De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 14 mei pagina 18

14 mei 1927 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 14 MEI 1927 No. 2606 TJ OEWE^ de BilHton-Maatschappij r* feitelijJk' nóg niet vijfenzeventig jaar bestaat, daar zij in September 1860 "werd opgericht, zoo ' bestaat stellig aanleiding het feit te herdenken, dat net Gouvernement der Nederlanden" 'drie kwart eeuw geleden aan Z.K.H. bs Hendrik der Nederlanden, den fcroeder van Z;M. WiBêm III, en aan Vincent GildemeestefcSjatön van Tuyll Serooskerken concessie verleende bet ontginnen van delfstoffehen het in cultuur brengen i onbebouwde gronden op het BUliton. ^tinmer» vormt de toen Verleende concessie , den grondslag, ^ Waarop later de thans zoo machtig i geworden Billiton-Maatschappij zou ^worden opgetrokken. B# de aanvankelijke deelhebbers ?aan de onderneming dient ook ge?noemd te worden John Frstncis Loudon, die in 1857 door den toenmaligen *Öwttverneur^Generaal van NederIndiëvoor een vijfde als medefonaris werd erkend, terwijl vijfden aan Prins Hendrik en y4jfden aan de erfgenamen van «poedig overleden Baron van van Seroóskerken werden toe-1-1 -JStji- belangstelling van den p-liet eüand moet overigens 1 intens zijn geweest, daar hij »èlfs aah'üsa zijner dochters den naam Billitonia gaf, zooals een zijner andere . v dochters met den naam Niagara be\ giftigd werd. . In het kapitaal der ui 1860 opge richte naamlooze vennootschap werd door Prins Hendrik deelgenomen voor , f 1.600.000, door de erfgenamen van Baron Tuyll van Serooskerken evenWATERBORINGSTUNNEL TADJAU (DE EERSTE ADERONTGINNING VAN BILLITON) eens voor f 1.600.000 en door den heerLoudon voor ? SOO.OOOof tezamen voor ? 4 mUlioen, verdeeld in 1500 aandeeleu van de eerste rubriek "en 2500 aandeelen van de tweede rubriek. Door diverse andere perso nen werden nog ? l millioen aan deelen genomen, waarmede het geheele kapitaal van / 5 millioen was geplaatst. De uitkeeringen op de aandeelen wisselden sterk af, al naar gelang den stand der tinprijzen, maar meesten tijds waren de dividenden toch zeer bevredigend. Alleen over 1921 werd geen dividend op de aandeelen uit gekeerd. De uitkeering op de aan deelen der tweede rubriek beliep in sommige jaren meer dan 50 pCt. In 1924 kwam een geheele ver andering in den aard van het bedrijf der Billiton-Maatschappij, doordat toen in verband met het eindigen der concessie der vennootschap in 1927 een regeling tusschen het Nederlandse!! Indische Gouvernement en de maat schappij werd getroffen, waarbij het DE BILLITON-MAATSCHAPPIJ JUBILEERT Drie kwart Eeuw een Bron van Welvaart door PAUL SABEL EEN KOELIE ONTGINNING bedrijf werd overgedragen aan een nieuwe vennootschap, Gemeenschap pelijke Mijnbouw Maatschappij Billiton", van welker kapitaal, groot ? 16 millioen, het Gouvernement f 10 millioen aand. A. en de Billiton-Mij. ? 6 millioen aand. B. ontving. Boven dien ontving de Billiton-Mij. een Bewijs van Deelgerechtigdheid, groot / 3.054.469, aflosbaar uit 25 pCt. der netto-winst over 1927 en volgende jaren, dit als vergoeding voor het bedrag, dat de maatschappij bij liquidatie in 1927 zou ontvangen hebben. Door deze regeling werd de BillitonMij. dus uitsluitend houdster-maat schappij van aand. Gemeenschappe lijke Mijnbouw-Mij. Billiton", terwijl zij voorts ? 996.000 aand. in de Mijn bouw Stannum" bezit, welke in 1920 is opgericht niet de bedoeling de orga nisatie en de relaties der BillitonMaatschappij bij beëindiging harer concessies in 1927 eventueel over te nemen, maar thans op Bangkinang in Midden-Sumatra werkzaam is. Natuur lijk is van overneming der organisatie van de Billiton-Mij. thans geen sprake meer, nu deze met het Indische Gou vernement tot overeenstemming is gekomen en beide een gemeenschap pelijke maatschappij hebben opge richt, bij welker resultaten zoowel de aandeelhouders der Billiton-Mij. als het Indische Gouvernement belang hebben. Over de jaren 1924 en 1925 kon dit gemeenschappelijk bedrijf reeds resp. 74 pCt. en 75 pCt. dividend uitkeeren na resp. ? 1.192.000 en ? 3.986.000 voor afschrijvingen en reserves ter zijde te hebben gesteld. De Billiton-Maatschappij werd daar door in staat gesteld in deze jaren 60 pCt. en 65 pCt. op hare aandeelen der tweede rubriek uit te keeren, terwijl die der eerste rubriek nog 4.96 pCt. meer ontvingen. Bovendien reserveerde de maatschappij uit de winst over 1925 nog / 2.158.000. Het kapitaal der Billiton-Mij. is thans gebracht op ? 5.250.000 door uitgifte van / 250.000 aand. der tweede ru briek met het oog op de omwisseling van aand. Stannum in aand. BillitonMij. in verhouding van drie op n. De Stannum heeft ook vergunningen gekregen op Sumatra's Westkust en in Siak. Een in Djambi uitgevoerde exploratie moest het vorige jaar worden gestaakt. Zoo heeft de Billiton-Mij. zich gedurende de jaren van haar bestaan ontwikkeld tot een uiterst krachtige onderneming, die zoowel haar aandeel houders als het Gouvernement in rijke mate heeft laten profiteeren van de winsten, waartoe de exploitatie van het rijke tin-eiland haar in staat stelde. Moge ook haar eeuwfeest in grooten voorspoed worden gevierd. Het Gedenkboek Billiton, dat de Billiton Mij. ter gelegenheid van haar feest deed verschijnen, is niet alleen een prachtig staal van het kunnen van uitgever, drukker, binder en elich maker, maar geeft ook een evenredigen voornamen inhoud, waardoor dit ge denkboek, dat in twee deelen door de firma Martinus Nijhoff te 's Gravenhage wordt uitgegeven, voor velen een kostbare, blijvende herinnering aan dit vijf-en-zeventig jaar jubileum zat blijken te zijn. Het eerste deel bevat, na het voor woord, de hoofdstukken over De Ge schiedenis der Tinwinning, Het voor komen van Tin, De winning van het Alluviale Tinerts, een aantal bijlagen met gegevens en namen van bestuurderen, Over den staat der mijnen enz.; twaalf gekleurde en zwarte buitentekstplaten (portretten en kaarten) en honderd foto's tusschen den tekst. Het tweede deel brengt artikelen over: De winning van het primaire erts en het smelten, De Mijnwerkers organisatie, Billiton, zijn flora en fau na, bevolking, geschiedenis, statisti sche gegevens; grafieken,bevat verder vier buitentekstplaten en portretten ei» twee honderd en vier foto's in den tekst. Medewerking mocht de maatschap pij op ruime schaal, zoowel in Neder land als in Indië, ondervinden. De bouwstoffen op Billiton tezaamgebracht werden hier te lande gerang schikt en bewerkt door J. C. Mollema, oud-hoofdadministrateur der onder neming, die aldus een zoo volledig mogelijke beschrijving van alle onderEEN CHINEESCHE KETTINGPOMP BOREN OP HET STRAND deelen van het bedrijf samenstelde. De Geschiedenis der Tinwinning", een uitstekend historisch overzicht, is de vrucht van een uitvoerig onderzoek door den Voorzitter van den Raad van Beheer in het archief der Maatschappij ingesteld; Ir. A. Groothof f, lid van den Baad van Beheer, bewerkte de gra fieken. De ontwikkeling van de tech niek van het bedrijf, die in de laatste jaren een geweldige vlucht heeft ge nomen, zal door velen met bijzondere interesse worden gevolgd. De mede werking van eenige vooraanstaande Indische mannen, waarvan wij noemen: Kiai-Agoes Adjis, den Demang van Billiton, Raden Mas Marsadi, Raden Seno Sastroamidjojo noemen, ver hoogde de belangrkijheid van deze uitgave. J. W. Bloem schilderde de portret ten, waarvan een reproductie in het eerste deel werd geplaatst, terwijl Jan Prins een gedicht Maar allen heb ben zij geleefd" voor het tweede deel gaf. Deze uitgave zal ongetwijfeld de belangstelling in het bedrijf van tinwinning op Billiton aanmerkelijk doen groeien, en daardoor waardeering wekken voor den belangrijken arbeid die door Nederlanders in Indiëwordt gegeven.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl