Historisch Archief 1877-1940
8
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 25 JUNI 1927
No. 2612
B1JKOMST1GHEDEN
door ANNIE SALOMONS
CCLXXIV
TJT ET begon eigenlijk bij den kapper,
dien wannen ochtend, toen ik in
gedachten zei: Graag een nieuwe
kaart....." en opeens ophield en me
bedacht: zou ik die nog wel op ge
bruiken ? Of zouden we dan al....
En toen eenmaal die overweging
bij me was opgekomen: is dat nu nog
wel de moeite waard? zouden we
daarmee nog wel beginnen? toen
kreeg het leven een heel ander gezicht.
Want het is een groot verschil, of je
naar den lichten hemel achter de
boomen opstaart met het gevoel:
wér een dag, die ten einde gaat, en
hoe vele nog, di§ik zoo, met m'n
hoofd achterover op het kussen zal
zien wegtrekken"; of dat je met je
vingers over de streepjes op den muur
ligt te spelen en zegt: nog maar
zeven en vijftig, en dan is dit stuk
leven voorbij. En het zijn toch beeldige
orchideetjes, die daar op m'n tafeltje
stoan; die zal ik niet gauw meer zien in
Holland. En de rust in huis, met niets
dan stille bedienden is toch iets
weldadigs, waar ik later nog dikwijls aan
terug denken zal".
Hoe betrekkelijk is toch onze
appreciatie van onze omgeving ! Had
men mij indertijd gezegd: je mag
voor twee en een half jaar het Oosten
gaan bekijken, maar dan moet je on
herroepelijk naar je vaderland terug",
hoeveel intenser zou ik me dan in al
dat nieuwe.hebben gestort; hoeveel
rustiger zou ik de tijden van ziek-zijn
hebben gedragen, omdat ik vooruit
geweten zou hebben: dien termijn haal
ik wel. Laat ik eiken gezonden dag
nu tenminste profiteeren en alles in
mij opnemen, wat ik kan.
Maar onder den druk van het: hoe
lang nog?" onder de angst van: ik
kom hier nooit meer levend weg", was
ondraaglijk geworden, wat anders
alleen hinderlijk zou zijn geweest; en
pas, toen de reisbiljetten veilig in de la
lagen, toen de inboedel was getaxeerd
en den bedienden hun ontslag was
aangezegd, kon ik, voor 't eerst zonder
dreigende angst, genieten van de
charmes van het bijna voorbije leven
en de bekoring van die vreemde
wereld zonder verweer op me laten
inwerken: de slonzige achterstraatjes,
waar de kippen in de droge goten
liepen; waar halfnaakte kinderen aan
den stoeprand hun maal zaten te doen,
en het drukke bedrijf van
machinenaaien, houtbewerken, smeden en
vijlen bijna onder den blooten hemel
zijn gang ging.... Waar op een
schaduwrijk plekje van den openbaren
<weg een man zich haar en baard liet
knippen en zijn ooren liet reinigen....
Waar werd gedobbeld in de schemering
van een'poort, en je, binnenkijkend
EETKAMER
HAAR ONTWERP W.PENAAT.
?' ? BESTAANDE UIT ?
DRESSOIR.TAFEL.
? THEETAFEL.4STOELEK
2ARMSTOELEN
?.473.
UITG.EVOERD IM PRIMA
EIKENHOUT EN IN ELKE
GEWENSCHTE HOUTKLEUR
AFBEELDINGEN FRANCO
METZGC2
in een donker huisje, het kleine
huisaltaar zag prijken met kleurige
bloemen.... Heel dat bont be
weeg van kinderen, die, in een
platte mand op hun hoofd, goudgele
koeken ventten en ze aanprezen met
schellen roep; van blinde bedelaars,
die zich met hun stok een weg over den
ongelijken grond tastten, van
sadokoetsiers en hongkong-trekkers en
meisjes met een klein broertje op
den rug, die ondanks hun vracht
onder elkaar spelletjes deden en
hurkten en draaiden, alsof ze een pak
mee torsten en geen levend, klein
mensch. Ik staarde er naar en ik
trachtte het beeld voor mezelf te
ontleden, mij bewust te maken, wat
ik zag; en ik wist toch voortdurend:
zoo weinig als ik hier in de barnende
zon de essentie kan proeven van een
Rotterdamsche straat met vruchten
karren en oudekleerenkoopen en
frissche dienstmeisjes met propere schor
ten, zoo min zal ik, als ik eenmaal
weer in het lieve vaderland ben, den
geur en de felheid van dit tropisch
beeld kunnen vasthouden.. . .
Toen kwamen de dagen, dat het
pakkertje ochtend en middag met
oliepapier zat te kraken, om onze
boeken in de reusachtige kisten te
passen; en toen de tijd, dat het huis van
al zijn kleine siersels, die het eigen"
en dierbaar hadden gemaakt, werd
ontdaan, terwijl de nieuwe bewoner
achter op het erf al zijn tenten begon
op te slaan, en zacht en nauwelijks
merkbaar begon op te dringen om er
ons van voren uitte krijgen. En toen
de chaos van koffers en de onwennig
heid van de ontredderde kamers op
zijn allerergst was geworden, toen
mochten we plotseling in den vrede
van een volkomen verzorgd, rustig en
ruim milieu overtrekken, waar de
bedienden onder hun witte mutsjes
's middags om vijf uur geluidloos de
theetaf el het koele terras opdroegen;
waar de zware klok elk kwartier
meldde, zooals Big Ben het uitzingt
over de Londensche straten.... Voor
het laatst nogeens Indiëop zijn
best", in de onbegrensde gastvrijheid,
waarmee onze vrienden, zelf op reis,
ons hun heele hebben en houden met
provisiekast en al overlieten; waar
geen kast was afgesloten, waar zelfs
geen papieren waren, opgeruimd, in de
zekerheid van een genegenheid, die
den ander vertrouwt als zich zelf.. ..
De nadering van een afscheid ver
deelt de menschen als het ware in
twee groepen: zij, die vooral in het
oogenblik leven, hebben, zoodra ze
weten, dat het einde vaststaat, al
geen belangstelling meer en grijpen
naar nieuwe mogelijkheden; maar wie
de schoonheid van den weemoed en
het verlangen kennen, dringen zich
nader om de scheidenden heen, en
juist in die laatste weken kan de
vriendschap haar schoonste bloesems
dragen; een laatste gesprek, een laatste
handdruk heeft om dat laatste" iets
onvergetelijks aan zich, en als men
soms zegt: hoe jammer, dat we pas
op het eind elkaar zoo na zijn komen
te staan," dan weet men toch eigenlijk
wel, dat juist doordat het einde al was
bepaald, de harten zoo zonder terug
houding elkaar konden bereiken.
.... Den laatsten avond reed ik
alleen in een hongkong van een bezoek
aan den, in het begin al genoemden,
kapper terug. Het tooval wilde, dat
ik om het huis van onzen laatsten
gastheer te bereiken de heele stad
doorrijden moest, on het was een mooi
en rustig afscheid nemen, hoog en
?(yncfer den J/i.
QJUaar fïef meubel M in de ftleinste details, zoowel in teefiening
als in uüooering, verzorgd is.
UW INTtRIEUK IttrT
JAGEN MET U MEDE
LMT HEI DOOP ff]
VNZORQf N ?
OVERHEMDEN
NAAR MAAT
FR. SINEMUS
20 Leidacheatraat 22 - Amsterdam
ALS U
Uw wasch toevertrouwt aan
DE PELIKAAN"te GOUDA,dan
hebt U zekerheid, dat U de wasch
beter thuis krijgt dan U verlangt.
De Wa,sscherij bestond l Juli 1925
1OO jaar!
Zegt U dit niets?
Vraagt eens om onze prijs
courant No. 16
BOUULITINHET
PHOENIX-MEUBELEN"
Voor WONING en KANTOOR rijn GOED, GOED
KOOP en worden onder GARANTIE geleverd M *?
BEHANGEN - STOFFEEREN - BEDDENMAKERIJ
Magazijn Damrak 76 TeL 48489 <*= <*> <*» «* <*» *o
Fabriek-Toonkamen WarmofcMtraat Hl Tel. 42689
LUX-DE CAMERA"
Hebt U interesse voor fotografeeren?
Zoo ja, leest dan het gecombineerde fototijdschrift
LUX-DE CAMERA" dat begin Juli verschijnt.
VRAAGT GRATIS PROEFNUMMER.
Administratie Warmoesstraat 147/151 Amsterdam.
veerend tronend achter den rug van
den veerkrachtig dravenden Chinees:
eerst door de drukke winkelstraat
met de open toko's, waar de
Bombayers hun kleurige stoffen ten toon
spreidden; toen door de stiller wijken,
waar de verlichte huizen stonden, tot
we tenslotte op den wijden buitenweg
belandden, waar de krekels zwirden en
de nachtzwaluwen hun scherpen kreet
riepen. De warme nacht was als een
zacht dek over me heen en ik zocht
in den zwaar besterden hemel naar
het Zuiderkruis, het symbool van don
afstand, die er tusschen mij en mijn
geboortestad zich strekte. Ik voelde
me wonderlijk dankbaar en bevredigd:
ik had het Oosten mogen zien, er iets
van mogen begrijpen, en morgen zou
het, o niet te schatten genade,
mij toch loslaten, en zou ik terug varen
naar het land van m'n vaderen. . . .
Uit de verte woeien klanken van een
gamelan over; er was feest in de
kampong; er was feest in m'n hart.
Wat zou de toekomst ons brengen?
Ongetwijfeld ook zorgen en moeiten:
maar twee bronnen van diepe vreugde
zouden nooit meer in m'n hart mogen.
opdrogen: het Oosten had z'n poorten
voor me geopend, maar niet slechts
nen keer, ook ten tweeden male
waren ze voor me opengegaan: en het
beloofde land'' zou binnen enkele
weken hot ,,land van vervulling" voor
me worden.