De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 19 november pagina 19

19 november 1927 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 19 NOVEMBER 1927 Amsterdamsche bijnamen het kladsdlTlft van Jantje door S. KALFF Alsoe eenige lichtvaerdige persooaen hen onlancxs geleden vervordert hebben veel burgers- ende soldaetsvrouwen, mitzgaders haere dochters ende jonckwyffs, die vrouwen ende dochters met eeren geëstimeert en altyt gereputeert zyn geweest, thoenaemen ende lichtvaerdige bynaemen te geven tot groote desestime ende schandale van deselve burgersvrou wen, twelck in gheen gereformeerde stad van justitie en behoort getollereert ofte geleden te werden; omme waerinne te remediëren ende voorsien, soe wert eenen yder verboden ende geïnterdiceert, soewel burgers als haere kinderen, jonck ende out, sulcke ende diergélycke namen nyet te ver manen ofte nae te seggen, upte ver beurte van 'de eerste reyse, voor de oud« luyden die sulcx doen, van vyer ponden Hollants ende correctie. Enz." *) Intusschen waren er ook te Amster dam vrouwen genoeg, die hun bij naam hadden,- al waren die niet zoo aanstootelijk als in den Briel. Op het Kuiperspad woonde b.v. eene herbergierster, die op haar uithangbord bekend had gemaakt dat ze als tam boer gediend had en deswegen bekend was onder den naam van Aagt de Tamboer. Het opschrift luidde: Hier woont Aagt de Tamboer, die 't nog als de beste wel zou Maren. Sy heeft tweemaal met Tromp voor matroos gevaren, Sy is van leden gesont en Iris, Sn kan swemmen als een vis; Gélyk sy nog onlangs een Icint uit het water verlosten. Die haar wil sien hoeft het maar een glas bier te kosten. Uit een lateren tijd vond men in het jaarverslag van eene liefdadige vereeniging eenige bijnamen, die den zin van het volk verrieden voor een typee rend woord, zooals Mossele Mie, Soci ale Bet, Mie Canapé, Pie Tafeltor, Trui Bitter, Jans Pommerans, enz. En de beide laatsten ontleenden hun bijnaam zeker niet aan hunne voor liefde tot pompwater. Justus van Maurik voerde in zijne werken op de figuren van Tante Leen, de vischvrouw uit 't Hol, die zoo gesteld was op de respectability; van Jet je Meloen, de logementhoudster uit den Duvelshoek, en van JoedelëSaar, de jodin met de guitaar. Daar was ook Ootje (ver korting van grootje), die men steeds aan haar stalletje met zuur en eieren kon aantreffen en die door de buren werd gerespecteerd als 'n soort van algemeene grootmoeder. Als 85-jarige vrouw werd zij op 't laatst in het Besjeshuis opgenomen. Het bedrijf van Ka Oliekoek werd genoegzaam door haren, naam, of liever door haren bijnaam aangeduid. Men berekende, toen zij 82 was, dat zij over de zestig jaren met haar oliekoekenkraam op de Haarlemmersluis had gestaan, of lie ver gezeten, 't Was daar een beruchte tochthoek, maar. Ka kon er tegen. 't Was niet de tocht, doch de ouder dom, die op 't laatst een eind maakte aan hare nering .Toen de omwoners *) De Navorscher, 1901, bl. 28. Kenners zeggen: MIJ smaakt allén ee« BROCHES Qgaret ?f van de Haarlemmersluis deze vaste verschijning eens misten en haar gin gen opzoeken in hare woning, een kelder aan den Nieuwendijk, vond men haar in een toestand, die een on middellijk transport naar het gasthuis vereischte. Zij had toen haar laatste oliekoek gebakken, en stierf waar men haar had neergelegd. Voor Amsterdam was rij intusschen niet zulk eene markante figuur als Oranje Ka voor Utrecht. Deze heette ten rechte Kaatje Blommers en was eene verwoede chauviniste op 't stuk van het dierbare Oranjehuis. Zij hield een logementje voor Oostgangers (ko lonialen) en had er den wind onder. Zij begeerde als slaapie" alleen den man, ,,wiens liari voor Land en Koning gloeit"; vopr anderen werd bij haar niet ingekocht. Op nationale feestdagen illumineerde zij haar ho tel" met oranje lampioens en stak zich in een costuum van oranjekatoen. Zij werd niet zoo oud als Ootje en Ka Oliekoek, maar haalde toch de zeven tig, en 't werd van haar verteld dat ze zich in 't oranje had laten begraven. Bekender dan zulke figuren was die van Jannetje Cornelia Struyk, bijge naamd de Millioenen juffrouw. Zij was in 1847 te Vuren bij Gorkum geboren, uit ouders, die tot den kleinen burgerstand behoorden. De gebreken in hare opvoeding vergoedde zij door veel gevatheid en schranderheid; of 't zou haar niet gelukt zijn later zooveel notabelen en instellingen te Amster dam in de luren te leggen. Eene erfenis naar luid van 25 mille, KOU haar aan leiding gegeven hebben om roekeloos met het lieve geld om te gaan. 't Be zorgde haar ook tal van huwelij kskandidaten, doch zij had toen reeds eene liaison met den horlogemaker Hoetink uit Gorkum, met wien zij snoepreisjes ondernam. Nadat zij in 1881 haar intrek had genomen in het Bible-Iïotel op het Damrak, voerde zij daar grand train en scheen de middelen van eene dollarprinses te bezitten. Uiterst chic gekleed deed zij groote bestellingen bij winkeliers en betaalde prompt. Het geld daarvoor verkreeg zij echter, doordien zij in Amerikaansche bladen eene oproeping had laten plaatsen, schijnbaar van een notaris, doch feitelijk van haarzelve uitgaande, waarbij Jannetje Struyk werd voorgesteld als de erfgename van eenige millioenen dollars. Op deze kwanswijs officieele oproeping gelukte het haar, geholpen door hare welbe spraaktheid, geldschieters te vinden die haar aanzienlijke bedragen in han den gaven. (Slot volgt) Ingezonden Mag ik als kleindochter van Mousje Polk" den heer S. Kalff wijzen op eene kleine onjuistheid in zijn artikel ,,Am sterdamsche bijnamen"? Het woord Polk" is niet als bijnaam bedoeld; hier heeft men te doen met de jargon uitspraak van den Hollandschen naam Polack. Nog heden ten dage wordt door ons, Westersche Joden, iedere Jood, afkomstig uit Oost-Europa, d.w.z. de Polacky (Polen), een Polk genoemd. Een dergelijke jargonverbastering van namen vindt men terug in Linnewiel voor Luneville, Dellewiel voordela-Vüle. C. EITJE Branston Artificial Silk Company, Ltd. Ondergeteekenden berichten dat zij op DINSDAG 22 NOVEMBER 1927 ter beurze van Amsterdam ziillen aanbieden een bedrag van honderdduizend gewone aandeelen a £ 1.van bovengenoemde Maatschappij, in Certificaten van £ 100.?uit te geven door het NIEUW AMSTERDAMSCH ADMINISTRATIE KANTOOR.. De eerste koers zal in overeenstemming met don. Londensclien koers van 22 November a.s. worden vastgesteld op vermoedelijk 78^ %. Aanvragen welke Dinsdag 22 November 1927 vóór 12 uur 's middags ten kantore van ondergeteekenden worden ontvangen, zullen zooveel mogelijk tot den eersten koers worden voldaan. HENNY, HORSMAN & Co. Raadhuisstraat 4. AMSTERDAM, 18 November 1927.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl