Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 3 DECEMBER 1927
No. 2635
Boekbespreking
door Prof. Dr. J. PRINSEN J.L*.
.42(0 S«tedi«0, De Zondaar, Nijgh en Van
Ditmar's Uitg. Mij. Rotterdam, 1927.
J; P. Zoomerè-Vermeer, Set Molenhuis, Van
Holkema en Warendorf's U.M.' Amster
dam, zonder jaar.
J. H. IJssel de Schepper-Becker, Martje
Maters, géb. Vroom, P. N. van Kampen
en Zoon. Amsterdam, zonder jaar.
Van den eersten, aanslag af heb ik het werk van
Alie .Smeding gevoeld als goede, krachtige, zuiver
realistische kunst; die indruk heeft zich gehand
haafd, tot ik het boek in spanning had uitgelezen.
Aanvankelijk was ik van plan mijn gevoel van
dankbaarheid en voldaanheid onmiddellijk geest
driftig te uiten. Maar ik kwam. ervan terug.
Immers zoo'n moderne roman is nog iets anders
dan enkel kunst, enkel schoonheid, die gewaar
deerd kan worden door wie er gevoelig en rijp vóór
" zijn. De roman van den dag, de goede zoowel als
de minderwaardige, is nu eenmaal ook het mis
schien min, of meer geestelijke voedsel, het eerzaam
'tjjdverdrijf, hef onbegrepen speelgoed of wat dan
ook voor de groote massa, die toch wat móet te
; lezen hebben en stomweg grijpt naar wat de
gaar' 'keuken van de portefeuille of leesbibliotheek
wekelijks in huis stuurt. En nu valt het niet te
~ ontkennen, dat dit boek, hoe goed óók geschreven,
< «en brute, felle levenstragiek schildert, die het
':? gemoed van velen, die nog aan den aanvang van
ket leven staan, die het leven nimmer diep hebben
^epeild, moet ontstellen, de verbeelding kan
be|£'~ zoedelen. Het kan scherp, schrijnend pijn doen,
ontijdige en onnoodige wereldwijsheid brengen bij
- Beer velen, die rustig en onberoerd door het leven
1 kunnen gaan zonder zóó zeer de vuilheid en ellende
* van het leven in zulk een schril en ontstellend licht
gezien te hebben. Men moest kunnen voorkomen,
dat zulk een boek door. Jan en alleman en de
Jannetjes bovendien gelezen werd.
Er leeft door alle tijden, in alle talen en landen
voortreffelijke kunst, zeker niet minder inde
cent dan deze, die door wie in rijpe ervaring de
kunst om de schoonheid en het leven zoeken,
genoten wordt, doch voor de groote massa een
traditie geworden is, hoogstens een naam, dien men
meesjouwt in wat algemeene ontwikkeling heet.
Zoo is Rabelais b.v. voor de massa enkel een
naam. Dit geldt zelfs voor de Hebreeuwsche litte
ratuur in de Bijbel. Het publiek leest de
traditioneete dingen en vermoedt nauwelijks dat eenige
pagina's verder de voor onze ooren gruwelijkste
indecenties staan. Dit is geenszins het geval met
den roman van den dag; hij komt in ieders handen.
Daarom had ik dit overigens als kunst goede boek
maar liever zoo weinig mogelijk besproken gezien.
Maar er is nu eenmaal druk over gepraat. En
waar men deze -kunstenares daarbij niet heeft
gespaard; nu men haar heeft gekweld en gehoond,
lastig gevallen met praatjes, die niets met kunst te
maken hebben; nu de een in hartstochtelijke ver
ontwaardiging en verblinding haar boek een prul
noemt, de ander hoogstens tot de erkenning van
decadentie van een goed genre klimt, daar kan ik
niet aan den drang weerstaan om hier, even
apo" dictisch als die anderen, mijn overtuiging uit te
Spreken: Qua kunst een goed boek, krachtig, sterk,
gezond realisme, dat nog altijd in zijn vollen fleur
-staat: daar moet ik hulde brengen aan deze talent
rijke schrijfster, die het leven kent, stoer en machtig
uitbeeldt wat haar aangreep, haar materiaal
beheerscht en tot de laatste letter geeft, wat zij als
eerlijk artiste geven moet.
Voor breed opgezette kritiek is hier nu eenmaal
geen plaats; maar om te laten zien, dat ik niet
blind ben voor haar gebreken, wil ik toch wel
even aanstippen enkele van de kleine en groote
?fouten, die ik noteerde. Een groote fout lijkt me
o.a. dit: Gegeven een heel gewone nuchtere
boerenjongen; eenmaal onderwijzer, wil hij leeraar
worden uit pure begeerte naar wat hem de uiterlijke
glorie v»n het leven lijkt, zoogenaamde mooie
kleeren, mooi huis, mooie meubels, deftigheid en
geëerdheid onder heeren collega's. Hij kiest blijk
baar willekeurig de studie voor de middelbare acte
Nederlandsch. Uit niets blijkt, dat deze man ook
bovendien liefde voor de studie heeft, in het
bijzonder liefde voor het gekozen vak, een
onweerstaanbaren drang naar het beheerschen van heel
die uitvoerige stof, heel het terrein van diepgaande
taalwetenschap, al dat litterair-historisch en
aesthetisch begrip en inzicht. En Alie Smeding laat.
MALANG
Tekst en teekening voor de Groene Amsterdammer'' door J. G. Sinia
Van Soerabaya naar Aalang. Een spoorreiu van slechts 3^ uur scheidt deze twee plaatsen, maar welk een
verschil ! In Soerabaya een schroeiende, door niel* getemperde hitte, in Malang, dank zij de ligt/ing op ongeveer
440 M. boven den zeespiegel, een aangenaam en betrekkelijk koel klimaat. Doch wat hier, na het verlaten van
de woelige havenplaats, ook treft is de heerlijke rust van dit landelijk stadie.
Het plaatje, dat, een laan weergeeft langs de .s.;/, aloen-aloen, tracht eenig denkbeeld te geven vanhet schilder
achtige, dat dit vriendelijk plaatsje biedt.
hem. er komen. Dat kan niet. Zonder dat hoogere
enthousiasme, zonder die natuurlijke, volle toe
wijding, die onuitroeibare passie voor zijn vak
komt hij er niet. Enkel de stupide begeerte van
lagere orde naar uiterlijke praal is hier ontoereikend;
zoo'n man moet halfweg' amechtig blijven steken.
Maar wat is daar tegenover voortreffelijk
geteekend het sluwe beleid, waarmee Toos hem weet
te lijmen, haar berekening en handig spe!, waarmee
ze den zwoeger buiten het leven weet te omslin
geren, hem weet te voeren tot een huwelijk, lang
voor hij zijn doel heeft bereikt. Voor een middelbare
acte heeft Alie Smeding nooit gestudeerd, maar
innig diep heeft ze de menschelijke psyche door
grond.
Er zijn ook kleine foutjes: De roman ..speelt"
in onzen tijd. Dirk verdient / (iOOO als leeraar, en
dat gebeurde pas na den oorlog. Van dit bedrag
kan hij, ook al geeft hij een massa privaatlessen.
niet leven op den voet, waarop zijn huishouden is
ingericht en dan nog een dikken spaarpot en
effecten hebben bovendien (5IW). Diet heeft pony
(590). Dit komt als ik het, wel heb niet meer voor
in de laatste tien jaar en zeker niet bij een vooruit
strevend schepsel in de demi-monde als Diet. .Kr
brandt een gaskroon in dit moderne interieur van
een moderne groote stad (597). Maar wat kunnen
dergelijke kleinigheden eigenlijk schaden in zulk
een voortreffelijk geheel! Deed Zola niet het omge
keerde, toen hij, als ik me goed herinner, electrische
balons ophing in zijn Au bonheur des dames onder
het tweede Keizerrijk ?
Ik kan bezwaarlijk iets meedeelen over den
inhoud van het Molenhuis, zonder den schijn te
krijgen van uittreksel uit uittreksel te leveren. Er
ligt n.l. een bestelbüjet in het boek, waarop de
plot kort en krachtig wordt uiteengezet. Wie dat
leest, weet eigenlijk alles, een practische tegemoet
koming misschien aan de afdeeling kunst en letteren
van kleine blaadjes.
Maar wat doet het er ook eigenlijk toe ! Op het
hoe komt het immers alleen aan en ik moet erkennen,
dit hoe valt zeer te waardeeren. Het is allicht geen
boek voor alle tijden; hoe bitter weinig zal daartoe
blijken te behooren uit de massa litteratuur, die
voortdurend ter markt komt. Het munt echter
boven het gros van wat verschijnt uit door zuivere.
eenvoudige uitbeelding van het- gekozen thema,
dat thans een geheim blijft. Zoo bereikt dus de
uitgever ook hier op eer» andere wijze .zijn doel
met zijn bestelbüjet: hij kweekt het mysterie, dat
lokt. En wat wil men meer! Al weer moet ik ver
klaren, dat wie zich laat verlokken, tevreden
zal zijn.
Ik vind dit boek zeer voel beter dan het vorige
van mevrouw Zoomers. dat iets gewild branderigs
had. Dat Janna zou ik bijna eer een onzedelijk boek
noemen dan De Zondaar, juist doordat er zooveel
half moet worden aangeduid van een realiteit,
die wel theoretisch als kunst te accepteeren is.
maar in de practijk in onze dagen toch moeilijk
in zuivere onbevangenheid kon worden gegeven.
Martje Vroom was, meen ik, een goed boek, dat
tamelijk lang geleden opgang maakte. Hoe lang?
De litteratuurhistoricus der toekomst zal, als hij
zich met het werk dezer schrijfster ooit bezighoudt,
heel wat moeten nasnuffelen, eer hij den tijd
eenigszins benaderen kan. Deze uitgever ziet nu eenmaal
geen toekomst in zijn boeken.
Martje Vroom, een meisje uit eenvoudigeii kring,
doorleefde als vriendin van een heer van stand in
factice licht een lieven droom. Als daaraan een
eind moet komen, trouwt zij den eenvoudigen,
goedmoedigen, ietwat sulligen Maters. Dit nieuwe
boek teekent nu haar officieele huwelijk.
Martje voelt zich onbevredigd in dit eenvoudig
burgerlijke, saaie wereldje; zij mist den uiterlijken
glans der feeststemming van haar eerste verhou
ding en kan aanvankelijk den braven Maters, die
zich uitslooft om haar gelukkig te maken, die zoo
knus met haar zou willen zitten vrijen, niet uit
staan. Die verhouding van de zoekende huiselijke
verliefdheid en goede trouw en de onbevredigde
afstooting is in dit boek heel aardig gegeven. In
haar hoop op nieuwe schittering en uiterlijke levens
vreugde waagt Martje een nieuw, vrij plomp
avontuur, dat haar bitter teleurstelt. Zoo draait
ze bij en komt tot de bekentenis van haar buiten
echtelijke escapade.
Hou je nu weer van me, Piet?" ,,Ja", zei hij
dan. Maar hij maakte van zijn liefde geen ophef
meer. Hun handen legden zich ineen en hun harten
werden wijder".
De rustige eenvoudige trant van vertellen zonder
eenige romantiek is de bekoring van dit boekje.
TABA SIGAREN
~ ~ ZIJN TOCH DE BESTE ~ -*