De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 10 maart pagina 13

10 maart 1928 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

'No. 2649 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 10 MAART 1928 13 Paviljoen Vondelpark" Tel. 24190-27595 Gropte en kleine Zalen voor Déjeuners, Diners, Soupers, Bals en Recepties Huize ZOMERDIJK BUSSINK. Muziek in de hoofdstad door CONSTANT VAN WESSEM SociétéTaffanel S|~) EZB Parijsche vereeniging (?Instruments a vent de Paris") liet zich op een avond van -Nederland-Frankrijk hooren en men moet erken nen, dat dit ensemble van blaasinstrumenten weet "te musiceeren op een wijze, die een ongeëvenaarde ?charme heeft voor de kenners van blaasinstrumen ten en hun effecten. Een lichtheid van toon, een helderheid van klank en een prachtige discipline bij zeer doorzichtig samenspel zijn wel de opvallend ste eigenschappen van deze spelers, die nergens in ?een weerbarstige luchtverplaatsing" om den toon te doen doorbreken" vervallen, steeds een sfeer ?en een kleur weten te handhaven en zich van sentimenteele pianissimo's onthouden, (die wij zoo goed bij de Duitsche blazers kennen !) Het diver tissement Chansons et danses" (uit Bretagne) van Vincent d'Indy werd een meesterstukje van helder samenspel, waarbij alle instrumenten solis tisch uit het geheel schenen te treden en toch ner gens hun samenhang als ensemble verloren. De fluitist Bene Le Roy liet zich nog apart met een fluit-sonate van Bach hooren, prachtig en sierlijk van toon, zeer virtuoos in pianissimo en forto, iets te delicaat van nuances misschien, eigenschappen die aan onzen fluitist Feltkamp herinnerden. Volksliedjes Twee avonden van volksmelodieën van verschil lende nationaliteit danken wij de eminente zangeres Vera Janacopoulos. De eerste, een Spaansche muziekavond, was meer aan de Spaansche muziek in het algemeen gewijd en hierbij werkte Joaquin Nin, erudiet Spaansch musicus, aan de piano mede. Voor de pauze kreeg men verschillende specimen te hooren uit den tijd, dat voor de muziek in Spanje alleen de hofetiquette gold en zij, wat haar officieele componisten betreft, geen verband hield met de nationale melodieën. Men hoorde liederen met Mozart-imitatie's (van Bias de la Serna), verder eenige kleine, meest ndeelige klaviersonaten met invloeden van declavicimsten (Scarlatti), door Nin vaardig, maar wat academisch-stug gespeeld, en daarna de muziek uit latere tijden, met te weinig markante vertegen woordigers. Men hoorde Manuel de Falla, Turina en te veel Nin; te veel waar hij met drie stukken vertegenwoordigd was en hij beter eenige plaats liad kunnen afstaan aan b.v. Pedrel, Granados en Albinez, wat het beeld der Spaansche muziek in haar verband met de volksmuziek ook composito risch verscherpt zou hebben. De niet zoo gelukkige samenstelling miakto den avond niet voort durend boeiend. D.it heit ochto Spavisohe volkslied. getoonzet of bewerkt door de Falla en Nim het hoogtepunt van den avond werd ook qua uitvoering bewees alweer de levende kracht van de muziek die -waarlijk in de boezem van een volk ontstaat en die niet door buitenlandsche invloeden behoeft ver beterd" te worden. De tweede avond was een concert voor den VJDF Atlei." E 11 r'jk g.iVi"ie irl p;\> DIT Greatest Artists MERK Finest Becording IS EEN WAARBORG VOOR ONOVER TROFFEN REPRODUCTIE EN ONGEËVENAARDE AFWERKING. N.V. DUTCH GRAM3PHONE COMPANY, AM8TERD. VEERKADE 22A OEN HAAO Int. Muziek tentoonstelling Genève 1927 HooESte onderscheiding. AjriTt'j,ansch masker Een jongentje van Sumatra gramma was geheel aan het volkgenre gewijd. Begonnen werd met de treffende zes Hebreeuwsche volksgezangen van Milhaud, prachtig, eenvoudig bewerkt zonder diens gebruikelijke bi-tonale spits vondigheden in de begeleiding. De Bayou Balla den", een viertal negerliederen uit Louisiana, zijn het type der door het Fransche chanson beïn vloede creolen-liederen uit de eertijds Fransche koloniën. De Braziliaansche liederen gingen terug tot een oorspronkelijke nationale mu/.iek der in boorlingen, de Indianen (niet Indiërs, volgens den tekstvertaler in het programma), bezwerings- en klaagliedcren, (helaas bewerkt) en een paar latere met Portugoesche invloeiden. Tot besluit een gevarieerde reeks uit Sicilië, Griekenland, Engeland e:n Frankrijk. Vooral dti Engelsche en volksballade Lord Kendal" werd zeer mooi in don ballade-toon door Vera Janacopoulos gezongen, terwijl eeri geestig, rad Bretonsch liedje: over een naaistertje; te Parijs herhaald moest worden, een echt succes-nummertje. Alles bij elkaar genomen was dit een avond van. bevrijdend en vrij muaiekgeneit, waarbij de zange res, wederom meesterlijk begeleid door haar part ner aan den vleugel, Yvonne Uerr-Japy, zich van haar besten en sympathieksten kant kon tooneiien toch alles op een hoog artistiek peil hield; een avond, buitengewoon gewaardeerd door een stampvolle zaal van toehoorders, die met onvermoeid applaus nog twee toegiften wist te krijgen. Tentoonstellingen Daumier bij Santee Landweer De heer Santee Landweer laat wuor litho's van Daumier zien. liet ware niet noodig hierop nog maals de aandacht te vestigen als er ditmaal niet een paar zeer belangrijke en in 't algemeen veel vroege bladen bij waren. Zelden toch krijgt men den vontre législatif" en het dramo de la Km: Trausmf)iioin" meer te zien, of zelfs dn portretten uit de serie dor chambro non prostituee" en andeü'e prenten uit elt;n tijel van de Cavieature". Toch wijst alle:s er e>p dat juist deze vre>ege" litho's e:e'ii aparte en belangrijke plaats zullen gaan innemen in Daumicrs oemvro. Xiet alleen zijn. zei gesproten. uit een dieperevn e>n sterkeren impuls dan zijn latere: werk, maar e>ok technisch, als specimina van lithographisch kunnen staan zej bovenaan. Misschien vindt men. alle'ctk- bij Allebéenkele portretten elie: even zorgvuldig eloorwerkt zijn. Doch dat geldt elan. uitsluitend den kop. Maai1 ele portretten van Daumier. meestal e>n met iveleii ten voeten uit, hebben bij al hun plastische, psyche>le>gische; en synthetise'he kwaliteiten, ongeëvenaarele technische. Hij herinnert in zijn uitve>erigheiid aan ele llollanelscht! stilleveiisehilelers. De stofuitdrukking is vorbluffeiiel. Nooit laat hij u omtrent het maaksel van jassein e>n ve'sten, eiverhemdeu en dassen, hoeden en zakeloe'ken in het em/.ekere. Kr zijn geen genialer modnprvnteu dan de:ze zeieigeinaamele caricature:ii. IIE XX US RIJM.KRONYCK Het ambtS"Stulpje van Buitenlandsche Zaken door MELIS STOKE Minister van Karnebeek vroeg destijds een ambtswoning van drie, ton, plus de kosten van inrichting. Minister Beelacrts vraagt thans een ambtsivoning van zeventig mille, alles inbegrepen. Waar liefde rrooxt, gebiedt de Heer zijn zegen, zoo in de stulp als in het rijkst paleis. Hel Hollandsch volk geelt daarvan het bewijs, als Hcclaerls, straks, zijn woning heeft gekregen. Vroeg Karnebeek een pand van vele tonnen, en op het schoonst en kosllijkst gestoffeerd, waarin naar buiten werd gedemonstreerd voor Holland's rijke financieelc bronnen. . . . .... zijn ambtsvervanger legt het simpeler aan. . . . Die, vraagt een sober stulpje van de natie. . . . Om 'n hand vol geld voor de representatie spreekt Jleelaeris u en mij bescheiden aan. 'l Zij hem gegund, het huisje zijner droomen, al reikt het niet nis Karnebeeks kasteel ten hemel o/>. . . . Al loont het niet zooveel, 'l zal u en mij daardoor ten goede komen. (leen duur parket. . . . geen. goudleer op de muren, maar stevig zeil, en vecrtig-cents-behang, ?neutraal van loon, opdat het net zoo lang a/n Deelaerts z'n ministerschap zat duren. frcen goudbrocaat voor venster en voor deuren, en geen vitr(tf/es'Ct,an-de-slraat van kant. Neen: stevig Juten met een frisschen rand, en nette, rolgordijncn zonder s<'heurcn. Voorts een solied ameublement van eiken: vijj, zes fauteuils, u'at s/oe/en. een dressoir, 'n bufjet, een flinke tafel (uitseltuifbaar) . . . . Het zit hem in 't soliede. . . . ,\iel in 't r(jke. . . . A (!oi.... 't umblshuix mag geen iceeldedroomen wekken. 'l Is niet voor nu-slechts Maar ook voor his-r-na: wanneer eens \\'ïbaut, ejuaülate-ema, er zonder blozen in zal moeten trekken....

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl