De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 4 december pagina 21

4 december 1926 – pagina 21

Dit is een ingescande tekst.

No. 2583 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 21 GESCHIEDENIS DE S~ VADERLANDS ZEVENTIENDE ZANO, III KARAKTERTREKKEN VAN KAREL V ANECDOTES Op 't lezen van romans was Karel zeer verzot, Maar 't maakte hem niet gek, als wijlen Don Quichot. Ook beter werk, als de Mémoires van Commines (Zie boven) mocht den vorst als geestlijk voedsel diene'. Maar ach, wanneer ik pver 's keizers voedsel spreek, Betreed ik een terrein, dat ik het liefst ontweek. Want deze sterke man, augustus imperator, Die half Euroop bedwong als Caesar Triumphator, Leed in n opzicht de volkomen nederlaag, En die was permanent. De vijand was: zijn maag. Ja, Caesar was verslaafd aan veel en lekker eten. (Iets zijn we 't allemaal, maar niemand wil het weten). Zijn kampioenschap in de culinaire sport Heeft zonder twijfel mee zijn levensduur verkort. Ik moet, als biograaf, ook hier volledig blijven, Maar 'k zweer je, dat 'k mijn maag voel golven onder 't schrijven. 't Begon al 's morgens vroeg. Om vijf uur ving het aan. Dan vond Zijn Majesteit een licht ontbijtje staan Van vette varkenssoep, heel heet gekruid en krachtig, En bier en melk, en taarten, zoet en zwaar en machtig; Was dit er in gewerkt, dan zeeg hij, opgezet En borrelig aemechtig, weer terug in bed. Om tien uur kwam er dan een werklijk licht ontbijtje /an haring, ham en kaas, gebakjes en een eitje. Zijn twaalf uurtje was het zwaarste der diners, Bijvoorbeeld eerst een bord gebraden schapenvleesch, Dan rosbief, hoen en haas, met sausen en gehien, En alles, daar hij niet kon kauwen, in pasteien. Kort na de vesper stond de tafel weer gedekt; Dan werd Zijn Majesteit een fijner maal verstrekt Van oesters en salade, druiven en kastanjes, Besproeid met biertjes en bordeautjes en champagnes; Want, schoon hij tegen drankm/sftruife te velde trok, En nooit beschonken was, hij dronk een forschen slok. Zoo tegen tien begon zijn maag alweer te jeuken, En keek hij peinzend in de richting van de keuken; Daar kwam een versche lading, vogels, vleesch en visch.... Ik snap niet, dat de keizer nooit gesprongen is. Zijn hoofd was altijd vol van griezelige zaken; Zoo had hij zich een keer zijn lijkkist laten maken; Zijn zijden doodshemd geen confectie, maar op maat Werd in de doos gelegd. Dit somber apparaat, Met zwart fluweel bedekt, gesloten en verzegeld, Stond in zijn slaapvertrek. En eiken nacht, geregeld, Keek hij er, in zijn bed gelegen, droom'rig naar, En mompelde: Nu lig ik hier en wanneer daar?" Men vroeg al fluisterend: wat zou die kist bevatten? En dacht aan staatspapieren, kostbaarheden, schatten Geen mensen, behalve Trui, de naaister, die het wist. Eens vroeg zijn dienaar hem: Wat ligt er in die kist?" Mijn kostbaarste bezit," sprak Caesar, en hij lachte, Maar ik vind het een vrij lugubere gedachte. Tot 's keizers eere strekt zijn liefde voor zijn vrouw; Haar bleef hij in den geest tot aan zijn einde trouw. Wel had hij in 't geheim een enkle amourette, Maar dat verbood noch wet, noch mos, noch etiquette; Incognito mocht iedre vorst uit visschen gaan, Ten slotte was een koning toch geen kapelaan. En, schoon noch Don Juan, noch Greet zijn kindren beiden Tot Jsabel, zijn vrouw, Mama of Moeder zeiden, Hij leefd' in 't openbaar gelijk een vorst betaamt, Dus niemand kon hem iets verwijten hoegenaamd. En 't volgende verhaal siert hem als mensen ten zeerste, Omdat het toont, hoe hij zijn neigingen beheerschte. Terug gekomen van een lange, verre reis, In Brussel, zat hij stil voor 't raam in zijn paleis, En keek, zoo rustig soezend, door de kleine ruiten Naar 't bonte tafereel der menschenmassa buiten. Daar speurt zijn kennersblik een maagdelijn op straat, Zoo edel van figuur, van houding en gelaat, Dat hij, ontvonkt, ontvlamd, met koortsvuur in zijn blikken, Zoowaar op 't punt staat zachtjes tegen 't raam te tikken Maar.... 't beeld van Batseba rees voor zijn geestesoog, Die eens met koning David haar gemaal bedroog! Dit zondige gevoel, vermoord het en begraaf 't," Zoo sprak hij stil; dan luid: O, Karel, word geen David!" En vlood van 't raam. Gij, lezer, volg dit voorbeeld na In diergelijk geval, en denk aan Batseba. CHARIVARIUS ,,De Mach f van hef Onbewuste'', RembrandtTheafer EN vraagt zich met ont steltenis af, waar het heen moet: na Lubitsch, Pola Negri, Buchowetzki, Jannings, Seastrom, Dupont, Murnau is ook Eisenstein, de man van de Potemkin" door Amerika opge kocht". De groote hamsteraar slaat alles in, wat Eu ropa aan genie voortbrengt, koopt alles op, wat boven den middelmaat uitsteekt, om in het nijpende gebrek aan originaliteit, idee en artistieke scheppingskracht van eigen bodem te voorzien. En men weet niet, wat erger is: de onbeschaamdheid, waarmee die geestelijke berooidheid ten toon gedragen wordt dan wel het cynisme, dat zonder blikken of blozen zulk een destructieven roofbouw pleegt. Want als levend, lillend vleesch gaat het beste, wat de Oude Wereld geven kan, in den grooten Amerikaanschen worst-molen als gladde, eenvormige saucijzen komt het er weer uit. De Europeesche kun stenaars aan hun eigen atmosfeer met dollar-geweld onttrokken, ? kunnen blijkbaar in het milieu van Hollywood niet aarden: de een na den ander gaat er artistiek ten onder en maakt er hoogstens neutrale, onbeduidende producten. Het meest verbijsterende is echter, dat de Amerikaansche vak-menschen, na door hun eigen volk smadelijk gedesavoueerd te zijn, zich bij deze mislukte overplanting fier op de borst slaan en zeggen: Zie je wel, dat ze minder zijn dan wij?" Intusschen gaat Amerika onverstoorbaar en syste matisch voort, Europa leeg te pompen. Na den tragischen strijd tusschen de filmconcours der oude en nieuwe wereld, moet de Amerikaansche Fortinbras zich aan den verslagen Hamlet vastklemmen, om niet door innerlijke leegte en zwakte ineen te zijgen ! Hoelang zal dit spelletje van rooven en onbruik baar maken kunnen voortgaan, hoelang zal Europa's vruchtbaarheid duren? Opnieuw heeft de Duitsche filmproductie een stout en oorspronkelijk werk aan gedurfd de eeuwig zoekende, experimenteerende, vorschende geest van de oude wereld heeft zich geworpen op het groote mysterie van ons leven zij heeft getracht met de Jupiter-lampen de duis tere geheimenissen der ziel" te doorgronden. Er werd bij de eerste voorstelling geprotesteerd door een dokter natuurlijk werd er geprotesteerd, er wordt altijd geprotesteerd bij groot en belangrijk werk: Potemkin" en Faust" zijn er de recente bewij zen van. Nog nimmer is er tegen de narcose der gladde, aangename, onbeduidende amusements-films een woord van protest gerezen ! Er werd alzoo geprotesteerd en zonder de me dische gemotiveerdheid van dit protest te kunnen beoordeelen, heeft het onzen indruk bevestigd, dat deze Freud-film" een hoogst belangrijke daad beteekent. Het is een wonder op zichzelf, dat men het gewaagd en met succes gewaagd ! heeft, door middel van het gehate mechanische en ongevoelige film materiaal" de meest subtiele uitingen van ons zieleleven te onderzoeken. Het is een wonder, te constateeren hoe dicht de zwijgende, snelle, universeele film den woord-loozen, f litsenden.alomtegenwoordigen droom benadert. Het is een wonder te zien, welk een huiveringwekkende nachtmerrie het lichtspel door den bezeten scheppenden geest van den kunstenaar worden kan. Het is een wonder te aanschouwen, wat de artistieke intuïtie van een Werner Krauss van de wetenschappelijk gefundeerde rol in dit psycholo gische drama weet te maken. Maar het grootste wonder is wel de onuitputtelijke vruchtbaarheid van ons oude ras, dat voortdurend de beste loten van zijn stam ziet weggegrist en dat steeds geeft en wér geeft... ! Wanneer worden Werner Krauss en regisseur Pabst opgekocht"? NIEUWE UITGAVEN De strijd om den top, de jongste beklimming van den Mount-Everest, door Luitenant-Kolonel E. F. NORTON, C. C. BRUCE en andere leden der Mount-Everest expeditie, geeft een boeiend verhaal van de moeilijk heden, waarmede de laatste beklimming van den Mount-Everest gepaard ging. Na de pogingen, om den top van den hoogsten berg der aarde te bereiken, aangewend door de twee voorbereidendeexpedities, BOUWT IN MET OOSTEPPADK BILTHÖVEN INLICHTINGEN VPMTBEKT Dg DIBICTIE mtr. INT. MtVIMM werd ten derden male een expeditie uitgerust, om opnieuw te trachten het gewenschte doel te bereiken. Helaas heeft deze laatste poging aan twee leden dezer expeditie :Mal!ory en Irvine het leven gekost. Van de andere leden dezer expeditie, wien het gelukt is tot op zeer korten afstand het doel te naderen, vindt men het verhaal van durf en inspanning in dit rijk geïllustreerde boek, dat buitendien met platen in kleurendruk versierd is. De Hollandsche vertaling is van ArthurTervooren; de uitgave geschiedde door Scheltens en Giltay. Een nieuw werk van Dr. HENDRIK WILLEM VAN LOON (de schrijver o.a. van De Bijbel en de Geschie denis der Menschheid; beide in Amerika verschenen en in vorige jaren in het Nederlandsen overgebracht) verscheen bij Scheltens en Giltay onder den titel De Vrijmaking der Menschheid, Hollandsche bewer king van Mr. J. L. GUNNING, met een voorwoord van Dr. C. P. GUNNING. Dit nieuwe werk van den geestigen en populairen Nederlandsch-Amerikaanschen auteur, dat thans in Amerika en Engeland reeds even groot succes oogst als, eenige jaren geleden, zijn Geschiedenis der Menschheid" is een boek van Verdraagzaamheid". Op de wijze, dezen auteur eigen, verhaalt hij van den strijd, door alle eeuwen heen, door de groote denkers der Menschheid gevoerd tegen bekrompenheid en on verdraagzaamheid. J. F. Ch. Dix, hoofdredacteur van Floralia. geeft in een door de uitgevers Mij Kosmos" en de Uitg. Mij. W. van Gorcum geed verzorgde uitgave ruim vierhonderd afbeeldingen van bloemen, planten, naar foto's en gekleurde prenten, met bijschrif ten. Het bevat een in groepen verdeelde collectie van bloemen en planten, boomcn en struiken, fruit en groenten. De beschrijvingen geven bijzonderheden over de groeiwijze, de kleur der bloem, de behande ling, tijd van zaaien, oogsten en planten, over stand plaats, grondsoort, enz.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl