De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 30 oktober pagina 6

30 oktober 1926 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

'njn Ty*.* 3DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEÖERLAND Nö. 2578 BO EKBËSPR EK IN G D. f h. Jaarsma. Het verloren Huis (Thiss IV) en De Qroote Twijfel (Thiss V), Amsterdam P. N. van Kampen en zoon (beide zonder Jaar). Dr. P. J. Enk, Latijnsche Letterkunde (Antieke Cultuur II) J. B. Wolters, Grmlngen-Den Haag, 1926. Het is wel zeer bijzonder werk, dat van Jaarsma. En n grootsche en gewaagde onderneming. Wie leest thans nog een roman in twaalf deelen! Dat ging jn de kalme statigheid van het 18e-eeuwsche intieme leven. Maar thans onder de brandende jacht der tijden? Dat ging met een Rougpn-Macquart-cyclus, waar men een willekeurig deel uit grijpen kan en altijd een aangrijpend geheel treft. Maar Thiss zal men deel voor deel, nummer na nummer moeten doorlezen. Dan moet een machtig talent den lezer in den ban zijner ontroering kunnen houden. Zal Jaarsma dit kunnen bereiken? Ik heb wel het vermoeden, dat het hem ge lukken zal bij velen die in stille bezinning schoonheid kunnen genieten. Hij schrijft goed, iedere bladzij heeft haar eigen persoonlijke charme. Hij houdt den lezer gevangen in zijn krachtig teekeneride volzinnen, zijn soms abrupte uitbeeldselen van wat er woelt en werkt. Hij houdt zijn verhaal op toon, is rij k in de schildering van de natuur, in de fijne ontleding van sentimenten, in de zuiverheid en natuurlijkheid van zijn dialoog, het vast en gevoelig aangeven der bijzondere situaties. Scjterp Houdt hij er de Friesche mentaliteit in voor zoover ik die in de verte bij intuïtie raden mag. De grondtoon van Het verloren huis is: De jeugd, ofschoon zij worstelt, dwaalt. Zij trekt te klein den kring des levens. Ongetemd is het vuur, maar nauw «Ie horizon van haar hart. Wilde stroomen trekken ?de ongeleide verlangens en zij vergaan op barre kusten wie is de God die haar van den ondergang ;redt? Zij dobbert, kommerloos uitgezeitd in de broze huik van haar verlangen, her en der op de ongewi'sheden van den oceaan des levens en het is haar -aanbiddelijk talen zoowel als haar aanbiddelijke glorie. Want zie, haar schip is zonder roer." Tiny sterft. Hoe voortreffelijk gedaan is bijv. de :feis van haar vader en Thiss naar het sanatorium,de leuterende gesprekken in de tram, de manier waarop ?de dokter hun het geval vertelt; de diepe verslagen heid bij Thiss. En dan: De oude illusie van zijn verbleekte jeugd; een voorbeeldig aardsch leven hoe was het hem ingeprent, hoe had hij er zelf in geloofd als in de eenige behoudenis! een voorbeeldig aardsch leven, een ongeschokt geloof, en de eeuwige zaligheid, dóór het geloof, in het wenkend hierna maals.... hij voelde dat het uit hem weg was, niet meer in hem leefde. Hij had zich verhard. Hij had geleden." En zoo stort hij zich dan in de vuilheid van het platte, lage leven daar op dat eenzame dorp in zijn bittere verlatenheid. De mooie toewijding van Siep, haar angst voor zijn heil, hij voelt ze nauwelijks, als iets waar hij gevend tegenover kon staan. De dood van oom Jacob brengt hem in een andere sfeer. Hij doet de boerderij aan kant en leeft voorloopig bij tante. Het grondidee van het vijfde .deel is: Het leven in hem was nog niet weder opgestaan, hij was nog maar duister doorruischt en doorsidderd van reno vatie voorzeggenden wind, als de wereld in grijze lentenachten." En dit: Gelijk de eenzaamheid ledig bleef, yond hij pok overal een te kort in de menschen, niets en niemand kon hem bevredigen. Plotseling kon hij zich dat bewust worden, dan schrok hij hevig. Stond hij alleen? Had hij den rechten weg gemist?" Het milieu ligt bij den typischen ouden school meester aan het wijde meer, die met zijn bijbelspreu ken, zijn rumoerige, goedmoedige grappenmakerij zijn eigen levensleed tracht weg te werken. En daar is dan ook die nieuwe liefde, Cisca, het nichtje uit Den Haag. Ook die Cisca blijft ais Tiny voor mij wat KLEINE MEUBELEN IN EIKENHOUT- PRIMA UITGEVOERD- IN ELKE GEWENSCHTE KLEUR ONTWERP W.PENAAT ?sr WITTT/l^O "s? j;:;; , M 11 1 AU W~ --:?-. LIBERTY AGENCY schimachtig. Van het eerste pogenblik dat Thiss haar ziet, bindt ze zijn persoonlijkheid, hanteert ze zijn denken en voelen, broeit zijn geest over haar. Opperr vlakkig gezien heeft Thiss het wel wat gauw te pakken. Wij menschen, die er nuchter voor staan, vragen ons misschien af: wat ziet zoo'n fiksche jonge kerel, rijk van ziel en van diepe gepeinzen in zoo'n doodgewoon kind als Cisca, die zich aan haar Duitschen ingenieur verslingert. En toch zijn de verhoudingen waarschijnlijk in den juisten toon en kleur opzettelijk zóó aangegeven. Dit is het onzekere zoeken, het rusteloos grijpen naar de oneindige zaligheid, de vaste rust in het leven bij dezen Thiss met zijn feilen levensdrift, zijn bettoefte aan evenwicht en vastheid, zijn speuren naar de zuivere sfeer van stralend, koesterend licht om zijne ziel. Hij is nog de stuurloos zoekende, die het overal en telkens denkt te vinden. In zijn hart, diep in zijn hart, had hij haar waarlijk gezien. Hij droomde dat. Zoonis wij allen doen. En wanen en droomen, als het geluk aan ons voorDij gaat, en in ons hart den twijfel wekt, of wel dit leven levenswaard is. En wij toch mochten gelooven, omdat wij wanen te hebben gezien." Dit is het slotwoord van dit deel en teekent de gansche situatie van het geval-Thiss in deze periode van zijn leven. Een droombeeld mag vaag zijn. Het loopt mis met den nieuwen droom, ook na de oude Eneas-Dido-scène in de grot, die zich hier onder een zeil in den storm bij het meer afspeelt. Als Fneas volgt ook Cisca den weg, dien de goden vo >r haar bestemd hebben. Al heb ook ik indertijd mijn Caesar en Cicero, mijn Virgilius en Horatius gelezen en genoten, al koester ik mij ook thans nog wel eens in de luchtige, onbe zorgde levensvreugde van den laatste, in de speelsche gratie van zijn woord, toch sta ik als leek tegenover het populaire boekje van Dr. Enk, in zooverre, dat het buiten mijn competentie valt na te gaan, of de auteur wel alles naar den laatsten stand der weten schap" heeft meegedeeld. Maar daarvoor is zijn naam wel borg. Toch wil ik over dit werkje wel even wat zeggen. De schrijver heef! getracht een leesboek te maken, dat zich behalve tot de leerlingen der hoogste klassen onzer Gymnasia en Lycea, tot allen richt, die de groote schrijvers van 't Oude Rome willen leeren kennen." De bedoeling is goed, maar men leert geen schrijvers kennen uit een litteratuurboekje, doch uit hun werk zelf en dan liefst in de oorspronkelijke taal. Een litte ratuurgeschiedenis kan een overzicht geven van dat reeds grootendeels vooraf uit eigen lectuur bekende werk in zijn geheel, kan het leeren zien in verband met dat van anderen, het in zijn wording verklaren enz. Wanneer Dr. Enk met de laatste categorie, waarvoor hij zijn boekje bestemt, niet klassiek-gevormden bedoelt, zaïdat kennen toch we! zeer bijzonder aan de oppervlakte blijven. Maar nog eens hij bedoelt het goed, en ook ik zie zijn werk graag in de handen van die niet kla..siek-gevormden. Al die zeer velen, die het gezegende voorrecht misten de voornaamste Latijnsche auteurs in het oorspronkelijke te leeren lezen, moeten voor hun algemeene ontwikkeling, voor hun begrip van de latere West-Europeesche litteratuur, voor het inzicht van onze eigen letterkunde toch wat weten van Virgilius, Cicero, Horatius, Ovidius, Seneca en anderen en voora! van den hoofd-inhoud van hun werk. Tot een werkelijk kennen zullen ze het nimmer brengen, zelfs al lazen zij die auteurs ook in de beste vertalingen. Om den zoodanigen de alleronmisbaarste uiterlijke feitenkennis te geven is dit boekje, behalve als leesboek op het gymnasium, zeer geschikt. Ik denk in het bijzonder aan onderwijzers, waarin wat litteraire studielust zit. Ik heb er ontmoet, die onder de mischien al te milde zegeningen der overgangsbepalingen van het nieuwe instituut al een heel eind op weg waren naar de zeergeleerde waardigheid in moderne taal en litteratuur, en die bijv. van Virgilius pok niet de allerminste notie hadden, niet wisten of hij een Griek of een Romein was, niet konden gissen in welken tijd hij had geleefd, nimmer van Eneas en Dido, om daar maar eens bij te blijven, hadden gehoord enz. Onder zulke omstandigheden is alle wetenschappelijke mo derne litteratuur-studie toch een absolute onmogelijk heid. Voor zulke menschen is het boek van Dr. Enk een uitkomst, uiterst nuttige lectuur, al zullen ze hier en daar wel eens iets ontmoeten wat buiten de grenzen van hun begrip ligt. In zijn inleiding zegt dr. Enk: Men mag niet zeggen, dat het Romeinsche volk scheppingskracht op geeste lijk gebied miste. Deze uitte zich echter vooral op het gebied van den Staat en van 't Recht. Daarnaast bezaten de Romeinen in hooge mate de gave om zich aan de ideeën van andere volken aan te passen en deze gedachten in zich op te nemen. Rome nam over wat haar behaagde; maar a! het ontleende werd door den Latijnschen geest verwerkt, werd Romeinsc.h". En dit: Manlijkheid, logische opbouw, helderheid, doelbewustheid zijn dan ook voor de Romeinsche letterkundige voortbrengselen karakteristiek. De La tijnsche literatuur kent geen raadselachtige werken, die hun beroemdheid voor een deel aan hun onbegrijpelijkhüd danken." Dit hooren we als grondtoon door heel dit nuttige boekje. Het is eenvoudig, duidelijk en zakelijk in de voorstelling van de feiten. f. PRINSEN J.LZN. N. V. PAERELS M.eukileering-JMij. AMSTERDAM C O MPLE TE JïcubiLeering etimmeringen Voor groote inrichtingen, gestichten, Scheepvaart-Maatschappijen enz. behandelen wij de wasch op streng hygiënische wijze en repen bijzonder tarief. Onze meer dan 100jarifle reputatie is een waarborg voor de degelijke behandeling. De Pelikaan", Gouda Vraagt eens om onze prijscourant No. 16 E005TEPBEEK LEVEPT MEUBELEN EN VEB/IEBINCiEN Voordr. Dr. Urich Mchwebs-h, leeraar Freie Waldorfschule Stuttgart, over Das K n«tlerisehe Kiement in der Ptiiiagotclk Ruclolf Nt^iiurs Zaterd. <> Nov. 8 uur, gebouw Heystee, Heerengr. 545 Toeg.pr. f 0.75. Gebruikte 88tg. Notenrollen 50 et. per stuk. Zichtzendingen worden verstrekt. Br. Letter D., Bur. v. d. blad. EEN UITNEMEND BOEK Het oude huis door CECILE TORMAY Prijs gebonden f 1.50 Geïll.omsl. van B. VAN VLIJMEN Dit geheel fijne en zoo zeer in reine sfeer gehouden boek is een aanwinst voor de litteratuur. Hou. Revue. Uitgave van Van Holkema & Warendorf's Uitgevers-Maatsch. Amsterdam. PUROL er op l bij Brand- en Snij-r wonden, Schrammen, l Ontvellingen en aller| rei Huidverwondingen I l Het verzacht! |en geneest

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl