Historisch Archief 1877-1940
No. 2608
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 28 MEI 1927
Moderne Jeugd
Sfa-Oorlogsche Bespiegelingen van een
VoorOorlogschen Man
door H. G. CANNEGIETER
I. De jongelui van den
tegenwoordigen tijd...
O INDS eenigen tijd lijd ik aan nachtmerrie.
Ben gebeurtenis uit mijn jeugd herleeft in
grotesken vorm in mijn droom, en de figuur, welke
van die gebeurtenis middelpunt was, wordt een
?dreigend symbool.
Mijn broer en ik waren in de kost bij deftige
menschen. Onze pleegvader was een eerwaardig
man met lange witte lokken en een hoogen zwarten
hoed. Maar met de deftigheid van zijn tijd had
hij nog een andere kenmerkende tijdkwaal gemeen:
hij dronk.
Toen hij eens, na een stevigen bitter, op zijn gal
mende wijze aan tafel aan 't zwetsen was, schoot
mijn broer in den lach, en de notabele grijsaard,
<ioor drank en drift buiten zichzelf en zijn
deftigheid, smeet hem de dekschaal naar 't hoofd. Ik
^weet nog heel goed, wat er inzat: stamppot van
snijboonen.
Ik zou van dit indrukwekkend incident vijf en
?twintig jaar later de nachtmerrie niet hebben ge
kregen, zoo mij niet de plechtstatige woorden door
't hoofd galmden, waarmee deze uitbarsting van
toorn ging gepaard:
,,De jongelui van den tegenwoordigen tijd hebben
teveel in den melk 1) te brokken !"
In mijn nachtmerrie is de gebeurtenis verschrik
kelijker dan ze in werkelijkheid was: daar ben ik
zelf die grijsaard geworden l En zoo vuurbenauwd
ben ik voor de verwezenlijking van droom in daad,
dat ik mijn vrouw nadrukkelijk heb verboden,
stamppot van snijboonen te .eten, zoo we minder
jarige gasten hebben.
Eén ding is me inmiddels duidelijk geworden:
<Iat de verontwaardiging over de aanstellerij, de
?vrijmoedigheid, de vroegrijpheid, de bandeloosheid,
de zedeloosheid, het gebrek aan attentie, aan
reverentie en aan duizend aanbiddelijke deugden
^an vroeger meer, geen specifiek na-oorlogsch ver
schijnsel is. Het vorig geslacht van eerbiedwaardige
vaders en kostbazen klaagde; het voor-vorig ge
slacht heeft geklaagd; waarom zou ook het heden
daagsche en het toekomstig geslacht van
deftigTieden de dekschaal niet grijpen?
Het is het refrein der eeuwen, dat zich op de
middaghoogte des levens bij ieder individu, in een
tforsch, krachtdadig protest op de lippen dringt,
om allengs weg te murmelen in het telkens zwakker
geprevel der toenemende jaren. Het is de doodsnik
der tandeloozen, die hun kindsche gedachten niet
meer vermogen te formuleeren, maar wier ver
wijtende oogen, reeds half onder de van slaap
zware oogleden geloken, de universeele klacht wel
sprekend vertolken:
,,De jongelui van den tegenwoordigen tijd hebben
teveel in den melk te brokken".
Is het bevreemdend, dat de klacht over de
«onvertogeAheid en den overmoed inzonderheid van
de hedendaagsche jeugd den betrokkene, zoodra hij
zich hierop betrapt, aan het schrikken maakt? De
Mager drukt zich, desonbewust, zelf het brand
merk van den ouderdom op; hij openbaart, zonder
bet zelf te beseffen, aan ieder die luisteren wil,
liet onbedrieglijk symptoom van seniele aftakeling.
"Vandaar mijn nachtmerrie.
Niemand wil oud worden. Ook ik wil niet oud
?worden. Derhalve is het niet waar, dat de tegen
woordige jeugd teveel in den melk heeft te brokken.
Alles mag waar zijn, slechts dit niet. De jeugd
heeft gelijk; bij wie haar beticht, is het ongelijk.
T/aten we dit eens en vooral voorop stellen. De
fout ligt aan de alarmisten, die reeds de
Leekedichter, zelf jong, met podagristen heeft vereen
zelvigd.
Wat de jeugd spreekt, denkt en doet, is het
1) Den melk is geen drukfout. De deftigheid
maakt alle woorden mannelijk vanwege den plechtigen
naamvalsvorm.
Nederlandsche Munt
Holland's beste 10 cents sigaar
'en
Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek
KIEST VlBAUT
KUKST AAN
DE MASSA
r
WIBAUT: LAAT MIJN RECHTERHAND NIET WETEN, WAT MIJN LINKER DOET!"
juiste en goede. De levenshouding der jeugd is de
levenshouding bij uitstek. De jeugd is toonaan
gevend, normatief voor het levend geslacht. Dit
staat onomstootelijk vast. Dit is volstrekt en
onvoorwaardelijk waar. Dit is de stelligste klaar
blijkelijkheid en de klaarblijkelijkste stelligheid.
En dan natuurlijk: do tegenwoordige jeugd.
Onze eerbiedwaardige kostbaas klaagde niet over
de jeugd in het algemeen; integendeel. Zijn eigen
jeugd, de vroegere jeugd, die voldeed aan den
eisen. Het was juist de tegenstelling tusschen dat
ideale verleden en het teleurstellend heden, die
hem de dekschaal met stamppot deed slingeren
naar de slapen van mijn goedlachschen broer.
Om echter naar eenigerlei norm te leven, moet
men den norm kunnen bepalen. Waar vinden we
ons model? Het lastige is de veelhoofdigheid, ook
van de tegenwoordige jeugd. Sinds langen tijd ben
ik, verontrust door mijn dreigend verzuim, aan het
waarnemen. En ik merk, net als vroeger, ver
schillen. Ik ga groepeeren en rangschikken. En ik
zie, dat de hedendaagsche jeugd evenals de voor
malige veelvormig is en moeilijk met n algemeen
kenmerk te qualificeeren.
Heeft ze, bij al haar verscheidenheid, n ken
merk, dat haar onderscheidt van het opgroeiend
geslacht van een kwart eeuw geleden? Men zegt het.
En man noemt het zelfs bij den naam.
In al haar verscheidenheid is de tegenwoordige
jeugd gemeenschappelijk na-oorlogsch. En ze is
modern. Wat is na-oorlogsch? WTat is modern?
Beide uitdrukkingen worden door elkander
promiscue, zou onze rector zeggen gebruikt.
Toch hebben ze ieder voor zich een eigen accent.
Het zal noodig zijn, alvorens me in het wezen
der hedendaagsche jeugd te verdiepen, me reken
schap te geven van de woorden na-oorlogsch en
modern. Gelukkig kan ik bij deze determinatie
gegevens zoeken op ander terrein. Want niet uit
sluitend in het doen en laten van de jongelui uit
den tegenwoordigen tijd openbaart zich het ver
schijnsel; ook in het bedrijfs- en gemeenschapsleven
van de volwassenen pleegt men de uitdrukkingen
modern en na-oorlogsch te bezigen.
Vooral iii beschouwingen over kunst treft men ze
aan. Weliswaar heeft ook een vroeger geslacht wel
gewaagd van moderne kunst, maar thans is de
kunst behalve modern ook na-oorlogsch. Er is
na-oorlogsche letterkunde, na-oorlogsche schilder
kunst, na-oorlogsch tooneelspel, iia-oorlogsche
muziek eri na-oorlogsche dans.
Ja, vooral: na-oorlogsche dans ! Op dien dans zal
ik duchtig hebbeu te letten. Want de dans is de
sleutel tot het hartsgeheim der moderne,
naoorlogsche cultuur. In den dans manifesteert zich
het verlangen, de behoefte, de moraal, de religie, de
ziel van de jeugd. Wat is het kenmerkend verschil
tusschen den dans van vóór 1914 en den dans na
1914? Wie hier zuiver weet te doorschouwen en
juist te omschrijven, heeft de puzzle gevonden.
Hij is winnaar van de prijsvraag, waarvoor eerbied
waardige vaders en kostbazen, die door zelfkritiek
voorshands tegen dreigende
ouderdomsverschijnselen bewaard blijven en door verstandig inzicht
nog te juister tijd zijn te redden, een schitterende
belooning in uitzicht hebben gesteld.
HOLBEIN VELVET
EEN MAT GLANZENDE
DUBBELZIJDIGE ZWARE
GORDIJNSTOF 125 BREED
O NVE RS C H l ETBAAR
STALEN
FRANCO
PER MTR.
FL.
9.XHDER
£ ZOMEN