De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 27 augustus pagina 18

27 augustus 1927 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

16 DE GROENE. AMSTERDAMMER VAN 27 AUGUSTUS 1927 No. 2621 Mij e Oceaan vlecht door MELIS STOKE BALI Tekst en leekening voor de Groene Amsterdammer" door J. G. Sinia A ANGEZIEN de groote pers in ^^ typische hardnekkigheid niet de minste notitie genomen heef t van mij n zorgvuldig voorbereide poging om den Oceaan over te vliegen langs de Noor delijke luchtroute, van Nederland, met «en reusachtigen boog over Ierland naar Amerika, roep ik de gast vrij leid van dit weekblad in om hier iets ?van mijn vlucht te vertellen. En ik doe dit met te meer vrij moedigheid, omdat mijne avonturen in geen enkel opzicht onderdoen ?voor die van andere helden, die mij zouden volgen, en die nog maar altijd, evenals ik, aan deze zijde van den Oceaan rondloopen. Het oorspronkelijk denkbeeld van mijn Oceaanvlucht is opgekomen bij de inwoners van het stadje mijner geboorte, Kammenie-Scheele. Tallooze kleinere en grootere ge meenten in het buitenland hebben reeds in verband met Oceaanvluchten en noodlandingen roem en bekend heid geoogst.... waarom zou onze gemeente niet met haren tijd meegaan ? Er was trouwens een precedent. Twee jaren geleden heeft een vliegtuig in een weiland van Kamme nie-Scheele een noodlanding gedaan, maar het bleek, tot groote ergernis ?van de Vereeniging tot bevordering van het Vreemdelingen verkeer in Kammenie-Scheele, een legervliegtuig van Soesterberg te zijn, zoodat het een dood-gewone, om zoo te zeggen dagelijksche, en dus niet voor exploitatie in-aanmerking komende gebeurtenis was. Maar thans was de gelegenheid buitengewoon. De freules Lamaer, dochters van wij len den bekenden Indischen suikerfa brikant, die zeer veel voor KammenieScheele en het luchtverkeer gevoelen, hadden een ruim bedrag te beschikking gesteld, en zoo werd ik dan aangezocht om de eer van de gemeente waar ik geboren ben te verdedigen door van daar uit den Oceaan over te vliegen. Ik kocht een prachtigen eendekker, die genaamd werd: De Oranje Zwaan", 't geen het nationale van de vlucht eenerzij ds dee.d uitkomen en anderzijds een bescheiden hulde was aan de jongste der freules, bij voor naam Zwaantje. De Oranje Zwaan was toegerust met een 450 P.'K. Fiedeldy-rataplan motor, en ruimte voor zesduizend liter benzine. Het toestel was verzekerd door een neef-van. de freules Lamaer, die agent van een ongevallenverzekerings maatschappij was, en er een flink postje aan had. De freules die altijd op de nauw keurigste wijze hadden kennis ge nomen van de voorbereiding van Oceaanvluchten en alles wat daarop betrekking had, beloofden voorts dat zij twaalf sandwiches met kip voor HUJ zouden gereed houden. Bovendien hadden ze een kussentje voor mijn rug gemaakt van dezelfde soort, die Mr. Van Lear Black met zooveel succes op zijn vlucht naar Java en terug had gebruikt, en ze hadden daarop geborduurd: v Kammenie-Scheele?New York" Goede Reis" Eindelijk had ik moeten beloven een speciale luchtmail van zeventien duizend brieven te zullen meenemen, hoofdzakelijk circulaires van de Ver eeniging tot bevordering van het vreemdelingenverkeer in KammenieScheele, gericht aan Amerikaansche millionairs. De gemeente zelf had voor de Oranje Zwaan" een ruime loods uitgeruimd en een startbaan van gestampte modder aangelegd. Na wekenlange proefnemingen ge durende welke ik het hoogste vergde van mijn Fiedeldy-rataplan motor, gevoelde ik mij voldoende voorbereid, en nu was het wachten maar op gunstige weerberichten. Een drietal boeren uit den omtrek vormden de commissie voor de weer berichten. Ze zaten van 's morgens vroeg tot 's avonds laat op een bank voor de herberg en keken naar de lucht. Nu en dan zei er een: Zou' w't woage". . . . ? En dan staken ze weer een pijp aan. Ik was intusschen de held van den dag en liep in mijn vliegpak, met brillen voor mijn oogen door de dorpsstraat heen en weer. Ze fotografeerden me zelfs voor Het Leven" met de dochter van den apotheker in mijn armen, en zette daaronder: Afscheid. ... en naar New-York". Maar de spanning steeg ten top, toen een zekere Geurt Smienes, die van de jalousie verging (want die ging ook een tijd met die apothekers dochter), op een nacht een gaatje in mijn benzinetank had geboord. Hoe wel Geurt ontkende dat hij het gedaan had*, werd hij door het heele dorp als de saboteur van de Oceaanvlucht aangewezen. De veldwachter verloor hem geen moment uit het oog, en als Geurt en ik elkaar tegenkwamen dan gromden we allebei. Op een Zaterdagvond verklaarde de commissie dat het bestig zou gaan. D'r stond een flinke bries uit het Oosten en een kind weet dat die regelrecht naar Amerika waait. Maar er was Zondagmorgen, van wege de rust, geen mensch te vinden die de Oranje Zwaan naar buiten wou rollen, en zoo werd het Maandag voor ik vertrekken kon. Onder een ontzettend enthousiasme rolde ik de startbaan langs, en met een ruk aan mijn hoogtestuur wist ik Voordat ons gezag zich voor goed vestigde op het eiland Bali bevond zich daar reeds in het bevolkte gedeelte het vrij dicht wegennet, dat de verschillende dessa's met elkaar verbindt. Buiten de bewoonde plaatsen wisselen deze wegen in breedte af van l?8 M. en al naar gelang de belangrijkheid worden misschien is het beter nu te spreken van werden" zij min of meer, doch altijd in onvoldoende mate onderhouden. Hier en daar vindt men op deze wegen vrij lange en soms zeer steile hellingen, welke men dan ter bescherming tegen afvloeiend water met riviersteeneti geplaveid heeft. Ken dergelijke helling, welke men op Bali ,,prigi" noemt, geeft het plaatje weer. met mijn zwaarbeladen machine nog juist over het Ooievaarsnest van Harm Knelis te komen, hoewel een dakpan, door zijn jongsten zoon ge slingerd, mijn rechtervleugel bescha digde. Ik cirkelde nog eens over Kammenie-Scheele en gooide een handvol grint op het huis van Geurt Smienes, en toen zette ik koers op de Noordzee. De rest van mijn Oceaanvlucht is al precies zoo als die van mijn collegas. Naarmate ik de Noordzee naderde werd de tegenwind sterker. De Fiedeldy-rataplan motor werkte op volle kracht, maar mijn snelheid werd steeds geringer... En toen ik het groote watervlak voor mij zag, achtte ik het toch raad zamer een noodlanding te doen op het strand te Katwijk aan Zee. Met opoffering van mijn staart en landingsgestel wist ik veilig den grond te bereiken. In luchtvaartkringen was men van meening, dat dit een zeer tactische LINCOLN de meest volmaakte wagen JAN LIMBACH- Haarlem VACANTIE IN SCANDINAVI PER K.L.M. NAAR KOPENHAGEN EN MALMO terugkeer was, die getuigde van groote kennis van het vliegwezen. JI et eerste wat ik deed was een wagen te huren voor mijn brieven. Ik reed naar de eerste de beste brievenbus en begon die vol te stoppen met mijn circulaires, teneinde althans dat deel van mijn opdracht te doen slagen. Maar het was een ellendig klein ding, en toen er drieduizend in zaten en ik er nog meer in wou persen, zei een veldwachter die al een heelen tijd had staan kijken: Zoo.... en gaat nou maar 'es met mijn mee naar het berö.." Ik werd ingerekend wegens poging tot het posten van zeventienduizend ongefrankeerde brieven. En dat was nog maar het begin van de ellende. De ongevallenverzekering maatschappij van den neef van de freules weigerde te betalen.. . Geurt Smienes klaagde me aan vanwege het grint op zijn dak, en ik zelf schreef mijn mislukking toe aan de dakpan van den jongen Knelis. Kortom het werd een herrie en spektakel van belang., en, volgens het optimistische deel van de publieke meening in Kammenie-Scheele, net een echte Oceaanvlucht. . . ." Wat het dan ook inderdaad was...

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl