De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 23 juli pagina 3

23 juli 1927 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

Ho. 2616 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 23 JULI 1927 Moderne jeugd door H. G. CANNEGIETER De gemeentelijke huurverordeningen Teekening voor ,,de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek IX. Liefde van nu T~\ E rechtstreeksche levenshouding doet zich ook gelden in den omgang tusschen huisajenooten, tusschen personeel en patroon, tusschen onderwijzer en leerling. Men maakt elkander langer geen complimenten. Met welk een omslachtig ritue'el gingen oudtijds ^huishoudelijke handelingen als opstaan, eten, naar St>ed gaan gepaard I Goedendag zeggen, smakelijk -eten wenschen en wel te rusten, bidden vóór en na ?tafel, het is allemaal afgeschaft en vervangen door ?den eenvoudigen groet: Hallo ! Oudtijds moest. een fatsoenlijk opgevoed jongjnensch met twee woorden spreken, netjes be danken en eerst op herhaald aandringen mocht hij aich voor de tweede maal van zijn lievelingsschotel «bedienen. Welk een oponthoud, maar ook welk een gehuichel werd hem in deze wellevendheidsvormen geleerd ! De oude tijd kende de kunst om de sim pelste dingen zoo omslachtig mogelijk te maken. Thans gaat alles zakelijk en zonder omwegen in asijn werk. Het kind spreekt zijn ouders kameraadschappelijk aan en ook de geweldige kloof, welke oudtijds leerling en leeraren scheidde, is overbrugd. J3r is door dit alles een weldadige ongekunsteldheid «n oprechtheid in den omgang gekomen. Behalve in den omgang met ouders en leeraren openbaart de rechtstreeksche levenshouding zich inzonderheid ook in het verkeer tusschen de sexen. Ook dit is bij de moderne jeugd ontdaan van alle romantiek. De coïnstructie en de coëducatie hebben den geheimzinnigen sluier van het andere geslacht ?weggetrokken. Jongens en meisjes hebben elkaar .als doodgewone schepselen leeren kennen. De gemeenschappelijke school en het gemeenschap pelijke sportveld hebben een ongedwongen kame raadschap doen ontstaan, waarbij alle aanbidding «Is opgeschroefdheid en aanstellerij onmogelijk is gemaakt. Het zal menig volwassene met mij een probleem ?zijn geweest, of inzonderheid ten opzichte van den «ros het verlies van de romantiek het jongemenschenbestaan niet van iets heeft beroofd, dat niet door kameraadschap is te vergoeden. Want kameraadschap heeft de liefde in haar ?ouderwetsche gedaante vervangen. Verloving en liuwelijk lijken vaak eer een sportgemeenschap, een .arbeidsgemeenschap, een gedachtengemeenschap .dan een liefdesverbintenis. De uitbundigheid ontbreekt; een kalme, ge moedelijke innigheid heeft de overhand. Er is geen "weekelijke aanhankelijkheid, geen naïeve weder?zijdsche idealiseering, en, wanneer de psychologen geljjk hebben, die de liefde als een pathologisch verschijnsel, als een tijdelijke uitzinnigheid beaschouwen, kan van liefde moeilijk meer sprake zijn. Ook in zijn gevoelens is bezuiniging en doel matigheid het kenmerk van den na-oorlogschen mensch; zijn gemoedsinhoud verkwist hij evenmin .als zijn tijd of zijn geld. Efficiency is ook hier het ?wachtwoord. De jongelui van den tegenwoordigen iijd maken zich niet aan uitzinnigheid schuldig; zij geraken niet buiten zichzelf en kennen den roes niet; wil en verstand beheerschen het niet meer gelijk vroeger in zijn beteekenis overschatte gevoel. Alles wat naar weekhartigheid, omslachtigheid ?en onechtheid zweemt, ergert dit sportieve geslacht. In de liefdesverhouding heeft iets forsch en manlijks das ewig Weibliche" vervangen; de ouderwetscbe schroomvalligheid is verdwenen, «n men kan ziöh moeilijk een na-oorlogschen jongeling voorstellen, die ,.errötend ihre Spüre iolgt" en ,,von ihrem Grusz beglückt" is. BODE KAN: GEEF MAAR HIER, DAAR WETEN WIJ WEL RAAD MEE!" Heeft met dit alles het elementaire liefdesgevoel niet geleden? Ik geloof het niet. Laten we in de eerste plaats niet vergeten, dat dit elementaire liefdesgevoel bij de moderne jeugd evengoed kan zijn blijven bestaan zonder dat de omstanders het opmerken. De tegenstelling met vroeger zou dan louter in het opmerken gelegen zijn. Het vroegere geslacht liep met zijn erotiek meer te koop. Het was ook in dit opzicht overbelast met ceremonie en ritueel. Een ouderwetsche ver loving was evenals een ouderwetsche bruiloft een familiefeest. Vaak had het den schijn, alsof de praal en pracht meer de familie betrof dan het paar. Soms was het dan ook meer een familiezaak. Maar ook als de verbintenis op zichzelf zuiver was, ontkwam het paar toch niet aan de wekenlange vertooning der bruidsdagen na de jarenlange ver tooning van de verloving. De huisgenooten vlas ten op de teederheidsbetuigingen van het paartje. Kunnen openbare teederheidsbetuigingen op recht zijn? Een actrice heeft mij eens opmerkzaam gemaakt op de onschadelijkheid van de liefdescènes op het tooneel. ,,Wat men voor een zaal vol menschen doet, kan nooit kwaad", zeide zij. ,,Echte liefdescènes spelen zich af achter de schermen". Moderne jeugd vindt, dat derden niets met hun hartsgeheimen hebben te maken. Hoe oprechter de erotiek is, des te meer schuwt zij de officialiteit. Er is in het tijdperk der dusgenaamde onschuld veel voor erotiek uitgegeven, wat niets met liefde te maken had. Onze voor-oorlogsche schaapjes en lammertjes hebben van liefde hoegenaamd geen verstand gehad, al waren ze tien jaar verloofd en al werd hun huwelijk met een dozijn kinderen ge zegend. Hoevelen hunner zijn het slachtoffer geworden eener vooze romantiek. Zij kenden de liefde uit sluitend uit boeken en gingen af op verbeelding. Zij stelden zich de loopgraven voor als een wachtparade in groot-uniform. En dan vielen de loop graven tegen ! Zij waren niet voorbereid op den Hotel Duin en Daal" - Bloemendaal Str. koud en warm water op alle kamers PRIVÉBADKAMERS - Telefoon 22223 onverbiddelijken strijd. Zij hadden geen schieten geleerd, slechts parade maken. Het na-oorlogsche jongemenschengeslacht kent de werkelijkheid; idealiseert deze niet, maar aan vaardt haar met humor en heroïsme. Het is aan de werkelijkheid van kindsbeen gewend. Wat zaniken wij over de onvoegzame meisjeskleed ing ! Be denkelijk is deze voor wie ziet met een vooroorlogschen blik, als gold het iets vreemds en bijzonders. Voor het na-oorlogsche oog is zelfs het naakt niets vreemds en bijzonders. Men is gewend aan eikaars naakte lichaam en aan eikaars naakte ziel. En deze werkelijke naaktheid is kuischer dan de naaktheid, welke de voor-oorlogsche verbeel ding onder een vracht kleeren bevroedde. En be trouwbaarder: men heeft tenslotte met de naakte werkelijkheid immers te maken. Kan de werkelijkheid bovendien niet roman tischer zijn dan de verbeelding? Een Amerikaansch schrijver heeft kortgeleden geklaagd, dat de jongelui van den tegenwoordigen tijd geen boeken meer lezen. Al ware men een Shakespeare of een Jules Verne, men boeit ze niet meer. Dit komt troostte hij zich, ~- omdat de droomen van Jules Verne thans werkelijkheid zijn geworden. De werkelijkheid heeft de verbeelding overtroefd. Wat is de spannendste historische roman bij den wereldoorlog vergeleken ? Wat het teederste liefdes verhaal bij eigen ervaring? Boekeu zijn slechts het weergegevene, het afgeleide, en de na-oorlogsche jeugd wenscht de onmiddellijke rechtstreöksche daad. Zij beleeft de romans, die het voorge slacht las. IV Aanbevolen Hotels: f HOTEL D'ORANOE l HOTEL DRIEHUIZEN r BAD HOTEL WïT a/7171? ? BAD HOTEL WiJK a £1^ | ZEE-DÉPENDANCE SCHEEPSKAMER' WINKELBETIMMERINGEN PLANNEN EN BEREKENINGEN KOSTELOOS ZOMEN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl