De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 27 augustus pagina 1

27 augustus 1927 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

rocne Amsterdammer cekblad voor Nederland .. sinds vijftig jaar aan de spits der weeJcbJaden . . . ." ONDER HOOFDREDACTIE VAN G. W. KERNKAMP Redacteuren: H. BRUGMANS. M. KANN EN TOP NAEFF Secretaris der Redactie: C. F. VAN DAM Uitg.: N. V. DE GROENE AMSTERDAMMER KEIZERSGRACHT 333 AMSTERDAM. C. Onverslijtbaar OPGERICHT IN 1877 No. 2621 ZATERDAG 27 AUGUSTUS 1927 IERLAND f.j |* ?*? "O BEDS na de verkiezingen, die in het afgeloopen voorjaar in Ierland werden gehouden, was het duidelijk, dat de toestand van betrekkelijke rust, waarin dit vroeger zoo veel bewogen land «enige jaren heeft verkeerd, niet lang meer zou duren. Büdie verkiezingen toch kreeg de partij van de Valera, de Fianna Fail, een onverwacht groot ? Aantal zetels» 44 of 45. Bovendien werden er zeven leden gekozen 'van de partij, die zich het » JSationale Verbond noemt en onder leiding van Jtedmond staat. Deze twee partijen zy'n voortgekoxoen uit een splitsing van de Sinn Fein. Beiden zijn ?voorstanders van een onafhankelijke, en dus geheel , van het Britsche Ryk afgescheiden lersche repu bliek; beiden verwerpen daarom de regeling, die in 1922 tusschen Ierland en het Britsche Rijk werd getroffen, -Waarbij Ierland, voortaan de lersche Vrijstaat geheeten, nagenoeg in den toestand van «en Dominion werd gebracht en dus zelfbestuur kreeg, maar deel bleef uitmaken van het Britsche Hjjk. Hierin verschillen echter de aanhangers van Valera en die van Redmond, dat de laatsten langs Wettigen weg hun doel hopen te bereiken, terwijl de eersten ook gebruik willen maken van revolu tionaire middelen. In de lersche Dail (?onze Tweede Kamer) liebben verder zitting: leden van de tegenwoordige xegeeringspartij, die de met Engeland aangegane ?overeenkomst getrouw wil naleven, een 20-tal leden van de Arbeiderspartij en de vertegenwoor digers van een paar kleinere partijen, die allen, «ok de Arbeiderspartij, geen verandering wenschen ?te brengen in de verhouding tot Engeland. De groote aanwas van de partij van de Valera bewees, dat de revolutionaire gezindheid opnieuw ?veld had gewonnen bij het lersche volk. Hier en daar kwam het weer tot daden van geweld. De ^gruwelijkste daarvan was de moord, gepleegd op O'Higgins, een der verdienstelijkste ministers van liet tegenwoordige kabinet-Cosgrave; hoewel de "Valera en de zijnen alle verantwoordelijkheid daarvoor hebben ontkend, valt het niet te loochenen dat de politieke haat, waarvan deze misdaad ge tuigt, door hen is gekweekt en dat zij hun aan-' hangers nooit hebben teruggehouden van daden van terrorisme. Onder den indruk van het vermoorden van < t O'Higgins en van den aanwas der revolutionairgezinden diende het kabinet-Cosgrave drie Wetsontwerpen in, waarvan de voornaamste bedoeling was aan de Valera eenige politieke strijdmiddelen te ontnemen. Zij werden door de Dail aangenomen; in die vergadering hadden toen de leden van de Valera's partij nog geen zitting, ?omdat zij aanvankelijk weigerden den vereischten ?eed van trouw af te leggen. Daarin is echter sedert kort verandering getomen. Den Uden Augustus hebben zij dezen eed 'gezworen; den volgenden dag verschenen zij in de . Dail. Van dat oogenblik af zat de Arbeiderspartij ? «p de wip; wanneer zij met de mannen van de Valera en met de Redmondisten samenging, kon juist de meerderheid worden behaald. Van deze positie heeft Johnson, de leider van de Arbeiderspartij, terstond gebruik gemaakt door «en motie van wantrouwen tegen het kabinetCosgrave in te dienen. Bij de toelichting daarvan gaf hij nog eens nadrukkelijk te kennen, geen tegen«tander te zijn van het verdrag met Engeland en van de constitutie van den lerschen Vrijstaat; ?naar zijne meening verschilde de toestand van Ierland in werkelijkheid niet van dien eener repu bliek. Hij achtte het echter in de tegenwoordige ?omstandigheden gewenscht, dat het kabinetCosgrave, in welks economische politiek hij boven dien geen vertrouwen stelde, zou worden vervangen door een soort van coalitie-kabinet, waarin, met uitzondering van de Fianna Fail, ook de oppositie partijen zitting zouden hebben. De motie zou met 72 tegen 71 stemmen zijn aan genomen, wanneer niet een van de Redmondisten die de zekerheid had gekregen, dat zijne kiezers er tegen waren l zich vóór de stemming had ver wijderd; nu werden er 71 stemmen vóór en even veel tegen uitgebracht; de stem van den Speaker (ongeveer =Voorzitter) gaf den doorslag tot de. verwerping. Zoo is het kabinet-Cosgrave op het nippertje dus aan een nederlaag ontsnapt. Maar het blijft wankel staan. Misschien zal het aantal van zijn aanhangers in deze week, wanneer er een paar tusschentijdsche verkiezingen moeten worden ge houden, worden vermeerderd; maar zelfs dan zal het van toevallige omstandigheden afhangen, of het een meerderheid in de Dail blijft behouden. Wanneer deze verkiezingen een voor de regee ring gunstigen uitslag hebben, zal de Dail tot omstreeks half October vacantie krijgen. De regeering kan dan in dien tijd den loop der gebeurtenisen afwachten en beslissen, of zij in het najaar haar toevlucht wil nemen tot een ontbinding van de Dail, in de hoop dat nieuwe verkiezingen haar een vaster parlementaire basis zullen verzekeren indien althans niet de buiten-parlementaire werk zaamheid van de Valera reeds vroeger de poppen aan het dansen brengt! Is de uitslag van de tusschentijdsche verkiezingen echter ongunstig, dan kan men terstond een kabinets crisis verwachten. In 1923, toen de radicale Sinn-Feiners in den burgeroorlog, die op het sluiten van het verdrag met Engeland volgde, het onderspit hadden ge dolven tegen de gematigde elementen in die partij, kon men meenen dat de lersche kwestie tot het verleden behoorde. Er is thans alle reden voor de vrees, dat zij zal herleven. Het afleggen van den eed van trouw door de Valera en de overige leden van zijne parlementaire fractie heeft de oude kwestie van den politieken eed opnieuw aan de orde gesteld. Volgens art. 17 van de constitutie van den lerschen Vrijstaat moeten de leden van den Senaat en van de Dail den volgenden eed zweren: Ik zweer plechtig houw en trouw aan de constitutie van den lerschen Vrijstaat, zooals die door de wet is vastgesteld, en getrouwheid aan Z.M. Koning George V en zijne wettige erfgenamen en opvolgers, krachtens den band, die Ierland met Groot-Britanniëvereenigt (?the common citizenship of Ireland with Great-Britain") en krachtens het feit, dat Ierland deel uitmaakt van de groep van volken die tezamen het Britsche Rijk vormen." Men kan begrijpen, dat de Valera geruimen tijd bezwaar heeft gemaakt om zulk een formule te onderteekenen (want op deze wijze, door het plaatsen van een handteekening in een daarvoor bestemd boek, geschiedt het afleggen van den eed). Hoe zou hij houw en trouw kunnen zweren aan een constitutie, die hij zoo spoedig mogelijk, en zoo noodig ook door onwettige middelen buiten gebruik wil stellen? hoe zou hij zich bij eede kunnen ver plichten tot getrouwheid tegenover Koning George V, terwijl de Fianna Fail niet slechts in theorie den republikeiuschen regeeringsvorm boven den monarchalen stelt, maar hoe eer hoe liever Ierland tot een republiek wil maken? Ziehier het antwoord van de Valera op deze vragen. In de verklaring die zijne partij heeft gegeven van de redenen, waarom zij den eed toch heeft afgelegd, leest men: Het is herhaaldelijk geconstateerd en vrij algemeen wordt aangenomen dat de vereischte verklaring niet een eed is, dat het onderteekenen ervan geen contractueele verplichting medebrengt en geen bindende kracht heeft, noch voor de wet, noch voor het geweten, kortom dat het louter een politieke formule is, zonder inhoud, die volksver tegenwoordigers kunnen onderteekenen zonder dat INHOUD: 6. 7. 9. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. Prof. Dr. G. W. Kernkamp, Ierland. Dr. Jan Romein, De nieuwe fase in den Chineeschen oorlog. Joh. Braakensiek, Het Duiisch-Fransche handels verdrag Prof. Dr. H. Brugmans, Fontainebleau. Nederl. Middenstandsbond A. H. van der Feen. Kunstenaarsm isère. L. J. Jordaan, De ex-Keizer als luchtvaartdeskundige A. Defresne, Nieuwe Nederl. Verzen. Annie Salomons, Bijkomsiigheden. Dr. Jac. P. Thijsse. Uit de Natuur?Spreekzaal. Red. Elis. M. Rogge, Voor Vrouwen. Tegenstellingen A. Plasschaert, Schilderkunst. Cornelis Veth, Weleer en Nou Herman Midden dorp, Boekbespreking Jan D. Voskuil, Toege paste Kunst. L- J- Jordaan, Bioscopy, Henrik Scholte, Comoedia Radio-Rubriek. Paul Sabel, De theemarkt C. K., Beursspiegel. C. A. Klaasse, Conversie der Duitsche rijksleening. Uit het Kladschrift van Jantje Alida Zevenboom's Croquante Croquetjes. Melis Stoke, Mijn Oceaanvlucht J. O. Sinia, Bali. Ant. Thiry, Het feest van de reuskes. Hi Hai, De fiedeldummers en hun papegaai Charivarius, Charivaria Cel 2, Telefoontje. Omslag: Spelproblemen en Boevenjacht. Bijvoegsel: Johan Braakensiek, De taak der kleine mogendheden op de a. s. Volkenbondsver gadering. r^^^^ ^"* v> i Kersen Pralines Bijzondenfrii ^aangename J Jit tp dm *atunjltry&t4 aart. &n antCetAatU vamsdt ton& zij hun geweten geweld aandoen en zonder dat zij daardoor, voor zichzelf of voor hun volk, verplich tingen van loyauteit aanvaarden tegenover de Engelsche Kroon." Men behoeft de bewoordingen van den eed nog maar eens te lezen, om te zien dat zij niet een formule zonder inhoud" zijn, al is dit dan herhaaldelijk geconstateerd" en vrij algemeen aangenomen" door de aanhangers van de Valera, wel te verstaan. Ook doet het er niet toe, of men van een eed, dan wel van een plechtige belofte wil spreken; beiden zijn even bindend en kunnen niet worden afgelegd door wie, op dat oogenblik zelf, gereed staat ze te schenden. Maar zoo sluit men wettig gekozen volksver tegenwoordigers buiten het Parlement en drijft hen op den weg naar burgeroorlog ! De Valera was reeds op dat pad; en men moet geen volks vertegenwoordiger willen zijn, als men de daarvoor vereischte belofte niet in gemoede kan afleggen. Over den politieken eed in het algemeen is natuurlijk nog heel wat meer te zeggen. Alvast dit bij voorbeeld: dat de handhaving ervan tot meineed kan verleiden getuige de Valera l Door een belofte van trouw aan de constitutie te eischen weert men in de practijk toch niet hen, die de constitutie, ook met andere middelen dan zij zelve aangeeft, te niet willen doen. De geschiedenis is rijk aan voorbeelden, dat politieke eeden door hen, die ze eenmaal aflegden, zijn geschonden; en het waren niet alleen revolutionairgezinden, die het plechtig gegeven woord verbraken; ook de mannen van het behoud hebben zich op hunne beurt daaraan schuldig gemaakt. Hiermede wordt een daad als die van de Valera niet verdedigd; maar wél even de aandacht ge vestigd op de vraag, of het gewenscht is, politieke eeden te handhaven. KERNKAMP «t., i:'

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl