De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 17 maart pagina 19

17 maart 1928 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

No. 2650 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 17 MAART 1928 19 TAJfUlENSi DELFTSCHE POST 3 KWALITEITEN: VORSTENLAIMDEN S CT DELI ZANDBUAD 1OCT HAVAMA 12 CT Alida's croquante croquetjes [door ALIDA ZEVENBOOM AT wordt een goede daad op deze wereld toch altijd slecht beloond. Van de week las ik in de Telegraaf" dien oproep om meneer Schuttevaêr en zijn reddingboot te steunen en ik dacht direct aan onze zeehelden, die ook met heele kleine scheepjes den vijand op het lijf vielen «n ik heb mij 's middags aangekleed en ben naar ,,de Telegraaf" gewandeld en heb mijn penningske gestort. Het was er een heel gedrang van menschen, die ook een gift kwamen brengen. zoo populair zijn tegenwoordig onze zeehelden, al vechten zij niet meer en doordat ik zoolang in de rij heb ge staan voor dat ik mijn guldentje offeren kon, heb ik het was een van onze liefelijke voorjaarsdagen een tikje griep opgeloopen. Vroeger heette dat een zinking" maar het is, geloof ik, precies hetzelfde. Maar waar zouden de dokters blijven als zij niet steeds nieuwe ziekten uit vonden? Voor de oude ziekten zijn er nog altijd een macht van uitstekende huismiddeltjes. Een zinking genas bijna altijd door flink kamillethet) te drinken, maar heeft u ooit gehoord dat ze daarmee een aanval van in fluenza hebben weggekregen? Maar erg lekker ben ik niet, al wordt er veel vergoed, dat moet ik eerlijk bekennen, doordat de heeren mij erg vertroetelen. Meneer Stanislafski, van de beneden-suite, heeft een kippetje voor me meegebracht en het acteurtje van drie-hoog heeft het dikste boutje bij vergissing op gegeten. Maar hij heeft het weer goed gemaakt door me een vrijkaartje voor Gas" te beloven dat zoo'n reuze-succes moet hebben. Meneer Stanislafski heeft zelfs een kwartiertje voor mijn bed gezeten, al vond ik eigenlijk dat bet geen pas gaf, dat hij in de slaapkamer van een ongetrouwd meisje kwam. Maar hij is zoo keurig netjes in zijn gaan en verwondmgj dadelijk PUROL DoosSOen GO.Tube SOct.Bij Apotden Drogisfoi staan, dai ik er niets mocht achter zoeken en dan moet u weten dat ik niet wist hoe gauw ik mijn nachtmuts je, dat ik altijd 's nachts draag, moest wegmoffelen toen hij binnen kwam. Ik geloof dat een vrouw, al is zij doende haar laatsten adem uit te blazen, nog aan haar toilet denkt. Zoo zijn wij nu eenmaal. En aardig dat meneer Stanislafski praten kan ! En wie, mevrouw Zevenboom, vroeg hij, moet de opvolger van meneer van Leeuwen worden als vice-president van den K and van State? Als ik het voor het zeggen had, zei ik, dan maakte ik het meneer Zimmerman. Ik vind dat die nu toch eindelijk wel eens een behoorlijk baantje hebben mag. Oi' hebben wij hier tegenwoordig zooveel groote m 1.11nen dat hij niet eens aan de beurt komt? Zeg u nu zelf. Jan en alleman worden tot de mooiste posten ge roepen en deze man blijft maar in de kou. En waar vindt je iemand, die, zooveel gezonde idees heeft als hij ? Dat begrijp ik niet goed. Toen meneer Dirk Fock als gouverneurgeneraal aftrad, zei ik direct tegen meneer Zimmerman, die toen net bij de familie was: ,,u moet het me niet kwalijk nemen, dat ik het zeg, maar dat Indiëis riet iets voor u." Waarom, kindje?" vroeg hij. Hij kan zoo vriendelijk zijn als u het nog niet wist. ..Omdat u onder een goviden pajong zoo'n prachtfiguur zou zijn," zei ik. Ja," zei hij met een zucht, ,,mijn eerste werk zou zijn de gouden pajong weer in eere te herstellen. Wie goed wil regeeren moet vooral op de uiterlijkheden letten. Zou Napoleon het ooit zoo ver gebracht hebben als hij niet zooveel luister om zich heen had verspreid? En ik vrees wel eens dat mijn vriend Mussolino te sober is." Dacht u dat ze hem benoemd heb ben ? Toen stierf onze gezant in Berlijn, u weet wel die goeje vriend van me neer de Kroonprins. Ik hoor het meneer nog zeggen: dat is geknipt Toor Zimmerman l Dat is de figuur die wij daar noodig hebben. Die zal de relaties van Baron Gevers inet ds Hohenzollems warm houden je kunt nooit weten hoe ons dat nog eens te pas kan komen en voor een soort republiek waar n de baas is, roeit hij ook veel." Maar het was alweer mis. En dacht u dat ze hem benoemd hebben tot commissaris der Koningin van Zuid-Holland? Als u mij vraagt, geloof ik werkelijk dat hij te groot is voor dit land, maar waar ik bang voor ben.... Bn waar ia u bang voor? vrosg meneer Stanislafski, toen hij mijn kussen een beetje had opgeschud. Dat het hem eindelijk gaat vervelen, en hij t' avond of morgen het voorbeeld van zijn vriend Musso lino volgt en zooals deze den marsch naar Kome begon, naar den Haag trekt Hij komt te laat, zei meneer Stanislafski. Te laat? Ja, want wij hebben al een klein Mussolieiitje in den Haag in den persoon van meneer de CJeer. Als de Kamer alles verwerpt wat hij voor stelt, dan trekt hij zich er niets van aan en als de Kamer iets aanneemt dat hem niet bevalt, trekt hij zich er ook niets van aan., zoodat.... - Meneer Zimmerman hier ook weer achter het nest vischt? Och, och, wat zoo'u man toch een pech heeft, Ik heb dr. Vos, den wethouder laiten kcmen, want ik voel me nog lang niet lekker. Hij heeft mij rauwe melk voorgeschreven. Bauwe? vroeg ik een tikje. angstig. -?Eauwe, zei hij, ik schrijf tegen woordig nooit iets anders voor. want ik wil die rooden in den Eaad aantoo nen dat ik, dank zij mijn melkvoordracht, de laatste tj phnsbacil in de stad veimoord heb. Als ik nu maar net niet^de aller laatste binnenkrijg ' Nieuwe Uitgaven lican iSjmcljuic. De -ttooi! ijtledlgdc beker. Vcrt. -uil het Jiüt-sisilt tfoui' Anna Kuslojj. Mei portr. i-. d. schr. Anmttrdam 1927. ,.Dc 'itirt/licl." Kenigeii tijd geleden besprak ik in dit blad twee vertellingen van den Bussischen schrijver Sjmeljow: Een oud vrouwtje" en Op de boomstron ken". Ik kon dat werk niet bijzonder waardeeren, om een zeker hinderlijk subjectief element, een toon van per soonlijke gekrenktheid en teleurstelling, die er uit opklonk. De nooit geledigde beker" is stellig veel beter; het is een bijzonder mooi verhaal. In zeker op zicht is het te vergelijken met Le rêve" vanZola.Niet om het onderwerp, maar omdat in beide gevallen een kennelijk-naturalistisch aangelegd kunstenaar zich dwingt tot het uit schrijven van een zacht-romantische verbeelding in plaats van de rauwe wwkelijkheid. PATRÏA BISCUITS la, dit kleine verhaal is «chef;! door trokken van een zachte, t eore bekoor lijkheid; er is een stemming iti als dit? van een zomeravond op het land, niet geur van drogend hooi en droefgeestig koe-geloei uit de verte en de iitaan in mist boven de weilanden. Hei yrtelt van een lijfeigene, die een kun.stenaarshavt heeft: hij wil schilder worden en krijgt van zijn heer verlof. een reis te maken naar Italië, l,;uigeu tijd verloei't hij in Home. maar hij kan er niet biijseiï: onweerstaanbaar wordt hij terugzei nikken naar L,! Bnssische dorp. 10 n als hij don r iweergekeerd. begint, de \veeMoeiili_. idylle van zijn leven, de veiv.wouei, liefde van den vnjgelat.'n Jijt'eigi i.< voor de jonge vrouw s'an h«'t kasteel. Met een 'M-Id/aom meesterschap is iie heele vertelling gehouden in wazige contouren; uil. s wordt meegedeeld in zoo'n stilïen, bei listenden toon. jNadüt de hoogt- Vrouw gestorven is, schildert Ilja haar beeltenis, als de Moeder Gods met den beker". De nooit ge ledigde beker woidi. tot symbool \an de smart, \vaaiaan geen einde konil. Hoewel niet ..volgens de \\ef' ge schilderd, wordt de beeltenis air,.Tcona" door do Kerk aanvaard. Als een bijzonderheid, die de at mosfeer verhangt, vermeld ik de om lijsting, waarin het verhaal gevat is. Bet gebeuren, dat geplaatst is in hei midden van de vorige eeuw, wordl door die omlijsting als een verbleekte histoiische herinnering. Tiet Xederlandseh van de ver taalster 's /eer goed. n. MIDPKNDOBl' V8AÜET t DIIIHiET j |TIMTUR|

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl