eerste plaats koper. Gedu rende de eerste zeven maanden van dit jaar is de uit voer van dit metaal toegenomen tot 95.310 ton tegen 91.567 ton in de overeenkomstige periode van 1925. Minder gunstig staat het land weder ten opzichte van steenkolen en petroleum, zoodat van de zijde van belanghebbenden voor beschermende rechten op deze producten wordt geijverd ten einde buitenlandsche concurrentie te weren. De Chileensche landbouw heeft dit jaar geleden onder te sterken regenval. Men rekent dan ook op een belangrijke vermindering van den tarweoogst, daar de met tarwe bebouwde oppervlakte ten gevolge van het ongunstige weder circa 30 pCt. kleiner is dan het vorig jaar. Intusschen wordt den iaatsten tijd veel aandacht aan de ontwikkeling van den landbouw des lands gewijd, daar men inziet dat het land in de toekomst hieraan vee! moet ontleenen om als tegen wicht te dienen voor den achteruitgang van den -salpeter-uitvoer. Vooral in het Zuiden van Chili liggen nog onmetelijke terreinen braak, die er op wachten productief te worden gemaakt. De regeering heeft met het oog hierop een bedrag van 50.000 Pesos uitgetrokken om de immigratie te bevorderen. Al is dit bedrag op zich zelf natuurlijk gering, zoo kan men er toch een vingerwijzing in zien, welken weg de re geering uit wil en waar thans in andere wereldstreken de immigratie veelal sterk belemmerd wordt, is het niet van belang ontbloot althans hier een gebied te weten, waar men buitenlandsche landbouwers nog gaarne ziet en ontvangt. Chili heeft de laatste jaren geregeld een actieve handelsbalans gehad. In de laatste zes jaar overtrof de uitvoer den invoer gemiddeld met S 69.000.000. Alhoewel Chili natuurlijk groote bedragen naar het buitenland heeft over te maken voor den dienst zijner leeningen, zoo was het in een land met zulk een gun stige handelsbalans uiteraard wel mogelijk een stabi liseering van den wisselkoers, die ook hier sterk ge leden had, te bereiken. Een Amerikaansche commissie onder leiding van den bekenden Prof. Kemmerer, die ook tot de oplossing der monetaire vraagstukken van Zuid-Afrika en Columbia heeft medegewerkt en zich eveneens met die van Ecuador bemoeit, heeft zich belast met de saneering der Chileensche staatsfinanciën en de stabilisatie van den wisselkoers. De peso beweegt zich thans reeds eenigen tijd op een koers van circa / 0.30 (tegenover een goudpariteit van /0.91). Thans is men overgegaan tot uitgifte van een 6 pCt. buitenlandsche sinking t'und leening,groot S 42.000.000 die weliswaar geen bepaald onderpand heeft, maar waaromtrent de Chileensche regeering zich toch verbonden heett, dat, indien de republiek leeningen met bepaald onderpand zal uitgeven, de nieuwe 6 pCt. leening in die zekerheden toch proportioneel zal deeien. De opbrengst der leening dient voor sanitaire doeleinden en voor aflossing van binnenlandsche en vlottende schulden, zoodat op het einde des jaars alle vlottende schuld zal zijn afgelost. ,, De leening wordt uitgegeven tot den koers van 93 1/4 pCt., zoodat het rendement wel ruim is. Ge/ien echter de voorwaarden, waarop verschillende prima Duitsche leeningen zijn uitgegeven, kan het rendement nu niet zoo buitengewoon hoog worden genoemd, waar aan het bezit dezer obligatien toch ook eenig risico kleeft. P. te M. U kunt gerust blijven houden. De teruggang is alleen een gevolg van markttechnische factoren. Kunstzaal VAN LIER naast het Powtkaiitoor te Laren (>.-H.) ANTIQUITEITEN OOSTERSCHE KUNST SCHILDERIJEN NEGERPLASTIEK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl