Historisch Archief 1877-1940
No. 2613
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 JULI 1927
UIT DEN GEMEENTERAAD
DOOR BARBAROSSA
MET TEEKENINGEN VOOR DE GROENE AMSTERDAMMER" DOOR B. VAN VLIJMEN
T S deze Baad niet aan het
uitspansel gelijk? Dringt de verge
lijking zich niet op, op den dag dat de
maan de zon verduistert? Staat daar
niet in het zenith de Machtige, de Zon
of Solus? Gloeit het in zijn binnenste
niet even vurig als in de Zonne zelf?
Is elk zijner woorden niet als een
straal die licht brengt in de
portemonnaie van eiken Amsterdammer en
is hij als leider der Bedrijven iets
anders dan de zegenbrenger, de Zon?
Doch wat is het, dat zijn aangelaat,
vurig rood als de bol als zij in de zee
zal verzinken, een oogenblik ver
duistert ? Is dat niet de koele Maan die
de wezenstrekken van Bomme draagt ?
Bond en onschuldig en nu, door de
politieke zorgen, geel? Schuift hij
zich niet langzaam tusschen de Zon
en den Baad in en trekt er over de
drie wethouderszetels niet een lange
schaduw zoodat het is alsof de
schaduwstreep het getal 3 doorhaalt?
Ziet gij reeds de vlammende corona
om het hoofd van den Machtige? De
corona van de gloeiende oppositie met
haar vurige democratische stralen en
revolutionnaire vlammen?
En wat dwaalt daar in den
rechtschen hoek eenzaam en alleene? Het
ia de dwaalster Solklesz die zijn huis
kwijt is en wiens staart gevormd
wordt door de vijfduizend pop van
Dolf Bruinsma en diens drie duizend
? stemmen*
En Is de in het zacht-aardbeienrood
stralende Venus niet mejuffrouw
Crielars, die knipoogt tegen den
Waterman Wijnkoop ?
Draait daar niet langzaam om zijn
eigen as Mars en lijkt hij niet in de
verte, met zijn rimpels als kanalen,
op het hoofd van den Generaal, wien
alle bloeddorst vreemd is nu hij tot
onderwijsspecialist geworden is en
die aan den christelijk-historischen
trans schitter met het rosse licht
van een ondergaande zon?
Wat nadert daar in de volle glorie
van al zijn stralend licht P Het is
Jupiter-Boissevain en de Maan schiet
onmiddellijk op hem af en samen
hebben zij het langen tijd over 2 of 3
want met 3 wordt het voor hen O en
met 2 misschien nog minder.
***
Lisser neemt zijn benoeming tot lid
van de commissie,die de geloofsbrieven
der nieuwgekozen raadsleden zal on
derzoeken, aan en het loopende gerucht
wordt er als door bevestigd, dat de
communisten handelbaarder zullen
worden en er dus met hen te handelen
zal vallen als het straks tot de ver
kiezing der wethouders komt.
gelijken voet behandeld dient te
worden als het openbare. Wie hier
eenmaal A zei zal niet alleen Z maar
ook Ai en Zi moeten zeggen en het zal
niet eindigen, voordat naast iedere
bizondere lagere school zich een
bizondere middelbare bevindt, leer
lingen of geen leerlingen.
Andere volken gaan ten gronde aan
onzedelijkheid of den drank of den
oorlog. Wij rennen ten verderve door
ons onderwijs en derzelver pacificatie.
* * *
De stoel naast Majoor Solklesz
blijft alweer leeg. Zit Arpadjin de
zilvertram of werkt hij^met de stand
werkers of danst hij ten bate van het
Drentsche kind? En de Majoor zelf?
Hij zit met een hemelsblauwe bloem
Dan beginnen wij weer aan een dier
vele principieele discussies over de
subsidieering van het onderwijs sinds
wij de pacificatie beleefden en voor de
zooveelste maal blijkt het, dat de prin
cipes niets veranderd zijn, pacificatie
of niet, en dat openbaar openbaar blijft
en bizonder bizonder and never the
twain shall meet. En de principes
wijken zoover uiteen, dat de wethouder
Mr. Bomme zachtkens verwijt dat hij
zich buiten de Grondwet plaatst, wat
Wijnkoop, die er altijd buiten staat,
genoegelijk doet grinneken. Het is een
van die heroïsche strijden waarbij
beide partijen zich terug trekken naar
vooruit gereed gemaakt stellingen,
zooals dat heet, en die niet eindigen
zullen voordat ook het Middelbaar
onderwijs gepacificeerd zal zijn en op
op zijn borst. Is zij het zinnebeeld
van zijn overgang tot het maagdelijke
liberalisme van Boissevain en Koek
en Carels?
Maar de dans om het hoofd van
Jochanaan Monne de Miranda is be
gonnen en Bomme-Saloméwringt
zich in haar verleidelijkste bochten en
de ouwe Herodes staart somber voor
zich uit. De helft van zijn democratie
heeft hij Saloméreeds beloofd. Nu
dit ook nog ?....
*» *
En onderwijl zaagt David over het
van Aalst-huis des Burgemeesters
waarvoor tien miei moet worden uit
getrokken opdat de buren niet over de
schutting kunnen kijken en den Bur
gemeester niet in zijn tuin zien wan
delen na een vermoeiende raadszitting
en zij het niet aanschouwen zullen
hoe hij in machtelooze woede de
koppen der dierbare planten w
granselt, als waren zij koppige commu
nisten. En ook de tuin moet opge
hoogd, want anders zouden wij een
rheumatischen burgervader krijgen en
de ramen tochten en wie wil Willem
de Vlugt gaarne op den tocht zien
zitten?
En onderwijl baant zich het gerucht
een weg door de Baadszaal dat er een
verzoening tusschen de communisten
op til is en zij zelfs mede zullen doen
aan de wethoudersverkiezingen en
reeds wordt het bleek om de neuzen
der andere rooden, want zullen zij
aldus niet dreigen te worden de ge
vangenen der bolsjes, die hen kunnen
laten wippen op-neer-op-neer?
Of is het de zooveelste truc der
communisten en zullen zij den rooden
alleen een werkprogram voorleggen
op den aanblik waarvan zij wederom
bleek om den neus zullen worden, zoo
revolutionnair als het zijn zal en dat
zij vol afschuw van zich zullen
werpen?
Groote tijden staan voor de deur
en reeds trekt Ferdinand Wierdels
een gezicht alsof hij de portier zijn
zal die hen zal binnen laten !
En Ketelaar collecteert! Zal hij de
drie vrijzinnig-democratische stem
men in de bus doen der rechtsche
meerderheid en mede helpen aan het
tot stand komen van een college
bestaande uit vijf rechtschen en
tweerechts-uit-de-f lankschen ?
Of zullen zijn drie stemmen in de
linksche bus gaan en zal het resultaat
zijn een college van drie sociaal
democraten, twee katholieken en een
vrijzinnig democraat?
Intusschen vergaart de Burgemees
ter nieuwe krachten op de Zwitsersche
bergen en zit naast Prins Hendrik in
hetzelfde rijtuig en de brave Zwitsers
zullen hun oogen uitkijken en er niets
van begrijpen dat de eene broer
Koninklijke Hoogheid is en de ander
Burgemeester, want lijken zij niet op
elkaar als twee Paascheieren onder
ling?