De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 2 juli pagina 7

2 juli 1927 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 2613 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 2 JULI 1927 Kromiek vae den Dam door J. W. F. WERUMEUS BUNING TEN TIJDE VAN CAMARGO XL V. Het Costaum als Historie T~^ B historie van den dans gaat haar weg met de lichtste voeten ter wereld: die van de groote dansers en danseressen van alle eeuwen. Niets kan minder sporen nalaten,, en zoo schijnt die weg nauwelijks weer te vinden, onnaspeurlijk als van een vogelvlucht.... Maar van den eersten holbewoner, die zijn dierendansers grifte in rendierbotten, tot den laatsten filmoperateur die er de betooverde wereld der ver traagde bewegingen van maakte, is er iets van die onnaspeurlijke passen bewaard en overgeleverd en in dat groote prentenboek van den dans, en de duizend en een folianten die er het onbeschrijfelijke hardnekkig bij be schreven, is genoeg te vinden voor een historisch spoorzoeker om de wan deling door de eeuwen terug met profijt te ondernemen. Hier een verloren dansschoentje, ginder een potscherf, ergens verder een uitdragerswinkel vol oude costumes, weer elders een verbleekte foto grafie, of een album meesterlijke teekeningen, van tijd tot tijd een. gebroken hart, een boek verzen, een vergeten graf-monument. ... wees overtuigd dat men saaier wandelen kan dan in het verleden van den dans; want al deze dingen spreken. Men kan de geschiedenis al vrij wat kleuriger uit de nevels van het ver schiet zien opduiken dan ze het uit de meeste dans-histories doet, wanneer men alle vindbare dansschoenen en danskleedij op een rij zet en zijn oogen gebruikt. De hoogte van een hakje, de lengte van een rok spreekt voor de beweging die er bij past: niemand springt zeker op hooge hakken, en onder den zwaren langen dansrok kan men geen snelle en groote bewegingen ver wachten; noch de hiëroglyfen van het dansschrift, noch de abacadabra der technische benamingen is noodig om dat nader te bewijzen. De ontwikkeling van den balletdans van hofballet tot romantiek is b.v. geheel af te lezen uit de costumes van de zware statiedracht der Fransche heffeesten tot het korten gazen dans-jurkje, de tutu", die nog in eere is. Op de gravures b.v. waarbij de Italiaansche meester Cesare Negri zijn Nuove Invenzioni in 1604 demon streert, komt er geen schoenspits, zoo klein als van Asschepoester onder de rokken uit; een honderd jaar later is er weliswaar te zien dat een danseres voeten heeft, maar daarmede is ook alles gezegd; in de romantische tutu" en tot in onzen tijd is het been der balletdanseres echter zichtbaar, ten minste tot halverwege de dij. En daarmede is het duidelijk dat deze periode aanvangt met kleine passen en afgemeten beweging, dat ze allengs een springen en sneller gaan der voeten kan doen zien, en dat ze tenslotte tot een dans kwam waarin de groote lijn van het geheele been in de prachtige open schoonheid der ten top gevoerde balletkunst kon leven. De mannelijke danser, die altijd vrijer was, ontwikkelt in de zeven tiende eeuw de danstechniek, in de achttiende staat hij naast vrouwelijke virtuosen, in de negentiende triom feert de ballerina en is de groote danser schaars. een ministrieele order en streng verbod. Noverre had, jaren na Camargo en Salie nog altijd te strijden tegen de paniers ridicules", die meer aandacht van de danseressen vergden dan de dans zelf; het was, al waren de pirou ettes en sprongen talrijker geworden, al was de techniek steeds bij de hand om elke vrijheid uit te buiten tot ver rijking van het ambacht, nog altijd een dans, die heel beperkt was in zijn middelen, al moet hij in die beperking volmaakt zijn geweest.... De Fransche revolutie bracht het hofcostuum eindelijk ten val: de ban was gebroken, de techniek schiet voor uit. Na de terreur triomfeert het ge sluierd naakt. Auguste Vestris eischt van zijn leerlingen verleidelijke houdin gen en ietwat verdachte bevalligheden. M. Sosthènes de la Rochefoucauld, die met de Restauratie aan het bewind kwam, verlengde de rokken terstond met een derde, en voerde een pijpbroekje in, dat zedig onder elk costuum bleef uitkijken. Maar het leefde niet ROMANTIEK EN KLASSIEK LINCOLN de meest volmaakte wagen JAN LIMBACH- Haarlem Toen Marie Anne Cupis de Camargo op een gedenkwaardigen avond in 1750 de schaar in haar dansrok zette eer zij in Héro et Léandre" beliefde te verschijnen, verrichtte zij een historische handeling: zij knipte er ! drie duim af. Daarmee begon een stijging van techniek die langer dan honderd jaar duren zou. Camargo knipte in het hofcostuum der statige danseressen, zij schafte de hakken van haar schoenen af en de entrechat" sprong te voorschijn: de dans werd levendiger en kreeg vaart, omdat hij ruimte kreeg. Maar het hofcostuum bezweek nog niet. Ben godin, een nimf of een bacchante het droeg alles robes a paniers". Camargo's groote mededingster Salie even beheerscht en fijn als de ander uitbundig en virtuoos was waagde een ander stuk en verscheen in Londen in een soort Grieksche tunica. Maar in Parijs dorst zij dat niet te wagen. Toen in 1783 een nimf met los gewaad en zonder pruik langs de rococobosschages van de Opera-decors danste, verscheen er den volgenden morgen lang, de danseres had haar beenen veroverd en niets hielp om haar dien triomf weer afhandig te maken. Het maillot, het vleeschkleurig tricot, bracht vrede tusschen de strijders voor zedigheid en vrijheid zelfs de strenge censuur der Pauselijke thea ters werd tevreden gesteld, al schreef ze weliswaar, om elk spoor van zondige gedachte verre te houden, een blauwe kleur voor. . ,. Taglioni danste wel eerst in den lan gen dansrok, maar in 1832, inde Sylphide" was die al kort geworden: de tech niek kon geen belemmeringen meer ve len. En deze laatste periode is die van de grooteontwikkeling der ballettechniek: de pointe" wordt geboren voor dien tijd niet bekend , de stand deivoeten in de posities groeit van vijfen veertig tot negentig graden geopend, de groote figuren ontstaan, die geen Salie, Camargo of Guimard kende, die de vermaarde Vestris niet gedanst had. De danstechniek groeide naar mate de danscostumes besnoeid wor den: hoeveel wonderen liggen er in eiken knip van de bevrijdende schaar ! LANGE ROKKEN, GEEN VOET TE ZIEN (1604) De danstechniek verviel tot virtuosi teit, waaruit eerst het Russisch ballet en de nieuwe dans weer een weg zochten: hoeveel gevaren liggen er in een vrijheid die te lang duurt l Dat neemt niet weg dat men, ge wapend met een centimetermaatje, in achttiende en negentiende eeuw, de danshistorie voor een goed deel lezen kan op costmimprenten en schoenhak j es. Nieuwe Uitgaven J. VAN GBI.DEREN, Voorlezingen' over Tropisch- Koloniale Staatkunde* Haarlem, H. D. Tjeenk Willink en Zn. Dit boek bevat den, aanzienlijk aangevulden, tekst van een vijftal voor drachten door den schrijver voor studeerenden aan de Leidsche Uni versiteit gehouden. De schrijver heeft er naar gestreefd de geheele stof uit dit gezichtspunt te bezien: de moge lijkheid van toepassing der moderne theoretische economie op de econo mische verschijnselen in een tropische kolonie. De eerste twee lezingen geven in korte trekken een kenschetsing van het eigen milieu, speciaal in Ned.Indië; de derde maakt een aanvang met de analyse der ruil- en inkomens processen in dit milieu; de laatste twee geven toepassingen van den algemeenen gedachtengang op een twee tal vraagstukken, die de totaliteit der koloniale huishouding raken. M. C. VAN DB PANNE, Recherches sur les rapports entre Ie romantisme francais et Ie Théatre Hollandais. Amster dam. H. J. Paris. C. W. LEADBEATER, Het Verborgen Leven in de Vrijmetselarij, Amsterdam, N.V. Theosophische Vereeniging. Uit gevers-Mij. Hoewel dit boek", zegt de schrijver in zijn voorwoord, in de eerste plaats bedoeld is ter leering van de leden van de Internationale Orde der gemengde Vrijmetselarij, wier verlangen zoo als in hun rituaal is uitgedrukt -?is: de wateren van esoterische, köinis te gieten in de Maoonnieke valèn» .zoo hoop ik toch dat het tot' een rO&aereii kring zal spreken." Annie Besani schreef voor dit werk een voorwoord; Dr. W. H. Denier van der Goor ver zorgde de Nederlandsche vertaling. JUWEELEN, PAARLEN, platina, goud, zilver enz. wordt tegen reëele waarde te koop gevraagd door H. Lam mer s, juwelier A. o. 1845 Oudegracht 149, Utrecht. Expert der Ned. Spoorwegen. Confidentiëele bediening.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl