Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 7 MEI 1927
No. 2605
Ombevaegeeheid
door Mr. G. H. ARNHARDT Jr.
PIANOS-O&GEl
' IE de namen ziet van de commissarissen
van allerlei Naamlooze, en derhalve op
klinkende namen tuk zijnde Vennootschappen,
vraagt zich wel eens in gemoede af of het
wenschelijk is dat allerlei groote en kleine macht
hebbers en gezagsdragers in land, gewest en stad
zooveel belang hebben bij handels- en andere
winstbeoogende ondernemingen. Nog interessanter
zou het zijn de namen van de aandeelhouders te
weten. Bekend is dat b.v. volgens de gemeentewet
raadsleden zijn uitgesloten van leveranties aan
hun gemeente alsmede van het onderhands huren
of pachten (uitgezonderd erfpachten") van ge
meente-eigendommen. Dat een dergelijke bepaling
weinig effect heeft in een tijd waarin men, niet
zelden ter fine van belastingvermijding, van eiken
vingerhoed of pollepel een N.V. maakt, behoeft
geen betoog. Zelfs zonder dit schoons is de macht
van diverse gekozen of benoemde autoriteiten niet
steeds zonder bedenking. Ik herinner mij een
kleine plaats waar vóór den oorlog enkele raadsleden
er van werden verdacht de verbetering van de volks
huisvesting tegen te gaan om te voorkomen dat
hun krottenbezit zou ophouden een steeds stijgende
rentabiliteit te vertoonen. En het is niet ondenk
baar dat hun tegenstanders speciaal liefde hadden
voor volkswoningbouw van wege hun plaatselijk
bouwgrondbezit. Orationes pro domo -?een niet
steeds naspeurbaar domo" zijn derhalve niet
zoo onmogelijk. Men kan natuurlijk niet instaan
voor alle on dits", maar op een kleine plaats is
men wel eens tot oordeelen in staat en ik geloof
niet dat de menschen in grootere plaatsen zoo veel
anders zijn dan op het platte land.
Men kan zich indenken dat een machthebber,
regeerder of ambtenaar, die eenig belang heeft bij
een onderneming die werken uitvoert, leveranties
pleegt te doen of subsidies ambieert, niet geheel
vrij zal staan in zijn beoordeeling van
overheidsplannen waaraan hij eventueel als aandeelhouder
een pennetje zou kunnen verdienen.
Het is denkbaar dat (speciaal op kleine plaatsen)
ambtenaren het lastig vinden een plan te moeten
tegenwerken dat personen die hen in hun macht
hebben, ter harte, althans ter beuze, gaat. En niet
minder lastig is het. in de gelegenheid te worden
gesteld eens een goede beurt te maken door een
huns inziens verkeerd plan van een hoogere niette
min te bevorderen. Dit zijn conflicten van de soort
die zich voordoen wanneer lagere ambtenaren
ambtshalve controle moeten uitoefenen op werk
dat hooger geplaatsten in hun vrijen tijd in op
dracht van particulieren uitvoeren.
Nu kan men zeggen dat dit alles zoo'n vaart niet
zal loopen. Maar ambtelijke en andere verhoudingen
zijn soms zeer subtiel. Onbewust, halfbewust en
misschien ook wel eens bewust wordt rekening
gehouden met gevoelens, wenschen, inzichten, en
wie weet, belangen van hen die wat in de melk te
brokkelen hebben.
In de instructie van vele ambtenaren staat, dat
ze niet voor particulieren tegen loon mogen
werken, maar heel ver gaat dit niet en ik garandeer
niet dat de practijk de theorie dekt.
Vóór de Indische troebelen is, verleden jaar, een
geluid uit de Oost gekomen, dat de moeite van het
aanhooren waard is. Het betreft de Regenten.
Of die Indische Regenten, hooge inheemsche
gezagdragers die ambtenaren zijn maar toch ook
regeerders, gemiddeld zondiger menschen zijn
dan hun blanke overheerschers, en of /.ij minder
onkreukbaar zijn dan dezen en dan de blanken in
Holland, weet ik niet. Men zou het, gezien art. (i
van hun nieuwe instructie, vermoeden.
H.D.MACÖILLAVRY)
AMBARAWA /
INDISCHE SIGARETTEN
Verkrijgbaar: DEN HAAG,
Elandstraat No. 771 Tel. No. 36856.
Daar staat:
De regent mag geen handel drijven, middelijk
noch onmiddellijk, deelhebber zijn in of borg voor
eenige verpachting, aan- of uitbesteding, geen
aandeel hebben in het bezit van gemeentevelden
der bevolking of in het product dier velden. Hij
mag in het regentschap, waarover hij is aangesteld,
geen belang hebben bij eenige bijzondere onder
neming van landbouw of nijverheid, geen eigenaar,
bezitter of huurder van gronden voor den land
bouw worden, tenzij hem dit door den Gouverneur
wordt toegestaan en geen grond ontginnen op den
voet der voor de Inlandsche grondontginningen
op Java en Madoera geldende verordeningen."
Het is mij niet bekend, of de blanken-van-vel
in Indiëook aan zulke verstrekkende voorschriften
gebonden zijn, zoo ja, waarom dan ook niet hun
kleurgenooten in Nederland, zoo neen, zijn dan
inheemsche adellijken zoo veel zwarter dan ziel
dan de geïmporteerde niet-adel?
Een voorname factor voor goed bestuur is
onbevangenheid van de bestuurders. Zij moeten
zelfs niet met het dunste draadje van edel metaal
gelieerd zijn aan winstnajagende lichamen, voor
zoover daar met menschenmogelijkheid moeilijk
heden uit zouden kunnen ontstaan, en zeker nooit
aan die welke binnen de, ruirn gemeten, sfeer van
hun gezag werkzaam zijn. Er zit in de instructie
voor maar een regent" iets aantrekkelijks voor ons
eigen onvolkomen regeerders-en ambtenarencorps.
Laat de moeder hier eens bij haar dochter, althans
stiefdochter, in de leer gaan.
't Komt, naar ik vermoed, haai' gestel ten goede.
J. S. MEUWSEN, Hofl. A'dam-R'dam-Den Haag.
DE BESTE HOEDEN IN HOLLAND
f men mei vriend of
vijand te doen
heeftziet men in de legers en vloten
der wereld aan de vaandels en de
vlaggen.
Vroeger heette zoo'n
herkenningsteeken een standaard. Zag men b.v.
een standaard met drie wassende
manen, dan wist men dat daar de
mannen waren van Wassenaar en
was dan verheugd of vervaard, al
naar de omstandigheden.
In den meer vredelievenden kamp
van handel en industrie maakt men
ook van standaarden gebruik, b.v.
een standaard-kwaliteit. Ziet men
nu bij het koopen van bonbons of
chocolade den naam Droste, dan
kan men direct verheugd zijn, want
dat beteekent vriend" en waar
borgt 'n standaard van de
hoogstbereikbare kwaliteit.