Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 17 SEPTEMBER 1927
WELEER EN NOU
door en met teekeningen van CORNELIS VETH
- s«f<«
De onbewoonbaar verklaarde woning
Er lag een slot op een rots aan den Rijn,
Bevreesd, geschuwd door 't landvoïk groot en klein.
Nu, als romantisch imjd en zijd beroemd,
Wordt het met lof in BaedecJcer genoemd.
Maar 't is allang, ofschoon heel goed bewaard,
Omdat het er spookt, onbewoonbaar verklaard.
Neen, zoo iets knus! Vlak bij den straatweg 't is,
Twee oudjes op een bank, gezond en frisch.
Rozen en klimop, f/roote zonnebloemen,
Een boerentuin. waar zoetjes bijen zoemen,
Maar boven de deur, door den tijd niet gespaard,
Staat 't idyllisch geval: onbewoonbaar verklaard.
Schilderkunst
door A. PLASSCHAERT
Hollandsche Kunstenaarskring, Stedelijk
Museum, Amsterdam
' De tentoonstellingen van den Hollandschen
Kunstenaarskring worden er niet beter op. Dat
is dikwijls het geval bij vereenigingen of genoot
schappen, die in der tijd het nieuwe en opkomende
verdedigden. Op een bepaald oogenblik komen de
eerst aangevallen leden of tentoonstellenden tot
een erkenning door het publiek (dat begint
i.a.w. de eerst alleenstaande voorstanders te
gelooven) en vanzelf haast trekken deze schilders
Zich terug, en stellen niet meer, of veel minder
ten toon. Ik zal niet zeggen, dat zij zich ran
geeren, maar zjj hebben zeker de tentoonstelling
ea. de bespreking minder noodig; zij zijn er".
Op zulk oogenblik wordt het geval moeilijk. Het
meest logische was de vereeniging of wat het zij,
Op te heffen, en over te gaan tot het vormen van
«en nieuw gezelschap, dat, talentvol, nog niet
erkend is en nog als revolutionnair" kan gelden.
Maar het^moet talentvol" zijn, en revolutionnair;
Kunstzdal VAN LIER
ROKIN 126 AMSTERDAM
Oostersche en Europeesche
Antiquiteiten
.Oude en Moderne Schilderijen
Negerkunst en Ethnographica
Doorloopende tentoonstellingen
het eerste bovenal. Iedereen begrijpt dat deze
jongere talentvolle» niet steeds in voldoende mate
aanwezig zijn; die er zijn moeten dan 't gevecht
alleen gaan vechten. De vereeniging moet dan
vervallen; een nieuwe noodzaak zal dan later wel
een nieuwe vereeniging scheppen, die de krachten
(deugden en ondeugden) van het levende zal be
zitten. Dat is de feitelijk alleen zuivere weg, ten
minste zoolang de vereeniging niet het karakter
heeft van den Rotterdamschen Kunstkring, waar
kundige of kunstlievende leeken? ongestoord door
een vast program, en ongebonden daardoor, altijd
naar het beste kunnen zoeken, waar dat ook te
vinden zij. Er zijn voor een vereeniging van
schilders nog twee andere manieren, om het doel,
belangstelling voor goede schilderkunst wekken,
te bereiken, wanneer de vereeniging zich ,,oud"
voelt worden. De gewone manier is absorptie,
opslorping, in zich opnemen van de nieuwe,
erkende, niet meer als revolutionnair geldende of
zich gedragende schilders. Zóó doet Arti te Am
sterdam; zoo handelt in het letterkundige onge
veer de Gids. Deze manier is feitelijk een zich
vinden, een tesaam komen van vroegere tegen
standers; een bestaande vereeniging verfrischfc
zich, en wordt niet star noch stijf; zij blijft lenig
en in beweging. De derde manier is lastiger;
ge zoudt ze de reorganisatie kunnen noemen. Het
is in het oekonomische haast van zelf sprekend,
dat reorganisatie in werkelijkheid beteekent, dat
er iets fout is; een zeere wond is er, en de zachte
heelmeesters moeten worden verlaten. Maar daar
voor is een autoriteit noodig, aan wiens gezag
niet wordt getornd, en wie bezit op het oogenblik
in den Hollandschen Kunstenaarskring zulk gezag
en zulke erkenning? De reorganisator toch moet
beslissen wie er blijft en wie gevraagd moet worden
en hij moet dat, wil de vereeniging opnieuw
bloeien, ook goed doen.
Gegeven wie er thans tentoonstellen op den
Hollandschen Kunstenaarskring zou ik willen
zeggen, dat er een poging tot reorganisatie is ge
schied, maar dat ze niet geslaagd is. Er zijn niet
alleen een aantal schilders gevraagd ten toon te
Tentoonstellingen
Kunstzaal Kleykanip, Den Haag. Portretten*
van Line Couwenberg. Tot 24 September.
De Bron te 's Gravenhage, werk van
HDrayer. Tot 30 September.
Kunstzaal van Lier, Rokin 126, Amsterdam.
Schilderijen van Jan Sluyters. Tot 30
SeptemberKunstzaal Willem Brok, Hilversum. Schilde
rijen van F. G. W. Oldewelt. Tot 30 September.
Stedelijk Museum, Amsterdam. Schilderijen van.
Jan Gregoire. Tot 30 September.
Buffa en Zoon, Amsterdam. Schilderijen en
teekeningen van Bernard van Vlijmen. Tot 30*
September.
Stedelijk Museum, Amsterdam. Werk van leden.
Hollandsche Kunstenaarskring. Tot 30 September.
Pictura, Utrecht. Tentoonstelling van oude
schilderijen. Tot 30 September.
J. H, de Bois, Haarlem. Tentoonstelling van
werk van Belgische schilders.
stellen, die naar mij lijkt noch talentvol genoeg
zijn, noch inderdaad revolutionnair, in dien zin
dat hun kunst een nieuwe schakeering brengt,
maar er is te gelijk tegen iets subtielere tevens.
gezondigd: er is geen eenheid in de tentoonstelling ;
ge gaat heen met het gevoel van iets
verwardsEn zulke eenheid, misschien mag dat hier ten
slotte worden geconstateerd, kan op twee wijzen
gevonden worden: door goed werk van n richting,.
of door tweeërlei werk, van contrasteerende
richting, maar allebei sterk; nooit vallend beneden
een bepaald niveau ....