De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1927 10 december pagina 17

10 december 1927 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 10 DECEMBER 1927 17 ,c Maatschappij tot exploitatie der vereenigde Ma jarig-landen door PAUL SABEL ; ' Ben zich sterk uitbreidend kofficen rnbberbedrijf ? T~YEZB maatschappij is van. goeden, huize, daar ? ~;zij afkomstig is uit kringen, die nauw met de DeU Maatschappij verbonden zijn. Zij werd n.l. in Juni 1914 te Amsterdam opgericht op initiatief van. au Vijlen den heer Aug. Janssen, terwijl een zijner familieleden thans met de Directie der vennoot schap is belast. De Directeur der Deli Maatschappij is voorts een harer beide commissarissen. De maat schappij heeft zich gedurende den betrekkelijk korten tijd van haar bestaan zeer krachtig ont wikkeld, zoodat zij thans reeds geïnteresseerd is bij 10 ondernemingen,' grootendeels , in het Djembersche (res, Besoeki), maar ook elders in Oost-Java gelegen, terwijl zij.den laatsten tijd een zeer groot belang heeft verkregen bij een maatschappij, die op Sumatra's Westkust haar arbeidsveld vindt. In het aandeelenkapitaal der vennootschap hebben nogal eens veranderingen plaats gehad. Aanvankelijk waren geplaatst / 055.000 gewone en ? 1.045.000 preferente aandeelen. De statuten behelsden toen de bepaling, dat de geheele winst, na uitkeering van 4 pCt. dividend op de preferente aandeelen, vermeerderd. met hetgeen eventueel uit dien hoofde achterstallig zou zijn, moest worden aangewend tot inkoop der preferente aantdeelen a pari. Toen ? 700.000 preferente aandeelen aldus waren ingekocht, werden de resteerende / 345.000 preferente aandeelen verwisseld tegen gewone aandeelen, waarna het aandeelenk'apitaal ? 1000000 toedroeg. Hare vier oudste ondernemingen, Goenoeng Majang, Kali Badjing, Wono Djati en Glantangan, verkreeg de vennootschap door overname van de activa der Cultuur-Maatschappij Goenoeng Majang, der Cultuur-Maatschappij Kali Badjing en der Cultuur-Maatschappij Wonodjati. Op het eind van 1925 kwam de vennootschap in het bezit van een complex aandeelen in een zestal zustermaa'tschappijen tegen afgifte van /1.469,000 aandeelen. Dit complex bestond uit ?37.500 aandeelen in de Cultuur-Maatschappij Söember Bopong", / 75.000 aandeelen in de Cultuur-Maatschappij Alas Tledek" en 48 van de 60uitstaande winstaandeelen dier maatschappij, ? 100.000 aandeelen in de Cultuur-Maatschappij Bedjo Agoeng", ? 133.400 aandeelen in de CultuurMaatschappij Penataran", ? 60.000 in de CultuurMaatschappij Mangli" en ? 60.000 in de Landbouw-Maatschappij Ngoesri". Hierdoor kwam zij in handen van het geheele aandeelenkapitaal der Alas Tledek, Redjo Agoeng, Penataran en Mangli. Een jaar later reeds kon zij de / 100.000 aandeelen 'Bédjo Agoeng verkoopen aan de Handelsvereeniging Amsterdam" voor een netto-bedrag van ?869.975, nadat zij een dividend van ? 113.81-2 op dit aandeelenbezit had ontvangen. Het provenu van den verkoop van genoemde aandeelen werd geheel aangewend voor afschrijving op de boek waarde van het overige aandeelenbezit, dat intusschen npg vermeerderd was met ? 37.500 aan deelen in de Cultuur-Maatschappij Söember Bopong", zoodat de Vereenigde Majanglanden thans / 75.000 of een' vierde deel van het aandeelen kapitaal dier vennootschap in bezit heeft. Niet lang geleden verzekerden de Vereenigde Majanglanden zich het bezit van ? 575.000 aan deelen in de Koffie Cultuur-Maatschappij Bitang Merangin", welker geheele aandeelenkapitaal, f 700.000 bedraagt. Deze vennootschap, die in het begin van dit jaar een aanvang heeft gemaakt met de koffiecultuur, heeft de beschikking over twee erfpachts-perceelen in Korintji, residentie Sumatra's Westkust, te zamen groot 8.629 bouws, zoodat de Majanglanden thans oak vasten voet op Sumatra hebben verkregen en in de gelegenheid verkeeren daar insgelijks een koft'iebedrijf van beteekenis te stichten. M De uitbreiding /van belangen der maatschappij brengt mede, dat ook de koffieproductie, waarover ARHHEMSCHE HYPOTHEEKBANK PANDBRIEVEN BEURSKOERS , zij te beschikken heeft, geregeld sterk toeneemt. Zoo bedroeg deze in 1924 nog geen 8.000 picols, maar het volgend jaar was zij reeds gestegen tot boven 20.000 picols. Het jaar 1926 was, gelijk bekend, een bijzonder slecht koffiejaar als gevolg van de droogte, die toen op Java geheerscht heeft, zoodat de productie toen weder daalde tot iets meer dan 13.000 picols, maar het loopende jaar belooft een bijzonder rijken koffieoogst, daar de raming, die eerst reeds meer dan 44.000 picols bedroeg, later nog werd verhoogd tot 53.700 picols. Ook als rubber-producente treedt de vennootschap de laatste jaren meer en meer naar voren. Bedroeg de rubberproductie in 1924 nog 681.000 h.K.G., voor het loopende jaar wordt reeds op ongeveer een millioen h.K.G. gerekend. Bij de tegenwoordige stijging der rubberprijzen beginnen de inkomsten uit den rubberverkoop van nog meer beteekenis te worden dan zij reeds waren. Immers is het van belang, dat voor de vier eigen ondernemingen de verkoop van rubber in 1926 reeds meer opbracht dan die van koffie. Intusschen is het feitelijk toch minder juist, dat de aandeelen in de officieele prijs courant der Vereeniging voor den Effectenhandel te Amsterdam zijn opgenomen in de rubberrubriek, daar het belang bij koffie toch stellig minstens zoo groot is als bij rubber, zoodat zij feitelijk beter bij de rubriek Diverse Cultuur-Ondernemingen" hadden kunnen zijn ingedeeld, maar dit is een quaestie van minder beteekenis. De Maatschappij heeft ook nog eenige coca-productie, die ongeveer 1.000 picols beloopt en dus van minder belang is. Het boekjaar 1925/26 was bijzonder voordeelig voor de vennootschap, zoodat toen een dividend van 60 pCt. werd uitgekeerd, voor de helft be taalbaar in contanten en voor de wederhelft in aandeelen. Hierdoor vermeerderde het aandeelen kapitaal met ? 740.700 en daar ook de tantièmes voor de helft in aandeelen werden betaalbaar gesteld, steeg het met nog ? 105.000 tot ? 3.324.700. Bovendien werden nog ? 35.000 preferente aandee len gecreëerd ter verzekering van de continuïteit van hetbeheer.Hiernaast bestaan nog ? l .560.000 reserves buiten een belastingreserve van ruim een ton. Door de jongste overname van genoemde aan deelen Batang Merangin is het uitstaande gewone aandeelenkapitaal der Vereenigde Majanglanden verder gestegen tot ?3.514.700. De resultaten over het boekjaar 1920/27 waren begrijpelijkerwijze ten gevolge van den zeer teleur stellenden koffieoogst niet zoo gunstig als die van zijn voorganger, maar toch nog van dien aard, dat over het belangrijk grootere aandeelenkapitaal een dividend van 25 pCt. kon worden uitgekeerd, zulks na ruime afschrijving en reserveering. De vooruitzichten voor het boekjaar 1927/28 laten zich zeer gunstig aanzien. Dank zij den bijzonder grooten koffieoogst van vermoedelijk ruim 53.000 picols en eveneens de belangrijke winst, die op dérubberproductie zal worden gemaakt, zal weder met een heel wat hooger dividend dan 25 pCt., zooals over het afgeloopen boekjaar werd uitgekeerd, kunnen worden rekening gehouden, zelfs wanneer een groot deel der winst wordt aangewend voor afschrijving op het nieuw verworven aandeelenbezit. Immers is de Batang Merangin haar werkzaamheid als koffiecultuuronderneming pas begonnen, zoodat op de aandeelen in deze vennootschap voorshands nog geen uit keering valt te verwachten. Waar Batang Merangin echter over 8.629 bouws beschikt (de eigen onder nemingen der Vereenigde Majanglanden beslaan slechts 6.000 bouws), kan men er van verzekerd zijn, dat binnen afzienbaren tijd ook deze onder neming rijkelijk tot de winst der Vereenigde Majang landen zal kunnen gaan bijdragen. Waar bovendien de rubberproductie zich nog steeds blijft uit breiden?en zulks juist in een periode van stij gende prijzen voor het product en een algemeen optimistischer beschouwing aangaande de vooruit zichten der rutabercultuur in het algemeen , laat de toekomst dor Vereenigde Majanglanden, die zich in weinige jaren hebben weten op te werken tot een zeer belangrijke cultuurondcrneming, zich gunstig aanzien en valt het niet te verwonderen, dat zich juist don laatsten tijd grootere belang stelling voor deze aandeelon heeft ontwikkeld, waardoor de beursnoteering van 310 pCt. tot 365 pCt. heeft kunnen verbeteren. Beurs-spiegel Donderdag, 8 Deiemhsr 1027. T~\ E locale markt heeft in de afgeloopen week tot. twee maal toe de gevolgen kunnen waarnemen van de w'llige stemming, die na de emissie der aandeelen Margarine-Unie voor deze fondsen was ontstaan. Bericht werd dat de gelegenheid zou worden opengesteld aandeelen Jurgens en van den Bergh in te wisselen tegen aandeelen MargarineUnie en Margarine Union, op een basis welke ongeveer overeenkomt met de huidige beurs koersen dier waarden. Nadere bijzonderheden aan gaande deze omwisseling ontbreken nog. Dat nu ook de familie van den Bergh aanlei ding vindt een post in haar bezit zijnde aandeelen der Rotterdamsche fabriek aan het publiek over te dragen vatte men op een aanwijzing te meer in de richting, dat men de waardeschatting van. de beurs voor soortgelijke waarden wel wat hoog ge spannen acht. Eenig nieuw licht werd op de activiteit der margarine-combinatie geworpen toen het com muniquéder Margarine-Unie werd verspreid, meldende dat nieuwe buitenlandsche belangen waren verkregen, zonder dat echter nadere pr«ciseering van den omvang dezer transactie volgde. De Fraakforter Zeitung bevat echter een bericht uit Stockholm waarin wordt melding gemaakt van de overneming door het Hollandsche concern van de Nya Margarine A. B., voor welker aandeelen, die zich in handen van credietgevende banken be vonden circa Kr. 7 millioen werd betaald. Veel wijzer is men hierdoor niet gewor den; slechts kan men daaruit zien dat de nieuw opgenomen middeleu, die overigens veel meer dan circa ?4 millioen beloopen, ten deele van uitbreiding der belangen worden aan gewend. De positie van dff Unie in Zweden waar zij reeds in esnige fabrieken en in de bekende verkoop-combinatie was geïnteresseerd wordt hierdoor weder versterkt, hetgeen zeker niet zal nalaten de stemming voor het onderhavige papier t3n gunste te beïnvloeden. * * * Indien men de jaarverslagen der groote Fransche staalfabrieken en andere metallurgische bedrijven doorleest valt het op dat vrijwel zonder uitzon dering deze melding maken van den fatalen in vloed welke de franc-revalorisatie op deze industrie heeft uitgeoefend. Waar het betreft een volkomen internationaal verplaatsbaar artikel met afge zien van tariefmuren?een wereld-prijsvorming, is het begrijpelijk dat het product tenvolle den terug slag van de waardestijging der Fransche munt eenheid heeft ondervonden, terwijl daarentegen de productiekosten niet evenredig zijn gedaald. Die deelen der Fransche nijverheid, welker afzet in hoofdzaak in het buitenland gezocht moet worden, dan wel waarvan de producten in hooge mate aan internationale prijsvorming onder hevig zijn, maken nog steeds de moeilijke periode van aanpassing door, welke steeds volgt op een appreciatie der munteenheid. Men vergelijke daartoe de verhoudingen zooals die voor eenigen tijd in Denemarken golden en thans nog in Noor wegen heerschen, terwijl ook Engeland in de periode vóór invoering van den gouden standaard in vrij sterke mate dat verschijnsel heeft te zien gegeven. * * * De vaste stemming voor het pond sterling 011 de betrekkelijk flauwe voor dollars, welke laatste reeds gepaard is gegaan met gouduitvoer, zij het nog op betrekkelijk beperkte schaal, heeft de aandacht getrokken; te meer omdat juist in het herfstseizoen over het algemeen de sterlingkoers eerder fla/uw is, en do dollamoteering vaster. Nu in Amerika het geld zoo overvloedig is, en de Londensche geldmarkt vast gestemd, vindt een deel dier exportfinanciering door de Ver. Staten plaats, terwijl daarenboven nog aanzienlijke bedragen uit Amerika in Londen worden uitgezet. Dat de goudafvloeiing uit de Ver. Staten juist thans zich manifesteert nu de stroom van buitenlandsche, speciaal Duitsche, emissies sterk geluwd is verwondert wel eenigszins, en men is dan ook geneigd zich af te vragen of, naast vorengenoemden factor van gelduitzetting op korten termijn, niet een vermindering van den goederenuitvoer de verandering in de positie der betalingsbalans heeft teweeggebracht, hetgeen in verband met de hooge productiekosten (uitvloeisel der hooge looneni niet onwaarschijnlijk lijkt. r

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl