De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 9 juli pagina 1

9 juli 1927 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

Hotel HAMDORFF LAREN ZELFDE DIRECTIE ALS RESTAURANT TRIANON" AMSTERDAM ONDER HOOFDREDACTIE VAN G. W. KERNRAMP Redacteuren. H. BRUGMANS EN TOP VAN RHIJN-NAEFF Secretaria der Redactie. C F. VAN DAM Uitg.i N.V. DE GROENE AMSTERDAMMER KEIZERSGRACHT 333 AMSTERDAM OPGERICHT IN 1877 No. 2614 De plannen tot her vorming van het Hoogerhuis B is een tjjd geweest, waarin Engeland werd alöhet voorbeeld voor alle landen, die eerst een constitutioneelen, straks een parle mentairen regeeringsvorin hadden gekregen; bij de invoering daarvan volgde men Engeland ook in dit opzicht meestal na, dat de volksvertegenwoor diging' werd gesplitst in twee Huizen of Kamers. - Niet altijd en overal achtte men zich echter - daartoe gebonden. De volksvertegenwoordiging, die Frankrijk kreeg door zijn eerste constitutie, die vai» 1791, bestond slechts uit ne Kamer; alleen daardoor, zoo meende men, kon de wil der kiezers zich in de wetgeving naar behooren doen gelden. Het Hoogerhuis in Engeland heeft bij verschil lende gelegenheden de meening, dat het een sta-inden-weg was voor liberale of democratische her vormingen, gerechtvaardigd. Herhaaldelijk, met name'bij de uitbreiding van het kiesrecht, heeft het de daartoe strekkende wetsontwerpen ver worpen; ten slotte moest het zijn tegenstand laten varen, maar soms alleen, nadat het bedreigd was met den maatregel, waardoor een liberale regeering, zoo zij de toestemming van den Koning ervoor kon verwerven, haar wil kon doen zegevieren, n.l. de benoeming van een aantal nieuwe Pairs, uit de liberale partij, en wel van zóóvelen, dat de meerder heid in het Hoogerhuis er door werd verplaatst. Ook de pogingen van Gladstone om aan Ierland Home Bule te verleenen, zijn, bij de tweede HomeBule-wet, afgestuit op de weigering van het "Hoogerhuis om er zijn zegel aan te hechten. In die jaren gaven de radicalen de leus uit: ,,to end or to inend": er moet een einde worden gemaakt aan , ]j*t bestaan van het Hoogerhuis, of het moet zoodanig worden hervormd en verbeterd, dat het niet langer de uitvoering zal tegenhouden van den in het Lagerhuis gebleken wil der kiezers. ". Er zou echter nog heel wat tijd verloopen, voordat de hervorming van het Hoogerhuis tot stand kwam, *n ook toen dit geschiedde; was het eigenlijk niet door een verandering van zijne samenstelling, maar door een beperking van zijne bevoegdheid. Het is Lloyd George geweest, die daartoe de aanleiding heeft gegeven. In 1908 en 1909 diende hij, als minister van financiën in het liberale kabinet-Asquith, een aantal wetsontwerpen in tot yerhooging van de belasting op inkomsten, erfe nissen, tabak en brandewijn; zoodoende alleen meende hij de nobdige fondsen te kunnen vinden voor de uitbreiding van vloot en leger, die destijds aan de orde was, alsmede voor het dekken der kosten van sociale verzekeringswetten. In financieele wetten kan het Hoogerhuis geen wijziging aanbrengen; toch maakte het zich tot tolk van de bezwaren, die de bezittende klassen meeren deels tegen de voorgestelde maatregelen gevoelden, door de meening uit te spreken, dat zulke ingrijpende "wetten niet mochten worden aangenomen, tenzij vooraf aan de kiezers de gelegenheid was gegeven hun oordeel erover te doen kennen. Het Lagerhuis "Werd toen ontbonden; in den verkiezingsstrijd gaven de liberalen de leus uit, dat het Hoogerhuis van zijn vetorecht moest worden beroofd. Bij de verkiezingen van Januari 1910 behielden de libe ralen slechts een kleine meerderheid in het Lager huis, maar zij konden meestal rekenen op den steun van de 81 lersche nationalisten, en vooral wanneer zjj den strijd wilden aanbinden tegen het Hooger huis. Zoo verkreeg dan ook de veto-wet in 1910 een meerderheid in het Lagerhuis. Deze wet heette zoo, omdat zij het veto-recht van het Hoogerhuis onschadelijk maakte en feitelijk ophief door de bepaling, dat alle wets voorstellen, die door het Lagerhuis in drie opeen volgende zittingen waren aangenomen, ondanks verwerping door het Hoogerhuis vanzelf wet zouden worden, wanneer er twee jaren lagen tusschen de eerste behandeling en de laatste aanneming. Zonder de toestemming van het Hoogerhuis kon deze veto-wet echter geen wet worden. Dit trachtte toen een compromis tot stand te brengen en nam zelf het initiatief tot een andere wijze van benoe ming zijner leden, in de hoop dat daardoor de vetowet van de baan zou geraken. Bij de onderhande lingen, die tusschen de leiders der liberalen en conservatieven over dat plan werden gevoerd, gelukte het echter niet tot overeenstemming te komen. Opnieuw werd het Parlement ontbonden; de verkiezingen van December 1910 lieten de getalsterkte der partijen nagenoeg ongewijzigd. Toen nu het Hoogerhuis bleef volharden in zijn verzet tegen de veto-wet, deelde Asquith mede, dat de Koning zijne toestemming had gegeven tot de benoeming van een aantal liberale pairs, en wel van zóóvelen, dat de aanneming van de wet er door zou worden verzekerd. Om de uitvoering van deze bedreiging'te voorkomen, gaf het Hoogerhuis eindelijk toe; den l Oden Augustus 1911 hechtte het zijne goedkeuring aan de veto-wet, die het van zijn voornaamste bevoegdheid beroofde. Hiermede scheen een einde te zijn gekomen aan den langdurigen strijd tusschen Lager- en Hooger huis. In onzen tijd, waarin men aan vele peilers van den parlementairen regeeringsvorm gaat wrikken, is thans ook een poging ondernomen om de positie van het Hoogerhuis weder te versterken. Het Kabinet-Baldwin heeft door een van zijne leden in het Hoogerhuis de plannen laten ont vouwen, die het te dezen opzichte koestert. Zij komen voornamelijk hierop neer: Het aantal leden van het Hoogerhuis zal aan zienlijk worden verminderd; de erfelijke pairs, die er thans zitting in hebben, zullen de 350 leden, waaruit het Hoogerhuis voortaan in hoofdzaak zal bestaan, kiezen. Tot nog toe maakte de Speaker van het Lager huis uit, welke wetsontwerpen ais van financieeleri aard moesten worden beschouwd en dus door het Hoogerhuis niet konden worden gewij zigd; voortaan zal de beslissing hierover toekomen aan een ge meenschappelijke commissie uit beide Huizen. De vermindering van het aantal leden is zeker een gewenschte maatregel; er zijn buitengewoon veel pairs, die zelden of nooit gebruik maken van het recht om in het Hoogerhuis zitting te nemen. Het gevolg van de wijze van verkiezing van het in aantal gereduceerde Hoogerhuis zou echter zijn, dat de conservatieve partij 'er voor goed van de meerderheid verzekerd was en niet meer een in grijpen van den Koning behoefde te duchten. Het plan, om ook aan het Hoogerhuis medezeggenschap te verleenen bij de beslissing over de vraag, of een wetsontwerp al dan niet als financieel moet worden beschouwd, zou bovendien de bevoegdheid van het Huis vermeerderen. Tot nog toe hebben deze plannen geen vasten vorm aangenomen; ze zijn nog niet in een wets ontwerp tot uitdrukking gebracht; het heeft den schijn, alsof de regeering alleen maar heeft willen beproeven, welke ontvangst hun te beurt zou vallen. Zoowel de liberalen als de mannen van de Labourpartij hebben er zich onmiddellijk tegen te weer gesteld. Zij zien er een eerste poging in om terug te DE GROENE AMSTERD*MMER Prijs per jaargang ? 10.?bij vooral) Per No. 25 Cent. Advertentlën ? 0.75 Postgiro 72880, Oem.-Oiro O 1000. INHOUD: I. Prof. Dr. O. W. Kernkamp, De plannen tot hervor ming van het Hoogerhuis. 2. Joh. de Meester, De schoonheid van het keurige dorp. 3. Dr. E. J. Abrahams, De Reclame voor Kwak zalversartikelen Joh. Braakensiek, B. en W. en de Kwakzalversreclame. 4. Top Naeff, Dram. Kroniek J. O. Sinia, Balt. 5. H. G. Cannegieter, Moderne Jeugd L. J. Jordaan, Wegenbelasting en Wegenverbetering. 6. Annle Salomons, Bijkomst igtieden. 7. Dr. Jac. P. Thijsse, Uit de Natuur. 9?10. Red. Elis. M. Rogge, Voor Vrouwen. II. Otto van Tussenbroek. Origineele reclamemiddelen A. Defresne, Nieuwe Nederl. Verzen. 12. H. Scholte, Comoedia A. PJasschaert, Schil derkunst Willem Pijper, Het muziekfeest te Frankfort. 13. L. J. Jordaan, Film. 15. Prof. Dr. L. Rutten, Een jubileum C. K., Beursspiegel. 16. C A. Klaasse, Goud, geld en prijzen Jhr. Mr. H Smissaert, Gevolgen van verkloozensteun. 17. Alida Zevenboom's Croquante croquetjes?Joh L. Mijn Film Uit het Kladschrift van Jantje. 18. A. L. yan Beusekom, De radio in dienst van politie, justitie en pers Melis Stoke, Voorden eeuwigen aether-vrede. 19. A. Tsjechow, De zwarte Monnik, met teek. door G. van Raemdonck 20. Melis Stoke, Rijm-kronyck Charivarius, Charivarla. Omslag: Spelproblemen. Bijvoegsel: Joh. Braakenslek, Koning Foead biedt in het Egypt. gezantsch. te Londen een maaltijd aan. Prijsvraag Boeveejacht In het volgend nummer .verschijnen de aangevulde en verbeterde regels voor de inzenders op de prijsvraag Boevenjacht. komen op den uitslag van den strijd over de vetowet ; zij willen niet weten van eenige vermeerdering der bevoegdheden van het Hoogerhuis. Maar ook bij de conservatieven hebben de plannen geen onverdeelden bijval gevonden. Het Kabinet-Baldwin staat in den laatsten tijd bloot aan felle kritiek uit het eigen kamp; de uitslag van de tusschentijdsche verkiezingen in het laatste halfjaar schijnt op een vooruitgang van de liberalen te wijzen; tal van conservatieven vreezen dat hunne partij bij de eerstvolgende algemeene verkiezingen aanmerkelijk zou worden verzwakt, zoo het kabi net zijne plannen ten opzichte van het Hoogerhuis handhaafde. Vermoedelijk zal dit dan ook niet gebeuren. Men verwacht en de jongste debatten in het Lagerhuis bevestigen deze meening dat de regeering de her vorming zal beperken tot een voorstel om door een betere methode dan de thans gevolgde te doen uit maken, welke wetsontwerpen als financieele moeten worden beschouwd. In dat geval zal de berg dus een muis hebben gebaard. KEBXKAMP.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl