Historisch Archief 1877-1940
20
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 11 JUNI 1927.
No. 2610
De Gevolgen van de Cycl
Een Ongeluk Komt Nooit Alleen
door MELIS STOKE
U de dagbladpers langzamerhand
bekomen is van de letterkundige
rampspoeden die zulk een ongeluk
-altijd, speciaal voor 't geen het dag
bladbedrijf betreft, achter zich aan
.sleept....
Nu de dramatische
bijzonderheden-verhalende-oudjes" en de
,.ongeweten-leed-ontsluierende '' dagblad
kunstenaars weer een poosje bedaard
:zijn, de eersten om de schadevergoe
ding in ontvangst te nemen, de laatsten
om weer al hun krachten te wijden
?aan de kunst van het naar wij ver
nemen", naar verluidt", en uit wel
ingelichte bron". . . .
.... Nu is het ónze beurt om eens
wat te vertellen van het ongeweten
leed" en van de dramatische
bijzonderMeden" die zulk een ramp, meer spe
ciaal in de nie<-geteisterde deelen des
lands, ten gevolge heeft. .. .
Het is het leed van die honderden
"vrouwen, die, wanneer het gaat om
leniging van nood, stilling van pijnen,
vergoeding van verloren of vernielde
bezittingen eener tijdelijk-broodelooze,
over het algemeen nijvere bevol
king. . . . van die honderden vrou
wen zeg ik. die dan aanstonds
diep de hand steken in. ... haar
garderobe, om tot de ontzettende ont
dekking te komen dat ze niets hebben
?om aan te doen, lettert ijk niets: r/een
hoed, gén japon, gén schoenen,
mantels, kousen, kleinodiën of lingeries
?om. . . . aan te trekken en op te zetten
bij de komende groote
liefdadigheidsfeestel ijkheden.
Het is dit schrikkelijke, stil of
luidruchtig, maar immer binnenshuis
geleden leed dat, na elke natuurramp,
over honderden en honderden gezinnen
jkomt, en dat doorgaans stiller door
die honderden echtgenooten gedragen
vrordt, dan hunne liefdadige vrouwen
de kleeding-in-quaestie tenslotte dra
gen onder de stralende lichten van de
champagnebars, bij het schetteren
van de feestmuziek....
Mannen en vrouwen van Nederland !
Lezers en lezeressen van dit week
blad !
Kent gij dit leed?
Hebt gij het gedragen?
Gij, lezers, de kosten van de
feestkleedij, wel te verstaan, en gij, leze
ressen, de feestkleedij zelve? !
En gij, landgenooten, die de
liefdadigheidsfeesten bezoekt, en gul in
de zakken tast om slechte champagne
te koopen, of in een draaimolen te
zitten, of naar houten vischjes te
hengelen (of naar sociale relaties ! !)
gij, bezoekers der liefdadigheidsbazars,
kent gij dat leed, verborgen achter de
glimlachende maskers van haar die U
uit nobele roeping bedienen en aan
roepen, en van hen die haar de daartoe
passende kleedij hebben verschaft?
Neen? Weet dan dat vele van die
toiletten verkregen zijn door tranen,
bittere tranen, en woorden,.... eerst
vleiende, dan bittere, vervolgens
harde en tenslotte vaak krijschende
-woorden !
Weet dat, nog slechts enkele dagen
vóór het schitterend
liefdadigheidsfeest, het grootste deel van die prachtig
gekleede gastvrouwen niets had om
aan te doen, letterlijk niets. . . . dat
het dus slechts een haar gescheeld had
of ze waren voor de keuze gesteld:
óf in louter oude flarden en lompen
gehuld, of spiernaakt achter de thee
champagne- en verkoopstafels plaats
te nemen als dienaressen der barm
hartigheid.
En weet dat dat haar, welke het
gescheeld heeft, honderden echtge
nooten duizenden gekost heeft !
De barmhartige Samaritaan kon
den ongelukkigen zwerver tenminste
gelukkig maken niet de helft van zijn
versleten kleed. . . .
De echtgenoot der moderne
Hamaritaansche schenkt een hél en gloed
nieuw kleed weg. ... en laat zijn pak
voor de tweede maal keeren !
* *
*
Wanneer een orkaan heeft gewoed
tot waarzegsters en tooverkollen,
grootmoeders tot kelnerinnen en
caissières, oud-tariten tot exploi-tanten
van dansvloeren en harems en be
jaarde nichten tot directrices van
slemphuizen en rarekieken maakt....
Elke natuurramp wordt van het
herstel der barmhartigheid geseheiden
door een tweede ramp: die van het
liefdadigheid sf eest.
En die tweede ramp is, moreel, de
meest-vernielende.... Zij maakt, zoo
lang voorbereidingen en feestelijk
heden duren, echtgenooten tijdelijk tot
weduwnaars. . . . kinderen gedurende
dienzelfden tijd tot halve weezen,
verstoken van moeders belangstelling
en aanwezigheid.
Ze woedt in de voorraden van
grossiers en winkeliers
RIJM-KRONIEK
Kop-Zorgee
door MELIS STOKE
Op het bericht, dut de OeeaanvUeyer Cha»ibcrlin
Neic-York verlutan had, hebben zich de Berlijners.
voor het meerendeel met de koptelefoon toegerust.
te bed begeven. (Dat/bladbericlit)
Herr Schulze had gelijk dat pasf
voor 'n werk/ijk
luchtvaarf-enthousiast,
toen d' Oceaan werd overk/oofd,
zich met een telefoon om 't hoofd
in f echtlijk bed begeven.
En toen zijn vrouw bezwaren had,
wees hij gevat op 't avondblad,
althans op t geen er van die krant
in 'f vrouw/ijk kapsel was beland
opdat gén krul zou sneven!
Hij sprak bij f dooven van het licht:
Jij zet met beurs en stadsbericht,
met leader en wet spor/rubriek
en ingezonden polemiek
je krul/en in een kluister:
je nee/e hoofd is ac/ueel.
Welnu, opdat 'k me niet verveel,
fooi ik mijn kalen schedel zóó
dat 'k in ons echtli/k lits-jumeaux
het Wereldnieuws beluister! '
Frau Schulze sprak daarop gevat:
Al waf mijn haar aan nieuws bevat
is jou en mij a/reeds bekend. . .
Maar els ze door dat instrument
verrassingen gaan bellen! !!???..."
Toen zwoer haar echtgenoot een eed
dat hij het nieuws, 'f zij lief of leed.
des morgens bij het ochfendgrauw,
en bij t ontwaken van mevrouw
naar waarheid zou vertel/en. . .
Zwart viel de nacht. Uit 't ledikant
klonk t rits/en der verscheurde krant
en licht gesnurk. Frau Schulze woelt,
alsof ze, slapend, tóch nog voelt
dat Schulze niet kan rusten. . ,
Hij zelf verneemt in 't Dui/sch en
Fransch
en Engelsch 't wisslen van de kans
des vliegers die nog alsmaar vliegt,
wanneer de telefoon niet liegt. . .
, . En . . . . glijdt in 't onbewuste ....
Het echtlijk slaapvertrek is stil. . .
Op eens:. . een kreet. . een rauwe gil. .
Heeft hij gedroomd? ... 't Bericht ge
hoord ?. . . .
Zijn vrouw ontwaakt. Dekreet:
brandmoord!'
wordt door haar uitgesfoolen.
Zij springt uit bed. . . grijpt naar het
licht...
. . mept op zijn slaperig gezicht. . .
Hij wrijft zi/n wond, en stamelt mat. . :
Heb ik gedroomd? .. Ik denk haast dat
. . 'k verkeerd ben aangesloten. , ! ! !?'>
over Nederland. . . .
Wanneer de rivieren de dijken
beuken en breken....
Wanneer daarginds in liet verre
Oosten de aarde heeft geschokt. . . .
. . . .dan snelt op het rste signaal
alom een nijvere schare aan het werk,
in naam der barmhartigheid, tot
leniging van den nood. . . . ; het zijn de
Madame Jeanne's, Hortense's, Lucile's
en Clémentine's, vervaardigsters van
toiletten en hoeden en mantels. . . .
het zijn de Maisons llenri, Théodore,
Charles en Constant. . . . coiffures,
chaussures, beautéen manucure. . . .
En in het spoor dier dappere
mannen en vrouwen snellen de leve
ranciers van bloemen, linten, wijnen.
taarten en likeuren, de eenvoudige
tuiniers en timmerlieden, electriciens,
koetsiers en kelners. . . .
De handcldrijvende middenstand
wordt, op straffe van ontklanting,
opgevorderd tot rabat. . . . een sociale
depressie treedt in, die douairières
Teistert huiselijke budgets. . . .
Doet fraaie buitenplaatsen
verkeeren in woeste, vertrapte terreinen...
Ze maakt vriendinnen tot verbit
terde vijandinnen. ... en ontketent
haat, afgunst en nijd !
Ze maakt, ueberhaupt, alle slechte
instincten wakker !
In zachte, lieve vrouwen, bestemd
om op te treden als tweede dame aan
een thcetafel, roept ze de drieste en
onmatige begeerte wakker om rste
dame in een champagnetent te zijn !
In huiselijke, liefhebbende echtge
nooten van referendarissen wekt ze
ongeduld en ontevredenheid, doordat
echtgenooten van secretarissen-gene
raal nu eenmaal mér rechten kunnen
doen gelden op eervolle en hooge
betrekkingen, zooals b.v. die van
jurylid bij een pijpenstopwedstrijd of
commissaresse van orde bij een
hinktoernooi met-hooge-hoeden-op
voorheeren-boven-de-vijftig
Indien ge het nimmer geweten hebt,
argelooze lezer, het leed der jonge en
beeldschoone procuratiehouders-met
den - persoonlijken - titel - van -adjunct
onderdirecteurs-vrouw, die zich; bij het
bezoek van H.M. de Koningin-moeder
aan het feest moet tevreden stellen met
de begeleiding der oudste en slechtst
gehumeurde hofdame, terwijl het
geleide van het Hoofd van Het Huis
als een natuurlijk recht wordt
opgeeischt door de president-commissaris
vrouw, die onder gewone omstandig
heden niet staan kan, laat staan:
loopeii kan, laat nog verder staan:
geleiden kan, vanwege de spataderen
en winterteenen. . . . wanneer, herzeg
ik, argelooze lezer, dit leed U onbekend
was, dan kunt gij den omvang van de
ramp der liefdadigheidsbazars bij
verre na niet overzien....
Maar laat ik U zeggen, lezer, dat er
vóór, gedurende, en na zulke
rampfeesten vél luid geschreid wordt en
vél stil geleden. . . .
Luid geschreid door de barmhartige
vrouw wier kleed der barmhartigheid
overstraald werd door schitterender
barmhartigheidskleeden. . . .
Stil geleden door mannen, wier
capaciteiten onvoldoende bleken om
posities te veroveren, waaraan vol
doende emolumenten verbonden zijn
om n de geteisterde streken n het
lichaam eener liefdadige vrouw te
stoffeeren. . . .
Zij, die de colleges aan de
Kotterdamsche llandelshoogeschool met
vrucht bezocht hebben, zijn genezen
van den waan die de geesten eeuwen
lang bevangen heeft gehouden, en
volgens welken het voldoende zou zijn
een deel van y.ijri geld weg te schen
ken aan de armen.
De nieuwere economische inzichten
h-eren ons dat men zijn gehéle in
komen, en liefst het driedubbele
<laarvan, kan beleg-gen in de barm
hartigheid.
Niet zooals de Tiijkc Jongeling dat
deed. waarvan de Bijbel ons verhaalt.
die alles wegschonk.... en evenmin
door het te kapitalisoeren in instellin
gen tot algemeen nut.... maar door
ei- di- noodzakelijke attributen voor te
koopen om derden op te wekken tot den
dienst der barmhartigheid.
Deze attributen nu bestaan, volgens
de jongste theorieën, in vrouwelijke
lijfsversiering.
En nu is het eigenaardig dat ook
hier weer niets nieuws onder de zon is,
want van oudsher werd, schoon met
oen in zekere opzichten minder
altruïstisch doel. deze sierlijke geld
belegging als middel van levensonder
houd toegepast. . ..
En ook toen reeds als bron van veel
verbeten leed voor de draagster en
hem die het kleed betalen moest. . . .
De orkaan boven het Oosten des
lands heeft uitgewoed.
De ramp is in haar vollen omvang
bekend....
De liefdadigheidsbazars kunnen
openen....
Tast diep in (Twe beurzen, echtge
nooten. . . .
Wanneer Neede's en (iroenlo's
huizen zullen zijn opgebouwd, zullen
de Maisons de Haute Couture uw
beurs gaan sloopen. . . .
En tegen den tijd dat de geteisterde
bevolking van nieuw*;, warme kleeding
zal zijn voorzien. . . . zal Uw arme,
naakte vrouw wér
heelemaal-nietsmeer-hebben-om-aan-te-doen
Ze heeft zich letterlijk aangekleed
voor de armen. . . .
En ze heeft U uitgekleed, indirect
óók voor de armen....
Zóó komt een ramp nimmer alleen....