De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 4 december pagina 34

4 december 1927 – pagina 34

Dit is een ingescande tekst.

Kerstnummer fiit. dit was toch geen aardig variété; de box-neger aan den ingang maakte dat je et meteen genoeg van had. Een chanteuse in rose kraaltjes zong verfijnd-valsch en een acrobaten-nummer maakte hem duizelig. Langzaam liep hij weer naar buiten. Wat nu? Hij had naar een vaudeville moeten gaan, nu was het te laat. Zijn schoenen waren doornat van het rondslenteren, van een dancing kon dus ook niets komen. Vreemd, dat blauw en roode licht in de Opera, en stil op het plein. Hij ging nog even de Boite & Fursy binnen, lachte en verveelde zich. Goede hemel, hij voelde zich koortsig, zou hij griep krijgen? Dan maar eengrokje, vroeg onder de wol om morgen frisch te zijn. De dagen gingen voorbij en hij las in het prachtig prentenboek van Parijs, maar hij kon het griep-gevoel niet heelemaal de baas worden. Er was achter alles een kleine teleurstelling, iets melancholieks, dat sterker werd in de oorden des vermaaks. De Boulevards stonden vol met kraampjes, de stad was licht, de gebouwen prachtig, overal stond het Réveillon-souper aangekondigd en zijn belangstelling kromp on* rustbarend in. Nooit had hij zoo weinig plezier in Parijs gehad en hij wilde zich wel bekennen, dat hij dacht aan den geur van den kerstkrans thuis, het dennegroen, de zachte feestelijkheid in het vertrouwde huis. Den dag voor Réveillon dineerde hij in een groot en druk restaurant. Tegenover hem aan een klein ta feltje zat een jong meisje met goudbruin haar. Een aardig kwiek hoedje stond over haar eene oog Dadelijk zag Ru: een buitenlandsche, waarschijnlijk een Francaise. Hij sloeg de Intransigeant open en op hetzelfde moment sloeg het meisje ook een Intransigeant open. Even ontmoette hij haar verbaasden blik, toen keek hij haastig de krant door, vouwde ' hem dicht en legde hem naast zich neer. Alsof hij in een spiegel keek, maakte het meisje gelijktijdig dezelfde bewegingen, en het lot zette het simultaanspel voorc, want van het eene buffet kwam de juffrouw met een bord soep voor het meisje en van het andere buffet naderde de gargon met een bord soep voor hem. Ru zag haar lachen en hij hief uitnoodigend zijn lepel op, om gelijk te be ginnen. Het dessert zag hem aan haar tafeltje. U is ook vreemdeling?" vroeg hij. Ja...." zij aarzelde even, een Roemeensche." O " hij wachtte een seconde, ik kom uit Denemarken." En hij mompelde een onverstaanbaren naam die op Deensch leek. En nu zij zich gelegitimeerd hadden, begon een opgewekt gesprek. Zij was studente in Roemeniëen voor haar vacantie maakte ze een reisje naar Parijs. Alleen? O ja, ze had zooveel gereisd, in Italiëen Duitschland. Ik ben ook alleen", zei hij, ook met vacantie. Gaat u morgen Réveillon vieren?" Je ne sais pas encore", weifelde ze. Zullen wij samen Réveillon vieren?" Zij keek hem onderzoekend aan. Non", zei ze toen vastberaden. Hij drong aan, maar zij stond op, om heen te gaan. Ik heb haast", zei ze, ik heb een plaats in een theater genomen en ik kom niet graag te laac." Ik heb óók een plaats besproken", antwoordde hij, zijn biljet toonend. Non, mais !" riep ze ver baasd en haalde haar biljet te voorschijn. Beiden hadden de Comédie des Champs Elysées uitgezocht. Nu het lot zóó duide lijk had gesproken, namen zij samen een bus en in de pauze ontmoetten ze elkander in de gangen. Het stuk interesseerde hen zoodanig, dat zij na afloop nog een glas koffie dronken om de problemen der hoofdpersonen op te lossen. Toen stond zij op. Smeekend hield hij zijn hand op: Mag ik u naar uw hotel brengen? " Opnieuw weigerde zij vastbe raden, maar zij zou den volgenden dag dejeuneeren in de Printemps, misschien.... Hij zou haar terug zien! De griep was over. Dat Roemeni zulke mooie en intelligente meisjes had! Maar aan het déjeuner bleek de griep van slachtoffer te zijn ver anderd. Zij" was verkouden en telkens moest het zakdoekje erbij te pas komen. Bij een plotselingen heftigen nies-aanval viel haar taschje open 'en terwijl Ru zich bukte om den inhoud op te rapen, zag hij een enveloppe met het adres: Mademoiselle Annie van Velzen, Hotel de Malte. Schaapachtig keek hij het mooie Roemeensche student je aan: Is u.... Hollandsche?" stotterde hij. Is u.... Hollander?" stotterde zij. * * * Toen hebben zij toch samen Réveillon gevierd.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl