De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 15 oktober pagina 17

15 oktober 1927 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

"?'«. 1 * DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 15 OCTOBER 1927 17' #>s * Alida's croquante croquetjes door AL1DA ZEVENBOOM 't te Av Q NAFHANKELIJKHEID is het J) hoogste goed" heb ik in mijn jonge jaren al geleerd maar nu ik als eigenares van het eersteklas pension Dalila" het hoogste goed bezit, ben ik nog wat onwennig en ik begin in de gaten te krijgen dat onafhankelijkheid eigenlijk beteekent dat je van iedereen afhangt. Daar is in de eerste plaats het personeel. In mijn tijd was de dienstbode afhankelijk van mevrouw. Als die uitging, bleef ik thuis al was , hét mijn avondje of mijn dagje en dan werd het geschikt. Tegenwoordig gaat het meisje uit en bnjft mevrouw thuis maar geschikt wordt er verder niets. Dat heb ik van de week al gemerkt. En dan hang je van je huurders af gasten" zegt mevrouw van hiernaast die ook een pension heeft maar nergens Stroomend water en een vuile boel en slecht van eten, zooals ik al gehoord heb. Men mag geen kwaad spreken v&n zijn evennaaste maar als dat kwaad de waarheid is dan moet het gezegd worden. Van de week ben ik maar vast begonnen met mijn prijzen een beetje op te slaan. Ik heb het mijn. gasten aan het verstand gebracht dat dit al een gevolg van de Olym pische spelen is. Iedereen gaat faet volgend jaar kamers verhuren en souden die onderkruipers, als ik het Zoo eens zeggen mag, met het zoete winstje gaan strijken terwijl wij vakmenschen niet op zouden mogen slaan zonder dat ze er in de kranten moord en brand over gaan schreeuwen? Ik heb nu al aanvraag voor een paar Fïnsche worstelaars, geloof ik, maar dat vind ik nog al griezelig. Nee, als ik een paar nette heeren bestuursleden kan krijgen, heeren op leeftijd die een tikje te stijf zijn geworden om zelf aan sport te doen maar er nog van kunnen genieten als zij het een ander zien doen, dan wil ik er nog wel eens over denken en die heeren bestuurs leden betalen goed, is mij verteld, omdat zij alles in rekening mogen brengen en niet bang hoeven te zijn dat zij amateur af-raken. Dat heeft dat acteurtje van het Leidscheplein, dat driehoog het voorkamertje heeft, mij gezegd. Anders was ik niet zoo OP de hoogte. Ik heb heel nette gasten". Vooral die stille meneer die beneden de suite met badkamer heeft en de telefoon. Wat hjj doet weet ik niet, maar hij woont hier al vijf jaar en nooit een minuut te laat met de huur, zoo heeft de dame van wie ik het pension heb overgenomen, mij gezegd. Het is een gevaarlijke fascist", heeft het acteur tje mij wijs gemaakt maar dat vind ik niet erg. Dat zijn menschen die geen musch kwaad doen. Van de week, Donderdag, had hij een conferentie en ik keek mijn oogen uit toen er gescheld werd en ik zelf, een tikje uit nieuwsgierigheid want het is zaak om te weten wie je gasten in huis halen want veel kan ik hebben maar het moet fatsoenlijk blijven open deed en aangelaat tegenover aangelaat met meneer Rikus Colijn stond ! Ik had hem in geen maanden gezien en ik moet zeggen, dat hij er patent uit zag. Hij lei broederlijk zijn hand op mijn schouder en sprak want hij zegt nooit iets maar spreekt" : Gut, juffrouw Alida, wat een ver^rassing en welk een verandering in den TT 'T*j Tl j H Tl 1 l *J"^. Uit het kladschnjt staat uws levens ! Het gaat mij inder daad goed en als er verheugenis in mij is dan is dat toch ook voor een deel niet alleen omdat ik u 2.00 welvarend zie maar omdat, ik kan het u wel zeggen, de leening die ,,de Standaard" heeft uitgeschreven!, zoo schitterend geslaagd is. Driemaal overteekend ! Het was toch anders een peuleschilletje voor u geweest als u de leening zelf genomen had, zei ik, maar hij schudde het hoofd. De tijden zijn slecht, juffrouw Alida. en een blad moet niet van een enkel man zijn maar van ons allemaal l Dat is zoo, zei ik, wij zijn nu eenmaal niet allemaal Abraham Kuyper's. Hij knikte goedmoedig en vroeg of er al iemand boven was. - Verwacht meneer dan nog meer bezoek? vroeg ik onnoozel. Ja, doctor Zimmerman, was zijn antwoord. Er staan groote dingen te gebeuren! En nog had hij de woorden niet gesproken of meneer Zimmerman schelde aan. Ook een nette man. En zoo echt democratisch. Direct een hand aan me gegeven en geïnformeerd hoe of de zaken gingen en ik zag wel dat hij blij was dat ik niet in zoo'n nieuwerwetsche kubus, die niet veel meer zijn dan muren met gaten er in, woonde. Toch maar een mooie bouwstijl, hoorde ik hem zeggen toen hij de trap naar de eerste verdieping op liep. Wat Rikus er van vond, hoorde ik niet, want mijn stille gast had ze al ontvangen en sloot meteen de deur. Maar omdat ik toevallig in het zij kamertje wat te doen had, heb ik het een en ander opgevangen van wat zij behandeld hebben. Meneer Rikus las zijn artikel uit de kStandaard" voor dat hij geschreven heeft onder het opschrift: Ebbe in de Democratie" en ik hoorde heel duidelijk dat hij een traan in zijn stem had onder het voorlezen. Een eeuw van democratie heeft stellig niet gebracht wat de volkeren er van hebben gehoopt. Dat een verdei' voortgeschreden democratie de maatschappij als geheel gelukkiger zalmaken, raakt aan groeienden twijft-l onderhevig. Kn wat een volk als die twijfel algemeen wordt ten slotte in staat is om te doen of toe te laten, is al evenmin stellig te zeggen". Zoo las meneer Rikus en ik hoorde meneer Zimmerman de kamer op en neer loopen en zeggen: ..nee, Colijn, dat is te zwak gezegd". Zoo komen wij er niet. Je moet zeggen dat ,,een volk dat de teekenen des tijds versta.at, stellig weet wat het doen moet en toelaten en als je dat maar dikwijls genoeg en met kracht herhaalt, dan gaat een volk, vooral als je zegt dat het niemands raad van noode heeft, ten slotte het zelf gelooven dat het het weet en dan zijn wij er. Is het zoo met de democratie ook niet gegaan? Zou den wij ooit algemeen kiesrecht gehad hebben als de democraten niet dag en nacht geschreeuwd hadden dat dat 't eenige was wat nog aan het geluk van een volk ontbrak? En. nu zitten ze er zelf mee en wilden er wel weer af. Na de ebbe komt de vloed, Rikus, en nu moet jij het de volgende week hebben over De Vloed van het Fascisme" maar heel voorzichtigjes. Het oogeriblik lijkt mij gunstig. zei mijn gast van de beneden-suite. Na het intermezzo-de Geer het duo Colijn-Zimmerman ! -?Hm, hoorde ik ze allebei heel duidelijk zeggen. Jullie wilt toch niet allebei een solo te gelijk zingen? vroeg' mijn gast. Ev werd nog al met stoelen gewerkt en ik kon geen woord verder verstaan. Toon zij weggingen en ik ze uitliet zei meneer Zimmerman tegen meneer Rikus: Na, jou, Colijn" maar meneer Rikus was net zoo beleefd en sprak: na jou, Zim", en zoo bleven ze samen in de deur staan dringen zonder dat ze opschoten. Toen heb ik maar de deur brutaal tegen ze aangegooid omdat hot zoo tochtte. Dat fascisme wordt niets. Ze zijn er te beleefd voor. . Kenners zeggen: MIJ smaakt allén ee» BROCHES Gigaret" CHARIVARIA eut§ch(anb, Deufêchlanb ueber 9tIIe§! ,,De begeerte om de school tot een weten schappelijk college uit te bouwen." (N.R.C.) ,,Op hun gezichten vertrekt geen nerf. Het schip wordt op dit bceï^ te water ge laten." (O.H.C.) De bakkersgezellen zullen jicr) bij dezen arbeid afroiëSelen." (Prov. Dr. en Z\v. Ct.) ,,\n betere zaak wordt gezocht een oubere juffrouw." (Adv. Prov. Ov. en Zw. Ct.) MERKWAARDIGE BERICHTEN ,,De gedetineerden in de maritieme gevan genis te Toulon zijn, uit protest tegen het voedsel, dat zij kregen, te hoop geloopen. Een twaalftal verbroken deuren en vensters en een honderd betoogers verspreidden zicli door de lokaliteiten, waar zij aan het vernielen sloegen." (N. R. C.) Daar is moeder, zei een onaardsclie engelenstem aan zijn oor." (Tel.) HET JUISTE WOORD OP DE JUISTE PLAATS Men moet natuurlijk ook in oogenschouw nemen, dat de meeste hotels alleen gedurende het badseizoen geopend zijn." (Tel.) Zoo'n avond doet mij onverwoestbaar ge looven in de toekomst van ons nationaal dilettantentooneel." (Ons Toon.) De Raad waakt over de belangen van de algemeenheid." (O. H. C.) MEEMAAKSELS Twee feesten heb ik nu meegemaakt. Ik heb het leven van de Citéeenigen tijd meege maakt. Hij maakte het parlementaire leven lange jaren mee." (Gr.) De minister maakte de visscherij mee aan boord van de drijfschuit." (N. R. C.)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl