De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 19 november pagina 18

19 november 1927 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

Ha. DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 19 NOVEMBER 1927 No. 2633 Tikblaadjes door Dr. R. FEENSTRA e c I a m e door MELIS STOKE Btropa's wrokkende jeugd ' , HT USSCHEN de verschillende gene raties is er altijd veel wrijving en afgunst geweest; dat is 7.00 oud als de wereld. Men" snapt elkaar niet, billijkt elkaar niet; lust elkaar vaak niet. Tusschen de gaande en komende geslachten liggen eeuwige front"lijnen, waarop men af en toe de mitrailleuse en soms het groote kanon hoort. Nooit is er volkomen rust evenmin als op het sociale front tusschen de klassen. Maar nooit was er zooveel span ning aan dit front als in de naoorlogsche jaren. De klassenstrijd, de nationaliteitenstrijd verbleekt er naast tegen dit roode opsmeulen van den oorlogsvonk tusschen een gedesillusionneerde jeugd en een gees telijk dakloos geworden, materieel er op blijven zittenden ouderdom. Bij ons merkt men dit alles minder dan in de oorlogvoerende landen. Henri Lichtenberger en Andr Guérin hebben zich voor wat de ' Pransche jeugd betreft tot hare geestelijke gidsen gemaakt. Guérin onderzocht als schrijver de bloote en -verborgen drijfveeren van: ,,une gén ration en révolte"; of zooals hij ze elders noemt: les moins de trente ans". Lichtenberger trad als half een Freud en half een Oasimir, op het podium; en sprak eenige keeren dialectisch schitterend over de crisis der, hedendaagsche jeugd. Men behoeft de tijdschriften deijonge Duitschers slechts op te slaan om te zien, hoe het ook onder hen wrokt. Dit kleine citaat uit een ge dicht Lichting 1899" van Erich K&stner is typeerender dan drie kolom degelijker aanhaalsels: Wir haben die Frauen zu Bett ge bracht, Als die Mdnner in Frankreich standen. Wir hatten una das viel schoner ge dacht, Wir waren nut Konfirmanden. Dann holte man uns zum Militar, Blosz so als Kanonenfutter. In der Schule wurden die Banke leer, Zu Hause weinte die Mutter, Dann gab es ein bisschen Revolution Und schneite Kartofteljlocken; Inzuriachen verlor der Atte sein Geld. Da wurden wir Nachtstudenten. Bei Tage waren wir bureau-angestellt Und rechneten mit Prozenten. Wir haben sogar ein Examen gemocht Und das Meiste schon wieder vergessen. Jetzt sind wir allein bei Tag und bei Nacht Und haben nichts Bechtes zu fressen ! Die Alten behaupten, es würde nun Zeit Für una zum Soen und Ernten. Noch einen Moment. Bald sind wir bereit. Noch einen Moment. Bald ist es so weit ! Dann zeigen wir euch, was wir lernten l" Men voelt den materieelen en so cialen. . .. ondergrond! Téry heeft het in een paar kristalheldere woorden gezegd, waarom de génération en révolte" in de eerste plaats zoo felgebeten revolutionnair werd: ,, Au lendemain de la guerre. les jeunes crurent, dur comme fer, que l'avenir leur appartenait, qu'un monde nouveau, venait de naiïtre oüils jeraient leur chemin aisément et brilliamment. C'était la suite de ia fameuse illusion sur la guerre féconde, yénératrice (te, bienfaits". Hoe bitter stelde de werkelijkheid daarna teleur. Quinze cent mille inorts n'avaieiit laisséque.... des places subalternes"; er was geen groote maatschappelijke omschakeling, en de ervaring der ouderen was het zelf vertrouwen van de jeugd in de race om de onbezette plaatsjes te glad en te vlug af. Toch moet men in de jeugdcrisis van heden niet uitsluitend de reactie van haar maatschappelijke teleurstelling zien. En ook moet men er zich reken schap van geven, dat er achter de moins de trente ans" weer zestien en zeventienjarigen arriveeren, waarvan prof. RenéLaf on schrijft: lis sont insouciants, apathiques, sans enthousiasme. Chez eux, pas, ou peu de vocation". Wat zit er achter dit alles? Is het alleen de tragiek van het groene blad, dat aan een zieken tak zit, die het niet volgroeid zal kunnen dragen ? Omdat dooi' de vatenstrerigels ook allerlei transfer en schulddelging ge perst en gepompt moet? Straalt de afgunst tegen het herfstkleurend blad slechts door, omdat dit nog in de welvaarts-zon schittert; of ook omdat het nog de eigen tint draagt van n luciedere wereldbeschou wing? De jeugd van heden en morgen leeft in groote concentratie-kampen. In- en uitgangen ervan zijn bewaakt. In de kleinere kamers waarin wij jong waren, was er nog ruimte voor extravaganties. In dit groote kamp niet meer. De een wil op den ander lijken; de jeugd van heden wil" uniform zijn. Hoe minder men uit blinkt, hoe minder men achterblijft, hoe nader men staat tot het middel type. De jeugd van heden vindt alle problemen opgelost, of in bewerking; alle koeken aangesneden. Zij ziet slechts de weggewaaide daken van humanistische, materialistische, reli gieuze levensbeschouwingen, daar onder: ons lichamelijk" bloot, dat wij in de menschheidscrisis niet meer konden bedekken. Boven deze aarde, waarop de natuurwetenschappen tech nische triomfen vieren, wordt wel weer druk de groote metapsychische poort gedrapeerd maar met künstzij van lichamelijk-aanvoelbaar aardsch fabrikaat, waarin deze jeugd, die voor den ouderdom minder respect en meer verachting heeft dan iedere voorgaande schoon met minder recht eigener beweging of eigener bewogenheid minder en minder schijnt te voelen. Steeds is er om de jeugd en den jeugdigen geest in de wereld gestreden. Heden niet meer. Dat alles voelt de jeugd instinctief en dat er na de padvindersjaren niets meer te padvinden blijft. En zij converteert haar afgunst in verach ting. Van dat verachtende proza der jongeren die alleen in de kunst nog wat sociale ruimte ontmoeten hoe veel oudere uitgevers in dit overhoopliggende Europa leven daar deze jaren niet van? vraagt Téry nuchter. Opvallende, inslaande en doel' treffende" Reclame U ECLAME moet, om doeltreffend te zijn, opvallen, en zij behoort ook opvallend te zijn van doeltreffend heid. Aldus verzekeren ons menschen die het weten kunnen en die tegen com missieloon onze advertenties voor ons naar de bladen zenden. Maar allengs heeft deze leuze een afschuwelijke beteekenis gekregen, een bloederige beteekenis en een bedrei ging met den dood door verbrijzeling'. Wie het niet gelooft, heeft het onder staande bericht uit de altijd betrouw bare en gematigde Nieuwe Rotterdamsche Courant niet gelezen: ..Vandaag heeft een vliegmachine boven de stad gecirkeld, uit welke machine strooibiljetten werden gestrooid, waarin reclame voor een auto-showroom wordt gemaakt. De biljetten worden in een stapeltje van enkele honderden tegelijk uit het toestel geworpen. ..Vanmiddag is er met zulk een stapeltje iets ongewoons gebeurd. Door een of andere nog niet opgehelderde oorzaak is het stapeltje, toen het uit de machine was geworpen, in tact gebleven. Het eenige kilo's wegende pakket is met groote kracht neergeploft op het dak van een schuurtje dat achter een huis aan de Anna Paulownastraat alhier staat. Het pakket is door het dak heen ge vallen en terecht gekomen op nog geen meter afstand van de in dat schuurtje werkende vrouw S." De lezer zal begrepen hebben dat het hier een geval geldt van buiten gewoon opvallende (op het dak van het schuurtje) geweldig inslaande (in het schuurtje), maar goddank niet doel- (Mej. S.) treffende reclame. Ware in dit geval de doeltreffend heid der advertentiecampagne even groot geweest als het inslaand succes en de opvallendheid, dan zou Mej. S. thans niet rneer leven, ten koste van het bewijs dat de ideaal-reclame absoluut doodelijk werkt. Wij hebben ons aanstonds tot Mej. S. gewend om haar te vragen naar de indrukken die haar bestormden op het moment dat de auto-reclame bij haar insloeg. ? Ik sting aldus Mej S. in het schuurtje kousen te wasschen toen ik een licht gesnor in de lucht meende te hooren. Ik dacht nog hézou de poes op het dak zitte of vergis ik me zoo met de tijd dat de Brusselsche luchtbus al over komt (want dan gaan-ik meestal de koffie opzetten), maar net dat ik op de wekker wil kijken een dreunende slag en de stukken dakpannen en gruis vliegen me om de ooren terwijl ik tegen den grond slaat vlak naast me verbrijzelde waschtobbe, op een duim afstand van de wieg. Hèjakkes denk ik, terwijl ik overend krabbelt, da's natuurlijk weer zoo'n reclame van de Sinterklaasspeelgoedetelazie van de Goedkoopo Bezar.... net als elk jaar tege Sinter klaas .... En jewel een reuzegat in me dak, en 't plafond aan splinters en zoo'n grenaattrechter in me goeie vloer. . . . En da's nou al de derde keer dat zooies van de week gebeurt. . . . eers bij me tante Door op het Philipsradiohof je.... daar hebbe ze met een reclame voor schoonheidsmassage het huis en de kenariepiet met kooi en al en de heele theeboel finaal in mekaar geslagen.... en eergistere bij me mans zuster Sefie, 's avens om half negen verbrijzele ze met een Segareuitverkoopliekwedaassie het bed van de tweelinge met de kat d'r in (de tweelinge ware naar de danzing).... de hanglamp lag bij de benedebure op het aanrecht en alles an gruizelementen. . . . Nee meneer reclame mot er zijn. . . . maar zooas ze het tegenswoordig aanpakke. . . . mijn te ener sjiek hoor. . . . En dan die flauwe onzin die ze do heele dag op je huis gooie hoewel we een transparant op het dak hebbe: ,,Wa1 ongevraagd door het dak word f/eyooid ivord niet teruggegeve". Toen ik weer op de been was heb ik dadelijk voor de aardigheid, want een mensch ken z'n nieuwsgierigheid toch nooit bedwinge, die biljetten eens ingekeken. Wat die lui toch weinig uitkijke wie ze onderhebbe: eers van de week bij me zuster zooveel als een winterdienstregeling van de Mengelbergconcerte en nou bij mijn een Luxe-auto-verhuürderij.... Wat gaat dat rnijn nou aan. . . . ? Ik ben ommers f esoendeijk getrouwd.... Moete ze daar me dak voor ingooie en me kind vermoorde. . . . ?" * * * Deze kreet van een eenvoudige, doch diep-menschelijk voelende vrouw stemde ons tot nadenken. Inderdaad. is het niet gruwelijk te bedenken dat de reclame als een Damocloszwaard aan spinrag boven ons hoofd hangt r Waar is het einde? Zullen wij lieve dooden moeten betreuren door de Beleefde Mededooling tot het Geachte Publiek dat al onze vleeschprijzen zijn afgeslagen . . . ? of den spreker in de Tweede Kamer midden in zijn oratio don laat sten snik hooren geven onder de ^verplette rende" tijding dat Monseigneur Nolens toch maar de fijnste zos-cents-sigaa.r is ? Zal de dag aanbreken, dat, staande de beraadslagingen van den Amsterdamschen Gemeenteraad, als een don derslag uit helderen hemel het bericht inslaat dat Brasso alles reinigt ?".". . . En zal het dagelijksch bestuur dor Gemeente plotseling verpletterd wor den onder het Doorslaand Bewijs dal onze ontvettingskuur aangenaam en beslist onschadelijk afvoerend werkt? Wij zouden het van de daken willen roepen".... en ,,De zolders kraken" waren tot nu toe in,de reclametaal gaarne gebezigde uitdruk kingen. Ze zullen vervangen moeten worden door dreigementen als: Wij zullen het door Uwe daken smijten." . . en Uwe zolders zullen bezwijken". . Bruiloftsmaaltijden zullen niet meer veilig zijn voor neerstortende dak pannen, vermengd met doorslaande argumenten op het gebied van wo ninginrichting; tegen Sint Nicolaas en Kerstmis zullen de couranten vol doodsberichten staan: Heden over leed tot onze diepe smart onze geliefdo X. aan de Spotgoedkoope liquidatie aanbieding van het Valuta-magazijn". on in den verkiezingstijd zal men loodzware pakketten op de daken der tegencandidaten storten, onder do reclameleuze: ..Alles moet weg. ... !" Totdat ook deze vorm van al t o dool-treffende, op-vallende en bij-het publiek-inslaande, reclame door een wijs overheidsverbod aan teugels zal worden gelegd, ofwel dienstbaar ge maakt aan 's lands defensie.... LINCOLN de meest volmaakte wagen JAN LIMBACH- Haarlem

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl