Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
ADAMSON
REDIV I V U S
DOOR WYBOjMEYER
FEITELIJK is dit opschrift onjuist.
De heer Adamson, van wiens
merkwaardigen levensloop ik hier een jaar
geleden reeds een en ander heb mede
gedeeld, is nml. om den dood nog niet
dood gegaan.
. !n een 2e deel zijner docuraents
humains" worden ons thans zijn verdere
.avonturen met en zonder goeden afloop
voorgelegd, en deze zijn al minstens even
.wonderlijk als de vorige. Ook hij zelf
.is niet veranderd. Zijn embonpoint"
.behield hij, evenals z'n goede humeur;
hij rookt nog onafgebroken z'n onme
telijke sigaar, en op den omvangrijken
schedel pronken nog in vollen bloei
de 3 haren, waaraan ook Bismarck zijn
beroemdheid dankte.
Ook zijn weergalooze vindingrijkheid
verliet hem niet. Zij verloste hem weder
om uit tal van netelige en moeilijke
.oogenblikken. D.w.z. meestal. Want
onaangename verrassingen, waarbij geen
redding opdaagde, bleven hem niet ge
spaard. Maar hoe de afloop ook was
; hij verdroeg het alles met een
benijdens.waardigen moed en met een heroïsche
gelatenheid: deze karakteristieke
eigen. schappen van alleen waarlijk grpote
geesten. In zér sterke mate bezit hij de
gave, om het alles te beschouwen als een
soort van sport, een sport, welke hij
door gedurig en volhardend trainen met
een wezenlijk meesterschap beoefent.
En deze gave maakt hem tot een
eerbiedafdwingende persoonlijkheid, tot de
volkomen ebenbürtige" van andere
onsterfelijke persoonlijkheden uit de
wereld-historie: Nietzsche, Buddha,
Alexander de fïroote, Mohammed, om een
paar te noemen.
In welk select gezelschap hij zich
dan ook volkomen thuis gevoelt, ver
bonden als hij met hen is door hechte
banden van geestelijke grootheid.
Slechts is er dit verschil: dat zijn
ervaringen van ietwat anderen aard zijn
dan die zijner voorgangers, dan bijv, die
van Buddha tijdens diens omwandelingen
op aarde.
Maar in zijn smarten, zoowel als in
zijn vreugden betoont hij zich overigens
en onmiskenbaar de ras-philosoof. Die,
wellicht, zich n oogenblik door het
onvoorziene van een geval zal laten
intimideeren, maar die toch steeds weer
eindigt met het te beschouwen als de
logica van het lot, welke men zonder
murmureeren te aanvaarden heeft.
Een andere eigenschap, die hij met
zijn bovengenoemde rivalen deelt, is
zijn onhandigheid in het verrichten van
zeer prozaïsche bezigheden, zoo bijv.
het stoppen van kousen. Hij kan het
prachtig, daar niet van, een moeder
van twaalf tweelingen zou het hem niet
verbeteren. Maar: de gedachte aan een
maasbal ligt natuurlijk niet in zijn
gedachtenkrjng. En het gevolg hiervan
is, dat aan het einde van het karweitje
oe solide gestopte kous even solide
bevestigd zit aan zijn rechter broekpijp,
de waaronder verborgen knieschijf den
maasbal verving.
Zóó degelijk is de kous daaraan be
vestigd, dat de pantalon weerstand
biedt aan Adamson's geweldige rukken
wijsgeerigheid doet hem tevens de op
lossing vinden, wanneer de zelfbinder
weerspannig is, haar aard verloochent
en voorliefde toont om als butterfly
strikje" te poseeren dan kan Adam
son's goede hart dit verlangen niet wei
geren, met behulp van een schaar willigt
hij het in.
Bezigheden van culinairen aard
vereischen evenzeer meer bedrevenheid dan
waarover een philosoof als Adamson
pleegt te beschikken. En hierbij is de
afloop gewoonlijk ongelukkig, kan zijn
phlegma de situatie niet redden. De oor
zaak van zoo'n ramp is hem dan duister,
en de ongedachte gevolgen van zijn
onom de kous te bevrijden. En lijk een
tweede Salomo lost hij de moeilijkheid op
door de eene helft van de kous aan de
pantalon, de andere aan zichzelven toe
te bedeelen.
Men zal moeten toestemmen, dat iets
dergelijks evengoed aan Mohammed
had kunnen overkomen, ware hij
slechts, als Adamson, vrijgezel geweest,
en gekleed in broek en kousen.
Ook bij het verder verzorgen van zijn
kleeding rijzen nog al eens moeilijkheden
op. Een das behoorlijk strikken is alweer
een bezigheid, die buiten het kader van
zijn wijsgeerigheid valt. Maar deze zelfde
handigheid slaan hem even terneer.
Dit b.v. wanneer hij een taaie kip tot
gehakt wil promoveeren, en deze promo
tie tot stand denkt te kunnen brengen
door bemiddeling van een vleeschmolen.
De molen legt het in taaiheid echter af
tegen de kip; wanneer het beestje er
van boven m gepropt is, komt ze na
eenige krachtige draaien door Adamson
aan den slinger er aan den kant weer uit,
maar heelhuids, en onder luid geknal
van den, nu zwaar invaliden molen !
En dan krauwt de groote man toch
even bedenkelijk aan zijn kalen schedel.
De groote gebeurtenis in het
afgeloopen jaar van Adamson's leven was
zijn plan om te gaan trouwen ! En zelfs
deze, toch zoo gewone plannen krijgen
bij hem een bijzonder cachet door de on
gewone oorzaak, die ze in duigen doet
vallen. De dag der dagen, waarop hij
haar jawoord hoopt te krijgen, is daar.
Hij kleedt zich, zooals het behoort, uiterst
zorgvuldig, koopt een omvangrijken rui
ker, gaat op stap naar haar woning.
Maar een vegetarisch aangelegde koe
volgt hem op zijn weg n op zijn hielen,,
ze kon haar behagen in de bloemen zóó
slecht bedwingen, dat zij ze schoon op
eet, en den armen vrijer met het
leege?papieren omhulsel bij zijn dulcinea doet
aankomen. De jonkvrouwe staat voor
het open venster, als Adamson, nog
niets bemerkt hebbende, haar het ledige
papieren handvat offreert. Gevolg :.
clips van de uitverkorene en een neer
laten gordijn !
Adamson's genialiteit in het scheppen;
van nieuwe gebruiksvoorwerpen grenst
aan het bovenaardsche. Op dit punt
kan Buddha hem bij het scheppen der
wereld onmogelijk overtroffen hebben..
Na het blauwtje, dat hij liep (Adamson
n.l., niet Buddha!) gevoelt bij behoefte
aan verandering van lucht, zoekt
dusandere kamers. Zelf ment hij den ver
huiswagen. Onderweg deserteert het
rechter-achterwiel, 't hindert niet, een
leuningstoel op rolletjes neemt de positie
in van wiel ,,ad interim", voort gaat het
dan weer, het oude paard schaterlacht,
nog nooit in zijn lange loopbaan" trok
het een zóó gesmeerd gaand voertuig.
Zijn dit niet alle doorslaande bewijzen
van zijn genialen geest? In gemoede:
Zou Alexander de Groote ze óók zoo
geleverd hebben in den slag tegen
Darius?
Soms komt bij een van
Adamson'shandelingen zijn geestelijke verwant
schap met andere groote wiisgeeren zóó
duidelijk uit, dat zelfs de meest verstokte
scepticus bekeerd worden moet. B.v.
als hij hout hakt, (tusschen (), ook
Gladstone deed dat zoo graag), een.
stuk hout vliegt door het open venster,
caramboleert met het hoofd van een
voorbijganger, en herhaalt dezelfde be
weging terstond daarop, maar in'omge
keerde richting van buiten af op het
hoofd van Adamson! Vergelijk:
Nietzsche, \Viederkchr des Gleichen.
Problemen, waarop de wetenschap nog.
steeds geen antwoord vond, houden na
tuurlijk ook Adamson's geest be/.ig. En
als geleerde pur-sang" deinst hij er geen.
oogenblik voor terug, om desnoods zich
zelf op te offeren, wanneer daardoor de
wetenschap gediend kan worden.
Het perpetuum mobile is n dier pro
blemen. Beroemde uitvinders bedienden
zich soms van de alierprimitiefste voor
werpen om hun doel te benaderen,
voor