De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 16 april pagina 13

16 april 1927 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

No. 2602 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 16 APRIL 1927 13 DE GEVEL AAN HET SINGEL HET ADMINISTRATIE V\7 IJ hebben den architect van Gerzon's Ad* * ministratiegebouw, den heer N. A. Moen, een uiteenzetting gevraagd van de eischen, die aan den bouw werden gesteld. Deze volgt hieronder; in het volgend nummer komt onze medewerker, de archi tect Walenkamp op dit belangrijke bouwwerk terug. Door aankoop van 24 perceelen, waarbij het groote pakhuis de Kaatsbaan" aan de Spuistraat, werd de N.V. Gerzon's Modemagazijnen eigenaresse van een terrein aan Singel, Vliegende Steeg en Spui straat ter grootte van ongeveer 27.50 x 53 M. In 1922 werd het eerste gedeelte gesticht, dat November 1924 kon worden betrokken. Het bleek al spoedig te klein voor het snel groeiend bedrijf, en bovendien eischte de belangrijk te vergrooten hoofdzaak aan de Kalverstraat en de filialen in andere steden groote reserve-ruimten. Vandaar dat in 1925 besloten werd tot uitbreiding. October 1926 was het geheel voltooid en in gebruik genomen. De eischen aan dezen bouw gesteld, kunnen aldus worden omschreven: kantoor- en fabrieksgebouw, tevens magazijn en stapelplaats der vele artikelen. De opzet moest eenvoudig doch economisch zijn, het gejieel goed overzichtelijk. Het onderbrengen der vele takken van het bedrijf eischte al dadelijk een, gebouw van 7 verdiepingen. De gevels zijn in de rooilijn 21 M. hoog (max. bouwhoogte) en daarboven springt de 5e verdieping ongeveer 3 M. terug. Aan, de beide hoofdgevels zijn, gericht naar de Raamsteeg, torenpartijen opgetrokken, die zich 28 M boven de straat verheffen. Het gebouw is ingedeeld als volgt: Sousterrain: kelder met ketelrnstallatie voor'cen trale verwarming, waarbij groote kolenberging, kluis, diverse garderobes, transformatoren en scha kelruimte, groote expeditieruimten, een bontkelder met vriesinstallatie. Parterre: hall, groot bediendenkantoor met afdeelingen voor controle, schrijfmachines, electrische kantoormachines, enz., privé-kantoor met spreek kamer en vergaderzaal, een wachtkamer voor rei zigers en groote offerteruimte met speciale af deelingen. Ie Verdieping: bureau voor aanneming van per soneel, kamer onderwijzeres en leslokaal, waar het eigen personeel onderwijs ontvangt en als verkoopster 'hare vorming krijgt; reclame afdeeling; afdeeling voor uitpakking en verzending der goederen naar Indië. 2e Verdirnino \ showroom; magazijnen; stoffen3e Verdieoine afdeeling en verzending van goe3e Verdieping | ren naar fjlialen 4e Verdieping J atelier<. 5e Verdieping] atellers 2 Torenkamers: ateliers ; De «ttdèrbouw is vanYgewapend beton,r waarop zich de tjzereonstructie verheft, die de kern van het groote lichaam uitmaakt. Deze ijzerconstructie is geheel ommetseld tegen eventueel brandgevaar. De gevels zijn geheel van steen (ook de raamko zijnen), waarin stalen ramen zijn geplaatst. De gevels vertoonen enkele loodversieringen (als afdekkingen van raam- en gevelpartijen en naamborden) terwijl de afdekking der gevelhalzen is geschied met z.g. plastiek. In het gebouw bevinden zich 3 liften, 2 groote lichthoven met glaskoepels en 3 trappenhuizen, waarvan 2 geheel van steen. Verdeeld over het geheele gebouw zijn de 35 brandkranen met slangen, die een speciale brandleiding wel noodig maakten. Het fabrieksgebouw, dat, vooral in dit bedrijf, nog al eens eischen van verandering stelt, is uitgerust met een electrische licht- en krachtleiding, die geheel in het gezicht gelaten werd. De praktijk heeft het groote nut hiervan al bewezen, want de indeeling der ateliers en magazijnen maakte een ingrijpende verandering al dadelijk na^de^vergrooting van het gebouw noodig. door JAN D. VOSKUIL Het inwendige van het nieuwe gebouw der Nederlandsche Handelmaatschappij te Amsterdam. Bij de beschouwing van het nieuwe gebouw der Nederlandsche Handelmaatschappij worden wij plot seling geplaatst in het centrum van het hedendaagsche grootsteedsche leven, terwijl een urgente vraag, karak teristiek voor dezen tijd, zich aan ons opdringt: aan welke eischen moet het moderne kantoorgebouw voldoen? Er is over dit onderwerp vee! geschreven en nog meer geredetwist, maar duidelijker en nuttiger dan in de practijk, kan men de opvattingen niet ver wezenlijkt zien. De overleden bouwmeester de Bazel heeft ons met het bouwwerk aan de Vijzelstraat, een antwoord op die vraag nagelaten dat, althans in dezen geest, moeilijk zakelijker en schooner te denken is. Opvallend is, dat die warme sfeer geschapen kon worden, waarnaar tenslotte elk mensen ver langt, omdat hij hierin iets terug vindt van zijn eigen wezen, dat niet alleen uit verstand bestaat, maar ook gevoel heeft. Wellicht hebben de wanden van getemperd wit, de stemmige eikenhouten lambrizeeringen, de kleurige tegelvloeren, het donkere marmer hier en ginds met het metaalwerk van deftig brons, veel daartoe mede gewerkt; doch zeker is het, dat ook op deze plaats de kunstenaar, die de dingen 'schikt volgens zijn onnaspeurlijke intuïtie, argeloos en zonder dat men er verklaring van geven kan, die teere snaar heeft weten te raken, welke de menschen ontroering" genoemd hebben. Ditzelfde vindt men nog veel duidelijker terug in de par ticuliere vertrekken. De kamer van den president geeft er een bijzonder geslaagd voorbeeld van. Een buitengewoon voornaam cachet draagt de groote vergaderzaal, met haar rijke mahoniehouten meubels en betimmering, eveneens met ebbenhout ingelegd en door snijwerk versierd, terwijl een groot kleed in zwart, groen en paars, dat met fijne motiefjes bezaaid is, sterk de aandacht trekt. Bepaald misplaatst zijn, evenals in de kamer van den president, in deze omgeving de beschilderingen van Hobbe Smit, die niets gemeen hebben met de hooggestemde artistici teit van dit interieur. Een merkwaardig stuk werk is de safe, met den ingang van brons en grijs marmer en de met teakhout betimmerde voorruimte. Op zichzelf be schouwd maakt de wijde middenruimte van de safe, waarvan een groot gedeelte van het plafond, de wanden en pilaren door v. d. Vecht bont beschilderd werd, een sprookjesachtigen indruk. Doch in dit gebouw behoort dat eigenlijk niet thuis; een zware grijs marmeren trap daarentegen, met gekleurde Venetiaansche glastegels bezet, past weer volkomen in het rustige geheel. De glas-in-lood-ramen, bij de bordessen der trappen, die door Joep Nicolas naar ontwerp van wijlen Prof. Derkinderen werden voltooid, treffen door rijpheid van gedachten, welke in de evenwichtige composities goed tot hun recht komen, hoewel een verdeeling in grootere vlakken waarschijnlijk beter bij het bouwwerk zou hebben gepast. Ten slotte dient nog te worden opgemerkt, dat zoowel de opdrachtgeefster, als zij, die dit gebouw hielpen tot stand komen, een werk hebben gesticht, dat door zijn practisch en ideëel gehalte in alle op zichten tot voorbeeld kan dienen ! Toen eenige jaren geleden de bouwmeester te midden van zijn taak heen ging, moesten anderen deze verder uitvoeren. Onder kunstzinnige leiding van den heer C. van der Linden werd volhardend, doch met piëteit aan de ideeën van den overledene voortgearbeid en zoo is men er ten slotte in geslaagd door de voleindiging van dit gebouw, op het werk van den meester een waardige kroon te plaatsen. VERZOEKE ALLE STUKKEN VOOR DE REDACTIE IN TE ZENDEN AAN HET SECRETARIAAT VAN D E GROENE AMSTERDAMMER", KEIZERS GRACHT 333, AMSTERDAM. DE GEVEL AAN DE SPUISTRAAT

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl