Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN fJ?öCTOBER 1927
17
Des zomers buiten
door JOH. DE MEESTER
III. Het verhaal van den Belg
CCHBIJVEB dezes was nooit een held; wie
?zou van grijze haren wenschen, dat zij nog
heroïsme veinsden P Maar wat die Vlaming in het
'hotel vertelde, den eersten van vele regendagen,
heeft hem toch wonderlijk getroffen.
Wij hadden de eettafels naast elkander, aan de
straatzij in den hoek; de deurramen waren open
gelaten, vlak bij ons hing het gordijn van den
regen. In den salon ging de danspiano; óók onze
vrouwen waren gaan kijken, elk zocht gelaten den
tijd te dooden, nu 't wandelen opeens gedaan was
en Westerloo niets dan een onderdak gaf.
Des morgens aan het ontbijt was een misver
stand opgehelderd: de tengere achtjarige. die we
voor het kleindochtertje onzer buren hadden
gehouden, was.gebleken hun kind te zijn, uit het
tweede huwelijk van den man die, hoewel robuust,
er inderdaad heel wat ouder uitzag dan de niet al
te tierige vrouw. Een vriendelijkheidje over het
wicht, da^de moeder was nagehuppeld, bracht in
dJe^vreemde aimosfegr van zomergaBten, als land
verhuizers bijeengedrongen op een plek, waar
etenslucht is blijven hangen, hoewel naast hen de
kilte neergutst met het alles wegspoelende water,
den man, die zwijgzaam had geschenen, tot het
verhaal van zijn verleden.
Drie zonen bij een eerste vrouw. De oudste is al
ingenieur, wanneer de oorlog het land overvalt.
De tweede, student nog, aarzelt niet, onmiddellijk
wil hij naar het ffront. De oudste, rustiger, gaat ook.
De ouders durven niet beproeven een van beiden
tegen te houden. De troost der moeder is de jongste,
zoo jong, te jong; hem houdt zij thuis. De tweede
komt met verlof van het front. Dan neemt de
jongste hem mee ha den tuin en zegt: Wanneer
je leven büjft, zul je eenmaal willen trouwen en je
. zult dan kinderen krijgen. Ook ik zal eenmaal
willen trouwen. Wanneer jouw kinderen mijn
kinderen ontmoeten, zullen ze die neven uit de
hoogte behandelen als de zonen van een vader die
te laf was om zijn land te verdedigen. Vraag jij
aan moeder of dit mag, of ik mijn kinderen dit
moet aandoen?" De moeder weende, haar jongste
vertrok en juist hij bleef in een loopgraaf. Maar
voordat hij sneuvelde, voelden de ouders, dat ook
zjj zich moesten geven, om niet achter te staan bij
de zonen, 't Gebeurde alles als vanzelf, een schakel
van familieleven onder de uiterste ontwrichting.
Ten.einde zijn oudste te hulp te komen bij een even
moeilijke als gevaarlijke opdracht, deed de vader
zijn eerste spionnewerk, evenzeer blootgesteld aan
het gevaar de aandacht van de Duitschers te
trekken, als aan dat van voor verrader te gelden
bjj landgenooten die op hem letten. Hij zou ge
slaagd zijn, was'niet de zoon n avond even te
laat verschenen op het punt van de ontmoeting.
Dien nacht redde de moeder beiden. Zij ijlde, on
kenbaar in lompen gepakt, naar die plek waar de
jongen verstopt zat en zag haar oudste daar
voor het laatst, hoewel zij nog heel een winter zou
VANDEWEEK
EEN NIEUWE KIEVIET
De Zeeroover
van Oostzaan
DOOK
C. JOH. KIEVIET
Prijs gebonden . " f l .75
Uitgave van VAN HOLKEMA &
WARENDORF's U.M., Amsterd.
leven. Want de bevordering, waar het slagen van
de perilleuze opdracht mee werd beloond, had
verwijdering ten gevolge en de moeder, door angst
en ontbering verzwakt, vatte kou op dien
nachtelijken dwaaltocht, doch wilde van geen voorzich
tigheid weten, daar zij integendeel besloot geregeld
met haar man samen te werken in een spel van
tegenmanoeuvres, waardoor gevaar werd afgeleid.
Herhaaldelijk werd hij aangehouden, voor ver
schillende autoriteiten gevoerd, doch zonder dat
men zijn schuld kon bewijzen. Opeens wordt zij
gearresteerd. Ook tegen haar ontbrak bewijs, doch
men hield haar.... daar zij ziek werd. Hem werd
hiervan bericht gebracht en nu begon het bekende
gefolter met voorgewende welwillendheid, die
bedoelde den man door angst iets onvoorzichtigs
te laten zeggen over zichzelf, zijn vrouw of
derden. Men ging zoover hem mee te deelen dat zij
binnenkort zou sterven, men bracht hem bij haar,
liet hen alleen, doch beiden begrepen: wij worden
beluisterd.... Het was hun laatste samenzijn.
De moeder wist toen van haar jongste, de vader
dorst er niet over beginnen, doch zij sprak van een
spoedig weerzien en ieder woord werd kalm
gezegd, als spraken zij over gewone dingen. '
Haar voorbeeld, daar, zei mij wat moed is".
Een gesprek dat de stervende had met haar
zuster, werd hem na haar dood overgebracht. Dit
had plaats gehad zonder getuigen, in afgesloten
HET BEEKJE LANGS DE Z.G. KABELJAUW
ziekenkamer. Toch was zij ook toon zeer voor
zichtig geweest, de zuster wist trouwens niets van
hun werk en kreeg alleen de boodschap mee, dat
zij berustend den dood te gemoet zag en niets
betreurde fan wat yebeurd wns.
Was zij geloovig? dorst ik vragen.
Kerksch? Neen, evenmin als ik.
U zeide iets van wederzien ?. . . .
Moederliefde dacht aan het graf. Maar het
bedoelde niet iets concreets, zooals de godsdienst
belooft na den dood. Zij zag zich gaan, wist hem
gegaan, berustend in dat gemeenschappelijk offer
aan den plicht, aan 't vaderland, als deelen van een
universum. En dat berusten, deze moed, is juist
onze winst geweest van den oorlog, een los worden
van het egoïsme.
Hij zweeg. Ik zweeg wat zou ik zeggen? Mijn
haat, mijn walg van allen oorlog? Alsof die man
den oorlog liefhad ! Een moedig berusten in eiken
toestand dat alleen had hij immers geprezen....
IV. Heelsum, September
Nu ook September voorbijgaat in regen, kunnen
onze optimisten slechts nog op een drogen herfst
hopen. Alleen de muggen zijn even bestendig als
de regen. Te Westerloo was een Haagsche dame
die zich Het Vaderland" deed nasturen op een
middag thuiskomend aanschouwde ik drie Belgi
sche schoonen, die de kortheid heurer jurken om
de onbescheidenheid van de muggen hadden
aansrevuld door zich ieder met een ..Vaderland" te
omwikkelen. Kn dan iijn er nog Nederlanders,
VAM
? TABAK
IS KWALITEIT
die denken dat de Belgen boos op ons zijn....
Het merkwaardige dei Heelsumsche muggen is
dat ze niet, niet meer steken. Ook de bijen doen
geen kwaad, al is de hei hun tegengevallen. De hei
voor zoover er nog hei bestaat! Enorme hoog
vlakten .liggen ontgonnen en tegen den
gezichtseinder maakt de in ies hoopen opgestapelde oogst
van een gedeelte, evenveel indrvik als
Egyptischepyramiden op een plaatje. Mét haar bewonderaar
heophiel de Bock is de Heelsumsche heide ook
naar mijn zin te vroeg gestorven, doch een werk
van geestkracht is die ontginning geweest, en n
boer die er met zijn zonen aan zwoegde, verdient
hier voort te bestaan in legende.
Iets meer dan vijftig jaar geleden heb ik, langen.
tijd vóór Wiggers (maar zonder diens schilderijen
te maken !) het kerkje van Heelsum liefgekregen,
eigenlijk het kerkje van Doorwerth, dat stond in
de kleine gemeente van dien naam, welke bij
Renkum is ingelijfd, waarna nu het gemeentehuis.
pastorie wordt van nog datzelfde, oude kerkje,
prachtig onder zwaar oud geboomte verscholen.
Onder voorbij het kerkje maakt de beek, voordat
ze, weinig sierlijk, haar water afstaat aan den Rijn,
de laatste veler sierlijke bochten, waarvan de meest
romantische, van Wolfhezen af, na den Holland
schen Blinkert de vermaardste wandeling in.
Nederland vormen. Rechts boven die beek lag
vroeger de eindelooze hei van Heelsum tot Wolfhe
zen, nu voor een goed deel tot bouwland
omgetooverd. De grintweg naar Bennekom die er langs.
loopt weg' van de mooiste berkeboomen
toont aan zijn Heelsumsch begin menige fraaie
villa, hierin wedijverend met den rijksstraatweg.
die de hoofdstraat is van het in veertig jaar tot een
terecht gezocht" villa-dorp geworden Heelsum.
Deze straat" zet zich al verder naar Oosterbeek
voort, zoowel met villa's aan den heikant als rechte
op boschgrond van de Doorwerth. Het bouwen in.
bosch, dat men veelal bosch laat blijven en het
maken van stroodaken neemt hier sterk toe. Over
den berg, door akkermaalshout, op de
Heveafabriek en het Huis ter Aar toe, is een breede weg'
gelegd, van welken wie van den Oosterbeekschen
kant komt een waarlijk overweldigend vergezicht
op de Vehiwe heeft, dat mij oud-Gelderlander»
die deze streek een halve eeuw kent, onlangs verrast
heeft doen gewaar worden, hoe beleidvol kappen
't genot van landschapsschoon vergroot. Water
leiding, elektrisch licht, zelfs centrale verwarming
kan men hier vinden, doch de lust om zich zóó af
te zonderen midden in het lage eikenloof blijkt.
nog niet groot.
Toch telt ook hier de afstand hoe langer hoe
minder. Om 6.40 vertrekt de eerste, om 11.45
's avonds de laatste tram uit Arnhem en deze rijdt
tot Rhenen door. En de bevoorrechte heeft zijn.
auto ! Ook de landbouw gebruikt alle nieuwe hulp
middelen. Het Kasteel Doorwerth was in mijn
jeugd een der overblijfselen uit feodale tijden. Er
was een verhaal van een dollen Van Brakel", die
te paard de gladbemoste Duno-helling afreed.
Thans is het Kasteel museum en de bewoner van
Huize Doorwerth" is niet alleen een modern be
oefenaar van den landbouw op prachtige hoog
vlakten aan beide zijden van zijn woning, docli
houdt een stal van te koop zijnde luxe-paarden.
Niet ver van dit hedendaagsche doet het kerkje
van Doorwerth nog altijd dienst en te midden
deiweelde van landbouwgewassen staan, op den
heuvel van dat kerkje, indrukwekkend oude
beuken en van die onverwoestbare dennen, bij
welke het woord pijnboom een bijzondere
bc.teekenis krijgt.
THB qUALITy CAB
IMPORTEUR
AfSTIKKELjfe ALKMAAE