De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 5 maart pagina 19

5 maart 1927 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

No. 2596 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 19 GENTLEMEN PREFE ANITA L A ATSTOEL "7 ES en twintig jaar is ze. En al wereld beroemd, Anita Loos, de schrijfster van het boekje dat ge toch allemaal gelezen hebt, nietwaar? Blondjes ge nieten de Voorkeur". Wereldberoemd, niet alleen, werd ze op n dag, dit jonge Amerikaansche ding, maar schatrijk ook. Want haar boekje was een best seller, werd the best setter verleden jaar. En dat is geen kleinigheid,, }Mant .dajt-; moeven er in Engeland en Amerika eenige honderd duizenden exemplaren verkocht worden om dit record te bereiken. De titel van hst boek werd een slag woord. Kranten, Hotels, Restaurants, de Underground, alles maakt zich van dezen titel meester. ledere koopman, iedere winkel adverteert er mee:,,C/fymen prejer the Financial Times". Americans prefer the Savoy" zegt een hoteldirecteur, en zo gaat het door. Iedereen prefers, zooals in Holland zich ieder laat verlokken door het: en tóch goedkooper. Wat heeft niet een ieder gelachen om het wetenswaardig dagboek about Dornthy and I, en, als we de nu verschijnende nummers van Nash's Magazine mogen gelooven, zuilen we ons nog kunnen ver maken met een vervolg. In haar Londensch hotel, zit Anita Loos juist met haar man, John Emerson, aan tafel, als ik binnen kom om het beloofde interview. Een meisjes-JackieCoogan noemt men haar in de Ameri kaansche geïllustreerde bladen, en werke lijk, daar heeft ze wel iets van. * Een kind nog, om zoo te zien, donker, nadenkend en vroeg-wijs. Een jong oud gezicht,-;J|n als ze op een £toel,ayt, laken, haar voeten den grond niet heelemaal. Maar ze is gekleed als een elegant En gelsen dametje. -?Gaat uw gang, als je blieft. En ze geeft me verlof met mijn vragen voor den dag te komen, terwijl 't haar aan te zien J"V ' "f ? M-N' ~> - l k i ?. \ >> ? RALPH BARON IN NASH: DOROTIIVS INTREDE IN SOCIETY is dat ze een banaal interview al net zoo vervelend vind als ik zelf. En ik vraag al die flauwe vragen, hoe oud ze is en waar ze geboren is -?en wat ze in haar jeugd uitvoerde. Ik was een.... kind. Ja heusch, een kind, en wel kinder-actrice. Ik speelde altijd kinderrollen. En waarom hebt u de planken verlaten? Wel, je kunt toch niet steeds klein lijven ! En voor groote-menschenrollen was ik niet goed genoeg. En wat bracht u er toe te gaan schrijven? (?Ziezoo, nou zijn we er, merkt Anita's man op, die het interview aan dachtig volgt). Ik was een hartstochtelijk bioscoop bezoekster, vertelde ze, en leerde met groot enthousiasme film-scenario's schrij ven. Vijf jaar achtereen schreef ik kleine tooneelen voor Griffith. Daarna werkte ik voorDouglas Fairbanks en later voor Nora en Constance Talmadge. Op een van mijn reizen van New-York naar Hollywood begon ik aan het nu 7.00 be kend geworden boekje. Ik liet het een vriend lezen, een journalist. O ie zei: ga er mee door. Ik ging er mee door. En nog gaat het door. Het tooneelstuk dat er van gemaakt is, brengt wekelijks vijftig duizend gulden in. ... En vertelt u eens iets interessants uit uw leven. Nu. ik zie er uit als veertien, maar ben zes en twintig Jaar oud. .Maar ik voel mij wel negentig. In mijn jeugd, in mijn prille jeugd, heb ik genoeg armoede en ellende gekend, zelfs honger en ont bering. . . . - Eu u beweert dus dat een gentle man slechts voor blondines schwannf? Nu, daar kwam ze los ! Ze begon zoo levendig te spreken, dat ze bijna van haar stoel rolde, de kleine Anita. Ze;;t u zelf, is het niei juist de blondine die werkelijk vn-nWi-Ujk is? En is niet de blonde vrouw de echte, de ware, de kroon der schepping? Mij kunt u toch bijvoorbeeld geen vrouw noemen ! Is 't dan soms niet waar, dat ik veel meer op een jongen lijk, op een sfouten uitgelaten bengel? En kijkt u daar eens, aan gindsche tafel, die dikke bruine datne.. . . En terwijl ze jongensachtig brutaal naar iemand in het restaurant wijst, filosofeert ze: -- Meisjes met donker haar hebben bijna altijd rijper ideeën dan blondjes. Ze laten zich niet beïnvloeden of omverpraten. Blonde meisjes gelooven alles en kletsen verschrikkelijk. Maar donkere vrouwen hebben een meer ilictuturiuul karakter. Vraagt u mijn man maar, die zal het u bevestigen. De blonde vrouw is frivoler. Ja, alleen de blonde vrouwen zijn cht vrouw. Ze zijn zacht en teer als sylphiden, geurig als bloemen en ze dvveepen met alles wat fijn en zoet is, maar de brunet tes, en de zwartjes, die zijn heerschzuchtig ! Is 't dan niet waar, kunt u zich een Engel met zwart haar voor stellen? Neen, niet waar, blond ! Blond is schoon. Of hebt u in uw jeugd soms ooit van een nuisje gedroomd met zwart haar? (jood-bye, lieve .Anita, je liee'.e vermogen zou je wilkn offeren, om m g n keertje blond ter wereld te konten. . - Bent n nou heelemaal ! Ik blond ! Een afschuwelijk, stomme, al door ratelende, dadelijk vervelende ,,blonde schoonheid"? ..Houd je wel van me, lieveling'-".... tjilpen ze dm godganschen dag. ... Heb mij lief!.... zeggen wij, donkere vrouwen, vooruit heb mij lief!.... Wij zijn tyraiintn !" T. KORDA lüiropean press copyright, voor \edfrland De Groene Amsterdammer. ANITA LOOS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl