Historisch Archief 1877-1940
' AMbTEKUAMMEK'VAIN
JULI
Voor Vrouwen
Van 'n modekoning en 'n werkende vrouw
door W. WIJNAENDTS FRANCKEN?DYSERINCK
Niet op reis
door GEERTRUIDA CARELSEN
i
i
i
p EN gelukkig toeval deed me, gedurende een
verblijf in Parijs van enkele dagen, kennis
maken met een jonge vrouw van dat weldadig
moderne type, waar heel je feministisch hart van
opengaat en dat je vasthoudt om je te helpen in
«ogenblikken van moedeloosheid. Neen, waarlijk
"we hebben toch niet voor niets gevochten en ge
kerkt. En dan moge voor kort geleden in 'n voor
dracht in Praag Claude Farrère nog eens de af
gezaagde wijsheid hebben verkondigd dat de vrouw
«r alleen is voor keuken, kinderen, kerk en de liefde,
"we mogen in ons eigen, met vrouwenkiesrecht
ge?zegend land dezer dagen in een Voorloopig Verslag
hebben kunnen lezen, dat het toch niet aanging
vrouwen benoembaar te stellen voor betrekkingen
?die voor den man. ... bestemd" waren, de vrouwen
banen haar weg, overal in de wereld. Ook zij
ieginnen de kansen te verwerven op 'n levensgeluk
"volgens haar gedifferentieerden aanleg. De
ver?zuchtingen van 'n Cornelia", die óók zoo graag
voor predikante had willen studeeren, liggen nog
maar 'n Zestig jaar achter ons, en reeds kan de
vrouw, die doorzettingsvermogen heeft en wie de
?omstandigheden niet al te zeer tegenwerken, zich
?den weg kiezen, die geheel bij eigen aanleg en ta
lenten past.
Het was op 'n kouden, zonnigen middag in 't mid
den van Mei, dat ik naar het dicht bij de Are de
Triomphe gelegen, vroegere hotel van de barones
SSolomon de Bothschild stapte in de rue Berryer,
waar sinds enkele jaren de bibliothèque d'Arc et
?d'Archéologie de l'universitéde Paris is onder
gebracht, dank zij het, van maatschappelijk stand
punt gezien, gelukkige feit. dat bsse de Rothschild,
verbolgen over de huwelijkskeuze harer dochter,
deze zooveel mogelijk onterfde!
De jonge bibliothecares, Mme Brière?Misme
zou me de schatten toonen, die Parijs, die de
intellectueelen danken aan den modekoning Jacques
Doucet. Wie kent dien naam niet, ook al leeft men
'ver van het eigenlijke mondaine gedoe met de
Rue de la Paix slechts als 'n klank in de ooren ! En
als ik voor 't eerst een oogenblik met de ellendige,
en sociaal zoo bitter gevaarlijke modezucht der
vrouw verzoend ben geweest, was het wel toen de
?schitterende boeken op kunstgebied me door 'n bij
uitstek deskundige werden getoond. Zoo is dan uit
?de ijdelheid der meestal onbeduidende vrouwen het
kapitaal bijeengebracht, dat een dergelijke
ver?zameling mogelijk maakte en heeft een vrouw van
?zoo geheel andere levensvoering er 'n taak in ge
vonden die schatten mede te behoeden en aan te
vullen. Dit is geen feministische overdrijving; uit
?de handelingen van het congres voor kunstge
schiedenis, citeer ik de woorden van AndréJoubin,
den conservateur der bibliotheek: ik ben er op
gesteld het aandeel te noemen, dat in ons succes toe
komt aan Mlle Misme, oud-leerlinge van de Ecole
-du Louvre, die in de moeilijke aanvangsjaren m'n
-eenige medewerkster was, tegelijk secretaresse en
volledig bibliothecares, wier intelligentie en
toe?wijding het me mogelijk hebben gemaakt ons werk
.tot 'n goed einde te brengen".
Dat werk was daarom moeilijk, omdat Jacques
Doucet, toen 'n 64-jarige, midden December 1917
?z'n enorm kostbare collectie aan de stad Parijs ten
geschenke gaf, (met nog een som van frs. 200.000
>om de aankoopen twee jaar lang voort te zetten,)
maar daarna n de oorlogs- n
na-oorlogsmoeilijkheden, het bijhouden van den boekenschat, die
?sinds l Augustus 1914 niet meer toegankelijk was
-geweest, uiteraard tal van hindernissen in den weg
legden.
Oorspronkelijk in 1909 in enkele vertrekken in de
rue Spontini ondergebracht, vulde, op het oogenblik
toen de wereldoorlog uitbrak, de toen nog par
ticuliere collectie niet minder dan dertig zalen.
Zij waren, en zijn ook nu nog, toegankelijk op 'n
wijze als geen enkele andere bibliotheek ter wereld
kent. De ingewijden, bekende geleerden en
vorschers. zitten eenvoudig tusschen de, methodisch
in verschillende vertrekken verdeelde collecties,
nemen uit de kasten wat ze wenschen, alleen de
studenten worden nog eenigszins gegroepeerd om
ef het oog op te houden, maar het gebruikelijke
-aanvraagsysteem voor stoel zooveel, aan tafel
nummer zooveel" bestaat er niet; ieder zit er als
ware in z'n eigen studeervertrek en verzameling.
Alleen enkele, onvergelijkelijk kostbare zeldzaam
heden zijn achter koper netwerk weggeborgen.
Ik noem de catalogi van verkoopingen door
Lebrun, den echtgenoot van Mme Vigee-Lebrun,
gehouden, die indertijd o.a. de Terborchs voor het
eerst naar Frankrijk bracht, met tal van eigen
aanteekeningen over prijzen en koopers, catalogi
door hem zelf destijds in stevige banden verzameld.
Ik noem het in groen perkament gebonden foliant
met de geheele inventaris van Mme de Pompadour
bij haar overlijden; 'n tiental banden, die samen
voor den oorlog frs. 60.000 kostten met etsen van
alle koperdrijfwerken uit vroeger tijden; een ver
zameling van boeken over de ornamentkunst der
16e eeuw, die nergens elders ter wereld bestaat;
een boek met etsen van de groote festijnen aan
en in verband met het hof gegeven, in marokijn
gebonden en van 's konings wapen voorzien, zooals
destijds de vorsten aan hun hovelingen cadeau
gaven. De jonge bibliothecaresse wijst me 'n merk
waardige plechtigheid: de lijkdienst van Thérèse de
Lorraine, in de Notre Dame, waarin de kerk in 'n
.... schouwburg herschapen is, met rondom loges,
om al de belangstellenden te bevatten, de katafalk
met de overledene tusschen al dit druk en wereldsch
gedoe als 'n stil verwijt in het midden.
'n Andere prent geeft 'n gecostumeerd hofbal,
waarbij zich sommigen als ,,ifs", geschoren
taxusboomen, zooals onze Aalsmeersche kweekers ze
leveren, hebben verkleed !
Niet minder dan 150.000 fotografiën is'de biblio
theek rijk, ondergebracht in wat eens de biljart
zaal was, eer Mme de Rothschild haar bezitting aan
den staat schonk; het reusachtig biljart, nu tot
tafel vernederd, is met stapels opgezette foto's
bedekt, die nog gecatalogiseerd moeten worden.
Grappig is het kleine kamertje met de dunne,
kostbaar gebonden boekjes, al de catalogi van al de
Salons"; en verwonderlijk voor den leek, die
boeken nauw handteerbaar, zóó zwaar, met b.v. de
afbeeldingen, soms in kleurendruk van alleen maar
de verzameling horloges door Pierpont Morgan
aangelegd ! We komen door zalen die uitsluitend
aan l'Extrême Oriënt, aan de middeleeuwen zijn ge
wijd; waar al de catalogi van alle musea en parti
culiere verzamelingen bijeen staan; een met 30.000
catalogi van verkoopingen over de geheele wereld;
en telkens treffen in 't voorbijgaan natuurlijk ook
Nederlandsche namen op de kostbare banden.
De jonge francaise heeft, ervarend dat kunstge
schiedenis slechts te beoefenen valt, voor wie óók
Nederlandsch en Duitsch kennen, geen oogenblik
geaarzeld die beide talen te leeren lezen.
En dan vertelt ze me op 'n vraag mijnerzijds of
ze haar gebeele studie in Parijs voltooide, dat ze
al haar examens bij haar echtgenoot heeft moeten
afleggen, die ook nu nog aan het Louvre verbonden
is. ,,We hebben er veertien jaar voor noodig gehad
om op 't denkbeeld te komen, dat we wel konden
trouwen", zegt ze glimlachend. En ik slik beleefd
m'n verbazing op over den kortzichtigen geleerde,
die dit lieve madonnagezichtje, dat in haar trois
pièces van fraise ripszijde met het kraagje grijze
bont een levende kunstschat is, toch wel iets
eerder, tusschen het doode materiaal, hoe belang
rijk ook, had kunnen opmerken. Maar op hetzelfde
oogenblik, vergeef ik 't hem als ik bedenk dat hij
niet egoïst dit bezit onmiddellijk thuis heeft op
geborgen, maar haar laat txisschen wat ook voor
deze jonge vrouw al 'n levenstaak was geworden.
's Avonds vinden de echtgenooten elkaar immers
weer aan alle maaltijden, in de zeldzaam smaakvolle
modern gemeubelde flatwoning, waarvan ze salon
en eetzaal met haar ouders deelen, terwijl later de
twee gezinnen zich ieder in eigen studeerkamers
terugtrekken. Want ook de moeder, levende tus
schen muren van boeken, de ten onzent in de
Raadskringen bekende journaliste en feministe
Jane Misme, heeft 'n buitengewoon gelukkig huwe
lijksleven met 'n intellectueel bestaan weten te
verbinden. Wat hebben we aan den gesoigneerden
middagdisch geen genoegelijke oogenblikken door
gebracht, als de verhapstukte Hollandsche namen
eerst niet thuis te brengen waren, en dan plotseling
bleken aan oude vrienden en bekenden te behooren;
welk een sterk saamhoorigheidsgevoel begint er
T~) E helft van onze lezeressen gaan in dezen tijd
van 't jaar, korter of langer, op reis, een
groot deel buitenslands. Dit behoort tot de edelste
uitspanningen; 't is een voorrecht, als krachten,
middelen en omstandigheden iemand daartoe in
staat stellen; vooral aan wie thuis een werkzaam
leven leiden, moge deze verademing van harte
gegund zijn.
Voor menigeen is het een gemis, niet op reis te
gaan. Vooral indien men reden had gehad, te ver
wachten dat dit wél zou gebeuren, en het gebeurt
ten slotte niet, dan is dat een ware teleurstelling.
Menschen met een goed humeur zetten zich over
zulke dingen heen, door zich b.v. te helpen ont
houden :
Tienduizend dingen zijn
wel waard om te verlangen,
Maar niet dat wie ze mist
daarom het hoofd laat hangen",
doch een tegenvaller is het en blijft het.
Tot de vele manieren om zich daarover te
troosten is er n, die voor de hand ligt, en toch
niet steeds door iedereen genoeg op prijs gesteld
wordt. Ik ineen eenvoudig dit: Kunt gij geen groote
reis maken, maak er dan maar een paar kleine,
desnoods heel kleine, dicht in uw omgeving. Zijn
er in of bij uw'woonplaats niet honderderlei dingen,
die gij in den vreemde bezienswaardigheden"
zoudt noemen, en waarvan gij nog nimmer notitie
hebt genomen?
Ik heb eene dame gekend in een kleine stad aan
een onzer rivieroevers. Ofschoon gezond en wel
gesteld, had zij den middelbaren leeftijd bereikt
zonder ooit die rivier te zijn overgestoken. Eens
op een zomer, toen zij niet op reis ging, roeide
iemand haar naar den overkant en leidde haar
daar eenige uren rond. Lang daarna verklaarde
zij nog, dat dit gezicht op haar geboorteplaats, van
de overzijde van het water, een indruk op haar had
gemaakt, dieper en onvergetelijker dan het meeste
reisgenot.
toch hoe langer hoe meer onder de werkende vrou
wen van alle landen zich te vormen.
Als ik afscheid genomen heb van m'n cicerone,
dwalen m'n gedachten nog eens terug naar de kas
ten met afschriften-uit-archieven, die Doucet liet
vervaardigen, om de stukken voor de studeerende
kunsthistorici gemakkelijk bij de hand te hebben;
naar de kostbare incunabelen; naar die eerste
kleurendrukken uit de 18e eeviw, anatomische en
medische werken veelal, waarvan een begint met
een door een vrouw ontworpen titelplaat: naar de
reproducties van oude kloosterhandschriften met
de bekende fraaie miniaturen in goud en kleuren
druk, uitgegeven door de sociétéde bibliophiles
de Belgique; naar de grappige schoolschriften uit
1811 en 1812 van Eugène Delacroix, waarin hij
tusschen al z'n opstellen en ander werk door,
caricaturen van z'n onderwijzers teekent, dieren, maar
ook 'n landschap dat de latere meesterhand ver
raadt. Hoeveel handschriften en brieven vindt
men niet in de collectie Doucet. En ik begrijp de
verzuchting van den conservator, dat 'n Staat
zeker 'n halve eeuw zou hebben noodig gehad als
hij ooit geslaagd ware om deze verzameling bij
een te brengen, die Jacques Doucet, mede dank zij
de buitengewone medewerkers, waarmee hij zich
wist te omringen, in enkele jaren veroverde.
Ik heb meermalen gedacht aan 'n verhaal uit
de 1001 nacht, waarin de Kalief, na een opdracht
aan zijn geleerden om de wereld af te zoeken om de
elementen te verzamelen, noodig om de geschiede
nis der menschheid te schrijven, ze op 'n dag zag
terugkeeren met karavanen van kameelen, be
laden met documenten. In 't begin van de 20ste
eeuw heeft Parijs een opvolger van Haroen al
Raschid gekend."
DRINK WEINIG MELK
maar goede melk, van betrouwbaar
GEZOND VEE.
HOFSTEDE OUD-BUSSEM.
KERKSTRAAT 67 TELEFOON 37344