De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 5 februari pagina 1

5 februari 1927 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

roene lammer ekbladvoor Nederland .. sinds vijftig j aar aan de spits der ?weekbladen .-..." ONDER HOOFDREDACTIE VAN G. W. KERNRAMP Redacteuren! H. BRUGMANS EN TOP VAN RHIJN-NAEFF Secretaris der Redactie: C. F. VAN DAM Uitg.: N.V. DE GROENE AMSTERDAMMER KEIZERSGRACHT 333 AMSTERDAM MCUXMtOHC TOE AND HEEL SocRs OPGERICHT IN 1877 No. 2592 ZATERDAG 5 FEBBUARI 1927 HET NIEUWE KABINET JE A R X DE vorige week opperden wij de mogelijkheid, dat de kabinetsformatie in Duitschland, die toen Teeds bijna haar beslag had gekregen, op het laatste ?oogenblik toch nog mislukken zou. Wat niet zoo'n wonder zou geweest zijn het is, bij de tallooze kabinetswijzigingen, die de Duitsche Tepubliek heeft beleefd, al dikwijls voorgekomen, dat ' er bij het luiden van de bel nog roet in het eten werd gegooid: En ook dezen keer heeft het weinig gescheeld, of de met zooveel moeite tezamen gebrachte combinatie ware nog op het laatste nippertje uiteengevallen. Door tweeërlei redenen. In de eerste plaats kon men het niet eens worden over het aantal ministerzetels, dat aan elk der leden van het verbond zou worden toegewezen, en gunden deze elkaar de belangrijkste portefeuilles niet. De Duitsch-nationalen verlangden eerst niet minder dan vijf van de elf plaatsen; zij hebben zich ten slotte met vier tevreden moeten stellen, altijd nog een respectabele portie, maar met minder behoeven zij het niet te doen, want van de partijen, die de nieuwe regeeringsmeerderheid uitmaken, zijn zij het talrijkst in den Rijksdag vertegenwoordigd. Ook het Centrum heeft vier ministerzetels gekregen, d.w.z. liet eigenlijke Centrum slechts drie; de vierde viel ten deel aan de Beiersche volkspartij, die, zooals men weet, een bijwagen van het Centrum is, maar de postillon ervan vertoont af en toe de neiging om van -de voorgeschreven route af te wijken en partictilaristische zijwegen in te slaan. Om hem op het goede pad te houden, en de stemmen van de Beiersche volkspartij voor de regeeringsmeerderheid te ver zekeren, werd aan een lid van die partij weder een portefeuille toebedeeld. Want de nieuwe regeering heeft het noodig, dat zij vast kan rekenen op de 19 stemmen van de Beiersche volkspartij. Zij kan maar amper de meerderheid in den Rijksdag halen. De samenstelling daarvan is, sinds de laatste verkiezingen voor den Rijksdag, die van December 1924, aldus, dat de Duitschnationalen (tezamen met den Landbond. die er een onderdeel van uitmaakt) er 111 zetels hebben, het Centrum 69, de Beiersche volkspartij 19 en de Duit sche volkspartij (de nationaal-liberalen) 51. De partijen, waarop het nieuwe kabinet-Marx steunt, beschikken dus tezamen over 250 stemmen van de 493, die er in den Rijksdag worden uitgebracht maar even meer dan de helft dus. Maar deze rekening is toch naar den krappen kant. Want gewoonlijk zal het kabinet ook kunnen ver trouwen op den steun van de zgn. Oeconomische Vereeniging, een partij, die uit de combinatie van Wirtschaftspartei" en Bayerischer Bauernbund" is ontstaan, en als een soort van middenstandspartij kan worden beschouwd. Zij brengt 17 stemmen in den Rijksdag uit, kan dus juist de'schaal doen overslaan, wanneer de regeeringspartijen bij een belangrijke stemming niet volledig op zijn gekomen en zal van deze positie wel gebruik maken om voor de te be wijzen diensten een belooning te bedingen! De völkische" partij geraakt in een eenigszins lastig parket. Bij de laatste verkiezingen werd haar aantal Rijksdagszetels van 32 op 14 teruggebracht; heel veel invloed oefent zij dus in het parlement niet meer uit; maar nog altijd wel zooveel, dat een re geering, die niet op een groote meerderheid steunt, niet kan doen alsof zij er niet is. De völkischen" zijn de radicalen onder de conservatieven; zij zijn er niet voor te vinden om, zooals de Duitsch-nationalen nu gedaan hebben, een kniebuiging te maken voor de republiek en de politiek van Locarno; maar zij weten ook, dat de Duitsch-nationalen in htm hart niet veel van hen verschillen, en dat het voor de zaak, die zij gemeenschappelijk dienen, ganschelijk niet onver schillig is of de ministeries van binnenlandsche zaken, van justitie, van landbouw en van verkeer zooals thans het geval zal zijn door Duitsch-nationalen worden bestuurd. Daarom zullen zij zich er vermoe delijk wel toe leenen om het nieuwe kabinet-Marx in de ure des gevaars niet in den steek te laten. Maar zeker van hen is men nooit. Ook hun ,,is niets te dol". De vaste oppositie tegen de nieuwe regeering, althans bij aangelegenheden van principieelen aard, zal worden gevormd door de democraten en de sociaal democraten, die tezamen 32 --'?? 131 =- 163 stemmen uitbrengen, en door de communisten, die aan dit aantal nog 45 stemmen kunnen toevoegen. Maar al kan het kabinet-Marx, wanneer het al zijne troepen, ook de hulptroepen, in het vuur brengt, den aanval der oppositie dus wel afslaan, het is de vraag of verdeeldheid in eigen boezem niet de kwaal zal worden, die zijn leven verkort. De nationaal-liberalen zijn, zooals wij de vorige maal aantoonden, het kind van de rekening geworden bij de jongste kabinetsformatie. Ook bij de verdceling der portefeuilles kwamen zij er slecht af; zij moesten zich met twee tevreden stellen; n daarvan is echter de belangrijke portefeuille van buitenlandsche zaken, die wederom werd opgedragen aan Stresemann. Wat echter vooral de hechtheid der nieuwe coalitie dreigt te verzwakken, is de reeds nu gebleken neiging van de Duitsch-nationalen om het roer zoo ver mogelijk naar rechts om te leggen, verder dan Cen trum en nationaal-liberalen kunnen gedoogen. Wij spraken straks van twee redenen, die de kabinetsformatie nog bijna hadden doen mislukken. De tweede, die wij nog niet noemden, was deze: de Duitsch-nationalen wezen als candidaat-ministers eenige leden hunner partij aan, waarvan er twee tot den uitersten rechtervleugel behoorden: Hergt en Graf. Hergt heeft zich indertijd met hand en tand verzet tegen de regeling van Dawes; en Graf maakte, als onder-voorzitter van den Rijksdag, bezwaar tegen het afleggen van een officieel bezoek bij den sociaaldemocratischen president Ebert en toonde zich zelfs geraakt over het ontvangen van een uitnoodiging om de rouwplechtigheid ter eere van Ebert bij te wonen ! Marx achtte het onmogelijk, zulke reactionairen in zijn ministerie op te nemen; in de keuze van Hergt heeft hij moeten berusten, maar Graf bleef hem te machtig; toen de Duitsch-nationalen deze candidatuur niet wilden laten vallen, riep hij de hulp van Hindenburg in en verzocht hem, zijn invloed aan te wenden om Graf door een ander vervangen te krijgen; aldus is ten slotte gebeurd; in plaats van Graf werd een gematigder man, von Keudell, tot minister aange wezen. Al deze oneenigheden voorspellen weinig goeds voor de innerlijke kracht van het nieuwe kabinet-Marx ! En nog altijd zit Gessier daarin, als minister voor de DE GROENE AMSTERDAMMER Prijs per Jaargang ? 10.?bij vooruitbetaling Per No. 25 Cent. Advertentiën ? 0.75 per regti INHOUD: 1. Prof. Dr. G. W. Kernkamp, Hef nieuwe Kabinet Marx. 2. Prof. R. Casimir, Bij den zeventigstenverjaardag van Dr. J. Th. de Visser, met teekening van B. van Vlijmen 3. Joh. Braakensiek, De bezuinigingspogingen in Amsterdam ? Dr. B. Raptschinsky, De geest van het Bolsjewisme. 4. R. A. Kern, Prof. Dr. J. Snoeck Hurgronje. 5. Prof. Ir. D. F. Slothouwer, Een verzameling reisbrieven L. J. Jordaan, De gevolgen der opgeblazenheid. 6. Annie Salomons, Bijkomstigheden. 7. Dr. Jac. P. Thijsse, Februari. 9 Red. Ells. M. Rogge, Voor Vrouwen. 10. Constant van Wessem, Muziek in de Hoofdstad. II. Top Naeff, Dramatische Kroniek. Hen rik Scholte. Comoedia. 12. A. Kann, N. Duitsclie litteratuur. 13. Mr H. O. Koster, Naar grooter Nederland. 15. Jhr. Mr. H. Smissaert, Op den Econ. Uitkijk Uil het Kladschrift van Jantje. 16. Prof. Dr. J. Prinsen en H. Middendorp, Boek bespreking. 17. Jordaan, Filmlitteratuur Alida's Croquante Croquetjes. 18. S. Kalff, Ainslerdamsche Straatliedjcs. 19. Joh. L., Mijn film. Tentoonstelling Jan Sluyters. 20. Cel 2, Telefoontje Charivarius, Charivaria. Omslag: Spelproblemen. Bijvoegsel: Joh. Braakensiek, Weersvc.randering in Duitschland. rijksweerbaarheid: de minister die tut geen enkele partij behoort, want de democraten, waartoe hij zich vroeger rekende, hebben hem al lang verloochend en dezer dagen heeft hij nu ook zelf den band met die partij verbroken. Juist om hem ten val te brengen, dienden de sociaal democraten in December 1.1. een motie van wan trouwen tegen de toenmalige regeering in. De Duitschnationalen hielpen die motie aan een meerderheid; maar de bom, die de sociaaldemocratén hadden gelegd, is al heel verkeerd gesprongen: de zorg voor de rijksweerbaarheid is nog altijd aan Gessier toe vertrouwd, en in de plaats van het kabinet-Marx,, dat op links steunde, is een kabinet-Marx gekomen dat sterk naar rechts overhelt! KERNKAMP

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl