Historisch Archief 1877-1940
t-*
MafgetüreflM Meybomtt, tijdens haar eerste
Deensehe reis.
Margaretha Meyboom
door H. G. CANNEGIETER
1£T verseheiden van Margaretha Meyboom,
teeds in het vorige weekblad gemeld, heeft
jm. groote kringen ontroering gewekt. Haar leer
lingen en vereersters leven onder alle lagen der
Bevolking "verspreid en vormen geen vaste
organi«atie. Meer dan het uiterlijk huldebetoon, in
grafredanen en necrologieën geopenbaard, beteekent
? de stille droefheid-.van de tallooze onbekenden, die
.aan- de stichtster van Westerbro of aan de
ver'taalster van Björnson en Lagerlöf levensverrijking
-verschuldigd zijn.
Persoonlijke kennismaking met deze kloeke en
«dappere vrouw was steeds een voorrecht.
Oprechtlieid van bedoeling, gaafheid van hart en nobelheid
;vau geest sprak uit die merkwaardig diepe stem
««n uit die, merkwaardig sterke oogen. Hier was
-een mensch, die in het veelzijdige leven haar eigen
weg ging, dien zij door wonderlijk toeval gevonden
had en die naast de algemeen betreden paden der
-conventioneele moraal en van de conventioneele
;philanthropie liep naar het gemeenschappelijk
?doel: de veredeling van menschheid en mensch.
, Zonder leerstellige strakheid of koppige
zelf^ingenomenheid heeft zij zich bepaald tot haar
'?& ''*'8eQ bescheiden taak; zij heeft dit gedaan met een
/geloof en een trouw, welke haar arbeid geadeld
Heeft meer nog dan de overigens op zichzelf
eerbiedwaardige resultaten.
De tweeërlei functie van deze maatschappelijke
?^werkster ontwelde aan n en dezelfde bron.
'J<: -.<rife4 i'.fH !8jé»''?*"'??«
:';.".-AS4-^= .,: ??
Scandinaviëis Voor" Matgaretha Meyboom de
levensontdekking geweest. '
Gesproten uit een begaafd, werkzaam en idea
listisch gezind'geslacht, heeft Margaretha Meyboom
ia haar vader,, den bekenden predikant, haar voor
beeld gezien. De zorgvuldigheid, waarmede deze
zijn taak opvatte, is haar ten nutte gekomen.
Want, zich verplicht achtend de Gennaansche
. mythologie als bron van ons vaderlandsch volks
geloof te bestudeeren, leerde de stoere werker
zich autodidactisch de Scandinavische talen en
autodidactisch werkte ook de dochter zich in, in
de stof, waarvoor de vader haar belangstelling
gewekt had.
Zoo begon Margaretha Meyboom uit de biblio
theek van haar ouderhuis uit het Deensch,Zweedsch
en Noorsch te vertalen voor het Nieuws van den
Dag, waarin ook haar bewerking van Gösta Berling
verscheen. Met haar ziel, die aan de Scandinavische
volksziel zoo innig verwant bleek, leefde zij zich
in, in het woord en hierdoor bestendigde zij ook
in de Hollandsche weergave de eigenaardige sfeer
van het noorden.
Reizen naar het land harer droomen, lessen bij
Scandinavische leermeesters als dr. Otto Jespersen
en dr. Chr. Dorph, kennismaking met Scandina
vische schrijfsters, onder wie Selma Lagerlöf in
eigen persoon, ontwikkelden haar gaven en kundig
heden als vertaalster 'tot een groote volmaaktheid.
Doch ook voor haar tweede functie als co
peratrice bracht zij uit het noorden nieuwe plannen en
denkbeelden mee. Dat haar gemeenschapstehuis
Westerbro naar een voorstad van Kopenhagen
genoemd is, getuigt van haar erkentelijkheid
jegens het volk, waaronder naar haar verklaring
de democratische gedachte zooveel sterker en
inniger leeft dan in het door kasten en secten
versplinterde rijk der Chineezen van Europa.
Westerbro is geworden de stoffelijke belichaming
van haar idealistische mystiek. De stichting zelf is
inmiddels uit wel zeer realistischen nood geboren.
Na den dood harer ouders met de vriendin en
medewerkster, mejuffrouw C. Bokkes, die haar
thans overleeft, op bescheiden voet samenwonend,
kwam zij op de gedachte, dat een dergelijk samen
wonen voor uitbreiding vatbaar zou zijn. Niet
slechts het geldelijk voordeel, maar daarnaast het
profijt van den geestelijken omgang rechtvaardigde
dit plan, dat tot verwezenlijking rijpte, toen het
door het gehoorde op de in 1898 gehouden Ten
toonstelling van Vrouwenarbeid en het in de
Gooische kolonies aanschouwde, bevrucht was.
Op vaster economischen grondslag en met meer
praktischen zin dan de Gooische ondernemingen
gebouwd, rees in 1904 het uit vier huisjes bestaande
Westerbro te Rijswijk uit den grond.
Dit gemeenschapstehuis heeft ondanks het
geringe aantal zijner stichters en onderhouders
vooral door de herbergzaamheid, welke het
betalenden gasten bood, invloed uitgeoefend op
allerlei goeddeels min of meer onmaatschappelijke
menschen, wier gemeenschapszin in de conven
tioneele samenleving geen bevrediging vond.
Een groote mate van vrijheid, in evenwicht
gehouden door strenge arbeidzaamheid en
kameraadschappelijke controle kenmerkte steeds
deze stichting, waarop de oorspronkelijke en sterke
persoonlijkheid van de stichtster haar stempel
drukte. De democratiseerende strekking van het
tehuis weerspiegelt zich in de formule, dat be
schaafde, werkende menschen, onverschillig uit
welken stand" op Westerbro welkom zijn.
Een paar jaar geleden is bet Rijswijksche woning
complex uitgebreid
metNieuwWesterbro, een groot huis met
een flinken tuin onder Voor
burg. Het is gelukkig, dat
Margaretha Meyboom deze uit
breiding, welke met een ver
huizing naar gerieflijker om
geving gepaard ging, nog heeft
mogen beleven. Hoe blij was
ze er mee !
"'l
Weeterbro, het gemeenschapstehuis te Rijswijk
Het bescheiden complex,
waarvan deze eerbiedwaardige
vrouw het middelpunt was, is
een kern van cultuurleven ge
worden door het onderling ver
keer van vaak belangwekkende
gasten. Inayat Khan, inmiddels
ook reeds overleden, Tohannes
Muller, prof. Ragaz hielden op
Westerbro verblijf en zetten er
in vertrouwelijken kring hun
denkbeelden uiteen. Aan
theosophen, anthroposophen,
AnKoopt U een gouden ring
zonder merk?
Waarom dan wel boter
zonder Rijksmerk?
Hofstede Oud~Bussem"
Kerkstraat 67 Tel. 37344
toinisten, soefisten, anarchisten en socialisten
van allerlei schakeering, verleende Westerbro
onderdak. Op strikte voorwaarde, dat men de
overtuiging van anderen eerbiedigen en zijn meening
niet opdringen zal, is elke politieke en godsdienstige
kleur welkom. Arbeiders en bourgeois leeren elkan
der onder n dak meer van nabij kennen.
Deze kernvorming is naast haar introductie van
de Scandinavische literatuur wel het hoofdwerk
van de overledene geweest. Bovendien heeft ze, als
lid van het bestuur van den Ned. Coöperatieven
Bond en secretaresse van de 'Coöperatieven Vrou
wenbond, als mede-redactrice van de vrouwen- en
jeugdrubriek in de Coöperator, als redactrice van
de tijdschriften: Lente en Scandia, als oprichtster
van het Scandinavisch Leesgezelschap en in allerlei
andere functies, haar omgeving gediend.
In do vrijzinnige godsdienstige jeugdbeweging
en bij de Woodbrookers was zij een geziene en
invloedrijke figuur.
Bij Björnson's dood heeft Margaretha Meyboom
in den vertrouwelijken kring van des grooten
schrijvers vereerders een brokstuk uit een zijner
werken voorgelezen.
Nu de vriendin van Scandinaviëzelf is gestorven,
komt ons onwillekeurig een passage uit het, door
haar met zooveel liefde, vertaalde Gösta Berling
te binnen. Het is de beschrijving omtrent het
verscheiden van de Majoorske.
Zij zonk in de kussens terug, en alles werd stil.
Daar klonk door de stilte een doffe slag, toen weer
een, en nog een. De groote stoomhamer begon zijn
dreunend lied."
Hoor", zei Gösta Berling, zóó klinkt de naam
van Margaretha Celsing. Dat zijn niet de dwaas
heden van dronken kavaliers. Dat is het zegelied
van den arbeid, dat aangeheven wordt ter eere
van een trouwe arbeidster. Wij danken u",
zegt het, voor goeden arbeid; voor het brood,
dat geiden armen gaaf t; voor de wegen, die ge
gebaand, de huizen, die ge gebouwd hebt. Wij
danken u voor de vreugde, waarvoor ge uw huis
hebt geopend. Wij danken u ! Kust in vrede, uw
werk leeft voort en houdt stand. Uw hoeve zal
altijd een vrijplaats zijn voor den arbeid, die geluk
aanbrengt. Wij danken u ! Veroordeel ons, die
gedwaald hebben, niet. Gij, die nu de reis aan
vaardt naar het rijk des vredes, denk met zachtheid
aan ons, die nog leven".
In den stoomhamer van den arbeid, onder haar
krachtige en bezielende aansporing hervat, klinkt
ook de naam van Margaretha Meyboom. Ook haar
hoeve, Westerbro, blijve altijd een vrijplaats voor
den arbeid, die geluk aanbrengt, den
maatschappelijken, kameraadschappelijken arbeid van door
idealisme verbonden persoonlijkheden.
Huiskamer in een der huisjes te Westerbro