Historisch Archief 1877-1940
F)e Groene
<t>c_yVVeekbIad voor Nederland
W. A. URBAN
AUTOSTALLING Frankenslag 12
Handel in auto's en toebehooren
TELEFOON - 50049
SCHEVENINGËN
ONDER HOOFDREDACTIE VAN G. W. KERNRAMP
Redacteurent H. BRUGMANS EN TOP VAN RHIJN-NAEFF
Secretaris der Redactie: C. F. VAN DAM KEIZERSGRACHT 333
Uitg.: N.V. DE GROENE AMSTERDAMMER AMSTERDAM
later
TOE AND MEEL
OPGERICHT IN 1877
No. 2581
ZATERDAG 20 NOVEMBER 1926
VAN HEINDE EN VER
Wapensfilsfandsdag, Hef naderend
einde der staking in de Engelsche
kolenmijnen. De Eerste Kamer en
hef Ned.-Belg. fractaaf.
IN de redevoering, die Lord Greyof Fallodon bij
de meesten beter bekend onder zijn vroegeren naam,
Sir Edward Grey op den avond van
Wapenstilstandsdag voor de Volkenbonds-Unie te Londen
heeft gehouden, wees hij op het opmerkelijke feit, dat
de herinnering aan den wereldoorlog telken jare niet
verlevendigd wordt op den dag, waarop een groote
veldslag werd gewonnen, maar door een plechtige her
denking van het oogenblik, waarop de vijandelijk
heden werden gestaakt.
Daarin ligt zeker een aanwijzing van het verschil
tusschen de tijden van nu en die van vroeger, toen
Waterloo met veel militair vertoon werd gevierd bij
de volken, die een eind hadden gemaakt aan de dwin
gelandij van Napoleon, en Sedan werd bejubeld door
de Duitschers. De wereldoorlog wordt niet herdacht
met een spektakel, maar met een betoon van eerbied
en rouw, dat zijn ernstige beteekenis zal behou
den, zoolang het menschengesïacht leeft, dat de
gruwelen van den oorlog aan eigen ziel en lijf heeft
gevoeld. Op Wapenstilstandsdag wordt geen victorie
gekraaid, maar de menschheid, een oogenblik, tot
inkeer en bezinning gebracht, wordt zij er ook aan
herinnerd, hoe zij gesnakt heeft naar het einde van
den oorlog.
Het is waar, dat de geallieerden geen enkelen veld
slag hebben gewonnen, die zoo beslissend was voor
den uitslag als Waterloo of Sedan; de slag aan de
Marne verijdelde de hoop van de Duitschers op een
spoedig buiten gevecht stellen van Frankrijk, maar
nog vier jaren daarna hielden zij een deel van dit land
bezet; eerst sinds het midden van Juli 1918 werden zij
langzaam, maar gestadig teruggedreven, in de wor
steling, die de Franschen la bataille de France"
noemen, die vier maanden heeft geduurd, op een tel
kens nieuw strijdtooneel, zoodat de herinnering daar
aan zich niet heeft vastgehecht aan n dag, aan ne
plaats. Maar niet daarom alleen is de herdenking van
den oorlog niet gekoppeld aan een wapenfeit; de
keuze daarvoor van JWapenstilstandsdag bewijst, dat
voor het nu levende geslacht het allergrootste mo
ment uit een oorlog is: het einde daarvan.
De wapenstilstand niet de vrede van Versailles.
Toen die werd gesloten, was de wereld al ontgoocheld.
Bij den wapenstilstand was Wilson haar afgod, vleide
zij zich met de hoop, dat de toekomstige vrede zou
zijn in zijn geest, een vrede, die niet alleen aan dezen
oorlog een einde zou maken, maar voortaan eiken
oorlog zou beletten, een vrede, waarbij de volken
tevens het orgaan zouden scheppen, dat de inter
nationale samenleving zou doen beheerschen door
rede en recht. De vrede van Versailles heeft die ver
wachtingen niet vervuld; de herdenking van Ver
sailles zou voor menigeen den bitteren bijsmaak heb
ben van de herinnering aan vervlogen illusies; de
vrede, die daar gesloten werd, leek te veel op de ver
dragen uit den tijd, dien men te boven gekomen
meende te zijn, op de verdragen, die kiemen tot
nieuwe conflicten bevatten.
Tot die soort behoort ook de overeenkomst, waar
door, naar het zich thans laat aanzien, de staking in
de Engelsche kolenmijnen weldra zal zijn geëindigd;
ook al wordt zij door de meerderheid der stakers
nog verworpen, deze zullen toch straks het werk
moeten hervatten op de voorwaarden, die de over
eenkomst aangeeft.
Zij lijkt meer op een capitulatie, dan op een overeen
komst. Op schier alle punten hebben de arbeiders het
onderspit gedelfd; in de verlaging van loon of de ver
lenging van den arbeidstijd, soms in beide tegelijk,
zullen zij moeten berusten; op het stuk van een
nationale regeling der arbeidsvoorwaarden zullen zij
evenmin aan hun streng kunnen vasthouden, maar
genoegen moeten nemen met een schrale concessie.
Dezen uitslag van het conflict hebben zij te wijten
aan de halsstarrigheid van hunne leiders, die beter
voorwaarden hadden kunnen bedingen, indien zij op
het juiste oogenblik de onmogelijkheid hadden willen
inzien om de bij den aanvang der staking uitgegeven
leuzen te handhaven. Zij kunnen dien mede toe
schrijven aan de roekelooze uitroeping, in de eerste
periode van den strijd, van de algemeene werkstaking,
en aan het aanvaarden van steun uit Moskou, waar
door de solidariteit van de groote werkgevers met de
mijneigenaren werd bevorderd en de geneigdheid van
de regeering tot bemiddeling verminderde.
Desniettemin blijft het te betreuren, dat de staking
op deze wijze zal eindigen. Van de reorganisatie
der kolenindustrie, die ook naar de meening van de
door de regeering benoemde commissie alleen tot
blijvende verbetering van de toestanden kan leiden,
zal in de gegeven omstandigheden vooreerst wel bitter
weinig komen.De regeling, die voortaan zal gelden, laat
rechtmatige grieven bestaan en opent daarom niet
het vooruitzicht op vrede voor een tijdvak van
eenigen duur.
Intusschen blijft John Buil met de gebroken scher
ven zitten. Hij huivert er voor.de schade te berekenen,
die door den strijd van mijneigenaar en mijnwerker
aan zijn inboedel is toegebracht. De schaarschte van
kolen heeft den prijs van allerlei levensbehoeften zoo
zeer in de hoogte gedreven, dat het indexcijfer van
de loopende maand gestegen is tot 79 percent boven
dat van 1914, en alweer 5 meer bedraagt dan dat van
de vorige maand. Hoezeer verschillende industrieën
ten gevolge van de staking hebben geleden, blijkt
o. a. uit een bericht van de lersche Kamer voor
staalen ijzerindustrie te Londen, dat n.l. van de 60 hoog
ovens in Ierland slechts 5 de vuren hebben kunnen
aanhouden. En dit is slechts n staaltje uit vele.
Geen wonder dat er thans weder wordt gedacht
over middelen, om het land te vrijwaren voor de ge
volgen van een arbeidsconflict, dat nooit wordt uit
gevochten tusschen de daarbij betrokken partijen
alleen, maar waarbij de slagen altijd ook vallen op hen
die er buiten staan. Een lid van het Lagerhuis heeft
een ontwerp-wet ingediend, waarbij iedere staking en
uitsluiting onwettig wordt verklaard, wanneer niet
vooraf door een daartoe bevoegd lichaam onder
handelingen zijn gevoerd. De groote moeilijkheid zal
echter wel blijven, zulk een lichaam aldus samen te
stellen, dat werkgevers en werknemers bereid zijn
zich bij zijn uitspraak neer te leggen,en vooral om in
die samenstelling zooveel waarborgen voor een on
partijdige beslissing te bieden, dat de strijdvoerenden,
zonder dat het rechtsgevoel wordt gekrenkt, door de
wet kunnen worden gedwongen zich eraan te onder
werpen, als een beslissing in laatste instantie.
Zulk een uitspraak zonder hooger beroep is het
votum, dat de Tweede Kamer heeft geveld over het
INHOUD:
9.
11.
12.
13.
15.
17.
18.
19.
20.
21.
22.
24.
Prof. Dr. O. W. Kernkamp, Van heinde en ver.
S. Ritsema van Eek, De onlusten in West-Java
Mr. H. G. Koster, Indische economie.
Dr. Jan Romein, Engeland wereldrijk Joh.
Braakensiek, Het communistisch complot op Java.
Dr. E. Slijper, Engelsche Kathedralen.
Prof. Dr. H. Brugmans, Kerk en Staat L. J.
Jordaan, Naar de oplossing.
Annie Salomons, Bijkomstigheden.
Dr. Jac. P Thljsse, UU de Natuur C. van
Wessem, Muziek.
Red. Elis. M. Rogge, Voor Vrouwen.
J. Ornstein-Hoofien, De Joodsche Vrouwenraad
Carry van Bruggen, Grepen.
Wybo Meyer, Adamson.
A. Plasschaert, Schilderkunst Otto van
Tussenbroek, Toegepaste Kunst.
H. K. Teune, Oude Amsterd. schouwburgen.
Paul Sabel. Financiën George v. Raemdonck,
November Charivarius, Charivaria.
Willem van Doorn, Nieuwe Engelsche boeken
Wybo Meyer, Aanplakbiljetten.
Vit het Kladschrift van Jantje Charivarius,
Geschiedenis des Vaderlands.
Cel 2, Telefoontje A. Plasschaert, Schilder
kunst H. Schol te, Comoedia.
Barbarossa, Uit den Gemeenteraad, met teeken.
door B. van Vlijmen.
Dr. W. van Bemmelen, Wonderl. geschiedenis
sen der stof, met teekeningen door Is. van Mens.
Problemen Joh L., Mijn Film.
Bijvoegsel: Het verloop van de Engelsche mijn
werkersstaking.
Nederlandsch-Belgische tractaat, niet. De Eerste
Kamer heeft ook nog een woordje mee te spreken.
Zij zal zich daarmede niet haasten. Eerst op den
8en December zal zij beginnen met het onderzoek
in de af deelingen; de schriftelijke gedachtenwisseling
tusschen Kamer en Minister zal dan ook nog eenigen,
misschien geruimen tijd vorderen; vóór Januari zal
het verdrag dus zeker niet in openbare behandeling
komen.
Voor de tegenstanders blijft de gelegenheid nog
open om den strijd voort te zetten. Indien zij daarbij
toonen hun voordeel te hebben gedaan met de kritiek,
die niet alleen door voorstanders van het tractaat
is uitgeoefend op sommige strijdmiddelen, waarvan
zij zich vroeger bediend hebben, kan dat alleen ten
goede komen aan de kracht en de waardigheid van
de nieuwe campagne.
De zakelijke argumenten, die men aan den inhoud
van het verdrag kan ontleenen, moeten den doorslag
geven; om werkelijk invloed uit te oefenen op de
openbare meening, verlieze men zich ook niet in
juridische spitsvondigheden, die den meesten boven
hun petje gaan, maar beperke men zich tot het kort
en bondig uiteenzetten van de voor ieder begrijpelijke
redenen waarom dit verdrag behoort te worden ver
worpen; ondanks, of liever: juist door den stortvloed
van litteratuur, die over het tractaat is uitgegoten,
mag zulk een voorlichting geen overbodig werk heeten.
KERNKAMP