De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 8 oktober pagina 9

8 oktober 1927 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

t-* MafgetüreflM Meybomtt, tijdens haar eerste Deensehe reis. Margaretha Meyboom door H. G. CANNEGIETER 1£T verseheiden van Margaretha Meyboom, teeds in het vorige weekblad gemeld, heeft jm. groote kringen ontroering gewekt. Haar leer lingen en vereersters leven onder alle lagen der Bevolking "verspreid en vormen geen vaste organi«atie. Meer dan het uiterlijk huldebetoon, in grafredanen en necrologieën geopenbaard, beteekent ? de stille droefheid-.van de tallooze onbekenden, die .aan- de stichtster van Westerbro of aan de ver'taalster van Björnson en Lagerlöf levensverrijking -verschuldigd zijn. Persoonlijke kennismaking met deze kloeke en «dappere vrouw was steeds een voorrecht. Oprechtlieid van bedoeling, gaafheid van hart en nobelheid ;vau geest sprak uit die merkwaardig diepe stem ««n uit die, merkwaardig sterke oogen. Hier was -een mensch, die in het veelzijdige leven haar eigen weg ging, dien zij door wonderlijk toeval gevonden had en die naast de algemeen betreden paden der -conventioneele moraal en van de conventioneele ;philanthropie liep naar het gemeenschappelijk ?doel: de veredeling van menschheid en mensch. , Zonder leerstellige strakheid of koppige zelf^ingenomenheid heeft zij zich bepaald tot haar '?& ''*'8eQ bescheiden taak; zij heeft dit gedaan met een /geloof en een trouw, welke haar arbeid geadeld Heeft meer nog dan de overigens op zichzelf eerbiedwaardige resultaten. De tweeërlei functie van deze maatschappelijke ?^werkster ontwelde aan n en dezelfde bron. 'J<: -.<rife4 i'.fH !8jé»''?*"'??« :';.".-AS4-^= .,: ?? Scandinaviëis Voor" Matgaretha Meyboom de levensontdekking geweest. ' Gesproten uit een begaafd, werkzaam en idea listisch gezind'geslacht, heeft Margaretha Meyboom ia haar vader,, den bekenden predikant, haar voor beeld gezien. De zorgvuldigheid, waarmede deze zijn taak opvatte, is haar ten nutte gekomen. Want, zich verplicht achtend de Gennaansche . mythologie als bron van ons vaderlandsch volks geloof te bestudeeren, leerde de stoere werker zich autodidactisch de Scandinavische talen en autodidactisch werkte ook de dochter zich in, in de stof, waarvoor de vader haar belangstelling gewekt had. Zoo begon Margaretha Meyboom uit de biblio theek van haar ouderhuis uit het Deensch,Zweedsch en Noorsch te vertalen voor het Nieuws van den Dag, waarin ook haar bewerking van Gösta Berling verscheen. Met haar ziel, die aan de Scandinavische volksziel zoo innig verwant bleek, leefde zij zich in, in het woord en hierdoor bestendigde zij ook in de Hollandsche weergave de eigenaardige sfeer van het noorden. Reizen naar het land harer droomen, lessen bij Scandinavische leermeesters als dr. Otto Jespersen en dr. Chr. Dorph, kennismaking met Scandina vische schrijfsters, onder wie Selma Lagerlöf in eigen persoon, ontwikkelden haar gaven en kundig heden als vertaalster 'tot een groote volmaaktheid. Doch ook voor haar tweede functie als co peratrice bracht zij uit het noorden nieuwe plannen en denkbeelden mee. Dat haar gemeenschapstehuis Westerbro naar een voorstad van Kopenhagen genoemd is, getuigt van haar erkentelijkheid jegens het volk, waaronder naar haar verklaring de democratische gedachte zooveel sterker en inniger leeft dan in het door kasten en secten versplinterde rijk der Chineezen van Europa. Westerbro is geworden de stoffelijke belichaming van haar idealistische mystiek. De stichting zelf is inmiddels uit wel zeer realistischen nood geboren. Na den dood harer ouders met de vriendin en medewerkster, mejuffrouw C. Bokkes, die haar thans overleeft, op bescheiden voet samenwonend, kwam zij op de gedachte, dat een dergelijk samen wonen voor uitbreiding vatbaar zou zijn. Niet slechts het geldelijk voordeel, maar daarnaast het profijt van den geestelijken omgang rechtvaardigde dit plan, dat tot verwezenlijking rijpte, toen het door het gehoorde op de in 1898 gehouden Ten toonstelling van Vrouwenarbeid en het in de Gooische kolonies aanschouwde, bevrucht was. Op vaster economischen grondslag en met meer praktischen zin dan de Gooische ondernemingen gebouwd, rees in 1904 het uit vier huisjes bestaande Westerbro te Rijswijk uit den grond. Dit gemeenschapstehuis heeft ondanks het geringe aantal zijner stichters en onderhouders vooral door de herbergzaamheid, welke het betalenden gasten bood, invloed uitgeoefend op allerlei goeddeels min of meer onmaatschappelijke menschen, wier gemeenschapszin in de conven tioneele samenleving geen bevrediging vond. Een groote mate van vrijheid, in evenwicht gehouden door strenge arbeidzaamheid en kameraadschappelijke controle kenmerkte steeds deze stichting, waarop de oorspronkelijke en sterke persoonlijkheid van de stichtster haar stempel drukte. De democratiseerende strekking van het tehuis weerspiegelt zich in de formule, dat be schaafde, werkende menschen, onverschillig uit welken stand" op Westerbro welkom zijn. Een paar jaar geleden is bet Rijswijksche woning complex uitgebreid metNieuwWesterbro, een groot huis met een flinken tuin onder Voor burg. Het is gelukkig, dat Margaretha Meyboom deze uit breiding, welke met een ver huizing naar gerieflijker om geving gepaard ging, nog heeft mogen beleven. Hoe blij was ze er mee ! "'l Weeterbro, het gemeenschapstehuis te Rijswijk Het bescheiden complex, waarvan deze eerbiedwaardige vrouw het middelpunt was, is een kern van cultuurleven ge worden door het onderling ver keer van vaak belangwekkende gasten. Inayat Khan, inmiddels ook reeds overleden, Tohannes Muller, prof. Ragaz hielden op Westerbro verblijf en zetten er in vertrouwelijken kring hun denkbeelden uiteen. Aan theosophen, anthroposophen, AnKoopt U een gouden ring zonder merk? Waarom dan wel boter zonder Rijksmerk? Hofstede Oud~Bussem" Kerkstraat 67 Tel. 37344 toinisten, soefisten, anarchisten en socialisten van allerlei schakeering, verleende Westerbro onderdak. Op strikte voorwaarde, dat men de overtuiging van anderen eerbiedigen en zijn meening niet opdringen zal, is elke politieke en godsdienstige kleur welkom. Arbeiders en bourgeois leeren elkan der onder n dak meer van nabij kennen. Deze kernvorming is naast haar introductie van de Scandinavische literatuur wel het hoofdwerk van de overledene geweest. Bovendien heeft ze, als lid van het bestuur van den Ned. Coöperatieven Bond en secretaresse van de 'Coöperatieven Vrou wenbond, als mede-redactrice van de vrouwen- en jeugdrubriek in de Coöperator, als redactrice van de tijdschriften: Lente en Scandia, als oprichtster van het Scandinavisch Leesgezelschap en in allerlei andere functies, haar omgeving gediend. In do vrijzinnige godsdienstige jeugdbeweging en bij de Woodbrookers was zij een geziene en invloedrijke figuur. Bij Björnson's dood heeft Margaretha Meyboom in den vertrouwelijken kring van des grooten schrijvers vereerders een brokstuk uit een zijner werken voorgelezen. Nu de vriendin van Scandinaviëzelf is gestorven, komt ons onwillekeurig een passage uit het, door haar met zooveel liefde, vertaalde Gösta Berling te binnen. Het is de beschrijving omtrent het verscheiden van de Majoorske. Zij zonk in de kussens terug, en alles werd stil. Daar klonk door de stilte een doffe slag, toen weer een, en nog een. De groote stoomhamer begon zijn dreunend lied." Hoor", zei Gösta Berling, zóó klinkt de naam van Margaretha Celsing. Dat zijn niet de dwaas heden van dronken kavaliers. Dat is het zegelied van den arbeid, dat aangeheven wordt ter eere van een trouwe arbeidster. Wij danken u", zegt het, voor goeden arbeid; voor het brood, dat geiden armen gaaf t; voor de wegen, die ge gebaand, de huizen, die ge gebouwd hebt. Wij danken u voor de vreugde, waarvoor ge uw huis hebt geopend. Wij danken u ! Kust in vrede, uw werk leeft voort en houdt stand. Uw hoeve zal altijd een vrijplaats zijn voor den arbeid, die geluk aanbrengt. Wij danken u ! Veroordeel ons, die gedwaald hebben, niet. Gij, die nu de reis aan vaardt naar het rijk des vredes, denk met zachtheid aan ons, die nog leven". In den stoomhamer van den arbeid, onder haar krachtige en bezielende aansporing hervat, klinkt ook de naam van Margaretha Meyboom. Ook haar hoeve, Westerbro, blijve altijd een vrijplaats voor den arbeid, die geluk aanbrengt, den maatschappelijken, kameraadschappelijken arbeid van door idealisme verbonden persoonlijkheden. Huiskamer in een der huisjes te Westerbro

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl