De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 7 april pagina 11

7 april 1928 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

No. 2653 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 7 APRIL 1928 11 Vrouwen over mannen: Dr. A. J, Domela Nieuwenhuis door JO ZWARTENDIJK T~\ R. A. J. Domela Nieuwenhuis, die nu 78 jaar oud is, heeft iets van een ouden magiër, zoowel aan den buiten- als aan den binnenkant. De buitenkant, dat is zijn nog stoere gestalte, gehuld in een bruine pellerien-jas, steunend op een fermen stok vlassige grijze haren halfweg ver scholen onder een beige chapeau melon. Als hij dan. haastig den Binnenweg komt afloopen en vastberaden het plein oversteekt om naar het museum Boymang te gaan, is hij wel n van de meest on-Rotterdamsche figuren, die men kan tegenkomen. En toch hebben wij, Rotterdammers, zoo'n merkwaardig mensch in ons midden broodnoodig en ik hoop, dat het hem, Domela, duidelijk is hoe wij hem zij het ook op eerbiedigen af stand eeren en waardeeren. Van het Sint-Antoniusgesticht uit. waar hij woont en waar zusters geruischloos door de lange gangen glijden, kan hij niet langer over het sappige groene weiland kijken, maar over een me tzand opgespoten vlakte, die wij tegenwoordig onze Rotterdamsche woestijn noemen, vooral bij een feilen zons-ondergang. Misschien is alles hem hier een beetje een woestijn. Maar dan heeft hij daarin toch zijn eigen oase gevonden ! Eeren wij hem niet, als wij in het museum met een vslvertrouwd gevoel langs zijn portret loopen, datda ar aan den wand hangt als een hulde van stadgenooten, en wij telkens opnieuw de groote collectie, welke het museum door hem verkreeg, verrast bewonderen? Het is hier niet de plaats over die verzameling van beeldhouwwerken. Limoges, blokdrukken, meer dan 400 teekeningen en ruim drieduizend nummers graphisch werk verder uit te weiden, men behoeft het museum slechts in te loopen om op de hoogte te komen. Het leven kan een mensch langs vreemde banen leiden. Zoo lijkt het een wonderlijk toeval, dat deze landgenoot, die na den dood van zijn vader, op zijn negentiende jaar uit Amsterdam naar Duitschland vertrok om er bijna 5(5 jaar te blijven, waarvan hij de laatste 32 in München woonde. na den verwoestenden oorlog in 1023 naar zijn vaderland terugkeert en nog wel in zoo'n woelige zaken-stad als Rotterdam belandt, waarmee hij van te voren geenerlei relatie had onderhouden. Voor buitenstaanders is het minder interessant om te weten, hoe dat alles in zijn werk ging. Domela MIJNHARDT's Hoofdpijn-Tabletten 60ct Laxeer-Tabletten. 60ct Zenuw- Tabletten . 75ct Staal-Tabletten..90ct Maag-Tabletten 75ct Bij Apoth. en Drogisten wilde en behoefde niet te scheiden van zijn col lectie, die hij zeer ongaarne gesplitst zag, maar waar na-oorlogsche toestanden hem bijkans toe hadden gedwongen, en het eind-resultaat is, dat hijzelf, zijn vrouw, Duitsche van geboorte, en de onvergelijkelijke collectie als een drie-eenheid in de Maasstad verankerd blijven. Maar nu wil ik hier verder vertellen, waarom Dr. Domela ook aan den binnenkant een beetje op een magiër gelijkt. Natuurlijk en in de eerste plaats, omdat men zich nauwelijks kan voorstellen, hoe hij het bestond die wonderbaarlijke verzame ling van gave exemplaren en zeldzame drukken bijeen te krijgen; een groote moot van zijn rijke leven heeft hij daaraan moeten besteden en zeker is het, dat dergelijke particulieren hoe langer hoe legendarischer worden. Als gij hem hoort praten, hoe hij in 1892 te München pas goed begon met een vertrouwensman als tusschen-persoon (op veilingen heeft hij zelden willen koopen), over die geheimzinnige vrijmetselaars-kunstwereld, waar de hartstochtelijke ver zamelaars bij voorkeur vertoeven, stil en onop gemerkt, maar altijd waaksch om een begeerd exemplaar ten langen leste tot een redelijken prijs te veroveren, het speuren en zoeken, het onder-dehandsche ruilen, het uitzetten van schildwachten, het genot waarmee het een of ander dan toch ein delijk in de wacht werd gesleept dan krijgt Domela inderdaad iets van een toovenaar en zeker heeft hij met den vader en wijlen zijn jongeren populairen broeder, den zakjesplakker", het zij met eerbied gezegd, den familietrek gemeen van te zijn sterk fascineerend als persoonlijkheid. En de zekerheid waarmede hij zijn voorkeur als verzamelaar in hoofdzaak gegeven heeft aan oude graphiek ! Want praktisch gesproken zijn immers schilderijen in je huis niets als tuig" ze barsten, er komen krassen op, je bent overgeleverd aan een restaurateur, de atmosfeer van een milieu deugt er niet voor, je kunt ze onmogelijk goed bewaren. Maar nog om iets anders zou ik dezen man een magiër willen noemen. Het is gebeurd, terwijl zijn stoere handen de prenten opnieuw voorzichtig en streelend aan het ordenen waren, dat hij me ver telde van merkwaardige atmosferische invloeden, hoe de weersgesteldheid op het wezen van een mensch, zijn stemming en gezondheidstoestand haar stempel zetten kan. Op een donkeren dag werd een lichte depressie lijden wij, vrouwen, daar niet telkens aan en lachen de meeste mannen er ons niet om uit? zakelijk en wetenschappelijk verklaard. Licht-problemen, natuurkundige merk waardigheden en wat al niet kwamen erbij te pas, tot het een domme en onwetenschappelijke vrouw, als ik ben, zoo zachtjes-aan ging duizelen. Met tintelende oogen en een aninieerenden schuddenden lach en nog even (iermaanschen tong val spreekt deze jonge oude man on pantoufflos" gaarne over religie, over politiek, over philosophie en aesthetica. En bij sommige details kan er een licht-ironische warmte in zijn stem komen. Hij herinnert zich oude, veelal beroemde Duitsche vrienden, die helaas reeds tot de geschiedenis bohooren en het is opvallend dat men onder jongeren, die voortdurend tijd te kort komen, zelden meer zulke prettige vertellers ontmoet; het geduld dat daar bij behoort, schijnt verloren te gaan. Maar hoe kunnen wij verder het beste een paar grepen doen uit dit lange leven, waarmede wij ter loops maar toch op zuivere wijze dezen bizonderen mensch trachten voor te stellen? Wat Toorop teekende. dat is vooral geweest de philosoof, do denker, daarop concentreerde de meester zijn aan dacht en deze trekken accentueerde hij in het gelaat, dat in natura minder scherp lijkt en mildere trekken bergt. In het boek van pater Jac. van Oiniieken: Voordrachten voor niet-katholieken. met afbeeldingen naar teekeningen van Toorop, is het model met wien deze zoo gaarne redeneerde, ver schillende malen te herkennen, onder meer als Jeremias. Daar zijn de jeugdjaren te Amsterdam in het intellectueele groote gezin, waar van alles gelezen en besproken werd. Domela's vader was professor aan het Luthersch seminarie en schreef liet bekende standaard-werk over de geschiedenis van de Luthersche kerk. maar vooral ook als kanselrede naar was hij bekend, overal werd hij voor spreek beurten uitgenoodigd. En die reizen naar alle hoeken van ons land met den geliefden vader blijven voor Domela n van de mooiste jeugd herinneringen. Daarna de vergissing van een gedroomde carrière in de zee-assurantie (hij lacht nog hartelijk, als hij er aan denkt) en dan het vertrek naar Karlsruhe Voor 't eerst naar school door MELIS STOKE Mijn zoontje heeft zijn eerste schreden op 't doornig levenspad gezet. Hij voelde het niet als een verbanning, maar ging des avonds, warm van spanning dat hij naar school zou gaan, naar bed. En 's morgens bij het eerste grauwen toen hij voor vaders sponde kwam, scheen het mij eerst oj hij van streek was, omdat hij van emotie bleek was, en zijne handjes een beetje klam. . . . Hij zuchtte: als 'k maar niet te laat kom .... ,,kom mee. . . . kom mee. . . . naar het ontbijt. ." Hij liep te zingen als een merel en 'k dacht zoo: ,,. . . .arme, lieve kerel, naar school gaan kun je nog zoo'n tijd. ..." Ik las de krant. . . . Hij bracht zijn hoedje en keek me innig-dringend aan.... Vooruit nou. . .. Pappie. .. . niet meer lezen. ." Zoo is hij gretig, zonder vreezen, het roezig leven ingegaan.... Ik bracht hem naar de school en liet hem, gezeten in een kinderstoel, in 'n kleutertroep j e opgenomen. Zoo is hij in 't gareel gekomen.. . . een stukje mensch in het gewoel. . . . Zoo trad hij 't eindloos land der plichten en slaafsche orde lachend in: ....de nooit meer eindigende vlakte.... Hoewel het klasje plaatjes plakte, stond hij nu toch aan het begin. . .. om chemie te studeeren, een studie, die te Berlijn, waar hij in relatie kwam met allerlei bekende per soonlijkheden, zou worden voortgezet. Ik geloof dat studeeren indertijd een ruimer begrip was dan tegenwoordig, nu dienen wij n nauwen weg tusschen twee hooge muren af te leggen en anders komen wij er nooit, maar dat ver-gedreven specialiseeren kende men toentertijd goddank nog niet en de studenten kregen vél meer kans en gelegenheid om een goede dosis algemeene kennis te verkrijgen, waardoor het minder bezwaarlijk was de bakens te verzetten en bij een vernieuwd inzicht, dat ons alleen de jaren brengen kunnen, op lateren leeftijd tot een andere studie over te gaan. De geest ging na allerlei capriolen vrij uit en de carrière was niet onherroepelijk verloren ! .Bij de studie van chemie behoorde die van econo mie en aesthetica. en al bracht do scheikunde Domela zoo ver dat hij zelfs een tijdlang eigenaar was van een fabriek voor kleuren-chemie. ten slotte werd deze man tot de philosophie gedreven en in 188!) heeft hij in Hallo den graad van doctor in deze wetenschap gehaald. Zoo men het tenminste een wetenschap noemen wil, want voor mij blijft dat Dr. voor zijn naam mér beteekeiien, iets dat rijker is en geheimzinniger en dieper ligt. een gave van broeden kijk, van wikkend overzicht met stabielen geest en een stalen geheugen. De tijd in de vreemde stad is voorbij gegleden en deze eerste vier Rotterdamsche jaren zijn wel licht de volste geweest. Domela hield voortdurend toezicht over het ordenen en schikken van de ver zameling, het opzetten en in portefeuille onderverdeelen van de graphiek, wat nauwlettend en zorgvuldig gebeuren moest. Dan was er het schrij ven van een catalogus. Maar deze arbeid is thans vrijwel teil einde en wij hebben wel eens gevreesd, dat.... maar een dergelijk diepleveiid mensch vindt altijd weer iets anders dat hem bindt en boeit. lieer Domela, burger van Rotterdam, ons eeresaluut ! De voeding van een zuigeling met KARNEMELK van OUD BUSSEM -:- kost 30 cent per dag -jKcrkstraat 67 Telefoon 37344

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl