Historisch Archief 1877-1940
No. 2611
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 18 JUNI 1927
23
Op een gezonde, sterke, rood-wangige
vrouw zou hij nooit meer verliefd
kunnen worden, maar de bleeke,
zwakke, ongelukkige Tanja bekoorde
hem.
En hij streek haar verheugd over
haar haar en schouders, drukte haar
handen en droogde haar tranen. . . .
Eindelijk hield ze op met schreien.
Nog lang bleef ze klagen over haar
vader en over haar zwaar, ondragelijk
leven hier in huis en ze bezwoer
Kowrin zich in haar toestand in te
denken. Dan begon ze langzamer
hand te glimlachen en te zuchten,
dat God haar een zoo slecht karakter
gegeven had, en tenslotte lachte ze
hardop, noemde zichzelf een idioot en
holde de kamer uit.
Toen Kowrin kort daarna in den
tuin kwam, liepen Jegor Sjemjonytsj
en Tanja al weer samen te wandelen
alsof er niets gebeurd was, en aten
roggebrood met zout, omdat ze allebei
honger hadden.
V.
Voldaan dat hem zijn rol als
vredestichter zoo goed was afgegaan, liep
Kowrin het park in. Hij ging op een
bank zitten peinzen en hoorde het
geluid van rijtuigen en vrouwen-ge
lach er was dus bezoek gekomen.
Toen de avondschaduwen over den
tuin begonnen neer te strijken,
dronCADILLAC
Het feit, dat de Cadillac dikwijls voor
veel duurder wordt gehouden, dan ze
in werkelijkheid is, pleit wel zeer sterk
voordehooge plaats,dle de CADILLAC
in de algetneene achting inneemt
K. LANDEWEER
UTRECHT AMSTERDAM
Biltstraat 74 ~ Singel 430-432
gen vaag de tonen van do viool on
zingende stemmen tot hem door en
dat herinnerde hem aan den zwarten
monnik. Waar, in welk land of op
welke planeet zwierf nu die optische
ongerij mdheid ?
Nauwelijks was de legende hem
weer ingevallen en in zijn fantasie de
donkere gestalte weer opgedoemd, die
hij in het roggeveld gezien had, toen
van achter de sparren, vlak t
genoverhem, onhoorbaar, zonder het minste
geritsel een man van middelbare
grootte te voorschijn kwam, het
grijze hoofd ongedekt, geheel in het
zwart en blootsvoets als een bedelaar
en op zijn bleeke. als doode gezicht
teekenden zich scherp de zwarte wenk
brauwen af. Vriendelijk met het hoofd
knikkend kwam deze bedelaar of zon
derling na-av de bank toe en ging zitten.
Kowrin herkende den zwarten monnik
in hem. Ken minuut lang keken zij
elkander aan Kowriu verbaasd, de
monnik vriendelijk, af en toe een
beetje listig, met een uitdrukking van
zelfverzekerdheid.
Maar je bent toch een spiegel
beeld, zei Kowrin. Waarom ben je
hier en waarom blijf je op n plaats
zitten V Dat komt niet uit met do
legende.
Dat doet er niet toe ant
woordde de monnik aarzelend, met
zachte stern en hij wendde zijn gezicht
naar hem toe. De legende, het spiegel
beeld en ik het is alles een product
van jouw overspannen verbeelding.
Ik ben een hallucinatie.
Je bestaat dus niet?
Denk daarover, zooals je wilt,
zei de monnik en glimlachte vaag. Ik
besta in je verbeelding en je ver
beelding is een deel van de natuur.
Dus besta ik ook in do natuur.
Je hebt een heel oud, verstandig
en in hooge mate expressief gezicht,
alsof je inderdaad meer dan duizend
jaar geleefd had, zei Kowrin. Ik wist
niet, dat mijn fantasie in staat was
zulke verschijningen to.scheppen. Maar
waarom kijk je me zoo verrukt aan?
Beval ik je zoo goed?
Ja, je bent een van do weinigen,
die men met recht de uitverkorenen
der Goden noemt. Je dient de eeuwige
waarheid. Je gedachten, je plannen, je
bewonderenswaardige kennis en je
heele leven dragen het goddelijke, het
hemelsche stempel, omdat ze het
wijze, het schoone, dat is dat wat
eeuwig is, gewijd zijn.
Je zei: de eeuwige waarheid....
Maar is er een eeuwige waarheid
noodig on bereikbaar voor de
menschen, wanneer er geen eeuwig leven is ?
Kr is een eeuwig leven, zei de
monnik.
Je gelooft dus aan de onsterfe
lijkheid der menschen?
Ja, natuurlijk. U, menschen.
wacht een groote, luisterrijke toekomst.
l'] n hoe meer menschen als jij er op
aarde zijn, hoe eerder die toekomst
werkelijkheid zal zijn. Zonder jullie, de
dienaars van het hoogste beginsel, die
bewust en vrij leven, zou
demenschheid niets zijn; had zij zich naar de
natuurlijke orde ontwikkeld, dan
moest ze allang het einde van haar
aardsche geschiedenis verwachten.
Maar gij zult haar «enige duizenden
jaren eerder binnen voeren in liet rijk
van de eeuwige waarheid en daarin
ligt uw hooge verdienste, (i ij be
lichaamt in u den zegen van God, die
op do menschen rust.
- Kn wat is het doel van het
eeuwige leven? vroeg Kowrin.
Als van ieder loven het genot.
Hot ware genot ligt in hot kermen on
hot eeuwige leven biedt talloozo on
onuitputtelijke bronnen van kennis
011 in dion zin is gezegd: In het huis
Mijns Vaders zijn vele woningen.
----- Als jo \visf. hoe prettig hof is
Kenners zeggen:
MIJ smaakt allén een
BROCHES
Cigaret"
naar je te luisteren ! zei Kowrin en
hij wreef zich vergenoegd do handen.
Daar ben ik blij om.
Maar ik weet zeker: als je weg
bent, zal de vraag of je al of niet
bestaat, me gaan kwellen. Je bont een
zinsbegoocheling, een hallucinatie. Dat
beteokent zeker, dat ik goostos-ziok,
abnormaal ben.
Kn al was dat zoo? Wat moot jo
je ongerust maken? Jo bont ziek
omdat je boven je krachten gewerkt
on je overspannen bobt en dat
beteekerit, dat jo je gezondheid aan do
Ideo ton offer hebt gebracht en dat do
tijd nabij is, wanneer je ook je loven
zelf geven zult. Wat is er beter? Dat
is immers, waarnaar alle begaafde,
door don hemel gezegende naturen
streven.
- Als ik weet, dat ik geestelijk
ziek bon. hoe kan ik dan mezelf
goloovon?
Maar hoe weet je. dat do gonialo
monschen, in wio do heele wereld
gelooft, ook goon verschijningen gezien
hebbon? Do geleerden zoggen tegen
woordig dat hot genie verwant is aan do
abnormaliteit. .Mijn vriend, gezond 011
normaal zijn alleen middelmatige
kuddo-monschen. Do voorstellingen
over onzon zemuvziekeii tijd, over
uitputting, degeneratie eiizoovoorts
kunnen alleen hen ernstig veront
rusten, die hot doel van hun lovoii in
hot heden zion. dat zijn do
kuddonionsohon.
Do Romoinon zeiden: ..inons
sana in oorporo sano ,
( \ \' tn'dl rt'/