De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1928 19 mei pagina 16

19 mei 1928 – pagina 16

Dit is een ingescande tekst.

16 DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 19 MEI 1928 No. 2659 Nederland als Financieel Centrum door C. A. KLAASSE C\ NS allen komt nog wel het ^"^ beeld, voor den geest van het kleine Holland, dat zijn vleugelen wijd, uitstrekt, over de geh?ele wereld nagenoeg. Dat beeld hebben de geschiedenisboekjes ons voor oogen gesteld. Nederland was de vrachtvaard'ii' van de overige wereld, het was de kolonisator, die groote gebieden tot ontwikkeling bracht. Voor twee, drie eeuwen was de handel in de oude wereld grootendeels in ons vaderland geconcentreerd. Niet alleen de warenhandel, ook de geldhandel vond in Nederland zijn voor naamste bolwerk. Toen Italië's bloeitijd tot het verleden behoorde, kwamen berooide vorsten hun geldbuidels hier vullen, en de kapitaalexport tierde ook toen reeds welig. En wanneer men de voor dien tijd enorme sommen zag weg vloeien, trok men geen bedenkelijk gezicht, zooals ten huidigen dage vele overigens achtenswaardige bur gers doen. Kapitaalexport werd nau welijks als een vraagstuk beschouwd. Hoewel men nog geen leer der handek-balans had om dat afvloeien van kapitalen wetenschappelijk te rechtvaardigen, zag men met wel gevallen de hegemonie van het Nederlandsche kapitaal groeien. Totdat ook hier het getij keerde. Van fiflancieele overmacht kon in do laatste eeuwen zeker niet meer worden gesproken, maar evenmin heeft Nederland ooit zijn positie als internationaal geldgever behoeven prijs to geven. De vele wettelijke bepalingen op den uitvoer van kapitaal in den loop van de vorige eeuw uitgevaardigd zijn even zoovele bewijzen voor het belang van die beweging. Toch was de oorlog en de gevolgen van dien, noodig om Nederland's financieele positis weer to bevestigen. Want onbetwistbaar is het dat de ontwikkeling van de laatste jaren de beteekenis van ons land als geld centrum sterk heeft gestimuleerd. En dat in meer dan een opzicht. Ik wijs slechts op den stroom van emissies ten laste van buitenlandsche staten, gemeenten en vennootschap pen. Men kan geen krant opslaan of minstens n annonce van een buiten landsche uitgifte treft het oog. Wel getuigt de lange lijst van Amerikaansche spoorwegwaarden, in onze prijscourant van een sterke internati onale oriénteering van onze locale beurs, ook reeds voor dea oorlog. Maar de snelheid, waarmee uitgiften en introducties elkaar in do jongstu dagen opvolgen, is ongeëvenaard. Evenals trouwens de grootte der bedragen, waarom het gaat. Wat is nu de oorzaak van die her leving van kapitaalexport in het decennium na den oorlog, zult gij vragen. De finantieele chroniqueur moet voor elk vraagstuk een oplossing weten, nietwaar? Maar in dit geval ligt do oplossing niet zoover, en zelfs voor den ontwikkelden leek voor het grijpen. Men behoeft geen diep weten schappelijke betoogen om de oorzaak op te sporen. De beleggingsvraag, die na den oorlog ontstond is van tweeër lei aard. Allereerst een van herin vesteering, en vervolgens een voor belegging van nieuwe besparingen. Ik releveerde terloops al de plaats die Amerikaan sche fondsen in het laatst van de vorige en in het begin van deze eeuw voor onze beurs hadden verworven. Welnu, de jongste oorlog heeft aan de finantieele afhankelijk heid der Veroeuigde Staten niet. r l Joon een einde gemaakt maar ook in het tegendeel omgezet. Iteeds in 1911 begon dadelijk de terugftroornirig van Amerikaansche waarden naar hef land van oorsprong. En sedert dien heeft de enorme welvaart, die mede door oorlogsrelaties in het leven werd geroepen, Amerika in staat gesteld, die ontwikkeling te voltooien. De aldus in IIo7land vrijgekomen midde len moesten opnieuw emplooi zoeken. Ziehier n zijde van het vraagstuk. En de andere: ook aan Nederland en koloniën hebben de oorlogs- en de na-oorlogs-jaren geen windeieren gelegd. Vooral de koloniale cultures hebben aanzienlijke baten opgeleverd. Gedurende den oorlog heeft dat tot oppotten van goud toenmaals de xeiligste belegging geleid. Maar daarna zocht men rentegevende investeeringen. De rubberboom van enkele jaren geleden zette de kroon op die ontplooiing. Waar op die wijze een vruchtbaar terrein voor buiten landsche leeningen geschapen was, vormde zich hier automatisch een centrum waar vragers en aanbieders van kapitaal tot elkaar kwamen. Want het is logisch dat bij lange na al die uitgiften niet door het Uollandsche publiek zijn geabsor beerd. Amsterdam werd een emissie-clearing house, naast New-York on Londen óén van de machtigste. Maar daarbij bleef het niet. Van de moeilijkheden, die Engelands fi nanciën in de na-oorlogsjaren op leverden, hooft ons bankwezen ge bruik weten te maken, om oen plaats voor het guldensaccept te veroveren. Een wisselwerking tusschen deze vergrooting van de geldmarkt on de ontwikkeling van de kapitaalmarkt als hierboven geschetst i^ niet to ontkennen. Een ruime handel in het Ilollandsche devies on betrekkelijke koorsstabiliteit waren gooischt voor het acceptwezen. De vole internati onale emissies stimuleerden omzetten in het guldendevies. Daarnaast is de acceptmarkt aan de Nederlandsche Bank veel verschuldigd. Door de deviezenpolitiek, die re latief enge grenzen voor de fluctua ties stelde, als door de ruiino bepa lingen inzake wisse-1-bankabiliteit. werd steun verleend. En ten slotto i* sedert' eeuigen tijd do derde schakel gesmeed in don koten dio financiool Nederland met de overige wereld verbindt. Kon vroeger slechts een, enkel Nederlandsoh aandool zich in do belangstelling van het buitenland verheugen (Konink lijke). Sedert enkele jaren nomen do beursoperaties van buitenlandscho zijde hier te lande i-'toods grooter omvang aan. Voor sommige fondsen. is do belangstelling zelfs zoo levendig dat de koers bijna geheel op buiten landsche belangstelling drijft. Kunstzijde-papieron, Philips, olectriciteitsaandeolcn, sommige cultuurwaarden moeten in dit verband gonoemd worden. Dat dio belangstelling ook haar gevaren voor de marktpositie heeft, is to begrijpen. Maar zij hooft dit voor, dat zij bijdraagt tot Nederland's. liotookonis als finantiofl centrum. VRAAGT VAN eUSTEHELI'S ADVOCAAT A.VAN BIJSTERVELD AMSTERDAM EXPORT Spoor's Mosterd W. A. Spoor Jr., Culembor?. 15 MAAR EEN KARELI STEUNZOLENi&ri MET OPSTAANDEN BUITENRANB HERSTELT DB/PLATVOET \\ U.A.MASSING. -v O.Z.VOQ.R8URGWAI. 33* H MET BINNENGASTHUIS! N.V, Meubelmagazijn Eden" MOLSTEEG - AMSTERDAM BOEKENKASTEN A. R Z U R C H E R CARTONNAGEFABRIEK en DRUKKERIJ LOOIERSGRACHT 64-66-68-70-72. AMSTERDAM :'i VOOR BETERE MEUBELEN ARNOLD HOUTSCHILT AMSTERDAM EEN WOON INRICHTING VAN VEGHOOóTDE HUISELUKHEID 005TEQBE.EK CAT/UOCÏUS DESKUNDIG ADVIES EN tEdlOOTINIjkOSIElOO De Wasch aan huis is niet hygiënisch en dus {JNGlZOND! Laat DE PELIKAAN" te GOUDA de wasch voor U behan delen, zij doet 't al meer dan 100 JAAR! Vraagt eens om onze prijs courant No. 16. IN MEI EN JUNI NAAR ZEE Hotel GROOT BADHUIS" 2» ZANDVOORT Kamers met volledig pension vanaf f 8.50. Pension t/t Matthijssenhout" BLARICUM (Gooi) VOORTIJD F 3.5O Prospectus op aanvraag Telefoon 442

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl