De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 21 januari pagina 6

21 januari 1928 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 21 JANUARI 1928 No. 2642 B1JKOMST1GHEDEN door ANNIE SALOMONS r\ IT wordt iets als een verlate oudejaars-beschouwing, een beetje weemoedig en wat sentimenteel; een terugblik", niet over n, maar over zes jaar. Zes jaar van bijkomstigheden." Toen ik den titel hierboven teekende, een titel zonder cijfer, want welk belang heeft het nog aan te geven de hoeveelste het is, wanneer het de laatste" zal zijn, dacht ik opeens aan dien verren stormachtigen avond, op weg naar het strand, toen ik zei zóó moet die rubriek dan maar heeten". En sindsdien heb ik drie honderd keer dat lange woord neergeschreven, dat woord, dat zoozeer met een speciale bladzij van de Groene was samengegroeid, dat men het in mij n gezelschap niet meer durfde gebruiken, zonder ex cuses te maken dat men geen toe speling bedoelde en geen plagiaat wilde plegen.... En ónder dat woord kwamen dan, zes jaren lang, en vrijwel elke week, ? beschouwinkjes, verhandelingetjes, meeningen, boutades, grapjes, nietsjes, beschrijvingen, en ventilaties van slecht humeur. Ik haal de dikke schriften uit de la van mijn bureau, waarin een trouwe vriendin al die krantenslierten, keurig uitgeknipt, heeft opgeplakt: het zijn er vier; wat zijn ze dik en wat staat er eindeloos veel in ! Als ik begin te lezen, is het, alsof mijn leven van vroeger met zijn verwachtingen en zijn verslagenheden, met zijn voorkeuren en zijn afkeeren weer voor mij opengeurt; ik ben er verbaasd over, dat ik over zooveel uiteenloopende kwesties mijn spreekje heb gezegd; dat ik in zooveel verschillende stemmingen juist die acht en veertig regels bloc-notepapier heb volgepend, die een artikel vormden. Ik stuit op een Open brief aan Prof. dr. G. W. Kernkamp" over onze gemeenschappelijke liefde voor voet ballen; ik vind, juist op de helft van den af gelegden weg, toen ik mijn 150e had voleindigd en n week, orn een zeer gegronde reden, overslaan wilde, een geestig en beminnelijk artikeltje van Top Naeff: Bijkomstigheden, (hors concours"), waarin ze mijn,,Zaterdagschen brief" als een kleine levensbehoefte", een lieve gewoonte" wilde qualificeeren; en dan glijden we daarmee den wijden Oceaan over, naar de Indische bijkomstigheden" over de bruinvisschen, de Saidja's en de Indische conversatie", zooals mevrouw van Bhijn veronderstelde, dat het worden zou; over veel hcimweh naar^het moederland, zooals het tenslotte werd. Wat in Indië, in de eenzaamheid van den langen,*warmen ochtend het schrijven van dien Zaterdagschen brief" naar Holland voor me heeft beteekend, wil ik hier nog eens dankbaar gedenken: klagen over het vreemde, opgetogen vertellen over ONTWERP WPENAAT SCHRUFBUREAU IN EIKENHOUT. IN ELKE GEWENSCHTE MOUTXLEUR LANG 7OX HEELE HOOGTE tOOl., DIEPTE 7O7- «.-££;:.?7i/_ HETZ6C nieuwe indrukken; ophalen van her inneringen, zooals men dat graag on der vrienden doet, dit alles was mij een wekelijksch soulaes, een altijd terugkeerende opluchting. Onder vrienden" heb ik me altijd in mijn hoekje van de Groene gevoeld, onder vrienden, die welgezind luister den en met een half woord begrepen, en de brieven, die mij opwachtten, toen ik in Holland terug kwam, gaven mij sterker dan ooit die sensatie: van uit de verte hebben ze meegeleefd en nu mag ik weer, midden tusschen hen, mijn eigen plaatsje innemen. Maar het is in zekeren zin goed, dat ieder schrijver tegelijk ook lezer" is, namelijk lezer van de artikelen van anderen. En in die qualiteit van le zer" weet hij, dat op den langen duur de aandacht voor altijd fteizelfde of dezelfde verslapt en dat de nienschin-het-algemeen ook in zijn literaire liefdens niet trouw pleegt te zijn. De dame op Java, die al een maand van te voren uitgerekend had, wanneer mijn driehonderdste bijkomstigheid zou verschijnen en mij precies op den dag zelt' haar gelukwensen zond, is zoozeer een uitzondering op den menschelijken aard, dat een weekblad van deze soort abonnés niet zou kunnen bestaan. Toen ik dan ook, eenige weken geleden, mijn drie c'tjes onder bij komstigheden" had geschreven, heb ik me te juister tijd herinnerd, dat er een tijd van komen en een tijd van gaan" is; dat men wat men altijd heeft, waar men zeker van is en van te voren op kan rekenen, minder begint te waardeeren, dan een cnverwachtsche verrassing, en dat het beter is te scheiden.vóórdat het feest veiioopen is. Een mensch is een wezen van vaste gewoonten. Ik heb te lang getracht elke week een voorbijschietend ver schijnsel in twee kolommen druks vast te leggen, om in den eersten tijd van mijn herwonnen zwijgen niet nog tel kens, als me iets treft, al vóór ik 't weet, met mijn gedachten aan een stukje voor de Groene" bezig te zijn, en me dan ineens te herinneren, dat het niet meer hoeft." liet zal een sensatie zijn, als, wanneer men snel iets wil gaan vertellen aan iemand, die er veel belang in zal stellen, en dan opeens door de ontstellende zeker heid wordt overvallen, dat hij gestor ven is. De gedachte zal alleen veel minder pijn doen. En van u, mijn lezers, die misschien dikwijls hebt verzucht: Altijd maar weer die bijkomstigheden. Kaakt die nu nooit uitgepraat?" van U hoop ik, dat den eersten en wellicht nog den tweeden Zaterdagmorgen, dat ze ontbreken, U toch even liet gevoel zult hebben, dat u iets wordt ont houden, dat L' dezen dag iets mist, een beuzelpraatje, een altijd-dezelfdestem, een ergernis misschien.... Want aan zijn ergernissen hecht een mensch zich misschien tenslotte nog het meest. Dat zeer vele lezeressen en lezers, niet alleen op don eersten en den tweeden Zaterdagmorgen", maar nog langen tijd nadat de laatste Bijkomsügheid" van Annie Salomons inde Groene is verschenen, haar noode zullen missen daarvan geven wij haar de verzekering. Wij betreuren het zeer, dat er een einde aan hare medewerking is gekomen en betuigen haar, naast onzen hartelijken dank voor de groote diensten, die zij aan de Groene heeft bewezen., ook onze op rechte bewondering voor het Lizoiidere talent, waarmede zij zich, zes jaren lang, van hare, wekelijkscho taak heeft gekweten. Itctlttctic Dc Nieuwe O Cylinder Type 520 R. A J. Stand 31 TORPEDO f 3450 COND. INT. f 3850 J. LEONARD LANG Stadhouderskade 114, Amsterdam N. V. Meubelmagazijn Eden" MOLSTEEG - AMSTERDAM BOEKENKASTEN A. F. Z U R C H E R CARTONNAGEFABRIEK en DRUKKERIJ LOOIERSGRACHT 64-66-68-70-72, AMSTERDAM VOOR BETERE MEUBELEN ARNOLD HOUTSCHILT AMSTERDAM INEENWOONINfelCHTINd GEVOELT GE l THUI5 EERSTE KLAS WERK l tegen billijken prijs, is onze speci-1 | aliteit.Wij behandelen Uwwasch Beter dan U verlangt! Stoom- Was scherij ,DEPELIKAAN", GOUDA] Opgericht l Juli 1825 Vraagt eens om onze prijs courant No. 16 STEUNZOLEN& MET OPSTAANDEN BUITENBAND HERSTELT DE/ PLATVOET \\ O.A.MESSING. ^v o. z. voo Reu R e w A L 33*. H HET BINKENSASTMUISl OVERHEMDEN NAAR MAAT FR. SINEMUS 20 Leidschestraat 22 - Amsterdam DE GROENE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechts f3. per kwartaal of f 10.per jaar bij vooruitbetaling (yncler den Jf. y/Caarf(>n pecia Jeciata ( - d en - ;JC<i(trf<>in. NOVA Het Januari-nummer bevat o.a. Magda Janssens door Frans Hulleman, met 5 portretten : Dai Nippon, Japansch Tooneel door Martha Walden met 8 foto's; een uitgebreid artikel over Patience-Spelenj Vreemd door John Galsworthy; Filmleven door Roy Screener, met vele portretten, benevens tal van boeiende schetsen en novellen en portretten van Anna Pawlowna, Louis Davids, Gloria Swanson enz. enz. EEN R'JK GEïLLUSTR. NUMMER, OVERAL VERKRIJGBAAR a 60 C ENT.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl