Historisch Archief 1877-1940
16
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 14 APRIL 1928
No. 2654
Rubberprijs en Restrictie
door C. A. KLAASSE
f~\ E rubberbom is gebarsten, schreef
ik de vorige week in mijn beurs
overzicht. Dit evenement is van ge
noegzaam belang om daaraan nog eens
iets toe te voegen. Groote gebeurtenis
sen werpen haar schaduw vooruit. Zoo
ook in dit geval. De rubbermarkt ken
merkte zich reeds eenigen tijd door een
uitgesproken flauwe stemming, lang
voordat Baldwin de fatale verklaring
aflegde dat het der Regeering
wenschelijk voorkwam een onderzoek in te
stellen naar de werking van het
Stevenson-scheme. De prijsdaling van het
product werd geaccentueerd door die
mededeeling, terwijl ten slotte de ver
klaring omtrent de opheffing van het
stelsel per l November van dit jaar
andermaal een onverwacht scherpe
reactie met /Ach bracht. De tijde
lijke opleving van de markt in het na
jaar van 1927, die gepaard ging met
oploopende noteeringen, is thans niet
alleen teniet gedaan, doch het
laagterecord van vóór die opleving is ge
broken.
* *
*
De commentaren op de beslissing
van de Engelsche regeering zijn even
talrijk als uiteenloopend van aard ge
weest. Sommigen hadden de voorkeur
gegeven aan onmiddellijke afschaffing
anderen aan meer geleidelijke, weer
anderen gaven de voorkeur aan hand
having van het restrictiestelsel. Maar
deze laatste categorie is verreweg in de
minderheid. De practijk van het
Stevenson-scheme heeft zich niet in on
verdeelde bewondering mogen ver
heugen. Nadat tot 1925 een gunstige
invloed was waargenomen, bleek al
ras dat de restrictie haar eigen graf had
gegraven. Men kan nu eenmaal niet
ongestraft de vrije ontwikkeling van
het economisch leven belemmeren, in
dien men niet een zeer ruime en effec
tieve macht heeft. En over die macht
heeft blijkbaar de Engelsche regeering
niet beschikt. Reeds bij den opzet van
het schema had men zich rekenschap
gegeven van het feit, dat de medewer
king van Nederlandsch-Indiscbe re
geering en producenten zeer gewenscht
was. Maar die regeering bleek niet be
reid om hare medewerking te
verleenen. Men besloot desondanks het
systeem in te voeren. Spoedig bleek dat
hoewel de productie van Nederlandsen
Indische plantagerubber relatief niet
zoo groot is, de oploopende prijzen een
niet te onderschatten stimulans vorm
den. En dan was er nog de bevolkings
rubber, die men niet voldoende hoog
had aangeslagen.
* *
*
Meer en meer zijn in den loop der
laatste jaren, die een dalend
prijsverloop voor het product te zien gaven,
de Nederlandsche rubberbelangen een
onderwerp van gesprek in Engeland
geweest. Des te meer toen men bij
dalende uitvoer uit de Engelsche
koloniën die van Nederlandsch-Indi
zag groeien. De Engelsche producent
l^gde zichzelf beperking op, ten bate
van den Nederlandschen. Is men al bij
een oploopende markt bereid zich zulk
een pelikaan-rol te getroosten, die
neiging moet noodwendig lijden onder
een voortdurenden teruggang der
prijzen.
Daarnaast vond men een tweeden
zondenbok. De Amerikaansche koopers
van rubber, en met hen de Amerikaan
sche regeering deze stelt zich immer
te weer voor het economisch heil van
haar bevolking en spiedt met
arendsoogen naar trust"-belangen en andere
kunstmatige manipulaties, die de
marktpositie ten gunste van de
nietAmerikaansche verkoopers beïnvloe
den gaven daartoe gereede aanlei
ding. Hoover had zich zeer opgewon
den over de monopoliseering" van de
rubbermarkt. De groote bandenfabri
kanten en verbruikers vormden een
pool om prijs-stabiliseerend te werken.
Natuurlijk was het in de oogen van
Engelsche handelaren deze
koopersorganisatie, die do prijzen drukte.
En hier ligt misschien wel het aan
knoopingspunt voor een oplossing. De
bovenvermelde naijver en verscheiden
heid ir belangen tusschen Engelsche en
Nederlandsche producenten is thans
vervallen. Beiden komen op voet van
gelijkheid ter markt. Geen van beiden
is meer de martelaar, die den ander
voordeelen in den schoot werpt. Is nu
inderdaad de georganiseerde
koopersmacht een factor van belang, dan kan
rnen thans in onderling overleg daar
tegenover een verkoopersorganisatie
stellen. Reeds eerder had men die
mogelijkheid bekeken. Afgevaardigden
van Engelsche en Nederlandsche plan
ters confereerden reeds terzake. Maar
de afschaffing van de restrictie heeft
eerst den weg tot dat overleg gebaand,
a! moet men zich daarvan nu niet te
veel voorstellen. De eenheid van be
langen is slechts betrekkelijk. Men
denke aan het voorbeeld van de suiker
conferentie. Ik schreef daarover ter
gelegenheid van het bezoek van Kolo
nel Tarafa voor eonige maanden in
sceptische bewoordingen, die inmiddels
maar al te zeer gemotiveerd bleken.
En wat nu over de toekomst, zult
gij vragen. Waarom wilt gij van den
chroniqueur toch altijd een
prognosticus maken, o lezer. Indien men met
eenige mate van zekerheid kon voor
spellen, dan was er geen beurs meer
noodig, althans niet voor speculatieve
transacties, die altijd het meerendeel
der affaire vormen. Optimists are
optimists and pessimists are
pessimists, and ne'er the twain will meet,
zou men met een variant op Kipling:
kunnen zeggen. En toch zijn de extre
misten wellicht dichter tot elkaar ge
komen door de jongste ontwikkeling
van het marktgebeuren. De optimisten,
hebben zich een kostbare prasmisse: de
handhaving der restrictie zien ontval
len, en de pessimisten hebben hun ver
wachtingen in belangrijke mate ver
werkelijkt gezien. Geen van beiden
zijnblind voor het stijgende verbruik van
rubber; de invloed van de productie
der geregenereerde rubber, die
uiterstbelangrijk is gebleken, en een wapen
inhanden der pessimisten was, zal waar
schijnlijk afnemen. Stijging van de
voortbrenging van dat product is al
thans bij het sterk gereduceerde prijs
peil van thans niet te verwachten.
Over tijdelijke invloeden, als die welke
wellicht zullen uitgaan van het
ophoopen van voorraden tot l November
moet. men natuurlijk heenzien. De ont
wikkeling was in den jongsteu tijd niet
ongunstig. De voorraad te Londen
nam gestadig af en kwam voor het
eerst sedert geruimen tijd beneden
00.000 ton. Anderzijds is de
voorraadvorming van de Amerikaansche pool
weinig overzichtelijk; wellicht schuilt
daarin een nivelleering. In elk geval i>.
thans, nu tusschen gemiddelden kost
prijs en marktwaarde geen abnormale
marge meer ligt, ecu gezonde basis
voor de saneering van rubberproductie
en -handel verkregen.
Filmlectuur
door L. J. JORDAAN
Max Tak. De groote kunstenaars van het
witte doek". Schellens en Giltay.
T"\E groote kunstenaars van het witte doek. . . .
?^"aat zijn dan, behalve Chaplin, dien nu ook
letterlijk niemand ongemoeid laat, Polo Negri,
Gloria Sivanson, Harold Lloyd, Douglas Fairbanks
en Torn Mix. Gelijk men ziet heeft de auteur zich
bij zijn selectie geen al te enge grenzen, noch al te
strenge eischen gesteld en het zoude allicht eenige
verwondering kunnen baren, iemand als de heer
Mix bij de kleine, doch heilige schare der groote
kunstenaars" te zien ingedeeld. Ja men zou zich
kunnen afvragen, wat al deze lieden behalve
alweer Chaplin berhaupt met groote kunst te
maken hebben. Maar het is meen ik niet zoo
erg bedoeld: het begrip groote kunstenaar" is
namelijk voor meer dan n uitlegging vatbaar
het heeft, om zoo te zeggen, in de laatste jaren ook
zijn populaire editie gekregen, mede dank zij de film
en derzelver vrijmoedige reclame.
Aldus beschouwd is deze serie monografieën
een genereuse tegemoetkoming aan de verlangens
van het groote publiek, dat immers zijn helden en
heldinnen op de handen draagt. En wie zou beter
ia staat zijn in dezen zin over de groote kunste
naars van het w,itte doek" te schrijven, dan de heer
Max Tak, die over een aanzienlijke populariteit en
een vlotte" pen beschikt die hoogstwaarschijn
lijk tienmaal zooveel films gezien heeft als de ge
zamenlijke critiek en er, ten overvloede, dichter
met zijn neus op zit, dan wie ook 'i
Zoo liggen dan vóór ons deze zes keurig verzorgde
smakelijk uitziende boekjes.volanecdotisehe
levensbijzonderheden en rijkelijk verlucht mot foto's
in allerlei belangwekkende pose's, van ge/.egde
groote kunstenaars. Wij vernemen met belangstel
ling, dat Pola Negri, na. vele wederwaardigheden
ten slotte gehuwd is met een zekeren heer Serge
Mdivani Georgisch prins en broeder van David
Mdivani, den vierden echtgenoot van Mae Murray,
de vermaarde vertolkster van The Merry Widow".
Wij lezen met gepasten eerbied, dat Torn Mix niet
alleen schatrijk, eerlijk en eenvoudig is, doch boven
dien de chicste rokcostuums van Hollywood draagt
en achten het deswege een voorrecht, kennis te
mogen maken met Mevr. Mix, de jeugdige
Tommassina, ja, zelfs met de schoonmoeder van den
kunstenaar (pag. 13). Wij worden voorts volledig
ingelicht omtrent de particuliere persoon van
Charlie Chaplin: foto's toonen hem, zooals hij het kan
toor van zijn advocaat in de echtscheidingsaffaire
verlaat bij het ontbijt (?zeer verouderd" zegt
het onderschrift !) en na een repetitie een sigaret
opstekend, waarbij (alweer volgens het onder
schrift),,. . . .het opengeslagen boek te kennen geeft,
dat hij zich aan zijn groote liefde, het lezen, wijdt".
Om kort te gaan, de heer Ma/x Tak geeft hier het
groote bioscooppubliek precies, wat het gaarne wil
en over het algemeen legt hij der film en der film
kunst geen stroobreed in den weg. Slechts bij uit
zondering geeft hij iets, wat op een artistieke defini
tie lijkt, maar niemand zal hem daarover hard val
len. Immers de these, dat Chaplin ....emoties
aan het publiek brengt van medelijden en mede
leven, waarbij onmiddellijk de tranen in de oogen
springen !" za,l wel om meer dan n reden,
onweersproken blijven, evenals de bewering, dat zulks
. . . .het hoogste is, wat in deze kunst te bereiken
valt: Een lach, onmiddellijk naast een traan, de
hoogste uiting van humor !"
Een enkele maal echter, meenen wij bij dezen,
als alle populaire menschen. uiterst gemoedelijken
auteur, een polemisch duiveltje te ontdekken. Zoo
lezen wij in het voorwoord tot de Torn Mix-mono
grafie, dat door zijn films een (in dit verband ietwat
verdachte) frissche wind" waait. Immers ..daar
om gaat iedereen, die misschien wel eens wat
moe is van al het geexperimenteer met
hoogstartistieke filmproblemen, die moe is van al het
geciïtiseer op wat wel of niet artisitek is. voor een film
van Torn Mix zitten, welkt; als een verfrisschend bad
werkt".
Ajaj ! Vergissen wij ons, of is dit inderdaad een
sneer aan het adres der l.iga c.s. '?! Duidelijker uog
is de tirade in de Swanson-inleiding. De schrijver
waagt zich aldaar aan een bespreking van het pr
ca;re Amerikanisme". liet is" meent hij ..niet
dit Amerikanisme, ietwat zonderling gesteld. Zoo
dra andere bedenkingen van critischen aard uit
geput zijn en misschien de schrijver zelf al te veel
in herhalingen is getreden, grijpt hij naar het altijd
nog modieuse verwijt, dat de acteur, actrice of re
gisseur in ijuaestie te Amerikaansch is. ..."
Ja, hoor eens, waarde maestro, dat is niet fair !
Wij zullen over de schoonmoeder van Toni Mix
niet bakkeleien maar dan ook Hands off"
van het groote filmvraagstuk en niet van die
geniepigheidjes aan het. adres van niets kwaads
vermoedend critici ! Enfin. een ..slip'' van
d-al-te-vlott'j pon, zullen we maar denken. . . .
Dat deze aardige, gezellige boekjes overigens ook
maar iets met de film laat staan met /ilmktiimt
te maken hebben, zou te veel gezegd zijn.
Een nieuwe film van Fritz Lang:
De Spion" - Rembrandttheater
Een nieuw werk van den Dictator van
Babelsberg is nog altijd een gebeurtenis. Wie echter
wachtte op een nieuwe artistieke caprice komt
bedrogen uit. liet heeft den heer Lang ditmaal
gelust, alle vooropgezette kunstzinnigheid over
boord te zetten. Geen picturale of technische won
deren geen gestyleerde décor's geen massa
regie. . . . niets van dit alles. Een doodgewoii"
..detective-story" met de gebruikelijke ontvreemde
documenten, revolversclioten, ontploffingen en
the happy end". Maar in ruil daarvoor een ander
element: spanning spanning tot het waanzinnige
opgevoerd.
Ik heb eerlijk gezegd geen. tijd gehad mijn hoofd
te breken over de vraag, hoe de film gecomponeerd
en geconstrueerd is - welke haar bet eekenis a.ls
filmisch verschijnsel mag zijn zelfs OF zij
beteekenis als zoodanig heeft. Wanneer Frit/. Lang n.l.
een ..detective-story" vertelt, pakt hij je zonder
complimenten in je kraag en sleurt je mee, twaalf
aeten lang. om je eindelijk ietwat draaierig on bui
ten adem op straat te Kotten. Ik heb een vage her
innering aan vrij banale prooódó'.s, naast filmisch
prachtige fragmenten (begin tweede deel - -
spoorwogramp) maar ik moet do film nog eens rustig
overzien, om dit alles behoorlijk te verwerken.
Ik weet alleen, wat thrill" is. ... !