De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 22 oktober pagina 4

22 oktober 1927 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

'?l AMSTERDAMMER VAN 22 OCTOBER 1927 No. 2629 Schilderkunst Haveman zeventig Jaar (2) Oct. 1857-23 Oct. 1927) Bigentlijk komt het in deze waereld er alleen l op aan een uitzendertation" tevens te zijn; ontvang? stations zijn we allemaal! Maar zoo'u tiitzendstation doet nog iets anders dan berichten, daden .en gevoelens absorbeeren; het maakt van zulke ' daden, gevoelens en sensaties iets; het hoopt ze op, en gaat dan aan het uitzenden met zijn golflengte. Kunstenaars zijn uitzendstations met een persoonIjjke golflengte; willen wij ze begrijpen, dan moeten we ons daarop instellen. En, het is eigenaardig! als ge eenmaal verwend zijt u m te stellen op zulke uitzendstations, dan lijkt de rest der waereld een beetje vervelend, een beetje dood, een beetje mat, een,beetje te dood. Ge wordt onwennig aan die andereu. Met Havennan, die er thans als een florissante zeventiger begint uit te zien, is het nooit het geval geweest, dat ge bij hem den doodin-de-pot zaagt; hij zond, en gaarne, uit! Maar toch is er in de laatste jaren, lijkt mij, een ver andering gekomen bij en in dezen feilen geest, die een van de weinig belezen schilders is, die ik ken. Laat mij dadelijk zeggen, dat ik er niet zoo veel ken, als ge misschien zoudt verwachten, ik hield mij bij de werkelijk-levenden t Maar er is in Haverman iets gekomen van den beschouwer; weten schappelijk zouden ze dat met n term dooden, en zeggen: hij wierd objectiever, maar termen zijn stille moorden; laten we meer op den leven den grond blijven, en zeggen: Haverman geniet, buiten het persoonlijke belang om, meer van de dingen; hij is in den staat der belangelooze kritiek gekomen, maar die rust geeft en meer vreugde. Hij is, begrijp mij goed, daarom niet aan het afsterven ! integendeel, de voordracht van het openhartig oordeel bleef kantig; het heeft de persoonlijke golflengte steeds. En waarom zou hij niet kantig zijn? Hij heeft steeds de wezens kantig' gegeven, zóó kantig, dat zij tot het karika turale gingen. Dat karikaturale kwam voort uit een telkens andere, telkens anders geschakeerde teleurstelling; want deze realist uit de school van Allebé, een echte AUebéer, hoopte stillekens, in zich zelf, steeds het vlekkeloos-volstrekte, het vlekkeloos-volmaakte naar den geest of naar de maatschappelijkheid te ontmoeten. Ge hebt in veel realisten dat stil idealisme, dat ze nooit willen bekennen, en dat hun de zoo geheeten cynische allure geeft, maar dat hun ook de mo gelijkheden geeft der innigheid. En die innigheid komt in de portretten, waartegenover zij zich niet gesteld hebben met bittere scherpzinnigheid of met den verbeten lust geen dupe te zullen zijn; die innigheid komt in de portretten, waar zij tegenover stonden zonder een enklen eisch; waar hun hart zijn klokkespel te spelen begon: tegenover hun kinderen en tegenover enkele verwanten, of vrienden.. Daar zijn de portretten van zelf het edelst, omdat de realist daar zijn gevoels-idealisme eenvoudig-weg dorst laten ageeren; dat gevoel waar hij anders stug mee was, en erover schuw. En die belemmerende schuwheid is Haverman nu kwijt; die belemmering is op zij geschoven; de weg gaat niet meer over zulke hindernissen, maar er langs. Ge zoudt het nog anders kunnen zeggen: de pose der hardheid is verlaten; het leven, erkend, wordt klakkeloozer aanvaard. Het wordt aan vaard, en dat is het juist eind van veel zoeken: wat niet te vermijden is aanvaarden, en wat een tekort leek te zien als een onmogelijkheid, maar altijd, zooals ge, als geheel wezen, zijt geboren en gegroeid: Kantig dus hier, maar toch met een glimlach. Zóó zie ik nu Haverman: springlevend, met een snel woord, met een snel overzien, maar met toegeeflijkheid zoolang dat kan. Mevrouw de Gruyter?Feuerstein, De Bron, den Haag. Mevrouw Feuerstein heeft talent, en humor in dat talent; ge ziet dat in de stillevens; en soms een gevoel voor de open ruimte in een landschap, ook dat ziet ge op de tentoonstelling. Wij wisten dat, en ook wisten wij, dat ze Charley Toorop moet GIDDINGI 'UYNENBURG MUYSl Het jubileum der Sovjetrepublieken Teekening voor de Groene Amsterdammer" door L. J. Jordaan EN TUSSCHEN ZITTEN !' U - ????"? lll «II i HET FEÉSTV ARKEN: ALS ER MAAR bewonderd hebben! Dat weet iedereen, die de kudden der schilderijen keurt, die het lange jaar door aan waaksche oogen voorbijgaan. Maar ik ben toch benauwd geworden op de tentoonstelling. Want ik hoop niet, dat bij Mevrouw Feuerstein zal gebeuren wat we bij den simplen Nieweg hebben zien ontstaan; dat deze schilder van een landschap met zachtvallende sneeuw, zich begon te buiten te gaan (inderdaad te buiten) aan groote figuren van tragisch wezen en tragischen gang ! Van Gogh, Vincent, is een bezit voor altijd, maar de Vangoghjes, die smaden hem eigentlijk. En Nieweg is geen schilder voor de tragische figuur, en Mevrouw Feuerstein evenmin ! En toch heeft ze de neiging (wie bracht haar dat alles bij ?) in de portretten: den tragischen mensch te brengen! Suze Robertson heeft die gebracht en dat is al heel wat in n eeuw; Charley Toorop ziet de menschen zóó en dat is nog meer in n eeuw maar Mevrouw Feuerstein heeft dat niet in zich; zij heeft humor, die is haar eigen, laat zij dien opkweeken dan lukt het leven haar eerder, en verdoolt ze niet. A. PLASSCHAERT Jan de Boer bij M. Wolff, Rokin Deze tentoonstelling was een jubileumtentoon stelling. De schilder Jan de Boer werd 3 October 1927 vijftig jaar. Zijn werk detoneert oogenschijn lijk in een kunsthandel die zich op de demimodernen" toelegt. Oogenschijnlijk. In den grond is het er aan verwant. Jan de Boer is een analy seerend en beschrijvend schilder, een propagandist van de wonderen der natuur en een liefhebber der natuurlijke historie. Hij toont de schelpen en zeediertjes, krabben, sterren, egels en kreeftjes tusschen de rotsen aan de kust van Folkestone of mossen, zwammen, bloemen en kruipend gedierte aan den breeden voet van een boom. Voordat hij ze vertoont brengt hij ze samen. Dan beschrijft en omschrijft hij ze stuk voor stuk naar vorm en kleur. Zijn werk is illustratief en beleerend, zijn synthese HOTEL DESPAYS-BAS Wagenstraat 102 DEN HAAG. Rust. familiehotel.?K. en w. str. w. op alle kam. Vraag onze tarieven. Aanbev. J. M. v. d. SAN DE. een agglomeratie. Er steekt een leeraar in hem. Zelfs in zijn phantaisiën schuilt een eenvoudige symboliek. Het aangename gaat altijd samen met het nuttige. Misschien doet dat zijn kunstenaars schap kwaad. Deze schilder wil te veel. De wijsgeer of rederijker in hem verdringt den kunstenaar. Hij wil alles laten zien. Zijn verrukking, die echt is, uit hij niet in de eerste plaats door te schilderen, maar door te etaleeren. Kijk dat eens, en dat, en dat.... hoort ge hem roepen. Zoo maakt hij meer een kijkspel dan een schilderij. Hij zou een werk over natuurlijke historie op verdienstelijke wijze kunnen verluchten. Hij' heeft zin voor kleur en eerbied voor de stof. En wie zijn vroegere krijtteekeningetjes ziet, uitvoerig en bescheiden, be treurt het dat hij niet in dien trant is voortgegaan. Nog zou hij de verluchter kunnen worden van een fijn topographisch werk. Een teekeningetje van de haven te I Jmuiden, met een zeewering in 't verkort gezien, fijntjes en suggestief aangekleurd kon op steen gebracht het boek openen. Meer dan langs symbolische maar niet voldoende over tuigende phantaisiën, ligt in die richting voor Jan de Boer de weg naar de onsterfelijkheid. M. F. HENNUS VAM HELLES TABAK ? fVWALITEIT

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl