Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 10 SEPTEMBER 1927
No. 2623
Het zwarteegevaar ie Zuid-Afrika
door Mr. PAUL CATZ
TO[U de strijd om de Zuid-Afrikaansche vlag tot
^ October a.s. is opgeschort en de gemoederen
zich voorloopig weer wat kunnen kalmeeren,
treedt met hernieuwde kracht een ander vraagstuk
naar voren, dat reeds zoo lang op een oplossing
wacht en van f undamenteele beteekenis is voor den
economischen en cultureelen opbloei van
ZuidAfrika: het zwartenvraagstuk. Geen ander pro
bleem doordringt zoozeer de gansche Zuid-Afri
kaansche maatschappij, met geen ander probleem
komt ieder die in Zuid-Afrika woont, of er zelfs
slechts voor een kort bezoek vertoeft, zoozeer in
dagelijksch contact. Van het oogenblik, dat men
aan wal stapt, totdat men de boot weer bestijgt,
dringt het zich constant ook aan den vluchtigen,
oppervlakkigen waarnemer op. Het is het groote
vraagteeken achter Zuid-AMka's schoone toe
komstplannen.
Tachtig jaar geleden ongeveer werden de eerste
tastende schreden gezet in de richting van een
stelselmatige inboorlingenpolitiek, niet uit al
truïstische oogmerken, doch teneinde maatregelen
te kunnen nemen, om de kleine Europeesche ge
meenschap tegen de toenemende plunderingen en
misdaden der zwarten te beschermen. Nadat een
stelsel van afzonderlijke verdragen met de ver
schillende kafferhoofden op niets was uitgeloopen,
omdat zij die verdragen eenvoudig negeerden,
riep op 7 Jan. 1848, aldus vertelt Dr. Theal, Sir
Harry Smith, de toenmalige gouverneur der
Kaapkolonie, alle groote stamhoofden, waaronder de
beroemde Moselekatse, Panda en Mosjesj, bijeen
en eischte van hen een eed op elf punten, die den
grondslag zouden vormen van een nieuwen
ethischen kaffercode. De hoofden legden den eed af
(de meesten weliswaar met de bedoeling hem niet
te houden) en Sir Harry Smith sprak vervolgens
tot hen deze beroemde woorden:
Let nu eens goed op, wat er gebeurt, als jullie
den eed verbreekt. Daar staat een wagen. Zien
jullie hem goed?" en hij wees op een grooten reis
wagen, waaronder tevoren heimelijk dynamiet was
aangebracht. Welaan, geeft nu goed acht, want
ik zeg: Vuur ! ! !" Met een ontzettenden knal
sprong de wagen in duizenden splinters uiteen.
Dat", zóó vervolgde Sir Harry, zal ik nu ook
met jullie doen, als je je niet behoorlijk gedraagt."
Toen nam hij een vel papier in de hand: Zien
jullie dit?" en hij scheurde het aan kleine stukjes
en liet ze in den wind wegwaaien. Daar gaan je
verdragen! Hoor jullie? Geen verdragen meer!"
Stil, sidderend over alle leden en met gebogen hoof d
trokken de chiefs" terug naar hun kraals.
Op deze dramatische wijze werd een nieuwe
periode ingeluid, een periode waarin naar den
juisten weg werd gezocht en waarin naast enkele
goede dingen zeer veel fouten zijn begaan. Het
ongelukkigst van alles was, dat in elk der vier
landen, in de Kaapkolonie, Natal, den Oranje
Vrijstaat en Transvaal een afzonderlijke inboor
lingenpolitiek werd gevoerd. In de eerste twee,
onder Engelschen invloed, in zeer liberalen zin, in
de laatste twee, onder orthodox-Hollandschen
invloed, in doorgaans wreed-exclusieven geest.
Toen nu in 1910 deze vier landen als provincies in
de Unie van Zuid-Afrika werden vereenigd, was
het niet al te moeilijk overeenstemming te ver
krijgen op verschillende punten van politiek,
s
l
Thans exposeeren wij
SLAAPKAMERS
in diverse houtsoorten,
gepolitoerd en in de was.
HCEDETlGBACtlT 5QO
/itl5 T C Q D A M
? e N AAM)
Kostelooze opslag voor latere levering.
Schriftelijke garantie.
Franco levering door geheel Nederland.
administratie en recht, doch het brengen onder n
dak der diverse vormen van naturellenpolitiek
bleek een onoverkomelijke moeilijkheid te zijn.
Zoo bleef het feit bestaan, wonderlijk doch niet
minder waar, dat binnen de grenzen van n land
de inboorlingen op geheel uiteenloopende wijzen
werden behandeld en bestuurd, dat zij hier veel
meer rechten hadden dan daar, dat zij hier practisch
gesproken op n lijn met de blanken stonden,
terwijl zij ginds nog in een toestand van feitelijke
slavernij verkeerden. Het is dan ook duidelijk, dat,
de ontwakende Bantoebevolking zich van deze
malle inconsequentie bewust werd en ging streven
naar gelijkstelling op de basis der grootste hun
verleende rechten, n.l. der Kaapprovincie.
Daarom zou, al blijft elk Afrikaan onverbiddelijk
haast denzelfden geest koesteren, als zooeven in
Sir Harry Smith's krachtrede tot uiting is gekomen,
een dergelijke toespraak thans als volkomen
anachronistisch tot de onmogelijkheden behooren.
Zij zou niet slechts buiten doch ook binnen
ZuidAfrika, niet slechts bij de zwarten, doch terdege
ook bij de meeste blanken een groote verontwaar
diging teweeg brengen. Immers, wel is het nog te
doen om de bescherming van het blanke ras, dat
zich door de geweldige toeneming der zwarte be
volking in zijn bestaan ziet bedreigd. Doch er zijn
in dien tusschentijd andere omstandigheden bijge
komen, die noodgedwongen tot een wijziging van
den streng exclusieven geest moesten leiden. De
ethische gedachte heeft speciaal na den oorlog,
mede op grond van de mandaatsidee, ook in
ZuidAfrika haar intrede gedaan. De Bantoebevolking
is uit haar tragen slumier half ontwaakt en ziet
met ietwa,t helderder oogen de scheeve positie
waarin zij thans verkeert. En tenslotte dringen de
economische omstandigheden zoowel blanken als
zwarten ertoe, niet in vijandschap doch in samen
werking het groote rijke land tot ontginning te
brengen.
Hier rijst pas duidelijk en klaar het groote
dilemma, waarover zoovelen zich reeds het hoofd
braken en dat thans meer dan ooit om een op
lossing roept: hoe kunnen beide rassen, het groote,
sterk toenemende Bantoeras en het kleine, zwak
zich vermeerderende blanke ras, zonder wrijving,
zonder kans op bloedige botsing, naast elkaar leven
en in samenwerking arbeiden aan Zuid-Afrika's
opbouw, gegeven de groote massa arme blanken
die zich in hun bestaan terecht door de veel
goedkooper werkende zwarten bedreigd achten en
gegeven de onoverbrugbare sociale en cultureele
klove, die tusschen zwarten en blanken, speciaal
die van Hollandsche origine bestaat?
Op den reeds afgelegden weg, waarop in sommige
plaatsen en op sommige punten den zwarten al
zooveel rechten zijn verleend, is terugkeer niet
meer mogelijk. Men denke slechts aan de ge
wijzigde ziel der zwartenbevolking. Weleer een
onbeschreven blad, is zij thans bedekt met een
wonderlijk mengsel van letters, kinderlijk van
vorm doch gevaarlijk vaak van inhoud. Zij zijn
daarin geschreven door de felle radde tong van
naar boven geklommen zwartenmenners: Jij
zwarte, zult landeigenaar worden", zoo spreken zij.
De blanke boer is een indringer. Je moet hem
zien te verjagen, want hij zit op jouw land. En jou
laat hij werken, opdat hij en zijn kinderen dik
worden". p]n de zwarten, die bij honderden naar
dergelijke redevoeringen komen luisteren, grijnzen
van genot en slaan zich van pleizier op de dijen.
Reeds zien zij zich zitten op den grond van hun
baas, heerlijk luierend, terwijl hun vrouwen het
land omspitten of hun vee hoeden en melken.
Deze nieuwe, door bolsjewisme beïnvloede geest
verbiedt elke reactie. Moet dan het vraagstuk een
oplossing vinden in zoo groot mogelijke gelijk
stelling? Hiertegen waakt met Argusoogen de
kleurvrees" van den Zuid-Afrikaan. Nergens ter
wereld is deze kleurvrees, deze schuwheid voor
ieder, die ook maar een eenigszins donkere huidtint
heeft, zoo groot als in Zuid-Afrika. Overgeërfdu it
de dagen van van Riebeeck en van vader op zoon
steeds intensiever aangekweekt, vormt zij een der
eigenaardigste kenmerken van den
HollandschAfrikaander. Zij is naast zijn orthodoxe vroomheid
een der hoofdbestanddeelen van zijn socialen code,
die van geen exceptie wil weten. Slechts de ver
houding heer en knecht is volgens hem mogelijk en
GIDDINGI
?UYNENBURG MUYSl
aSCHILDERSI
moreel geoorloofd. Vandaar dat elke oplossing van
het zwartenvraagstuk met deze rigoureuze regels
onverbiddelijk rekening moet houden. Wanneer
ook natuur en klimaat den zwarte hebben bestemd
tot arbeider voor den blanke, eenig sociaal contact
zal, welke uitweg ook gezocht worde, strikt moeten
worden uitgesloten: never the twain shall
meet".
Het is onder dit gezichtspunt, dat men thans de
poging tot oplossing zal moeten bestudeeren,
zooals zij besloten is in de eenigen tijd geleden
gepubliceerde vier wetsvoorstellen van den premier
Generaal Hertzog. Die wetsontwerpen, waarin als
grondslag bovenvermelde principes zijn aanvaard
en die voorts van het standpunt uitgaan, dat zoo
groot mogelijke segregatie noodzakelijk is en de
zwarte niet als inferieur, doch slechts
gedifferencieerd moet worden behandeld, zullen, indien het
parlement dienaangaande tot overeenstemming
mocht komen, tot een geheel nieuwe
inboorlingenpolitiek leiden, een toetssteen tevens voor de rest
van Afrika en voor de geheele koloniale wereld.
Zuid-Afrika stelt zijn toekomst op de waagschaal.
want die toekomst staat of valt met een goede of
verkeerde oplossing van het zwaj'tenvraagstuk.
Het timmert tevens aan den openbaren weg en
weet daarom dat het veel bekijks heeft. Het zou
reeds een flinke stap zijn in de goede richting,
indien zoowel door zwarten als door blanken
begonnen werd, wat meer verdraagzaamheid te
toonen. De blanken moeten voorgaan; zij moeten
wat meer begrip toonen voor het bestaansrecht
van het zwarte ras. Welk een opoffering het ook
voor hen zij, laten, zij beginnen stok en karwats
thuis te laten, waarmee Zuid-Afrika's toekomst
;eker niet is gediend.
OOKT FRED: J ftOESKE
ZANDBLAD- SIGAREN 8 enIO ets.
H. C. Hzn te W. Is u ook ~bel;cnd oj iia liet
boe/c Levensdrang" van Victor C'harbonnel nog
andere boelten van dezen schrijver, hetzij in hfl
Fransch, hetzij in het HoUandsch, zijn verschenen ?
Van dezen schrijver verscheen nog De Islam
en de Jezuïeten", Leiden 1900. terwijl in liet
Eransch zijn verschenen:
Les mystiques dans la littérature présente, 1X90.
Le congres des religions et Ja Suisse, 1897.
L'Origine musulmane des Jésuites, 1900.
Monsieur, Madame et l'autro, 1904.
BEVORDERT DEN EETLUST