De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 1 oktober pagina 4

1 oktober 1927 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN l OCTOBER 1927 No. 2626 i; Israëls wezen en willen door Prof. Dr. D. COHEN Democratie en Directoriom T~\ E uitslag van het vijftiende Zionistencongres, ^"^ eenige weken geleden te Bazel gehouden, beeft démeesten, die het niet bijwoonden, maar ook velen, die er aan deelnamen, ten zeerste verrast. Het gold Als eert Jubileumscongres. Juist dertig jaren geleden was, eveneens te Bazel, het eerste Zionistencongres gehouden, het eerste Congres tevens, waar Joden uit alle landen tezamen kwamen om over een gemeenschappelijke oplossing van het brandend Jodenvraagstuk te spreken. Het jaar 1897 is daardoor een mijlpaal geworden in de ge schiedenis van bet Joodsche volk, die in beteekenis ?wordt vergeleken met het .jaar 70, toen de tweede tempel werd verwoest. Misschien zal evenzoo het herdenkingsjaar 1927 een mijlpaal blijken in de historie der Zionistische beweging. Deze heelt in de dertig jaren van haar bestaan een groote evolutie ondergaan. Haar begin wordt beheerscht door de, thans reeds bijna legendarische, haast profetische figuur van Theodor Herzl, in voorkomen, naar het woord van Bertha van Süttner, een Assyrisch koning gelijk, in karakter en trots den volksbevrijder Mozes evenarend. Als redacteur van de Neue Freie Presae te Parijs ge vestigd, en van het Jodendom vervreemd, voelde hij, in ongebroken fierheid, meer dan anderen den smaad, die het Joodsche volk door de Dreyfus-zaak werd aangedaan. Hij greep naar zijn machtigste wapen, de pen; niet, om als Zola een aanklacht te schrijven, maar om de Joden op te wekken zich zelf te bevrijden uit de ballingschap. Hij arbeidde daarbij, naar hij zelf geloofde, onder inspiratie eener hoogere macht. Tot in bijzonderheden zette hij zijn plan uiteen, zonder te weten, dat hij voorgangers had, onbewust ook, dat duizenden op dit woord wachtten, om het in een daad om te zetten. Zijn gedachte was niet nieuw; maar juist de onbevangenheid, waarmee hg schreef, de gloed van geloof en overtuiging, die achter zijn zakelijke uiteenzettingen zichtbaar was, en de omstandig heid, dat dezelfde gedachte, bewust of onbewust, juist in dien tijd bij vele jonge Joden begon te ont waken, hebben gemaakt, dat zijn boek moet ge rekend worden tot de zeldzame werken, die een ommekeer in de gedragingen van een geheel volk teweegbrengen. Het droeg den titel: Der Judenstaat". Dit woord heeft aanleiding gegeven tot misvattingen, wier invloed nog heden merkbaar is; want juist de jongeren, die droomden van het herstel der vroe gere Joodsche grootheid in een eigen Joodsch land, namen het gretig over. Vele van deze, nu ouder en bedachtzamer geworden, kunnen toch den eersten indruk van deze tooverformule nimmer vergeten; en ook enkele strijdbare naturen, die na hen ge komen zijn, stellen het stichten van den Judenstaat nog altijd als het doel der Zionistische beweging en vechten met woord en geschrift voor hun op vatting. Wij bieden U thans iets heel bijzonderst EKEN SLAAPKAMER ? 450. met 3 deurs kast voor Ziet de etalages EN MEUBELEN TAPUTEH BOftDüfiEH HAARD i 500 A' Herzl zelf gaf reeds op het eerste Congres den naam prijs; het zoogenaamd Bazelsch programma stelt zich tevreden met het verkrijgen van een publiek-rechtelij k gewaarborgde woonplaats voor het Joodsche volk te Palestina". De weinige jaren van zijn verder leven besteedde Herzl aan het voeren van onderhandelingen met Turkije over rechten, den Joden in Palestina te verleenen, aan het bijeenbrengen van geld, aan het winnen van de publieke opinie en Joodsche mede werking. Toen hij, reeds in 1903, stierf, was het bereiken van het doel nog niet in zicht; maar de gedachte aan den terugkeer naar Palestina was levend bezit geworden van het Joodsche volk. Er waren, onder den invloed van deze gedachte, reeds vroeger Joodsche kolonies in dat land ge sticht, en reeds tijdens Herzl's leven was er een strooming, die geloofde, dat men met deze lang zame immigratie evenveel, zoo niet meer, zou be reiken dan met diplomatieke onderhandelingen. Doch een sterke uittocht naar Palestina heeft eerst plaats gevonden na den wereldoorlog, onder waar borg van de Engelsche regeering, die in 1917 door de zoogenaamde Balfour-verklaring den Joden de vestiging van a national home" had toegezegd. Wel is deze term, uit vrees voor geprikkeldheid van de zijde der Arabieren, later uitgelegd in dien zin, dat de Joden er mochten wonen als een groep naast de andere natiën; maar dit heeft de emigratie van velen, vooral uit het Oosten van Europa, niet tegengehouden. Nog meerderen zelfs zouden terug gekeerd zijn, indien niet de Sovjet-regeering de uitingen van de Zionistische gedachte onder de talrijke Russische Joden vrijwel onmogelijk maakte. Deze groote immigratie heeft, naast de heugelijke gevolgen van hernieuwing der Joodsche kracht en herwinning van zelfbewustzijn, opbloei van de Hebreeuwsche taal en den aanvang eener nieuwe cultuur, toch ook haar bedenkelijke zijde. Het eeuwenlang verwaarloosde land kan niet snel ge noeg een bestaansmogelijkheid verschaffen; het Joodsche volk is niet bij machte in korten tijd de geweldige middelen, noodzakelijk voor den op bouw, bijeen te brengen; maar bovenal, de psyche van het volk heeft zich nog niet aangepast aan de moeilijkheden van den arbeid. Hierdoor is een crisis ontstaan, waarvan de uiterlijke verschijnselen zichtbaar zijn in werkeloosheid, emigratie van reeds gevestigden, het ontbreken van geld voor noodzakelijken arbeid; maar die haar innerlijke oorzaken ook vindt in een sterke verdeeldheid van meeningen, vijandigheid van opvattingen zelfs over de wijze en methoden van kolonisatie en de leiding der beweging. Onder den indruk van deze crisis, die zich vooral in het laatste jaar sterk heeft toegespitst, kwam het vijftiende Zionistencongres bijeen. Talrijke partijen kwamen er met hun programma: arbeiders uit Palestina, toegewijd aan sociaal-democratische denkbeelden, en vrome rabbijnen, die de oplossing zien in terugkeer tot het geloof der vaderen; Ameri kaansche en Engelsche Joden, Zionisten uit Duitschland en Midden-Europa, die voor een groot deel consolidatie wenschen van den aangevangen arbeid en practische beperking ten opyichte van verdere, dikwijls al te groot opgezette plannen; en tegenover deze de radicalen en revisionisten, die niets onmogelijk achten, sterke overheersching van den Joodschen invloed in Palestina eischen op grond van de oorspronkelijke Balfour-verklaring, sterke medewerking ook van de mandaatmacht Engeland bij den Joodschen arbeid in het land. Wat zou er uit de tegenstelling van deze conser vatieve en ultra-radicale opvattingen, van deze sterke gematigdheid en wilden overmoed geboren worden? Zou men, als bij het veertiende Congres, uiteengaan, zonder zelfs een leiding voor de vol gende jaren te hebben gekozen, laat staan een programma van arbeid te hebben opgemaakt ? Zou elke partij en elke groep zóó sterk aan eigen be langen en wenschen vasthouden, dat van een ge meenschappelijk besluit, laat staan van gemeenschappelijken arbeid, geen sprake kon zijn? Het is anders geloopen, dan men vreesde, en deze uitslag is nog in het laatste oogenblik een verras sing geweest. Men heeft den weg gekozen, dien deze tijd in dergelijke moeilijkheden wijst: de invloed NEEMT EEN PROEF MET DE Caramel en Toffee van de Lancashire Confecdoncry Products ELANDSTRAAT No. 77f DEN HAAG der partijen op de regeering is zooveel mogelijk. ter zyde geschoven en de leiding in handen gegeven van een zakenkabinet, een directorium inzekeren zin, dat met grootere bevoegdheid dan eenig vroeger bestuur zal trachten de oplossing der crisis in goede banen te leiden. Het spreekt vanzelf, dat dit niet zonder veel opwinding en moeilijkheden is geschied. En niet ten onrechte is gezegd dat de mogelijkheid ertoealleen geschapen is door de opofferingsgezindheid van de arbeiders uit Palestina, die zich van stem ming hebben onthouden om een besluit mogelijk te maken. Maar reeds deze houding teekent den toestand. Want de vorming van zulk een bestuurmoge overal op tegenstand stuiten, zij gaat vol komen in tegen de opvatting van het recht van. medezeggingschap, dat juist in een volksbeweging als de Zionistische als de grondzuil van den arbeid werd beschouwd, en dat vanaf het eerste congres, terecht, het kenmerk van het Zionisme werd ge acht in tegenstelling met alle vroegere pogingen tot oplossing van het Joodsche vraagstuk, die steed& uitgingen van enkele aanzienlijke of rijke Joden. Het gold daarom tot nu toe als ongeschreven wet, dat in het Dagelijksch Bestuur der organisatie de groote partijen vertegenwoordigd waren. Doch. de groote meerderheid gelooft, dat juist hierdoor te veel kracht en tijd aan de belangen van enkelen is geofferd, en zij vreest bovenal, dat door dit sys teem onbevoegden een te grooten invloed oefe nen in zaken van algemeen belaag of van technischen aard. Daarom is deze vertegenwoordiging thans uitgeschakeld; en bovendien heeft het nieuw gekozen bestuur de bevoegdheid verkregen totwijziging van de posten der begrooting souverein recht tot nu toe van het congres en de beschik king over fondsen, die steeds een onafhankelijke positie hebben ingenomen. Een zakenkabinet, waarvan het in Palestina ge vestigde deel bestaat uit een Amerikaansche Jodin en twee Engelsche Joden. De Engelsche pers ge looft, dat de nationaliteit der gekozenen de onder handelingen met de regeering zal vergemakkelijken; en dit is aan te nemen, al heeft het congres vrij scherpe resoluties aanvaard tegen het gebrek aan. medewerking van de zijde der mandaatmacht. Maar in de Zionistische beweging is het een vol komen novum, dat geen Oost-Europeesche Jood nu meer deel heeft aan de leiding in Palestina, terwijl verreweg het grootste deel der bewoners uit Oost-Europa afkomstig is. Het is de vraag, of deze zich bij het strenge, volstrekt onpartijdige régime. dat volgen zal, zullen neerleggen; de eerste teekenen zijn niet gunstig. Maar de oplossing ligt in de hand der gekozenen n in den druk der omstandigheden. En reeds het feit, dat deze keuze mogelijk was, kan. een overgang naar een nieuwen toestand beteekenen. Tentoonstellingen Buffa en Zoon, Amsterdam. Schilderijen van Jacob Doyewaard. Tot 7 Oct. Nationale Kunsthandel, 435 Heerengracht, Amsterdam. Tentoonstelling van werken van Amsterd. Kunstenaars. Tot 8 October. Kunsthandel D. O. Santee Landweer, Amster dam. Tentoonstelling van Fransche prentkunst. Kunsthandel Hofstee Deelman, Vondelstraat 10, Amsterdam. Schilderijen van Krapil. Tot 15 Oct. Stedelijk Museum, Amsterdam. Batiks van l?15 October van l?4. Zondags van 12.30?4. Stedelijk Museum, Benedenzalen, Amsterdam Schilderijen en etsen door Frank Brangwijn en Jan Poortenaar. Tot 24 Cctober.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl