De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 26 februari pagina 5

26 februari 1927 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 2595 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND DE V1SCHHAL AAN DE GELDERSCHEKADE AMSTERDAMSCHE B IJ ZONDERHEDEN DOOR PROF. DR. H. BRUGMANS XLIl. De vischmarkf HET gemeentebestuur van Amsterdam beschouwt het misschien als een zeer modernen maatregel, wanneer het gaat zorgen voor de geregelde voorziening der hoofdstad van levensmiddelen. Intusschen is die zorg volstrekt niet een vinding van den nieuwen tijd. Zooals haast wel van zelf spreekt, hebben onze steden bijna van den aanvang af zich de zorg aangetrokken voor een geregelden aanvoer van levensmiddelen, met name van vleesch en visch; daaraan werd al spoedig verbonden een toezicht op de deugdelijkheid van de koopwaar. Van een wetenschappelijk onderzoek was natuurlijk nog geen sprake. Maar de praktijk gaf toch wel middelen aan de hand om op dit gebied het ergste te voorkomen; het reukorgaan der keurmeesters moest toen nog de wetenschappelijke methode vervangen. De zorg voor den aanvoer en de keuring der visch is haast zoo oud als de steden zelf. Vischmarkten vindt men nagenoeg overal. In den regel waren die natuur lijk aan het water te vinden, waar de visschers met hun schuiten kwamen aanleggen. Zoo is het geen Wonder, dat wij in Amsterdam van ouds de vischmarkt aan het einde van het Damrak bij de damsluizen vinden. Misschien was daarvoor nog een bijzondere reden. Het water bij de damsluizen was bijzonder vischrijk en dus een zeer begeerlijk bezit. Albrecht, die uit de erfenis der heeren van Aemstel grafelijke rechten te Amsterdam bezat, schonk in 1378 de sluiskolk van den dam aan Reinier Simonszoon, priester te Amsterdam. Deze eerwaarde verkocht in 1401 zijn rechten aan het ons bekende Karthuizerklooster AAN DE INZENDERS Alle voor het redactioneele gedeelte bestemde inzendingen moeten worden geadresseerd AAN HET SECRETARIAAT DER REDACTIE VAN DE GROENE AMSTERDAMMER" KEIZERSGRACHT 333 AMSTERDAM, zonder vermelding van persoonsnamen. De geschiktste omvang van artikelen bedraagt ten hoogste 1800 woorden. Indien de bijdrage voor illustreering met foto's in aanmerking komt, gelieve de inzender, zoo mogelijk, de foto's . die niet reeds in andere week- of das bladen mogen zijn gereproduceerd -?? tegelijk met het artikel in te zenden. De copy moet 10 machineschrift zijn geschreven, terwijl slechts n zijde van het papier mag zijn gebruikt. Indien inzenders prijs stellen op terug zending van ongevraagde bijdragen, wanneer deze niet worden geplaatst, dan moet daarvoor porto worden ingesloten. buiten de Haarlemmerpoort. De Karthuizers deden de sluiskolk later weer over aan het St. Pietersgasthuis. Eindelijk kwam de stad zelf in 1469 in het bezit van de sluiskolk tegen betaling van een halven nobel 's jaars aan het gasthuis. De sluizen waren overwelfd en zoo kon er dan ook boven die sluizen worden gebouwd. Vandaar, dat er ook een vischmarkt op kon worden gevestigd. Wan neer dat is gebeurd weten wij niet. Maar in het oudste keurboek van Amsterdam komt reeds een keur op de vischkoopers en de vischmarkt voor. Dit gedeelte van het keurboek is reeds vóór het einde der veer tiende eeuw geschreven, zoodat wij mogen aannemen, dat deze keur, die geen datum draagt, omstreeks het midden van de genoemde periode zal zijn uitgegevens Uit de keur blijkt tevens, dat de vischmarkt toen reed. gevestigd was, waar zij eeuwen lang is gebleven, aan het einde van het Damrak tusschen den Dam en de Vischsteeg. Het behoeft geen betoog, dat deze steeg naar de Vischmarkt heet. Tegenwoordig is daar de Visschersdam, een nieuwe straat met een ouden of ten minste ouderwetschen naam. In de vijftiende eeuw is meer dan eens van de vischmarkt sprake. Op de geschilderde kaart van Cornelis Anthonisz, die van 1536 is, ziet men duidelijk, dat de vischmarkt destijds een houten gebouw was met overdekte vischbanken, voorzien van houten kassen, die van stadswege aan de vischkoopers werden verhuurd. Het gebouw stond aan alle zijden vrij. Dat is evenwel niet zoo gebleven. In 1599 werd de ruimte om de vischmarkt rondom betimmerd met huizen, die aan de stad toekwamen en dan ook door de stad werden verhuurd. Ook daarom waren er aan den Vijgendam twee poorten gebouwd, waardoor men de vischmarkt kon bereiken; die poorten werden in 1699 met ijzeren hekken afgesloten ten einde het stelen van visch gedurende den nacht te beletten. Boven dien was de vischmarkt te bereiken door een toegang aan de zijde van het Damrak en door de Vischsteeg aan de zijde der Warmoesstraat. De visch werd aangevoerd aan steigers in het Damrak, waarbij al dadelijk de riviervisch van de zeevisch was gescheiden. Aan de zijde van het Damrak bevond zich ook de afslagplaats van de visch, die door een steenen ringmuur was afgesloten. Wij zullen ons niet verdiepen in alle bijzonderheden van den vischhandel en van de vischmarkt. Wie daarvan meer wil weten, kan ruimschoots zijn gading vinden in de Handvesten van Amsterdam. Daar zal hij ook de keur vinden van 6 Maart 1560, die om haar bijzondere uitgebreidheid de groote ordonnantie werd genoemd. Wie klaagt over de omslachtigheid van onze moderne wetgeving, vooral van de sociale legislatie, kan getroost wor den door de uitgebreidheid van deze oude keur, die meer dan drie en een halve eeuw oud is. Zeer nauwkeurig was de aanvoer en de verkoop van de visch geregeld; ook allerlei voor schriften werden gegeven voor de keuring. Die keuring was in handen van twee keurmeesters, die den deftigen naam van schouten der vischmarkt droegen; misschien om de deftigheid, maar stellig ook wel om zich de altijd wat ruwe vis schers van het lijf te houden, had den deze schouten het recht om zijdgeweer te dragen. Behalve'deze schouten waren er nog een aantal opzieners en vischdragersin functie; de laatsten droegen als distinctief een koperen vischje op de borst. Het leven op de vischmarkt was bont en rumoerig; wie er aan twij felt, kan er Brederoo's Moortje op nalezen en met Kackerlack de Atnsterdamsche vischmarkt bezoeken. MUZIEK D STRIJKINSTRUMENTEN D SNAREN T-T D A HD Achter St- Pieter * D n n. ru-inix utrecht n Ta «3 a PIANO'S D D VERHUREN D D VLEUGELS Er ging heel wat om op die vischmarkt, zoodat er voor de stad en ook voor de ambtenaren heel wat afviel ook. In den Spaanschen Brabander zegt een spinster tot een armen knaap: ..Had je kennis a n de overiuy van de visschers, dat jij die g in g h f vragen Om ien penninckjen op je borst, so mocht je moytjens vis draghen. Dat brenght 's/oers o/ hiel veulop, so veul, ick weet niet hoe." De visschers, vischkoopers en vischvrouwen bebehoorden tot het Sint Pietersgild, dat ook voor de handhaving der goede orde op de vischmarkt had te zorgen. Dat St. Pieter de patroon der visschers was, spreekt van zelf voor wie de geschiedenis van het Nieuwe Testament kent. Dit gild was al zeer oud; het heeft een kapel gesticht, die reeds in 1385 be stond. Het is deze kapel, die later da groote vleeschhal is geworden; zij stond of liever staat tegenover het Prinsenhof aan den Oudezijds Voorburgwal; zij heet nog de St. Pietershal en is thans een politiebureau. In de dagen van Wagenaar was het gild uitgegroeid tot ruim vierhonderd leden, broeders en zusters. Zij vierden den naamdag van hun patroon, den 29en Juni, op de vischmarkt: daar werd dan gezongenen gedanst en de markt was dan met kransen en bloemen versierd. Hooren wij, wat Vondel ervan zegt in zijn befaamde Inwijdinge van het stadthuys": ,,De vischmerckt woelt vooruit en leeft van sparfeivisschen, Schaft stroom-e n zeevisch, en bezorghtde burgherdisschen Met allerhande teelf van 'f vochtigh element. Tot 's levens onderhoudt. Het gilt was hier gewenf,. Sint Peters feest, van outs, met kroonen te vereeren. Te zinghen, hant aen hanf, naerdien 'f zich moet geneeren, Als 'f Galileesch geslacht, bij 's Hemels zegeningh' En 'f uitgeworpen net, dat 'swafers vruchten vingh', Zoo was het op de oude vischmarkt aan het Damrak. Die vischmarkt heeft daar in het hart der stad ongeveer vijf eeuwen bestaan. Zij heeft het oudste en het oude Amsterdam nog overleefd en bestond nog in de eerste helft der negentiende eeuw. Maar toen is zij verdreven door de beursplannen. De oude beurs van Hendrick de Keyzer werd bouwvallig, heette althans zoo; zij moest worden afgebroken. Zij werd vervangen door de nieuwe beurs van Zocher, die aan het Damrak werd gebouwd, ongeveer op de plaats van de oude vischmarkt. Die vischmarkt moest dus verdwijnen; in 1841 werd zij verplaatst naar de Geldersche Kade bij de Nieuwmarkt. Den 13den April van dat jaar namen de vischkoopers en vischvrouwen onder groote belangstelling van het publiek min of meer plechtig bezit van de nieuwe vischmarkt. Voor eerst hadden de dames en heeren zich te vergenoegen met een houten gebouw, ook omdat men niet zeker was, of de vischmarkt daar wel zou blijven. Maar in 1861 werd daar een steenen markt gesticht, die thans nog daar staat; men kan er hoogstens van zeggen, dat het bouwsel weinig pretendeert en dus niemand ergert. Kunstzaal VAN LIER naast het Postkantoor te Laren (N.-H.) ANTIQUITEITEN OOSTERSCHE KUNST SCHILDERIJEN NEGERPLASTIEK DE OUDE VISCHMARKT (volgens de kaarl van Corne!fs Anthonisz)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl