Historisch Archief 1877-1940
Nó. 2652
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 31 MAART 1928
15
Een staatslevens verzekeringsbedrijf?
door J. A. BERGER
Een balans
T"\ E afdeeling Vlissingen van de S.D.A.P. heeft
voor het met Paschen te houden congres een
motie ingediend van den volgenden inhoud:
Het congres besluite een commissie te benoemen
in overleg met het N.V.V. tot onderzoek of natio
naliseering van het Levensverzekeringsbedrijf c.q.
volksverzekeringsbedrijf c.q. invoering van een
Staatslevensverzekeringsbedrijf naast de bestaande
maatschappijen gewenscht is."
Deze motie opent de mogelijkheid van een
lieropening van het debat, indertijd gevoerd naar
aanleiding van het plan Treub.
Te hopen is evenwel, dat een heropening tevens
.beteekent een verbreeding en verdieping.
Doordat Minister Treub, uitsluitend om de
?schatkist te stijven, het brand- en levensverzeke
ringsbedrijf wenschte te annexeeren, werd van den
aanvang af het debat voornamelijk gericht tegen
?de winstcijfers, genoemd door Minister Treub,
terwijl bovendien, en terecht de vraag werd
gesteld, of het ethisch te verdedigen was, dat
juist degenen, die de voorzorg namen, zich en hun
gezin te verzekeren, extra belast mochten wTorden
door den Staat. Immers, de winstoogmerken van
Treub beteekendeneen belasting vanden verzekerde.
Het is zeer te betreuren, dat door de uitlatingen
van Minister Treub, de discussies zoo beperkt
werden. Sterker nog, de discussies waren zelfs van
invloed op het socialisatie-rapport van de S.D.A.P.
Het socialisatie-rapport komt tot de conclusie,
<dat de brandverzekering waarschijnlijk gesociali
seerd kan worden, doch de levensverzekering is van
minder beteekenis, naarmate de gemeenschapszorg
zich uitbreidt.
In dit soeialisatie-rapport is eigenlijk de meening
?van Wibaut, zooals deze haar uitsprak op de
vereeniging voor Staathuishoudkunde en Sta
tistiek in zijn prae-advies 1918 neergelegd.
Prof. Aalberse in zijn prae-advies behandelt
eveneens het Staatsverzekeringsbedrijf uitsluitend
fiskaal, wellicht door de beperktheid der vragen,
maar in zijn artikel over het plan Treub in het
Kath. Sociaal Weekblad 1917, blz. 153. waar hij
niet zoo gebonden was, beperkt hij zich er eveneens
toe, het Staatslevensverzekeringsbedrijf uitsluitend
fiskaal te bekijken en komt hij tot deze conclusie:
Het Staatslevensverzekeringsmonopolie is in
?beginsel niet toelaatbaar en praktisch, hoewel
minder slecht dan andere fiskale monopolies, toch
nog slecht genoeg om het hartgrondig te verfoeien."
Vooral waar Prof. Aalberse zich mede beroept op
A. Wagner had hij toch zeker de sociale motieven,
waarop Wagner, Prof. Wörner e.a. zich voor mono
polisatie van het verzekeringswezen beroepen,
moeten nagaan.
Toen het rapport van de ministerieele commissie
verscheen en aantoonde, dat de cijfers door
minister Treub genoemd onjuist waren, werd er
geruimen tijd over het monopolisatieplan niets
vernomen.
Bij de behandeling evenwel van de wet op het
levensverzekeringsbedrijf (wet van 22 December
1922, Stbl. 716) lieten weder eenige voorstanders
zich hooren.
Het kamerlid van Braambeek bepleitte zelfs een
nieuw denkbeeld (blz. 47. Hand. Ie Kamer 1922
1923). Hij wilde daarbij aan de particuliere onder
nemingen het eene deel van het bedrijf laten, n.l.
het zien te krijgen van posten, het afsluiten van
verzekeringspolissen, maar (wij zullen) een regeling
maken, waarbij de verzekeringsmaatschappijen
genoodzaakt zullen zijn om al de afgesloten
polissen te gaan herverzekeren bij een nieuw op te
richten onderneming, waarvan al de bestaande,
?ondernemingen deelgenoot moeten worden en
waarbij de Staat geïnteresseerd is."
NEEMT EEN PROEF MET DE
Caramel en Toffee
van de Lancashire Confeciionery Products
ELANDSTRAAT No. 77f DEN HAAG
Minister Heemskerk ging op dit denkbeeld niet
nader in, mede omdat het niet geuit was in het
voorloopig verslag.
In de Ie Kamer toonde de heer Wibaut zich
sterker dan vroeger een voorstander van
monopolisatiévan het levensverzekeringsbedrijf.
Ook van B.K. zijde werd er een stem gehoord
voor monopolisatie. De heer Wittert van Hoogland
(Blz. 91 en 92) hield een pleidooi voor monopolisatie.
Alle bezwaren tegen het monopolistisch over
heidsbedrijf zouden in de praktijk bij de uitvoering
der V.O.V. niet voorkomen.
Zooals men ziet wordt het Staatsmonopolie
niet losgelaten, maar omdat dit voorshands niet te
bereiken zal zijn, worden nieuwe denkbeelden
geopperd.
Thans wordt het debat weder heropend. Niet
alleen van de zijde der S.D.A.P., ook van andere
zijde.
De Nederlander van 10 Februari 1928 bepleit de
invoering bij de vrijwillige ouderdomsverzekeririg
van een tarief voor pensioensverzekering met
restitutie en invoering van weduwenrente.
Ik geef gaarne toe, dat de invoering van deze
beide nieuwe vormen wordt gevraagd om
eventueele invoering van Staatspensioen te voorkomen.
Maar deze invoering beteekent uitbreiding van
het Staatsverzekeringsbedrijf, het is (om met den
heer Wittert van Hoogland te spreken) een
tweede stap in de richting van een monopolistisch
overheidsbedrijf.
Beroep op het feit, dat de V.O.V. sociale voor
ziening inhoudt, is niet meer mogelijk. Dat was
mogelijk zoolang de Staat bij zekere
verzekeririgsvormen een deel der premie bijpaste. Nadat dit
evenwel door wetswijziging onmogelijk geworden
was, is er van een sociale voorziening geen sprake
meer.
De Nederlander kan deze verzekeringsvormen
en de propageering en exploitatie daarvan van
groot sociaal belang achten, een algemeene sociale
maatregel is het niet en kan het nooit worden.
En zullen niet bij eeiügen aandrang andere
verzekeringsvormen ingevoerd moeten worden?
Waarom zal aan dezen drang geen gevolg gegeven
worden?
Met dit al hebben we evenwel naast de oude
gedachte van het Staatsmonopolie nieuwe geluiden
gehoord.
De C.IL Nederlander", die een
Staatslevensverzekeringsbedrijf vraagt met (voorloopig nog)
een beperkt aantal tarieven.
De heer Wittert van Hoogland, die Staats
monopolie vroeg, maar die met het dooi' de Ne
derlander voorgestelde voorloopig wel genoegen zal
nemen.
En ten slotte de heer van Braambeek, die namens
de S.D.A.P. een geheel nieuw denkbeeld lanceerde,
n.l. een van Staatswege opgericht verplicht her
verzekeringsinstituut, waarbij de particuliere maat
schappijen geïnteresseerd zijn.
Ongetwijfeld zal de heer van Braambeek, voor
loopig, althans wel genoegen nemen met het door
de Nederlander" geopperde denkbeeld (afgezien
van de bedoeling ervan), eventueel uitgebreid met
kapitaalsverzekering tot een bepaald bedrag.
Trouwens Mr. Sannes pleitte op het congres van
N.V.V. en S.Ü.A.P.. behalve voor Staatspensioen
en andere sociale voorzieningen, voor
uitbreidingder V.O.V.
Ook Minister Slotemaker de Bruine is blijkens
z'n ingediend voorontwerp voorstander van uit
breiding der V.O.\ .
Ik meen uit bovenstaande uitingen te mogen
concludeeren, dat verschillende politieke partijen,
afgezien van haar denkbeelden over monopolisatie
van het verzekeringswezen, niet afwijzend staan
tegenover een Staatslevetisverzekeringsbedrijt',
naast de bestaande particuliere maatschappijen,
zij het dan beperkt tot uitsluitend sociale tarie
ven.
Een -zeer sterk argument vinden de/.e voor
standers in het feit, dat de overheid erin geslaagd
is de tot nu toe impopulaire vrije pcnsioem
erzekering (tenminste de particuliere maatschappijen
propageerden deze verzekering niet) ondanks de
hooge tarieven in een gering aantal jaren in te
voeren en de verzekering te brengen onder groepen
van personen, die tot heden ontoegankelijk waren
voor verzekering.
Hotel Duin en Daal" * Bloemendaal
Str. koud en warm water op alle kamers
PRIVÉBADKAMERS Telefoon 22223
Beurs-spiegel
Donderdag, 29 Maart 1928.
T) TJBBEKWAARDEN, die zich na de scherpe
inzinking weer eenigermate konden herstellen,
toen de rubberprijzen zich iets gunstiger toonden
en de voorraad van het product te Londen enkele
weken achtereen afnam, waren in de afgeloopen
weekperiode uiterst lusteloos met betrekkelijk
weinig fluctuaties. Men neemt dat liet beter is de
ontwikkeling van den rubberprijs af te wachten
alvorens nieuwe posities in deze fondaen te vestigen.
Toch is de stemming aanmerkelijk kalmer, dan toen
de instelling van een commissie van onderzoek naai
de Stevensonrestrictie bekend werd. Men heeft
gerealiseerd dat wat de uitslag van dat onderzoek
ook moge zijn meer en meer wint de overtuiging
veld dat tot abrupte of geleidelijke afschaffing
van het restrictie-schema zal worden geconclu
deerd de gevolgen niet zoo revolutionnair zullen
zijn als men aanvankelijk wel heeft gevreesd. En
indien men de uitlatingen die in de beide laatste
jaren, waarin de dalende tendens in de
rubberprijs overheersehte, terzake van de effectiviteit
van de restrictiemaatregelen zijn gepubliceerd eens
naleest, dan vindt men dat herhaaldelijk van be
voegde zijde erop werd gewezen dat het schema om
een of andere reden geen effect sorteerde. Nu eens
werd de nadruk gelegd op den grooten omvang van
de standaardproductie, waardoor zelfs een aan
merkelijke reuuctie daarop nauwelijks een beper
king van de mogelijke voortbrenging beteeken.de,
dan weer waren het de smokkelhandel, de .,be
volkingsrubber" of de productie van geregene
reerde rubber die het resultaat der restrictie heet
ten, teniet te doen. Waarom zou men dan aan
nemen dat opheffing van het schema een radicale
wijziging in het prijsniveau zal teweeg brengen.
Te meer waar liet niet onmogelijk schijnt dat binnen
atzienbaren tijd een samenwerking lusschen En
gelsdie en Xederlandsche producenten ten aanzien
van de verkoopMpolitiek zal tot stand komen. -Als
een der voornaamste bezwaren tegen het
restrictieschema werd steeds door vele Engelsche ge
ntresseerdcn aangevoerd liet feit dat
XederlandschIndiëzich afzijdig hirld. Wordt nu overeenstem
ming beivikt dan kan men. krachtiger staan tegen
over de georganiseerde Amerikaansehe koopers.
* *
*
Wederom werd een emissie aangekondigd die
nauw Verband houdt niet de groep dei' Compagnie
Industrielle du Liege. iil. de uitgifte van aandeden
der S.A. Le Linoleum, liet lijkt niet onwaarschijn
lijk dat het publiek ook hier te lande die emissie
een goede ontvangst zal bereiden. Sedert toch voor
betrekkelijk korten tijd de aandeelen (M.L. aan
de markt werden gebracht, hebben deze waarden
zich in een groeiende belangstelling mogen ver
heugen. De koers liep in enkele maanden tijds op
van 2.">0 ";, tot ruim 1000 ",,, en ook voor de aan
deden Bouchonneries Réunies, die voor een paar
weken aan de markt kwamen, bestond goede vraag.
Dat dit materiaal zulk een snel kocrsavans kon
boeken is behalve aan het stemming-maken te
danken aan het goede vertrouwen dat door velen
in het concern wordt gesteld. Men moet toegeven
dat voor gunstige verwachtingen wel grond aan
wezig is. De idee van de monopoliseering van het
kurkbedrijf kan uit financieel oogpunt uiterst
vruchtbaar 'zijn. liet concern heeft aansluiting
verkregen bij Kngelsehe en Amerikaansche produ
centen, zoodat ook uit dien hoofde een krachtige
externe organisatie is bereikt. Op economische
overwegingen is er dus alleszins aanleiding goede
verwachtingen van dit bedrijf te koesteren. Maar
of het huidige, opgeschroefde, koersniveau gemo
tiveerd is. daarover is zeer moeilijk te oordeelen.
l'it de voortdurend elkaar opvolgende emissies
mag men opmaken dat de leiding van de gun
stige stemming thans gebruik weiiseht te maken.
C. K.
HET adres voor prima
PARKETVLOEREN
tegen sterk concurreerende prijzen is
FRED. MEIJER - Amsterdam
v. Baerlestraat 160 - Tel. 25615 - Gev. 1908